Word abonnee
Meer

Schaatsen

Dé sportmomenten van 2025: Joep Wennemars pakt wereldtitel

Joep Wennemars pakte in maart 2025 de wereldtitel op de [...]
Joep Wennemars pakte in maart 2025 de wereldtitel op de 1000 meter en trad definitief uit de schaduw van zijn vader. “De mooiste dag uit mijn schaatscarrière,” zei Joep in Helden. “Tot nu toen dan, hè.” Joep kwam van ver. In september 2024 werd hij nog geopereerd aan een scheur in zijn meniscus. “Ik had het hele seizoen te veel problemen gehad om zelfs maar bezig te zijn met het winnen van de wereldtitel op de 1000 meter. Ik was al blij dat ik bij de NK voor het eerst dat seizoen een goede race had gereden, waardoor ik überhaupt naar Hamar mocht. Ik was eigenlijk al bezig met doelen die voorbij dat WK lagen. Het ging het hele seizoen niet als ik had gehoopt, maar ik wist dat als ik mijn niveau kon laten zien, ze toch rekening met me moesten houden. In Hamar voelde ik: shit hé, ik voel voor het eerst in maanden dat ik echt klaar om een goede wedstrijd te rijden. Ik vertelde niemand wat ik voelde, hield dat echt voor mezelf.” Joep slaagde erin om op het moment suprême een uitstekende rit te schaatsen. Zijn vriendin Suzanne Schulting - drievoudig olympisch kampioen shorttrack, tegenwoordig uitkomend op de langebaan - keek zenuwachtig toe vanaf de tribune. “Ik ben in tijden niet zo blij en emotioneel geweest door een overwinning,” zei ze in Helden. Joep en Suzanne schitteren op de cover van het eindejaarsnummer in Helden, waarin ze terugblikken op een bewogen periode en voor het eerst vertellen over hun overgeslagen vonk. Held van het Jaar 2025 2025 was een jaar vol nieuwe Helden, emotionele afscheidsmomenten en indrukwekkende verhalen van doorzetters die opstonden. De afgelopen elf maanden hebben Julie vol enthousiasme telkens weer jullie Held van de Maand gekozen: Angel Daleman, Jenning de Boo, Kimberley Bos, Virgil van Dijk, Daphne van Domselaar, Kees Smit, Thymen Arensman, Zoë Sedney, Jessica Schilder, Hetty van de Wouw en Femke Kok. Maar… we doen er nog een schepje bovenop! We hebben de lijst aangevuld met vijf wildcards: toppers die volgens ons absoluut niet mogen ontbreken: Mathieu van der Poel, Joy Beune, Joep Wennemars, Harrie Lavreysen en Femke Bol. Stem nu op jouw Held van het Jaar.

Baanwielrennen

Dé sportmomenten van 2025: Drieslag voor Hetty Raketty

Alsof een oranje orkaan over de wielerbaan in Santiago [...]
Alsof een oranje orkaan over de wielerbaan in Santiago raasde. De Nederlandse baanwielrenners verlieten de Chileense hoofdstad met liefst negen wereldtitels. Drie daarvan nam Hetty van de Wouw voor haar rekening. Stapje voor stapje is Hetty Raketty richting wereldtop geslopen. Vorig jaar won de 27-jarige sprintster nog drie keer WK-zilver en op de Spelen werd ze tweede op de keirin. Dit keer nam ze geen genoegen met een zilvervloot. Van de Wouw bracht in 2024 nog naar buiten dat ze had geworsteld met eetstoornissen. Dat moest ze achter zich laten en dat lukte onder meer door de hulp van de vorige bondscoach, Mehdi Kordi. Tegen de NOS zei Khordi, die Van de Wouw in december 2022 onder zijn hoede kreeg: "Haar transformatie is echt ongelooflijk geweest. Ze was een beetje verloren. Ze was nerveus en gespannen als het om haar eigen kwaliteiten ging. Maar ik zag ook iemand die iets bijzonders in zich had. Het kwam er op neer dat ik haar vooral zelfvertrouwen moest geven. Wat mij is bijgebleven is dat ze eens aangaf dat ze wereldkampioen wilde worden. Ik vroeg haar toen: hoe weet je hoe je dat moet doen? Toen zei ze: dat weet ik als ik het ben. Maar zo werkt het niet. Je moet eerst in jezelf geloven en je moet denken als een kampioen, voordat je ook de beste kan zijn.” En dat is gelukt. Held van het Jaar 2025 2025 was een jaar vol nieuwe Helden, emotionele afscheidsmomenten en indrukwekkende verhalen van doorzetters die opstonden. De afgelopen elf maanden hebben Julie vol enthousiasme telkens weer jullie Held van de Maand gekozen: Angel Daleman, Jenning de Boo, Kimberley Bos, Virgil van Dijk, Daphne van Domselaar, Kees Smit, Thymen Arensman, Zoë Sedney, Jessica Schilder, Hetty van de Wouw en Femke Kok. Maar… we doen er nog een schepje bovenop! We hebben de lijst aangevuld met vijf wildcards: toppers die volgens ons absoluut niet mogen ontbreken: Mathieu van der Poel, Joy Beune, Joep Wennemars, Harrie Lavreysen en Femke Bol. Stem nu op jouw Held van het Jaar.

Schaatsen

Patrick Roest – Op zoek naar antwoorden

Patrick Roest (29) was jarenlang de Nederlandse [...]
Patrick Roest (29) was jarenlang de Nederlandse troef op de lange afstanden. Vorig jaar ging het mis. Ineens kwam de schaatser van Team Reggeborgh niet meer vooruit. In aanloop naar de Winterspelen in Milaan zoekt hij naar zijn ‘oude vorm’. Olympisch goud, de enige prijs die hij nog niet won, zit nog niet in zijn hoofd. Eerst wil hij dat oude gevoel en niveau terugvinden, verteld Roest in Helden Magazine nummer 79. Patrick Roest Vraag hem wat hij voelt als hij lekker zijn rondjes kan schaatsen en met een glinstering in zijn ogen antwoordt hij: “Vrijheid. Als het lekker gaat, dan hoef ik niet na te denken. Dan gaat schaatsen bijna als vanzelf. Dat geeft zo’n kick.” Patrick Roest is even stil, de glimlach verdwijnt en een diepe zucht volgt. “Maar als je dat gevoel ineens kwijt bent, zoals me vorig seizoen gebeurde, dan ga je juist heel erg nadenken. Ik miste dat oude gevoel vreselijk, was ernaar op zoek en kon het maar niet vinden. Wat ik ook deed.” Patrick heeft een stoppelbaard van een paar dagen, draagt zijn witte lange kousen over zijn Team Reggeborgh-trainingsbroek. Jarenlang was hij Nederlands troef op de middellange en lange afstand én de motor van het Nederlandse team op de ploegenachtervolging. Hij veroverde onder andere drie wereldtitels allround, vier keer goud bij de WK afstanden en zeven Europese titels, waarvan twee allround. Bij de Spelen van 2018 won hij zilver op de 1500 meter en brons op de ploegenachtervolging, bij de Spelen van 2022 was het zilver op de 5000 en 10.000 meter. [caption id="attachment_21802" align="aligncenter" width="1333"] Patrick Roest[/caption] Van het ene op het andere moment veranderde Patrick een jaar geleden in een vermoeide en gekooide tijger. In zijn ‘tweede huis’ Thialf gaat hij terug in de tijd. Patrick had keihard getraind in de zomer van 2024, hoopte weer een beetje beter te zijn geworden. Zo was het altijd gegaan. Maar tijdens testen en trainingswedstrijdjes bleek hij juist minder goed dan in de aanloop naar andere seizoenen. “Ik was steeds moe en lusteloos, moest mezelf ’s ochtends echt uit bed slepen en mezelf echt aanmoedigen om op de fiets te stappen voor de fietstraining. Ik dacht toen nog: mijn vorm komt vast wel als de wedstrijden beginnen.” De eerste wedstrijd van het nieuwe seizoen was de drie kilometer bij de NK Clubs namens STV Lekstreek. Drie jaar op rij was hij de beste geweest, maar in oktober 2024 was Marcel Bosker sneller. “Ik kreeg de bevestiging waar ik al voor vreesde: het zat niet goed. Een rondje schaatsen leek veel meer energie te kosten dan normaal.” Helden Magazine nummer 79 Het eerste deel van het interview met Patrick Roest komt uit Helden Magazine nummer 79. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine. Ben je al abonnee? Het interview en de complete editie zijn ook online te lezen in de app Mijn Magazines. Lekker lezen op je telefoon op tablet.

Schaatsen

Suzanne Schulting en Joep Wennemars: ‘Wij zitten op dezelfde golflengte’

Joep Wennemars (23) pakte in maart 2025 de wereldtitel op de 1000 meter en trad definitief uit de schaduw van zijn vader. Drievoudig olympisch kampioene Suzanne Schulting (28) begon aan een nieuw hoofdstuk, maakte de switch van shorttrack naar langebaanschaatsen én werd meteen wereldkampioen op de teamsprint. Bovendien sloeg de vonk over tussen de ploeggenoten bij Team Essent. Ze kijken voor het eerst samen terug op een bewogen periode. “De mooiste dag uit mijn schaatscarrière,” zegt Joep Wennemars als hij terugdenkt aan 15 maart 2025, de dag waarop hij in Hamar goud won op de 1000 meter bij de WK afstanden. “Tot nu toe dan, hè,” haast hij erbij te zeggen. Hij reed een baanrecord in Noorwegen, moest daarna nog lang wachten, maar zag dat zijn concurrenten zich een voor een stukbeten op zijn tijd van 1.08,05. Toen de laatste rit was geweest stond zijn naam nog steeds bovenaan, gevolgd door die van Jenning de Boo en Jordan Stolz. Een explosie van geluk volgde, het ongeloof was van zijn gezicht te scheppen. “Ik had het hele seizoen te veel problemen gehad om zelfs maar bezig te zijn met het winnen van de wereldtitel op de 1000 meter. Ik was al blij dat ik bij de NK voor het eerst dat seizoen een goede race had gereden, waardoor ik überhaupt naar Hamar mocht. Eigenlijk was ik al bezig met doelen die voorbij dat WK lagen. Het ging het hele seizoen niet als ik had gehoopt, maar ik wist dat als ik mijn niveau kon laten zien, ze toch rekening met me moesten houden. In Hamar voelde ik: shit hé, ik voel voor het eerst in maanden dat ik echt klaar om een goede wedstrijd te rijden. Ik vertelde niemand wat ik voelde, hield dat echt voor mezelf.” Joep slaagde erin om op het moment suprême een uitstekende rit te schaatsen. “Meteen na afloop zei ik tegen mezelf: op deze race valt weinig aan te merken. Maar wat mijn tijd - weliswaar een baanrecord - waard was, wist ik niet. Aan de wereldtitel dacht ik geen moment. Ik was blij en opgelucht dat ik had laten zien: hé, ik ben er nog! Ik kon sowieso met opgeheven hoofd naar huis.” Suzanne Schulting zag de race van haar vriend vanaf de tribune, zat naast vader Erben en moeder Renate Wennemars en vrienden van Joep. Als er iemand weet wat winnen is, dan is het Suzanne, maar ze wist niet waar ze het zoeken moest. “Ik was megazenuwachtig. Vreselijk. Het was veel erger dan wanneer ik zelf voor een belangrijke race op het ijs stond. Dan heb je het zelf onder controle en nu moest ik toekijken en maar hopen dat het goed zou gaan. Dat ik zo zenuwachtig was, kwam ook doordat ik wist dat Joep in goeden doen was. Ik had heel sterk het gevoel van: het zou vandaag zomaar allemaal op z’n plek kunnen vallen.” Ze kijkt naar Joep en zegt: “Ik heb niet tegen jou gezegd dat dat door m’n hoofd spookte, maar voelde echt aan alles: er kan iets bijzonders gebeuren.” Joep: “Vanaf het middenterrein zag ik jongens die normaal gesproken altijd bij mij in de buurt zitten ineens een seconde of meer langzamer rijden dan ik. Toen realiseerde ik me: ik heb echt een heel goede tijd neergezet.” Suzanne: “We zagen dat jij vanaf het middenterrein de tribunes af aan het speuren was, maar je kon ons niet vinden. Ondertussen werden wij steeds enthousiaster toen de een na de ander niet aan jouw tijd kwam.” Joep: “Toen ze ook in de laatste rit niet aan mijn tijd kwamen, was mijn eerste gedachte: holy fuck! Het kwam doordat ik het hele seizoen zo had geworsteld zo onverwachts. Echt onwerkelijk.” Suzanne: “Ik had nooit verwacht dat ik voor iemand anders zo zenuwachtig, blij en emotioneel kon zijn. Jouw moeder zei tegen me na de laatste rit: ‘Ga gewoon naar hem toe!’ Ik heb een lange sprint van de tribune naar het middenterrein getrokken.” Suzanne sprong Joep om zijn nek. Joep: “Zoveel dingen kwamen ineens bij elkaar. Toen ik jou zag, dacht ik: fuck it, nu mag even alles.” Helden Magazine nummer 79 Het eerste deel van het verhaal over Suzanne Schulting en Joep Wennemars komt uit Helden Magazine nummer 79. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine. Ben je al abonnee? Het interview en de complete editie zijn ook online te lezen in de app Mijn Magazines. Lekker lezen op je telefoon op tablet.

Baanwielrennen

Elis Ligtlee: ‘M’n leven staat alweer op z’n kop’

Elis Ligtlee (31) werd in 2016 olympische kampioen op de keirin. Tegenover de successen stonden ook diepe dalen. Twee jaar later, op haar 24ste, stopte ze met baanwielrennen. Het plezier was weg. Al snel werd ze moeder. Afgelopen zomer kreeg ze de boodschap waar ze al een paar jaar zo bang voor was: ze bleek borstkanker met uitzaaiingen naar de oksel te hebben. Tussen de chemo’s door nam ze de tijd om haar verhaal te doen. Met een stralende lach doet ze de deur van het huis van haar ouders in Eerbeek open. Ze vertelt dat ze een dag eerder haar negende chemokuur heeft gehad. “Maandag is chemodag. Laat ik het afkloppen, maar ik heb tot op heden weinig last van de chemo’s, ben er nog niet heel erg ziek van geworden.” Ze aait over haar kale hoofd. “Mijn haar heeft het alleen niet overleefd.” Elis Ligtlee vertelt dat ze een dag eerder haar eerder al kortgeknipte haar er helemaal af heeft gehaald. Ze gaat voor naar de keukentafel, vertelt dat het mooie huis van haar ouders beter geschikt is voor een interview en fotoshoot dan het huis waar zij met haar man Emmo, zoontje Lio van vijf en de tweeling Loek en Lola-Lou van twee woont, iets verderop in het Gelderse dorp. Vader Gerjan zet koffie en thee op tafel waar ook een hoofd van piepschuim staat waarop het haarstuk van Elis rust. “M’n leven staat ineens alweer op z’n kop,” zegt de vrouw die negen jaar geleden olympisch kampioen op de keirin werd in Rio en op haar 31ste bijna zeven jaar baanwielrenster-in-ruste is. Sinds haar 25ste weet Elis dat ze, net als haar moeder, draagster van het BRCA1-gen is. Het komt erop neer dat ze sinds zes jaar wist dat ze een verhoogde kans op borst- en eierstokkanker had. “Mijn moeder wist pas vanaf haar vijftigste dat ze het gen heeft. Haar zus had twee keer kanker gehad en toen is zij het gaan testen. Mijn moeder heeft, toen bleek dat ze het gen had, zowel haar borsten als haar eierstokken weg laten halen. Een paar jaar later kon ik op het gen worden getest. Toen bleek dat ik het gen had, dacht ik natuurlijk meteen ‘wat als’. Ik heb er ook over nagedacht preventief mijn borsten weg te laten halen. Ik besloot dat niet te doen. Mijn nicht heeft het gen ook, koos ervoor om haar borsten preventief te laten verwijderen, maar kreeg daarna alsnog kanker vanuit de oksel. Ik besloot me elk jaar te laten controleren, nog geen drastische beslissingen te nemen met de kans dat ik alsnog ziek zou worden. Natuurlijk heb ik geregeld gedacht: ik leef op een tijdbom. Maar die gedachte ging al snel naar de achtergrond. Op mijn 26ste raakte ik in verwachting van Lio en op mijn 28ste werd de tweeling geboren.” Ze zegt: “Ik ben trouwens ook nog drager van het Stickler- syndroom, onze tweeling Loek en Lola-Lou zijn daardoor geboren met een schisis, een open gehemelte. Ze zijn daar allebei op jonge leeftijd aan geholpen, ondervinden daar gelukkig helemaal geen last meer van.” Lachend: “Zo zie je maar: ik ben één grote genafwijking, maar wel mooi olympisch kampioen.” Dan serieus: “Alles draaide om de kinderen. Ik liet me controleren, maar maakte me eigenlijk niet heel erg druk. Ook al wist ik dat de kans dat ik op een dag kanker zou krijgen tussen de zestig en tachtig procent lag.” Helden Magazine nummer 79 Het eerste deel van het interview met Elis Ligtlee komt uit Helden Magazine nummer 79. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine. Ben je al abonnee? Het interview en de complete editie zijn ook online te lezen in de app Mijn Magazines. Lekker lezen op je telefoon op tablet.

Baanwielrennen

Harrie Lavreysen: ‘Ik laat me niet gek maken’

Harrie Lavreysen Harrie [...]
Harrie Lavreysen Harrie Lavreysen (27) is de te kloppen man in Parijs. De baanwielrenner heerst al jaren op de sprint, met de Nederlandse ploeg en individueel. Hoe gaat hij om met de immense verwachtingen? Hoe slaagt hij erin om al zo lang zijn sport te domineren? We leggen hem in Helden Magazine nummer 72 voor vertrek naar Parijs zeven stellingen voor. Ik eet, slaap en drink baanwielrennen “Ik sta ermee op en ga ermee naar bed, ben de hele dag bezig om te kijken of ik nog beter kan worden. Denk nou niet dat ik knettergek ben, of dat ik echt als een monnik leef, maar alle keuzes die ik maak, staan in het teken van baanwielrennen. Zeker in aanloop naar de Spelen. Steeds stel ik mezelf de vraag: word ik hier beter van?” Heb jij nog andere hobby’s dan baanwielrennen? “Niet echt. Als mensen die vraag stellen, antwoord ik vaak: films kijken. Daar kan ik nog wel voor gaan zitten. Maar verder...” Sta jij ondanks twee gouden olympische medailles en dertien wereldtitels nog voor elke training te popelen om weer de baan op te gaan? “Nou... Ik heb ook trainingen waarvan ik op voorhand al weet dat die heel veel pijn gaan doen. Maar ook dan denk ik: die heb ik nodig om weer ietsje beter te worden. Kijk, het is ook leuk om te trainen en makkelijker op te brengen als je steeds beloond wordt voor alle inspanningen.” Jij vertelde al eens eerder dat jij het verschil maakt doordat jij je lichaam in een bepaalde hoek kunt houden als je door de bochten rijdt en daardoor je krachten nog heel goed kwijt kunt waar dat bij concurrenten minder het geval is. En dat je voortdurend bezig bent jezelf en de concurrentie te analyseren. Knikt: “Daarbij komt nog dat ik door de jaren heen mijn lichaam beter heb leren kennen. Een aantal jaren geleden maakte mijn trainer Hugo Haak de trainingsprogramma’s en die voerde ik vervolgens uit. Nu schrijf ik ze ook zelf. Er zijn dus met de jaren wat dingen veranderd, maar de instelling is nog steeds dezelfde: dagelijks bezig zijn met verbeteren en steeds mezelf de vraag stellen of het goed is wat ik doe. Dat analyseren blijft erbij horen. Ook van de concurrentie. We hebben een database van wedstrijden. Bij elke wedstrijd is er iemand van ons aanwezig die niet alleen ons, maar ook alle concurrenten filmt. Ik kan heel makkelijk wedstrijden van mezelf en van een willekeurige concurrent opzoeken. Tijdens trainingen wordt ook alles gefilmd, zodat ik die meteen kan terugkijken.” Is die toewijding en discipline de sleutel van het succes? “Als ik een wedstrijd heb gereden, kan ik het wel even loslaten, maar al snel grijp ik terug op mijn routines. Voor de volgende wedstrijd ben ik al mijn tegenstanders alweer aan het bestuderen. Begin dit jaar deed ik niet mee aan de wereldbekerwedstrijd in Australië. Dat nam niet weg dat ik wel alles heb bekeken. Ik mag mezelf niet laten verrassen, moet zien wat voor ritten de andere renners gereden hebben. In een olympisch jaar ben ik daar nog scherper op.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Harrie Lavreysen komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Overig

Wie is de grootste: Merckx of Pogacar?

Tadej Pogačar lijkt [...]
Tadej Pogačar lijkt geboren om records te breken. Op zijn 26ste rijdt de Sloveen alsof hij het wielrennen opnieuw wil uitvinden. Nog nooit was één renner zó compleet, zó hongerig, zó dominant. Wie hem ziet koersen, begrijpt waarom de vergelijking met Eddy Merckx niet meer te vermijden is. Afgelopen seizoen won hij Luik-Bastenaken-Luik, Strade Bianche, de Ronde van Vlaanderen, de Tour de France, het WK én het EK. De grote koersen die nog ontbreken op zijn palmares? Milaan-San Remo, Parijs-Roubaix en de Vuelta – en zelfs die lijken slechts een kwestie van tijd. Dit weekend staat de laatste klassieker van 2025 op het programma: de Ronde van Lombardije. Een goed moment om met onze analisten te kijken naar de vraag die steeds luider klinkt: wie is nu écht de grootste wielrenner aller tijden? Eddy Merckx of Tadej Pogačar? Dumoulin: “De Vuelta zal in de toekomst zeker een doel voor hem worden en ik vermoed dat hij die volgend jaar zal willen rijden. En hij heeft ook al geroken dat het mogelijk is om Milaan-San Remo en Parijs-Roubaix te winnen.” Steeds vaker wordt hij vergeleken met Eddy Merckx, de succesvolste wielrenner aller tijden. Bijnaam: de Kannibaal, omdat hij in de jaren zestig en zeventig altijd en overal won. Kroon: “Het schijnt Merckxiaans te zijn wat Pogacar doet, maar ik heb dat tijdperk niet bewust meegemaakt. Wat ik wel weet is dat het in mijn tijd langer duurde voordat ronderenners tot volle wasdom kwamen. Pogacar won zijn eerste Tour op zijn 21ste. Evenpoel won de Vuelta op zijn 22ste. Afgelopen Giro werd Juan Ayuso op zijn 22ste al gebombardeerd tot favoriet. Pogacar werd in 2020 op zijn twintigste meteen al derde in de Vuelta, zijn eerste grote ronde. In mijn tijd was dat onmogelijk. Dat gebeurde gewoon niet.” Kroon, 49 inmiddels, was prof tussen 1999 en 2014. “Er is nu meer kennis over voeding, materiaal en trainingsschema’s, maar ik denk dat het grootste verschil is dat ze op een veel jongere leeftijd al professional zijn in hun hele doen en laten dan in onze tijd. Sommige renners leven vandaag de dag op hun veertiende professioneler voor het wielrennen dan ik op mijn 28ste.” [caption id="attachment_21734" align="alignnone" width="2560"] Pogacar viert zijn wereldtitel met vriendin Urška Žigart[/caption] Clement: “Als ik het sec bekijk, dan is Pogacar de beste wielrenner aller tijden. Je kunt hem met Eddy Merckx blijven vergelijken, maar dat heeft geen enkele zin. Het is nu een heel andere tijd. Je kunt Max Verstappen toch ook niet vergelijken met coureurs uit de jaren zestig en zeventig? Ja, Merckx heeft de meeste wedstrijden ooit gewonnen, maar er bestaat toch geen twijfel over wie van de twee de betere atleet is?” Pogacar kan nog jaren mee. Hij won afgelopen jaar voor de vierde keer de Tour. Jacques Anquetil, Merckx, Bernard Hinault en Miguel Indurain zijn recordhouders nadat de zeven Tourzeges van Lance Armstrong wegens doping werden weggestreept. Zij wonnen de Ronde van Frankrijk vijf keer. Een kwestie van tijd voordat Pogacar dat record in zijn eentje in handen heeft? Kroon: “Het is heel simpel: er gaat een keer een einde aan komen. Ook bij Pogacar. En met een beetje geluk of pech – net hoe je het wil zien - duurt het nog tien jaar.” Het laatste woord is aan de 42-jarige Clement, van 2003 tot en met 2018 prof. “Ik heb nooit met Evenepoel, Vingegaard, Van der Poel, Pogacar en Van Aert in één peloton gefietst, en ik ben toch echt nog niet zo lang geleden gestopt. Wat ik daarmee wil zeggen: het kan snel gaan. Nu is Pogacar de koning, maar de volgende superrenner kan zomaar opstaan. Pogacar heeft het wielrennen naar een nieuw level gebracht, hij is de beste ooit gezien zijn fysieke capaciteiten. Zoals ik denk dat Mathieu van der Poel de beste klassiekerrenner ooit is wat fysieke capaciteiten betreft. Dat doet niets af aan het palmares van Merckx en Jan Raas en noem die mannen maar op. Ze rijden nu zoveel harder, de concurrentie is zoveel groter en er wordt dus zoveel meer van een atleet gevraagd. De evolutie stopt vandaag niet.” Meer lezen? Thymen Arensman: Op zoek naar balans Jonas Vingegaard: 'Ik ben hongeriger dan ooit' Mathieu van der Poel: 'Ik voel me toch ook oud worden'

Basketbal

Jesse Edwards: ‘Ik koop mijn kleding nog gewoon bij de H&M’

De droom van Jesse Edwards kwam op 2 maart 2025 uit. Hij debuteerde in de NBA voor Minnesota Timberwolves. Helden sprak de 25-jarige basketballer toen hij even terug was in Amsterdam over zijn weg naar de top, de kleedkamer delen met supersterren en geluk in de liefde. “Ik ben niet zo’n extravagant type, koop mijn kleding nog steeds gewoon bij de H&M en Uniqlo,” zegt Jesse Edwards lachend in Bar Louie Louie in zijn geboorteplaats Amsterdam. De 25-jarige basketballer tekende eind juni 2024 een contract bij NBA-team Minnesota Timberwolves. “Veel Amerikaanse jongens die een NBA-contract tekenen, kopen meteen een dure auto of trakteren zichzelf op sieraden. Ik tekende tegelijk met twee Amerikaanse jongens een contract en een van hen kocht van zijn eerste salaris een gouden ketting met diamanten ter waarde van 60.000 dollar. Zo’n type ben ik niet, ik ben geen big spender.” Jesse is terug in Nederland om bij te komen van een jaar waarin zijn droom uit- kwam en zijn leven veranderde. Hij heeft in zijn vakantie genoeg tijd gehad om te laten bezinken wat hem allemaal is over- komen. De 2 meter 13 lange center de- buteerde op 2 maart dit jaar in de NBA, tegen Phoenix Suns. “Niet alleen mijn droom kwam uit, maar ook die van mijn ouders, die altijd alles voor mij hebben gedaan, en mijn broers Kai van 27 en Rens van dertig, met wie ik in Amsterdam altijd op de pleintjes speelde en basketbalwedstrijden keek op tv. Het is niet alleen mijn verdienste dat ik de NBA heb gehaald. Ik ben heel trots dat ik nu officieel als NBA- speler door het leven ga, maar heel lang ben ik niet met mijn hoofd in de wolken blijven lopen. Al snel greep ik terug naar mijn dagelijkse routines.” BASKETBALVIRUS Jesse is goedlachs en vriendelijk. En hij is rustig. Dat was vroeger wel anders, bekent hij lachend. “Ik was zo’n kind dat altijd kwijt was. Op vliegvelden, in supermarkten... mijn ouders waren altijd in de stress. Ik was een kleine avonturier. Pas op de middelbare school werd ik wat rustiger.” Jesse groeide op in de Amsterdamse wijk Watergraafsmeer, was vaak buiten te vinden met zijn broers. “We hadden overal sportveldjes in de buurt. Tot mijn dertiende was ik vooral met voetbal en atletiek bezig.” De broers raakten alle drie besmet met het basketbalvirus. Op zijn veertiende meldde Jesse zich aan bij Apollo. Hij speelde al snel in de eredivisie jeugd. Hoewel hij, net als zijn broers, laat begon met basketballen, twijfelde hij er niet aan dat hij op een dag iets groots zou bereiken. “Ik had altijd al een soort natuurlijke overtuiging. Voordat ik met basketbal begon, geloofde ik heilig dat ik de Olympische Spelen ging halen met atletiek. Rond mijn zeventiende begon ik echt te geloven dat ik de NBA kon halen. Dat kwam ook doordat mensen om me heen het tegen me zeiden. Als coaches, medespelers of trainers zeggen dat je het kunt, dan ga je dat op een gegeven moment ook geloven.” Maar vooral het feit dat broer Kai in die periode de overstap maakte naar Amerika om daar voor een collegeteam te basketballen, opende Jesse de ogen. “Tot dat moment ging ik wel stappen, meiden ontdekken en alle dingen doen die een nieuwsgierige jongen van zestien doet. Dat Kai naar Amerika ging was voor mij het keerpunt. Toen dacht ik: het kan dus echt. Kai heeft me uitgelegd hoe het werkt, me begeleid, tips gegeven. Het bereiken van de NBA veranderde van een droom in een plan. De knop ging om, ik ging echt leven voor mijn sport. Niet veel later vertrok ik ook naar Amerika. Zonder Kai had ik hier niet gestaan.” En sinds hij in de ban was van basketbal volgde hij uiteraard ook de sterren in de NBA. “LeBron James was natuurlijk iemand tegen wie ik opkeek, maar mijn favoriete speler is Giannis Antetokounmpo van Milwaukee Bucks. Zijn verhaal is inspirerend. Hij kwam als vluchteling naar Griekenland en groeide uit tot een van de grootste sterren in de NBA. Als we iets verder teruggaan in de tijd, vond ik Ray Allen ook heel vet. Zijn speelstijl was zó smooth.” Kai speelde na zijn tijd in Amerika drie jaar lang in Spanje, basketbalde vervolgens bij Feyenoord en is nu speler van Landstede Basketbal in Zwolle. De hechte band tussen de drie broers is altijd gebleven. “Voor mijn NBA-debuut dacht ik weleens: hoe zou dit voor Kai en Rens voelen? We begonnen met z’n drieën met basketballen, ik snap dat het confronterend kan zijn als je broertje ineens op het allerhoogste niveau speelt. Maar ik heb nooit ook maar een greintje jaloezie gevoeld. Ze gunnen me alles, zijn mijn beste vrienden. Als ik in Amsterdam ben, zijn zij de eersten die ik bel. Dan gaan we naar het strand, uit eten...” Meer lezen? Het eerste deel van het interview met Foeke Booy over David di Tomasso komt uit Helden Magazine nummer 78. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine.

Schaatsen

Love Game met Jesper de Jong en Pien Hersman

Met tennisser Jesper de Jong (25) en schaatsster Pien Hersman (21) [...]
Met tennisser Jesper de Jong (25) en schaatsster Pien Hersman (21) is er een nieuw topsportkoppel bij. Pien timmert hard aan de weg op de 500 meter, Jesper kwam dit jaar de top 100 van de wereldranglijst binnen. Tussen de tennistoernooien en voorbereidingen op het olympisch schaatsseizoen door nodigden wij hen uit voor een shoot in Helden Magazine 78. Pien: ''De komende negen jaar staat sport bij ons op de eerste plaats.'' Jesper de Jong en Pien Hersman “Vind je mijn make-up mooi?” vraagt Pien Hersman aan haar vriend Jesper de Jong als ze is opgemaakt voor de fotoshoot. Pien: “Jij zei laatst nog dat ik een meme-hoofd had…” Jesper schiet in de lach. “Als jij geen mascara op hebt, dan zie je er heel anders uit.” Pien: “Ik vraag ook weleens: zie je iets anders aan me? Dan heb ik bijvoorbeeld geen eyeliner op en zeg jij: ‘Je haar zit anders.’” Jesper: “Ik heb er geen verstand van, maar het is nu hartstikke mooi.” Lachend: “Maar als je een wedstrijd hebt, vind ik vaak dat jij ‘tv make-up’ opdoet.” Pien: “Ik kom ook op tv, dus vind het ook fijn om er een beetje goed uit te zien. En het is een ook een ritueel geworden, lekker lang make-uppen voor een wedstrijd.” Jesper: “Je ziet er ook goed uit zonder tv make-up.” Datingapp Ruim een half jaar geleden ontmoetten de twee elkaar. Jesper: “We hebben een tijdje geleden een video opgenomen met oud-tennisster Lexie Stevens voor haar serie Lexie Vraagt van KNLTB TV. Pien en ik hadden een verhaal verzonnen over hoe we elkaar hebben leren kennen. We zeiden dat ik in november in Alkmaar een huis aan het bezichtigen was en Pien toevallig in de buurt was omdat haar beste vriendin er woont. Ik zei dat ik ze had zien lopen, maar niet zeker wist of het Pien was. En dat ik later in een story op Instagram inderdaad had gezien dat Pien in Alkmaar was en ik haar daarna een berichtje had gestuurd. Iedereen geloofde het, maar er klopte niks van dat verhaal. We kwamen elkaar tegen op een datingapp.” Pien: “Jij kwam weleens in het nieuws, ik wist dus wel wie jij was. Maar ik had daar nooit speciale gedachten bij, of zo.” Jesper: “Schaatsers als Joy Beune en Kjeld Nuis kende ik natuurlijk wel van naam, maar jou nog niet. Ik volgde het schaatsen niet. Ik stuurde jou het eerste berichtje.” Pien: “Ik was met twee vrienden. Je komt op die app ook allemaal voetballers tegen, een vriend is voetbalfan en vroeg of hij even mocht kijken. Ik keek mee en we zagen Jesper voorbijkomen. Ik riep: hem wil ik liken. Een kwartier later stuurde je me al een berichtje.” Jesper: “Mijn openingszin was dat er een tennis- en schaats collab moest komen. Die hebben we dus ook gehad met Lexie. Eerst gingen we tennissen, daarna schaatsen.” Kun jij een beetje schaatsen? Jesper: “Nou, best aardig.” En Pien, kun jij een beetje tennissen? Jesper lachend: “Nee.” Pien lachend: “Ik heb vroeger een stuk of vijf tennislessen gehad. Ik was te sterk, sloeg alle ballen uit. Jij kon ook niet goed schaatsen, hoor, maar ik had verwacht dat je nog slechter zou zijn.” Jesper: “Ik had weleens geschaatst in mijn leven, maar pootje over kan ik alleen de verkeerde kant op, dus met de klok mee.” Wat vinden jullie zo leuk aan elkaar? Jesper: “Pien is zo spontaan, houdt haar mond niet. We lachen heel veel met elkaar. En daarnaast ben je ook nog eens heel knap en lief. Het is een feestje om met jou te zijn.” Pien: “Het klikte meteen. Bij de eerste date al merkte ik dat jij heel oprecht bent, je hebt een fijne energie waar ik me meteen veilig bij voelde. Je doet je niet anders voor, bent heel zorgzaam en betrokken. Je bent ook superlief en we hebben dezelfde sarcastische humor. Ik kan mezelf zijn. Je hebt gewoon een goed hart.” Lachend: “Oké dat zijn wel weer genoeg lieve woorden.” Ze vervolgt: “En we denken over veel dingen hetzelfde, ook over de toekomst.” Jesper: “Laatst zeiden we nog tegen elkaar: hoe zonde is het als je heel erg verliefd bent, maar anders denkt over de toekomst en daarom uit elkaar gaat? Niet dat we nu al met kinderen bezig zijn, hoor, maar we hebben het er wel over.” Helden Magazine nummer 78 Het eerste deel van het duo-interview met Jesper de Jong en Pien Hersman komt uit Helden Magazine nummer 78. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine.

Basketbal

Worthy de Jong: ‘Ik heb mezelf uitgevonden’

Hij is verantwoordelijk voor misschien wel het mooiste sportmoment [...]
Hij is verantwoordelijk voor misschien wel het mooiste sportmoment van 2024. In de extra tijd van de finale tegen thuisland Frankrijk schoot Worthy de Jong (36) de Nederlandse 3x3-basketballers naar de olympische titel. Victoria Koblenko ging voor het dubbeldikke jubileumnummer langs bij de man van ‘Het Gouden Schot’. Worthy de Jong Je vader was een basketballer in Suriname en vernoemde jou naar de bekende NBA-speler James Worthy. Welke rol speelde je vader in de keuze om te gaan basketballen? “Ik ben geboren in Suriname, toen ik twee was, gingen we met het gezin naar Nederland. Mijn ouders gingen uit elkaar toen ik zeven was. Mijn band met mijn vader veranderde daarna. Hij haalde me soms op, we basketbalden dan af en toe ook samen. Mijn vader was er eigenlijk meer een voorstander van dat ik ging voetballen, maar ik koos op m’n elfde voor basketbal en wilde natuurlijk beter worden dan mijn vader. Hij bracht me naar een net opgerichte club in Amsterdam-Zuidoost. Ik basketbalde vooral voor m’n plezier op dat moment, speelde ook geen competitie. Pas twee jaar later konden we ons als team inschrijven en competitie spelen. Toen werd ik echt verliefd.” Wat voor jongen was jij in die tijd? “Ik was geen straatjongen, geen hangjongere, speelde tot mijn achttiende nog verstoppertje. Ik was actief en atletisch, maar ook een lolbroek. Wat school betreft: ik lette niet altijd op, maar ben ook nooit blijven zitten. En wat mijn sport betreft: ik speelde eerst op pleintjes, vooral voor de lol, en moest bij de club ineens binnen structuren leren functioneren. Dat was wennen.” [caption id="attachment_20589" align="aligncenter" width="1707"] Worthy de Jong[/caption] Hoe liep het af met school? “Met minimale inspanning, omdat ik basketbal prioriteit gaf, heb ik het mbo-diploma retail gehaald. Ik bedacht: ik moet in elk geval een diploma halen voordat ik naar Amerika ga. Het is altijd mijn droom geweest om daarheen te gaan.” Hoe jaagde je die droom na als tiener? “Er waren heel veel obstakels. Om voet tussen de deur te krijgen in Amerika moest ik eerst mijn diploma’s laten vertalen. Het kostte allemaal veel geld om mijn basketbaldroom na te jagen. Mijn moeder heeft mij heel erg gesponsord. Ze zag er niet veel in, maar ik was enig kind en ze bracht dagelijks offers voor mijn droom. Ze heeft veel baantjes gehad, maakte onder meer huizen schoon. Soms moest ik mee om haar te helpen om nieuwe basketbalschoenen te kunnen bekostigen. Al die sportlessen, een busabonnement om naar school te gaan; mijn moeder heeft keihard gewerkt om het voor mij allemaal voor elkaar te krijgen.” Vis uit het water Hoe kwam je uiteindelijk in Amerika, het beloofde land voor basketballers, terecht? “Ik was achttien toen ik voor het eerst naar New York ging voor een try-out, maar de school kon me geen scholarship aanbieden. Daarna ben ik nog twee keer naar Texas gegaan. Er was een coach die het in me zag zitten, ben daar een maand geweest om met hem te trainen. Ik kon bij Ranger College terecht. Vervolgens ging ik terug naar Nederland om een visum en het papierwerk te regelen.” Maar de droom viel uiteindelijk in duigen. Hoe kwam dat? “Ik trok daar het leven rondom het basketbal niet. De bedoeling was om twee jaar te blijven, maar na een paar maanden wist ik al dat het leven daar in Texas mij totaal niet lag. Ik had verwacht dat het er heel anders aan toe zou gaan in Amerika.” Wat was er zo anders dan je had gedacht? “We hadden om half zes in de ochtend de eerste training, daarna hadden we meteen onze eerste les op school, om twaalf uur kreeg ik individuele trainingen, daarna weer terug naar school om ’s avonds weer te trainen. Daarna moest ik m’n huiswerk nog maken. En dat dag in dag uit. Ik ben een sociaal dier, miste mijn vrienden. Ik was daar als een vis uit het water.” Na terugkomst uit Amerika ben je een tijdje gestopt met basketballen. Waarom? “Mijn vrienden hadden geld bij elkaar gelegd om mijn ticket terug naar Nederland te betalen. Eenmaal weer hier miste ik de motivatie. Na een tijdje heb ik me toch weer aangesloten, bij een clubje in Urk. Daarna kreeg ik mijn eerste contract in Rotterdam.” Worthy krijgt tranen in zijn ogen. “Het was een lastige periode... Ik ben de laatste tijd erg emotioneel, waarschijnlijk doordat ik na onze gouden medaille besef waar ik vandaan ben gekomen. Ik zou niet de man zijn die ik nu ben zonder mijn vrienden. Wij kennen elkaar al 25 jaar. We kraken elkaar af, maken grappen over elkaar omdat we zo’n sterke, emotionele band hebben. Dan kun je dat heel goed van elkaar hebben. Wij zijn elkaars realitycheck. Maar we complimenteren elkaar ook, maken elkaar sterker en vinden het belangrijk om elkaar wekelijks te zien.” Hoe waren zij er voor jou toen je twee jaar geleden ging scheiden van de moeder van jullie zoons? “Ze stonden allemaal voor me klaar. De een zei: ‘Ik heb een bank of een bed voor je. Je kan komen wanneer je wil.’ De ander vroeg: ‘Heb je geld nodig?’ Mijn vrienden zijn mijn chosen family. Alles gaat opzij voor die jongens. Ik ben de jongste van onze vriendengroep van zes. En ik voel me gedragen door hen. Ze zorgen voor balans in mijn leven.” Je hoort juist vaak dat topsport en aandacht vriendschappen onder druk kunnen zetten. “Zij hebben ook allemaal gebasketbald, sommigen zijn nu basketbalcoach. Er schiet me een quote te binnen: ‘Er zijn weinig boeken waarin staat hoe je een goede vriend kan zijn voor iemand.’ Je denkt dat je een goede vriend bent als je hulp aanbiedt. Maar om hulp vragen, dát is pas vriendschap! Mijn vrienden zijn mijn mental coach.” Heb jij hen om hulp gevraagd? “Eerst niet. Ik hield ze op afstand toen ik door die donkere periode ging. Ze hebben me daarop aangesproken, zeiden dat we niet langs elkaar heen konden leven. Toen heb ik ze toegelaten en dat heeft me enorm geholpen.” Waarom liet je ze eerst niet toe? “Tot het twee jaar geleden uitging met de moeder van onze kinderen, had ik alles: een vrouw, kinderen, twee auto’s, een groot huis, ik verdiende genoeg. Mijn probleem: ik wist er niet van te houden. Gedachtes dat het leven niet meer de moeite waard was, overspoelden me.” Psychische druk en depressieve gevoelens zijn dingen waar sporters best wat vaker voor uit mogen komen. “We woonden in Almere en ik speelde in Leiden. Als ik in de auto zat op weg naar de club of naar huis, was mijn moment om tot rust te komen. Ik zocht hulp, maar ik besprak deze zaken niet met mijn vriendin. Ik ben uiteindelijk gaan praten met iemand over mijn struggle. Met de therapeute besprak ik wél waar ik mee zat. Onze relatie is ontploft, terwijl er geen sprake was van ontrouw. Ik heb er alles aan gedaan om niet uit elkaar te gaan. We zijn tien jaar samen geweest, maar ik hield alles binnen. Ik liet niet zien wat ik voelde en dat is funest geweest.” Het is voor een partner van een topsporter vaak ook zwaar om offers te brengen voor de allesoverheersende wil om te slagen als topsporter. “Klopt. Aan het begin van onze relatie was ik niet de speler die ik aan het einde van onze relatie was. Ik haalde mijn endorfine uit de sport, mijn ex niet.” Topsport bedrijven en een liefdesrelatie onderhouden: dat is best vaak een lastig verhaal, zo lijkt het. “Mijn eerste relatie duurde vijf jaar. Toen die voorbij was, heb ik mijn vrijheid gepakt. Ik ben geen feestbeest, maar die periode duurde, denk ik nu, te kort. Ik heb niet voldoende ruimte gepakt voor mezelf. De relatie met de moeder van mijn kinderen kwam achteraf te vroeg. Ik had mezelf nog niet uitgevonden. Nu wel, denk ik.” Het klinkt alsof je lange tijd op zoek bent geweest naar balans in het leven. “Kijk, als je als topsporter goed wil zijn, kun je die balans heus vinden. Maar als je als sportman een legacy wil achterlaten, dan is er geen ruimte voor balans. Sinds mijn ex en ik uit elkaar zijn, heb ik veel keuzes gemaakt voor mezelf. En in mijn drang om mijn legacy achter te laten, heb ik grote offers moeten brengen. Gewild en ongewild. Mijn relatie was een van de offers.” Vlaggendrager Je verruilde een paar jaar terug het gewone basketbal voor 3x3-basketbal. Met in het achterhoofd het idee om impact te maken. Met het winnen van de gouden olympische medaille, door het schot waarmee je de Fransen in overtime de das omdeed, heb je in één klap geschiedenis geschreven. Hoe zit je er nu mentaal in? “Deze periode van mijn leven heeft als thema: ik bepaal hoe een wedstrijd begint en eindigt. Ik ga lachend het veld op en stap er lachend vanaf. Ik maak niet de keuze om uren te gaan malen. Waarom zou ik blijven zitten in een moment dat me niet helpt? Dat heb ik tijdens de therapie geleerd en het werkt voor me.” Jij mocht samen met handbalster Lois Abbingh de Nederlandse vlag dragen tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Parijs. Hoe vond je dat? “Ik had eigenlijk helemaal geen zin om met de vlag rond te lopen, want dan zou ik geen foto’s kunnen maken. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kwam een keer langs bij de training. Ik grapte: dat is die wielrenner toch? Pieter zei: ‘Ik ken jouw verhaal, dat spreekt me aan. Zou jij de vlaggendrager willen zijn?’ Ik keek naar mijn teamgenoten toen hij me vroeg. Ik kon aan hen aflezen dat het een big deal was en daarom zei ik ja.” Sinds de gouden medaille komen mensen superlatieven tekort om jou op te hemelen. Als basketbalexperts je moeten omschrijven, dan benoemen ze jouw creativiteit en je onderscheidende vermogen oplossingen te zoeken en vinden waar andere spelers niet opkomen. Je bent razendsnel en neemt veel risico’s. Tijdens de vorige Spelen in Tokio was je nog een international van het gewone basketbalteam en nu ben je nummer één van de wereld op de ranglijst van 3x3-basketballers. Wat voel je daarbij? “Ooit maakte ik een moodboard en daarop had ik de olympische ringen getekend. Ik denk dat je pad voorbestemd is. Ik maakte in 2022 de keuze om te stoppen bij mijn club Leiden en de overstap te maken naar 3x3-basketbal. En twee jaar later keerde ik terug van de Spelen met een gouden plak. Die medaille is iets wat ik mijn moeder heel graag wilde geven. Ze is ernstig ziek, we weten niet hoelang ze nog heeft. Mijn doel was: de beste 3x3-basketballer van de wereld worden en de Olympische Spelen halen. Niet per se om daar een medaille te winnen, maar vooral om daar plezier te hebben. Het is allemaal gelukt in een week tijd. En nu hoeft mijn moeder zich ook geen zorgen te maken of ik het financieel wel goed zal hebben.” Oude hiphop Wat zijn de grote levenslessen die je van je moeder hebt meegekregen? “Dat ik plezier moet hebben en een goed persoon moet zijn. Mijn moeder heeft het nooit zo tegen me gezegd, maar het me laten zien. Ik bewonder hoe zij in het leven staat. Ze is sterk, zorgzaam en geeft niet op.” En hoe is de band met je vader, wat heb je van hem geleerd? “Het is een lange periode slecht gegaan met hem, maar nu gaat het goed. Hij heeft de boel op orde en wil weer deel uitmaken van mijn leven. Ik zie hem meer dan ooit. En dat is prima. Ik doe het allemaal wel in mijn tempo. Hoe hij met mijn moeder omging, zou ik in elk geval niet willen overnemen. Die les ben ik nog steeds aan het leren.” Wat voor vader ben jij voor je twee zoons? “Helaas een die er vaak niet is. Ik zit nu in een lastige tijd waarin mijn ex en ik overeenstemming moeten krijgen hoe vaak ik de kinderen zie.” Je hebt nu een relatie met Janis Boonstra, die ook aan 3x3-basketbald oet en net de Spelen miste met het Nederlands team. Waarom is zij de vrouw van je leven? “She is an old soul. Toen ik nog in Leiden speelde, ben ik een keer om twee uur ’s nachts naar haar toe gereden en daarna ben ik nooit meer weggegaan. Ze brengt rust in de chaos waarin ik leef. Als ik bij haar in Leeuwarden moest spelen, kwam ze kijken. Ze kende mij als speler, niet als persoon. Toen ik de transitie ging maken naar 3x3-basketbal, keek ik naar een 3x3- wedstrijd waarin zij speelde en geblesseerd raakte. Ze lag er een jaar uit. Tijdens haar revalidatie speelde ze een lied af op de speakers. Oude hiphop uit de nineties. Zo kwam ze bij mij op de radar. De intentie was niet om elkaar beter te leren kennen, maar toen mijn relatie op de klippen liep, was dat wel het geval. Samen met mijn vrienden was Janis er voor mij. Ze was een lichtpunt in een donkere periode. Haar lach en haar aanwezigheid gaven me heel veel rust. En nu versterken we elkaar. We begrijpen elkaar.” Je bent ineens een BN’er, werd gevraagd om een gouden Televizier- Ring uit te reiken. Je hebt grote indruk gemaakt. Voor veel kinderen uit Amsterdam-Zuidoost ben jij een grote inspiratiebron. Wat is er sinds de Spelen allemaal veranderd? “Ik ben niet heel spiritueel, maar de laatste tijd krijg ik steeds vaker het gevoel dat ik voorbestemd ben voor grotere dingen dan basketbal. Mijn impact gaat groter zijn buiten dan binnen het basketbal. Ik unlock steeds een nieuw stukje van mezelf. Natuurlijk wil ik de sport promoten, de sport beter achterlaten dan toen ik het aantrof. Dat wilde ik al voordat we goud wonnen. Maar nu heb ik ineens een groter publiek."