Sebastian Langeveld (37) behoort al jaren tot de beste Nederlandse klassiekerrenners van het peloton. In aanloop naar een nieuw voorjaar vertelt de ervaren coureur van EF Education-EasyPost over de fascinatie voor zijn materiaal en zijn liefde voor de kasseienkoersen. “Weet ik dat mijn fiets tiptop in orde is, dan krijg ik daar moraal van.”
Materiaal
“Ik ben al zeventien jaar beroepswielrenner, maar iedere keer als ik bij een koers kom en zie dat er drie of vier fietsen voor me klaar hangen in de vrachtwagen, dan voel ik me een bevoorrecht mens. Dat blijft speciaal. Als wielrenner zijn er weinig dingen belangrijker dan je fiets. Ik ben een materiaalfreak. Van jongs af aan heb ik grote interesse in fietsen gehad. Net als voor de historie en de kampioenen van het wielrennen. Wat dat betreft ben ik van de oude stempel. Ook al zit er een flinke generatiekloof tussen, ik kijk anders naar kampioenen als Mathieu van der Poel en Wout van Aert dan naar andere collega’s.
Het materiaal waar ze op rijden en de manier waarop ze op hun fiets zitten, horen daar ook bij. Bij mijn ploeg EF Education-EasyPost rijden we op fietsen van Cannondale en daar ben ik superblij mee. Op het gebied van aerodynamica en gewicht behoren onze fietsen tot de top van het World Tour-peloton. Net als de wielen en banden. Als junior was ik al blij als ik voor het Nederlands kampioenschap twee nieuwe bandjes kreeg van mijn ouders.
Bij de profs hebben we de beschikking over het beste van het beste materiaal. Ik vind het iedere keer weer mooi als ik aan het begin van het seizoen de nieuwe fiets krijg om op te trainen en wedstrijden mee te rijden. Ik kan daar echt naar uitkijken. Het frame, de geometrie, de kleur van het zadel; daar kan ik van genieten. Helemaal als het ook nog eens snel gaat.
De mecaniciens bij onze ploeg weten dat ik heel precies ben in de afstelling van mijn fiets. Vaak wil ik mijn zadel net een tikje hoger of verder naar achter om de ideale positie te hebben. Ook heb ik graag voor iedere race een nieuw stuurlintje. Er zijn niet veel renners die er zo extreem mee bezig zijn als ik. Het gaat soms best ver, maar voor mij is het een manier om me op te laden richting belangrijke wedstrijden. Het is wie ik ben als renner. Weet ik dat mijn fiets tiptop in orde is, dan krijg ik daar moraal van.”
Uitstraling
“Ik vind het mooi als het totaalplaatje klopt. Daarmee bedoel ik niet alleen de fiets, maar ook het tenue waar ik in koers. Dit jaar rijden we met EF op witte Cannondale-fietsen en we dragen roze-groene outfits van onze kledingsponsor Rapha. Dat ziet er heel gaaf uit en ook daar krijg ik een boost van. Voordat ik op mijn twaalfde begon met fietsen voetbalde ik bij FC Lisse. Ik speelde in de selectie en dat betekende dat we ieder jaar een nieuwe outfit kregen dat alle spelertjes droegen voor een wedstrijd. Ik vond dat toen al mooi en dat is altijd zo gebleven. Later als jonge wielrenner keek ik graag naar de Rabobank-ploeg. Met die herkenbare oranje tenues hadden ze een goede uitstraling.
Ik ben echt niet zo neurotisch dat ik vind dat iedereen bij EF hetzelfde kleur shirt moet dragen als we rond een wedstrijd samen aan het avondeten zitten, maar ik vind het wel netjes als de kleding er gesoigneerd uitziet. Acteer je op het allerhoogste niveau, dan hoort daar in mijn ogen een zekere uitstraling bij. Net zoals ik het ook iets vind hebben om voor een speciale wedstrijd een nieuw setje kleding aan te trekken. Dat zit gewoon in mijn systeem. Ik voel me dan net een paar procentjes lekkerder.”
Het volledige verhaal lezen? Dat kan via Blendle en Tijdschrift.nl. Je kunt het magazine ook in de winkel halen óf online bestellen!