Vijftig jaar geleden won hij olympisch goud op de weg. Het was de aftrap van een indrukwekkende wielerloopbaan. Hennie Kuiper pakte drie jaar later de wereldtitel, werd twee keer tweede in de Tour de France en won klassiekers als de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. We gingen bij de 73-jarige wielerheld langs in zijn eigen museum.
Fietsen, ingelijste wielershirts, bidons, prijzen en krantenartikelen. Het is of de tijd heeft stilgestaan in het wielermuseumpje dat is gewijd aan een van de beste wielrenners die Nederland heeft gekend. De verzameling is uitgestald op de plek waar hij opgroeide: het ouderlijk huis in Denekamp, nabij de Duitse grens.
Het museum staat naast een boerenbedrijf. Koeien en kippen zijn nooit ver weg. Hennie Kuiper woont tegenwoordig 25 kilometer verderop in Enschede, maar elke zondagmorgen fietst hij met vrienden nog door zijn geboortestreek. “Als ik op de fiets zit, komen soms ineens dingen voorbij die jarenlang verborgen hebben gezeten in de grijze massa,” lacht Hennie.
7 september 1972
Hennie komt solo over de streep in de olympische wegwedstrijd, nadat hij op 29 augustus ook al brons heeft gewonnen op de ploegentijdrit. De 23-jarige Hennie pakt het goud een dag na de uitspraak van IOC-voorzitter Avery Brundage dat ‘the Games must go on’. In de nacht van 4 op 5 september hadden acht terroristen van de Palestijnse terreurorganisatie Zwarte September elf leden van de Israëlische ploeg gegijzeld. Bij de gijzeling en een mislukte bevrijdingsactie op militair vliegveld Fürstenfeldbruck vonden alle gegijzelde Israëliërs de dood.
“Heb jij het gehoord?’ werd ’s ochtends aan mij gevraagd. Ik had niets gehoord, was een heel goede slaper. Toen hoorde ik van de gijzeling. Met de andere renners liepen we niet veel later door het olympisch dorp en daar zagen we van afstand de gijzelnemers staan met hun geweren onder de arm. Ze hadden hun gezichten afgeschermd met een doek. We zeiden tegen elkaar: ‘Jongens, doorlopen naar de eetzaal.’ Wij gingen daarna trainen en toen we terugkwamen was het olympisch dorp een vesting geworden met soldaten en tanks.
Wij wisten op dat moment niet wat de mensen in Nederland hoorden via de nieuwsdiensten. Pas later vernamen we dat bij de gijzelingsactie meteen al twee Israëliërs waren doodgeschoten. En het grootste drama vond daarna natuurlijk plaats op het vliegveld. Na die mislukte bevrijdingsactie werd er vergaderd. En toen kwam die uitspraak van Brundage. Die voel ik nog door heel mijn lichaam. Wij wilden op dat moment graag dat de Spelen doorgingen, hadden ernaar toegeleefd. Ik was jong, politiek stond nog zo ver van mij af. Nu op mijn 73ste, als vader en opa, sta ik heel anders in het leven. En ja, de schaduw van wat er is gebeurd, hangt wel over mijn gouden medaille.”
Kon je je afsluiten voor wat er was gebeurd?
“Je stopt het ergens weg. Ik weet niet hoe dat werkt… Maar het lukte me om me te focussen op de wedstrijd. Kijk, ik zag de Olympische Spelen in Mexico op tv in 1968. Daar wilde ik ook aan meedoen, dat was mijn droom. Toen ik naar München mocht, was dat was voor mij al een zege op zich. In de voorlaatste van acht ronden ben ik gedemarreerd. Alle registers open. En dan alleen aankomen. Fantastisch. Ik stak één hand in de lucht toen ik over de meet kwam.
Dat deed ik drie jaar later ook toen ik wereldkampioen werd. De blijdschap zat bij mij vanbinnen. Mijn ouders hebben mij geleerd: je hoeft je niets te verbeelden, blijf maar met beide benen op de grond staan. Pas op latere leeftijd kon ik mijn vreugde beter uiten, kon ik ook beide handen opsteken bij een overwinning. Maar toen… Ik heb weleens gezegd: van buiten lijk ik een rustig kabbelend beekje, maar vanbinnen ben ik een woeste rivier of een orkaan. Wat in München ook meespeelde op die dag dat ik won, was uiteraard de aanslag. De sfeer was ook heel bedompt.”
Het volledige verhaal lezen? Dat kan via Blendle en Tijdschrift.nl. Je kunt het magazine ook in de winkel halen óf online bestellen!