Word abonnee

Wielrennen

Annemiek van Vleuten: ‘Niet voor een breuk te vangen’

Iris Planting

Wielrennen

Annemiek van Vleuten: ‘Niet voor een breuk te vangen’

door: Jasper Boks
8 november 2022
10 tot 15 minuten lezen

Ze won in één jaar de Giro, de Tour én de Vuelta. Ook pakte ze op sensationele wijze de wereldtitel op de weg. En o ja, ze won ook nog de klassieker Luik-Bastenaken-Luik. En dat allemaal op haar 39ste. Op Annemiek van Vleuten staat geen maat.

Ze twijfelde of ze voor de wegwedstrijd bij het WK in Australië de oorbellen in zou doen die ze van haar in 2008 aan kanker overleden vader cadeau kreeg voor haar achttiende verjaardag. Een paar dagen eerder, bij de tijdrit voor gemengde teams, was Annemiek van Vleuten immers hard gevallen en liep een elleboogbreuk op. Ze mocht desondanks starten in de wegwedstrijd van de medici, maar de kans op haar tweede wereldtitel was verkeken, dacht ze. Het plan om al ver voor de finish in de aanval te gaan, kon de prullenbak in.

Tekst gaat verder onder de foto

Annemiek van Vleuten

Annemiek twijfelde of ze wel van start moest gaan, maar toen ploeggenoot Demi Vollering door corona moest passen, besloot ze te rijden. Ach, haar jaar kon toch allang niet meer stuk. Ze won immers in april Luik-Bastenaken-Luik, begin juli de Giro, eind juli de eerste Tour voor vrouwen sinds 2009 en in september de Vuelta. Op 24 september wilde ze haar goede vriendin en kopvrouw Marianne Vos een handje helpen. Ze besloot haar oorbellen die haar al vaak geluk hadden gebracht toch maar in te doen.

Op de pedalen staan, deed te veel pijn. Ze bleef in de buurt van Vos en zo verstreken de kilometers. Op de laatste klim kon Vos niet volgen. Annemiek was in tweestrijd: wachten of meerijden met de twee rensters die achter het kopgroepje aanreden? Ze besloot het laatste te doen, maar deed geen kopwerk in de hoop dat Vos nog terug zou keren. Vlak na het ingaan van de laatste kilometer volgde de samensmelting met de kopgroep. Nog altijd geen Vos te zien achter haar. De weg liep even naar beneden en Annemiek besloot vanuit het laatste wiel te gaan. Gebruikmakend van de vertwijfeling die er altijd even is als groepjes samenkomen.

Met alles wat ze in haar beurse lichaam had, ging ze. Ze pakte een paar meter. Niet omkijken, want dan kun je niet honderd procent geven en toon je onzekerheid, dacht ze. De weg liep omhoog, de finish kwam in zicht. Nog steeds geen renster die over haar heen kwam. In de laatste meters ging ze ondanks de pijnlijke elleboog toch staan op de pedalen. Op die manier kon ze nog net wat harder. Dan maar pijn. Haar mantra luidt immers: als je geen pijn voelt, ga je niet hard genoeg.

Dit kon toch niet waar zijn? Had ze zojuist echt haar vierde wereldtitel gewonnen, na de mondiale titels op de tijdrit in 2017 en 2018 en die op de weg in 2019? Ja dus. Na de roze, de gele en de rode trui, veroverde ze ook de regenboogtrui. En dat allemaal in één jaar.

‘Ik was een feestende student in Wageningen en tien kilo zwaarder. Elke dinsdag en donderdag dronk ik bier’

De Val

Na terugkomst uit Australië zat ze aan tafel bij Eva Jinek. Natuurlijk ging het ook over de Spelen in Rio in 2016, toen ze solo op weg was naar haar olympisch goud, maar in de afdaling naar de finish heel hard ten val kwam en voor dood bleef liggen. Ook die dag had ze haar oorbellen in. Ze vertelde moeder Ria, toen ze samen naar Italië gingen na de crash, dat de oorbellen van papa haar weinig geluk hadden gebracht. Haar moeder dacht daar heel anders over, zei: ‘Die hebben jouw leven gered.’

Voor veel mensen blijft Annemiek voor altijd het meisje van De Val. In Helden zei ze vorig jaar: ‘Mensen denken dat ik mentaal sterker ben geworden door die val, dat mijn omgang met die tegenslag me vooruit heeft gebracht. Ik kan alleen zeggen dat het me niet klein heeft gekregen. Die skills om iets negatiefs om te buigen in iets positiefs had ik al eerder laten zien, daar had ik Rio niet voor nodig. Nee, die val is absoluut geen drijvende kracht geweest.’

Toch was Rio een keerpunt, maar dan juist het moment vóór ze viel. Bergop reed ze iedereen uit het wiel, dat inspireerde haar om met behulp van trainer Louis Delahaije nog meer uit zichzelf te halen. ‘Ik heb jarenlang gedacht dat de top voor mij onbereikbaar was. Mijn ploeggenoot Marianne Vos was exceptioneel goed en won ongekend veel wedstrijden. Zij had een bizar hoog niveau, daar kon niemand aan tippen. Een Giro Rosa winnen was onmogelijk voor mij, dacht ik.

Tekst gaat verder onder de foto

Annemiek van Vleuten

Het heeft lang geduurd voordat ik besefte dat ik kon klimmen. Die klim in Rio is de basis van mijn prestaties de afgelopen jaren.’ Annemiek was 33 toen haar de ogen werden geopend in Rio. Je kunt haar met recht een laatbloeier noemen. Daar staat tegenover dat ze pas in 2011 fulltime ging wielrennen. Tot die tijd kreeg haar masterstudie epidemiologie voorrang. In 2017 zei ze in Helden: ‘Ik was een feestende student in Wageningen en tien kilo zwaarder. Elke dinsdag en donderdag dronk ik bier.

Ik voetbalde erbij en genoot vol van mijn studentenleven. Toen raakte ik geblesseerd aan mijn knie en ben ik gaan fietsen in het laatste jaar van mijn studie. Marianne Vos zegt weleens: ‘Jij hebt al zoveel meegemaakt.’ Dat klopt, ik heb eerst een ander leven gehad, ongedwongen kunnen genieten. Dat is misschien ook de reden dat ik nog vrij fris ben, fietsen speelde in mijn jeugd geen rol.’

Ze heeft ook nog twee jaar een kantoorbaan gehad. In de Volkskrant zei ze daar onlangs over: ‘Daar denk ik aan als het regent: dan trek ik mijn regenpak aan en ga ik toch maar weer fietsen. Als ik renners hoor klagen, denk ik: hou je mond eens effe dicht, ik heb twee jaar op kantoor gezeten.’

Geen rolmodel

Annemiek won in 2017 in het Noorse Bergen de wereldtitel tijdrijden. Huilend viel ze haar moeder in de armen na afloop. Ze had eerder wedstrijden als de Ronde van Vlaanderen gewonnen, had dat jaar ook La Course gewonnen, maar die titel voelde als een bevrijding. De crash in Rio en het missen van de eerste waaier in de Giro van 2017, waardoor ze de eindzege kon vergeten, zorgden ervoor dat ze dacht dat ze zelf haar grootste tegenstander was geworden. Ze werd bij het WK als favoriet bestempeld, maar in haar hoofd zat vooraf: ik zal wel weer een fout maken.

Ze was zo nerveus dat ze dagenlang amper kon slapen, wilde niet nog eens in de fout gaan voor het oog van de wereld. ‘Ik heb daarna heel hard staan huilen. Iedereen dacht: alles van die val in Rio komt eruit. Maar het was gewoon de ontlading van heel veel stress,’ zei ze in de Volkskrant. En in Helden vertelde ze: ‘In mijn hoofd leefde ik in Rio nog met een denkwijze vol beperkingen. Ook na Rio overheerste die manier van denken nog bij me.’

Na het WK was de beer los. Ze werd de nieuwe norm in het vrouwenwielrennen. Annemiek trainde langer en harder dan anderen, was de eerste vrouw die meerdere hoogtestages in een jaar inplande en besloot in de winter met de mannen te trainen. Het gevolg: als het bergop gaat, breekt de concurrentie vroeg of laat. Lange solo’s zijn haar specialiteit. ‘Ik wil de fitste van het peloton zijn. Dat doe ik door trainingsprikkels te zoeken. Dit ben ik niet zomaar gaan doen, maar heb ik in zo’n vijf jaar opgebouwd. Jonge meiden moeten ook niet in een keer net zoveel trainen als ik doe. Daar wil ik geen rolmodel in zijn. Het wil ook niet zeggen dat iedereen deze omvang aankan. Ik ben heel belastbaar, dat is een van mijn sterke punten,’ vertelde ze vorig jaar in Helden.

De manier waarop ze haar sport bedrijft, zorgt ook weleens voor gefronste wenkbrauwen. Vorig jaar zei ze daarover in Helden: ‘Dat mensen een verkeerd beeld van me hebben en me als een maniak omschrijven, boeit me niet zoveel. Maniak… Als degenen om wie ik geef dat maar niet zeggen.’ En: ‘Ik denk ook dat in het wielrennen de mensen te veel vasthangen aan de zogenaamde wijsheden van tientallen jaren geleden. Een ervan is dat je als wielrenner vanaf je dertigste begint af te takelen.’

Afzwaaien

Het begint te duizelen als je ziet wat ze de afgelopen vijf jaar allemaal heeft gewonnen: olympisch goud op de tijdrit en zilver in de wegwedstrijd, twee wereldtitels op de weg en twee wereldtitels tijdrijden, de Europese titel, drie keer de Giro Rosa, de Tour, twee keer de Vuelta, de Ronde van Vlaanderen, twee keer Luik- Bastenaken-Luik, twee keer Omloop Het Nieuwsblad, twee keer Strade Bianche en nog veel meer.

Tekst gaat verder onder de foto

Annemiek van Vleuten

En dan te bedenken dat ze ook nog tal van keren af moest rekenen met pech en blessures. Ze is niet voor een breuk te vangen. Annemiek kwam in 2018 hard ten val op het WK, reed terug naar het peloton en finishte als zevende. Na afloop bleek dat ze de koers uit had gereden met een gebroken knie… Een lange revalidatie volgde, maar eenmaal terug won ze meteen Strade Bianche en Luik- Bastenaken-Luik. ‘Het omgaan met tegenslagen is een van mijn sterke punten,’ zei ze vorig jaar in Helden, ‘ik ben steeds sterker teruggekomen. Zeker van het overlijden van mijn vader in 2008 heb ik veel geleerd. Ik heb van mijn ouders geleerd niet te lang stil te staan bij teleurstellingen. Denken in mogelijkheden en niet jezelf zielig gaan vinden. Dat zit in de genen, dat kun je niet trainen.’

Het einde voor Annemiek de wielrenster komt in zicht. Ze vierde op 8 oktober haar veertigste verjaardag, wil eind 2023 afzwaaien. Haar laatste seizoen mag ze rondrijden in de regenboogtrui, mooier wordt het niet volgens haar. De Spelen in Parijs in 2024? Het parkoers is veel te vlak, daarop heeft ze niet veel te zoeken. In de Volkskrant zei ze: ‘Het is nu ook mooi geweest en het gaat niet veel mooier worden door nog langer door te gaan.’

Helden Magazine 64

Het verhaal van Annemiek van Vleuten komt voort uit Helden Magazine 64. In het dubbeldikke eindejaarsnummer blikken we terug op het sportjaar 2022 én is er volop aandacht voor het WK Voetbal in Qatar. Virgil van Dijk siert samen met Irene Schouten de cover. Voor Schouten kon het jaar 2022 niet op. Ze won drie olympische titels, de wereldtitel allround en trouwde.

In de WK-special lees je interviews met Denzel Dumfries, Matthijs de Ligt, Cody Gakpo en Soufiane Touzani. Daarnaast vertellen vriendinnen Candy-Rae en Laura Benschop over hun leven met WK-gangers Daley Blind en Davy Klaassen én een reconstructie van het masterplan van Van Gaal.

Verder in deze editie een uitgebreid interview met olympisch shorttrackkampioen Suzanne Schulting en coach Jeroen Otter. Een terugblik op een bewogen wielerjaar met Merijn Zeeman, Kjeld Nuis kende een jaar vol pieken en dalen, Dylan van Baarle liet zien dat zijn tweede plek op het WK in 2021 geen toeval was én is Luc Steins de handballende Messi van Paris Saint-Germain.

Thomas Krol won op zijn eerste Spelen meteen goud en zilver. Maar het ging niet vanzelf. Giovanni van Bronckhorst kende een geweldig eerste jaar bij Rangers FC. John van ’t Schip won in 1987 de Europa Cup II met Ajax en Hennie Stamsnijder won in 1981 als eerste Nederlander de wereldtitel veldrijden. Als laatste wil Susila Cruijff het gedachtegoed van haar vader voortzetten en blikt voetbalster Vanity Lewerissa terug op een moeilijke tijd.

Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 64 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Delen: