Word abonnee

Atletiek

“Ondanks dat ik met mijn sport veel met mezelf bezig ben, kan ik op deze manier ook iets voor anderen betekenen”

Paul Raats

Atletiek

“Ondanks dat ik met mijn sport veel met mezelf bezig ben, kan ik op deze manier ook iets voor anderen betekenen”

door: Thomas Olsthoorn
1 september 2021
10 tot 15 minuten lezen

Kimberly Alkemade verloor op achtjarige leeftijd haar moeder en haar linkeronderbeen bij een ernstig busongeluk. Drie jaar geleden had ze een baan in de zorg en nog nooit aan atletiek gedaan. Inmiddels behoort ze tot de snelste paralympische sprinters van Nederland. Dit is haar bijzondere verhaal.

Kimberly Alkemade kan de datum nog zo oplepelen. Het was 17 oktober 2017 toen ze bij Only Friends in Amsterdam meedeed aan een paralympische talentendag. Een paar maanden eerder had ze van een orthopedische instrumentenmaker een tweedehands sportblade gekregen. Gewoon om eens uit te proberen. Ergens in haar onderbewustzijn wist Kimberly nog hoe het als kind was geweest om met twee benen te kunnen rennen, maar ze had geen idee meer hoe dat voelde. Dankzij die blade kon ze voor de eerste keer in negentien jaar weer een rondje om het huis joggen. Er ging een wereld voor haar open. Tot dan toe had ze wel recreatief gesport maar nooit echt met een doel. Ze besloot te gaan trainen voor de Ladies Run in Eindhoven.

“Ik liep te hard van stapel waardoor ik soms even moest wandelen. Toch wist ik de vijf kilometer in dertig minuten te volbrengen. Ik had zelfs nog een eindsprint in huis.”

Kimberly was nieuwsgierig naar haar mogelijkheden met de sportblade en reisde af naar de talentendag in Amsterdam. Ze bleek overduidelijk aanleg te hebben voor atletiek. “Ik ging ervan uit dat ik het advies zou krijgen om bij een lokale club te beginnen met trainen. Maar in plaats daarvan kreeg ik aan het einde van de dag een briefje in mijn handen gedrukt waarop stond dat ik geschikt werd bevonden voor de Nederlandse selectie para-atletiek. Op dat moment was ik 27 jaar en had een baan in de zorg. Ik wist dat ik deze kans niet nog een keer zou krijgen. Het was now or never. Mijn vriend en ik keken elkaar aan en zeiden: We gaan dit doen!” Zo veranderde het leven van Kimberly van de ene op de andere dag totaal. En niet voor het eerst.

Tekst gaat verder onder de foto

Gereanimeerd
In de zomer van 1998 ging de achtjarige Kimberly samen met haar ouders en twee broers met een georganiseerde busreis op vakantie naar Spanje. Ter hoogte van het Franse Montélimar ging het gruwelijk mis. De buschauffeur viel in slaap achter het stuur en botste frontaal op in file rijdende auto’s.

“Mijn moeder en ik zaten rechts voorin op de bovenverdieping. Mijn moeder kwam klem te zitten en overleed. Ik werd uit de bus geslingerd en belandde honderd meter verderop in de berm. Er was sprake van een traumatische amputatie. Toen de politie me vond, had ik al geen linkeronderbeen meer. Het was heel kritiek, ik had nog amper bloed in mijn lichaam. Eigenlijk was het de bedoeling dat de traumahelikopter me naar het ziekenhuis van Lyon zou brengen, waar een speciale trauma-afdeling was. Maar in plaats daarvan brachten ze me naar het dichterbij gelegen Valence, wat slechts tien minuutjes vliegen was. Hadden ze dat niet gedaan dan had ik het niet gered. Ik was de hele tijd buiten bewustzijn, heb er gelukkig niets van meegekregen of gevoeld. Vier jaar geleden heb ik in Frankrijk de kinderarts opgezocht die me destijds heeft geopereerd. Ik wilde zijn kant van het verhaal horen, hoe hij het allemaal had ervaren. Ondanks dat mijn leven aan een zijden draadje hing, had hij het gevoel dat ik het ging redden, vertelde hij me over het moment dat ik op een brancard het ziekenhuis werd binnengereden. Ik onderging een bloedtransfusie en werd meerdere keren gereanimeerd. De arts en zijn team slaagden erin mijn leven te redden.”

Een week later ontwaakte Kimberly uit haar coma en keek recht in het gezicht van haar vader en tante, die aan haar bed zaten. “Het eerste wat ik hen vroeg was: waar is mama? Ze vertelden me dat mijn moeder nog in leven was – wat niet het geval was – en dat ze in een andere kamer lag. Dat stelde me enigszins gerust. Mijn vader en tante wilden me het slechte nieuws niet direct vertellen, niet wetende hoe ik gezien mijn conditie zou reageren. Ongeveer een week nadat ik wakker was geworden, vertelde mijn vader dat mijn moeder bij het ongeluk om het leven was gekomen. Mijn twee broers waren er ook bij. Dat moment staat me nog helder voor de geest. Je zou misschien denken dat een achtjarige het niet zou begrijpen, maar dat deed ik wel. Ik was heel verdrietig.” Twee weken na het ongeluk werd Kimberly met een medisch vliegtuigje overgebracht van Valence naar het Radboud UMC in Nijmegen. Ze kon nog niet in een rolstoel zitten en werd door vier mannen op een bed gedragen zodat ze bij de begrafenis van haar moeder kon zijn.

“In Nijmegen zag ik voor het eerst dat ik mijn been kwijt was. Dat hadden ze me in Frankrijk wel geprobeerd uit te leggen, maar ik had het niet begrepen. Ik dacht: ieder mens heeft toch gewoon twee benen? Ik had ook nog nooit iemand met een amputatie gezien. Het was best een heftig moment toen ik voor de eerste keer mijn stomp zag. Niet te bevatten. De eerste twintig weken van mijn revalidatie stonden puur in het teken van het helen van de stomp. Mijn tante was altijd bij me. Ze hielp met het verwisselen van het verband en als ik pijn had, haalde ze ‘toverzalf ’ bij de zusters. Mijn tante werd de zorgende vrouw in mijn leven, ze was er altijd voor me samen met mijn vader en broers. Tijdens de negen maanden durende revalidatie leerde ik met een prothese lopen. Toen dat allemaal achter de rug was, leidde ik het leven van een normaal kind.”

Tekst gaat verder onder de foto

Lang leve de lol
Kimberly schuift haar stoel naar achter en tilt haar been omhoog zodat het boven de tafel komt. Een paar jaar geleden zou ze dat niet zo snel hebben gedaan.

“In mijn puberteit en als jongvolwassen vrouw droeg ik vaak lange broeken en verborg ik mijn prothese. Ik ging het studentenleven in, iedere week was het lang leve de lol. Ik wilde zo normaal mogelijk zijn, was bang voor de reacties als ik zou laten zien dat ik een prothese had. Mijn overtuiging was dat mensen me ‘anders’ zouden vinden. Later kwam ik erachter dat die gedachten onterecht waren geweest. De reacties waren juist positief als ik erover vertelde en dat gaf me zelfvertrouwen. Dat gevoel werd bij mij nog sterker toen ik die tweedehands sportblade kreeg.”

Na de onverwachte uitkomst van de talentendag bij Only Friends stortte Kimberly zich met volle overgave op de atletiek. Ze probeerde de meerkamp, kogelstoten en verspringen uit, maar merkte al snel dat sprinten haar ding was. “Helemaal toen ik in mei 2018 Nederlands kampioen op de 100 meter werd. Ik was op weg ook de 200 meter te winnen, totdat ik vlak voor de finish hard ten val kwam. Dat kwam door mijn blade, die was eigenlijk alleen om mee te joggen en niet om mee te rennen. Een paar maanden later kreeg ik mijn eerste sprintblade, een verschil van dag en nacht met het oude exemplaar. In een tijdsbestek van zes maanden ging ik van de atletiekclub in Eindhoven waar ik leerde rennen op een blade – via de sprintgroep van sportclub Prins Hendrik in Vught, naar trainen op Papendal. Ik nam ontslag bij mijn werk in de zorg en vanaf november 2018 was ik fulltime para-atlete.”

Precies een jaar nadat ze zich volledig had aangesloten bij het paralympisch Nederlands team, maakte ze haar debuut op de WK in Dubai. Het werd een doorslaand succes, al was de aanloop naar het toernooi verre van makkelijk.
“In juli 2019 overleed mijn tante, die na het ongeluk zo goed voor me had gezorgd. Ik moest dat verlies een plekje zien te geven, maar tegelijkertijd wilde ik goed presteren op de WK. En dat terwijl ik nog heel onervaren was. Ondanks de zenuwen merkte ik dat ik mezelf goed rustig kon houden. Ik denk omdat ik al wat ouder was en de nodige levenservaring had. De druk dat er iets op het spel stond, werkte goed voor mij. Kimberly won zilver op de 200 meter en brons op de 100 meter.

Puppy
Na het succes op de WK in Dubai heeft Kimberly een planning gemaakt tot en met de Paralympische Spelen van 2024 in Parijs. In de komende jaren wil ze alle facetten van het sprinten verbeteren. Dat is ook nodig, want op het gebied van kracht, balans en techniek loopt ze achter op haar tegenstanders.

“Ik doe dit nu twee jaar fulltime en ben ondanks mijn leeftijd nog maar een puppy in de atletiek. Die WK-medailles heb ik echt op rauw talent gewonnen. Ik wil ieder jaar beter worden, zodat ik in Parijs mijn snelste tijden ooit kan lopen. Mijn doel is vliegen over de baan, de snelste versie van mezelf worden. In Parijs wil ik op de 100 meter onder de 12 seconden lopen en op de 200 meter onder de 25 seconden. Dat is best ambitieus, maar ik wil ontdekken hoever mijn talent reikt.” De coronaperiode in het voorjaar gebruikte Kimberly om haar topsportleven te herinrichten. Ze nam afscheid van coach Arno Mul en verruilde Papendal voor haar oude club Prins Hendrik. “Van dagelijks voor andere mensen zorgen naar mezelf uitdagen, was mentaal gezien een heel grote omschakeling voor me. Hoe blijf je als topsporter dicht bij jezelf? Ik merkte dat ik op Papendal, waar voor mijn gevoel de nadruk meer op prestaties lag en minder op het proces, steeds verder van mezelf verwijderd raakte. De reisafstand werkte ook niet mee. Mijn vriend en ik hebben een leven in Den Bosch opgebouwd. Door terug te gaan naar Prins Hendrik is mijn trai- ningslocatie nu tien minuten van mijn huis. Ik zie mijn familie en mijn honden vaker, en kan makkelijker afspreken met vriendinnen. Ik ben gelukkiger.

Met Keith Antoine, een Engelse sprintcoach, en Joep Janssen heb ik twee nieuwe trainers gevonden met wie ik een mooi fulltime programma heb gemaakt. Ik kan me nu nog verder specialiseren op de sprint. In 2024 ben ik 34 jaar. Ik heb niet heel veel tijd en daarom wil ik het allemaal goed doen.”

“Ondanks dat ik met mijn sport veel met mezelf bezig ben, kan ik op deze manier ook iets voor anderen betekenen. En dat past perfect bij me.”

Een bijkomend voordeel van dagelijks sporten in Vught is dat Kimberly, die ambassadrice is van Fonds Gehandicaptensport, veel in contact komt met kinderen, jongeren en ouderen. “Doordat mensen me op de club zien trainen, vinden ze het steeds normaler om iemand met een blade te zien rennen. Ik wil een voorbeeld zijn en zoveel mogelijk mensen in beweging krijgen. Vanuit mijn achtergrond in de zorg weet ik dat mensen met een handicap zich vaak beperkt voelen. Niet alleen fysiek maar ook mentaal, waardoor ze passief worden en binnen blijven. Ik wil laten zien dat je dan helemaal niet beperkt hoeft te zijn. Ondanks dat ik met mijn sport veel met mezelf bezig ben, kan ik op deze manier ook iets voor anderen betekenen. En dat past perfect bij me.”

Delen: