Word abonnee
Meer

Mountainbiken

Dé sportmomenten van 2025: de mentale strijd van Fem van Empel

En dat is drie. Fem van Empel veroverde op 1 februari na [...]
En dat is drie. Fem van Empel veroverde op 1 februari na een spannende strijd met Lucinda Brand en Puck Pieterse de hattrick aan wereldtitels veldrijden compleet in het Franse Lievin. Ze was nog maar 22 jaar toen ze voor het derde jaar op rij de regenboogtrui aan mocht trekken. Even zo vaak werd ze Europees kampioene. En dan te bedenken dat ze het veldrijden ook nog combineerde met het mountainbiken en wielrennen op de weg. Het leven lachte het multitalent toe. Afgelopen vrijdag maakte ze bekend voor onbepaalde tijd te stoppen met topsport, haar contract met Visma-Lease a Bike wordt daarom op 1 januari beëindigd. We wensen haar alle geluk. Schijn bedriegt. Terwijl Fem de sportieve successen opstapelde, vocht ze tegelijkertijd een mentale strijd uit met zichzelf. Met een korte, openhartige boodschap op haar Instagram maakte ze In maart bekend dat ze een pauze in ging lassen. "Ik voelde eigenlijk allang dat het niet goed met me ging," vertelde ze in oktober een interview met Sporza. Ze voelde al langere tijd dat het niet goed met haar ging. "Maar als sportief alles heel goed gaat, is het lastig om te zeggen: we stoppen ermee. Ook al is het gevoel bij jezelf niet goed. Voor de buitenwereld heb ik goed verbloemd dat het helemaal niet goed met me ging. Als sporter was ik succesvol, maar dat had zijn consequenties op menselijk vlak." Het perfectionisme van Fem zat haar in de weg. "Ik mocht niks meer van mezelf. Ik kon zelfs niet meer genieten van een vrije dag om eens iets anders te gaan doen. Het ging non stop door. Ik was mezelf niet meer. En ik ben blij dat ik dat toen ook openlijk uitgesproken heb. Daar ben ik misschien nog wel het meest trots op. Ik heb me toen kwetsbaar opgesteld, zonder ermee bezig te zijn wat de reacties zouden zijn. Ik koos voor mezelf op dat moment. Het ging erom om mezelf weer te ontdekken." Tijdens de break van het fietsen deed ze ‘heel normale dingen’. "De stad in om iets te eten, met vrienden afspreken, lange wandeltochten met m'n oom. Het heeft me zoveel inzicht gebracht over hoe ik het op een andere manier wil doen." ‘Ik heb verbloemd dat het niet goed ging’ In oktober keerde ze terug. Ze verklapte dat de focus op veldrijden ging, dat het wielrennen op de weg niet de prioriteit meer heeft. Ze wil dingen doen waar ze lol aan beleeft. Maar al snel kneep ze opnieuw in de remmen. Een radiostilte volgde. Bondscoach Gerben de Knegt zei tegen Het Nieuwsblad: “Ik weet wat er speelt. Ze zit fysiek en mentaal niet in haar beste periode. Laten we het daar dan maar op houden.”

Veldrijden

Dé sportmomenten van 2025: het superjaar van Mathieu van der Poel

Het was opnieuw een superjaar voor Mathieu van der Poel. [...]
Het was opnieuw een superjaar voor Mathieu van der Poel. Begin februari veroverde hij met groot vertoon van macht zijn zevende wereldtitel in het veldrijden. Daarmee evenaarde hij het record van Erik De Vlaeminck. Vervolgens maakte MvdP de overstap naar de weg. En daar kwam hij die andere veelvraat tegen: Tadej Pogacar. De twee maakten er een spektakel van in de voorjaarsklassiekers. Mathieu won Milaan- San Remo en liet Filippo Ganna en Pogi achter zich. Matje won ook Parijs-Roubaix, voor de in de Hel van het Noorden debuterende Pogacar, die een week eerder op zijn beurt van der Poel naar de tweede plek verwees in de Ronde van Vlaanderen. De volgende ‘afspraak’ was de Tour de France. Mathieu won de tweede etappe, na een sprint bergop in de Boulogne-sur-Mer, en bleef – opnieuw – Pogacar voor. Mathieu pakte het geel en droeg dat in totaal vier dagen. Van der Poel bleef in de aanval gaan in de Tour, totdat hij de laatste week op moest geven met een longontsteking. Daarna maakte de alleskunner de overstap naar de mountainbike, reed het WK in Crans-Montana in Canada en werd daar 29ste. Na wereldtitels op de weg, het gravel en in het veldrijden, is de regenboogtrui in het mountainbiken iets wat hij graag nog van zijn to-do-lijstje af wil strepen. Er blijft nog wat te wensen over. Zijn commentaar na afloop: ‘Ik had mijn dag niet’. Zelfs van der Poel heeft dus heel soms van die dagen.

Atletiek

Dé sportmomenten van 2025: de estafettemannen schrijven historie

Nsisak Ekpo, Elvis Afrifa, Taymir Burnet en Xavi Mo-Ajok [...]
Nsisak Ekpo, Elvis Afrifa, Taymir Burnet en Xavi Mo-Ajok zorgde voor een flinke verrassing op de WK atletiek van afgelopen zomer. De estafetteploeg plaatstte zich als laatste voor de finale, maar kwamen als derde over de finishlijn op de 4x100 meter estafette. Ze pakte niet alleen een medaille, maar waren met een tijd van 37,87 seconden sneller dan ooit en verbraken zo ook het zes jaar oude Nederlandse record. Slotloper Afrifa was tijdens de laatste etappe zelfs sneller dan het Amerikaanse sprintfenomeen Noah Lyles, die desondanks wel met de Amerikaanse ploeg goud won. "Toen ik het stokje kreeg, zag ik dat we derde lagen", zei Afrifa. "Toen was het voor mijn leven naar de finish rennen. Ongeloof, euforie, alles van het hele jaar is er nu uitgekomen” vertelde hij voor de camera van de NOS.

Atletiek

Dé sportmomenten van 2025: het Jessica Schilder-effect

2025 was voor Jessica Schilder een jaar om nooit te [...]
2025 was voor Jessica Schilder een jaar om nooit te vergeten. Ze stootte haar kogel nog nooit zover als dit jaar. Het leverde haar een goud op het WK outdoor, zilver op de EK en zilver op de WK indoor op. Ook werd ze door de atletiekbond verkozen tot atlete van het jaar. “Geweldig dat het zo goed gaat met de atletiek in Nederland. Dat ze mij bestempelen als ‘de Femke Bol van het kogelstoten’ vind ik een groot compliment. Of ze Femke straks de Jessica Schilder van de 400 meter hordenlopen moeten noemen? Nee, daar doen we Femke echt te kort mee. Ik heb al een paar keer op een poster gestaan van European Athletics. Ik, als kogelstootster, hoe mooi is dat? Bij de FBK Games en de EK indoor in Apeldoorn werd er echt even gewacht totdat ik mijn kogel had gestoten voordat het programma van de andere atletieknummers weer doorging. Ik wist: nu is alle aandacht op mij gericht. Het geeft enerzijds een kick, maar tegelijkertijd zorgt het voor extra druk. Bij de EK in Apeldoorn heb ik laten zien dat ik onder die druk heel goed kan presteren. Voor mijn gevoel zat heel Nederland, inclusief de koning, in de zaal en ik stootte beter dan ik ooit had gedaan. Wat ik ook echt heel leuk vind, is dat ik ook steeds meer jonge meiden naar Papendal zie komen om zich te concentreren op de werpnummers. Of dat het Jessica Schilder-effect is? Nou, dat weet ik niet, hoor. Maar die talenten help ik natuurlijk graag. Als ik zo’n meisje met een kogel in de hand zie, denk ik geregeld: dat is net een kleine Jessica, gaat zij op een dag mijn Nederlands record verbreken?”

Roeien

Dé sportmomenten van 2025: Roeien doe je zo

Op de WK in het Chinese Shanghai werd - na het ongekende [...]
Op de WK in het Chinese Shanghai werd - na het ongekende succes op de Spelen van 2024 - opnieuw Nederlandse roeigeschiedenis geschreven. Nooit eerder werden de Nederlandse mannen- en vrouwenacht wereldkampioen. Bovendien won voor het eerst in veertig jaar een land met beide ‘achten’ de wereldtitel, nadat dit in 1985 door de Sovjet-Unie was gepresteerd. De vrouwen sloegen als eerste toe. De boot met Linn van Aanholt, Nika Vos, Lisanne van der Lelij, Vera Sneijders, Hermijntje Drenth, Ilse Kolkman, Ymkje Clevering, Tinka Offereins en stuur Dieuwke Fetter won met overmacht. Twintig minuten later kon roeister Tinka haar geliefde Mick Makker in de armen vliegen, die samen met Eli Brouwer, Finn Florijn, Wibout Rustenburg, Jorn Salverda, Sander de Graaf, Pieter van Veen, Jan van der Bij en stuur Jonna de Vries de titel pakte. Laatstgenoemde stapte over van de in het verleden zo grote kwelgeest van de Holland Acht, Groot-Brittannië. Zij nam de plaats in van Dieuwke Fetter, die weer de mannenacht verruilde voor de vrouwenboot. Ook bijzonder: Diederik Simon, huidig coach van de Holland Acht, was in 1996 nog een van de roeiers tijdens de olympische gouden race van de mannenboot in Atlanta. Zijn toenmalige ploeggenoot was Ronald Florijn, vader van de huidige Holland Acht-roeier Finn Florijn. Kortom, het was een voorbeeld van: roeien, sturen én coachen doe je zo. Held van het Jaar 2025 2025 was een jaar vol nieuwe Helden, emotionele afscheidsmomenten en indrukwekkende verhalen van doorzetters die opstonden. De afgelopen elf maanden hebben Julie vol enthousiasme telkens weer jullie Held van de Maand gekozen: Angel Daleman, Jenning de Boo, Kimberley Bos, Virgil van Dijk, Daphne van Domselaar, Kees Smit, Thymen Arensman, Zoë Sedney, Jessica Schilder, Hetty van de Wouw en Femke Kok. Maar… we doen er nog een schepje bovenop! We hebben de lijst aangevuld met vijf wildcards: toppers die volgens ons absoluut niet mogen ontbreken: Mathieu van der Poel, Joy Beune, Joep Wennemars, Harrie Lavreysen en Femke Bol. Stem nu op jouw Held van het Jaar.

Atletiek

Dé sportmomenten van 2025: Femke Bol zwaait af met goud

 Femke Bol liep ook dit jaar als een gazelle over de [...]
 Femke Bol liep ook dit jaar als een gazelle over de atletiekbaan. Alle races op ‘haar’ 400 meter horden won ze. In de WK-finale in Tokio was ze oppermachtig. Ze won haar tweede wereldtitel op die discipline. Daarnaast won ze ook nog zilver op de gemengde 4x400 meter estafette en brons op de 4x400 meter estafette voor vrouwenteams. Vanwege die prestaties werd ze voor de derde keer gekozen als Europees atlete van het jaar.  In Femke – die dit jaar ook nog een huwelijksaanzoek kreeg van haar Belgische vriend Ben Broeders en een kinderboek met de titel ‘Go Femke! Team TOFF gaat ervoor!’ uitbracht - zit ook dat ze uitgedaagd wil blijven worden. Waar anderen in haar plaats nog jarenlang de medailles binnen zouden harken op de 400 meter horden, nam zij na het WK een drastisch besluit. Ze stopt met de 400 meter horden en gaat een ‘extra rondje zonder hindernissen’ rennen. Vanaf heden richt ze zich dus op de 800 meter, de afstand waarop Ellen van Langen in 1992 olympisch goud veroverde. De atletiekwereld was in rep en roer. Op haar 25ste begint ze aan een omscholingstraject. Of ze in haar tweede atletiekcarrière nou succesvol zal zijn of niet; de prijs voor de grootste durfal van in de sport gaat naar Femke Bol.

Handbal

Dione Housheer: in de schijnwerpers

Handbalster Dione Housheer is 26 en heeft nu al bereikt waar ze als jong meisje van droomde. Ze werd wereldkampioen met het Nederlands team in 2019 en won afgelopen seizoen de Champions League met haar Hongaarse club Györ. Hoog tijd om een van de nieuwe boegbeelden van Oranje beter te leren kennen in aanloop naar het WK handbal in Duitsland en Nederland (27 november - 14 december). Mijn looks “Ik ben kleurrijk. Dat komt door mijn rode haar, maar ook door mijn persoonlijkheid. Ik ben vrolijk en energiek, draag graag kleur. Je ziet wel iemand staan als je naar me kijkt. Ik was iets meer een buitenbeentje qua uiterlijk en viel daarom op. Vroeger op school trok ik aandacht vanwege mijn haar. En mijn huid is ook wat witter dan gemiddeld. Ik werd niet gepest, maar er werd wel over me gesproken en geregeld ‘ginger’, ‘vuurtoren’ of iets anders in die strekking naar me geroepen. Soms dacht ik: het was rustiger geweest als ik gewoon blond of donker haar had gehad. Toch raakten die opmerkingen me niet echt, ik was vroeger al mondig en riep altijd wel wat terug. En ik heb ook geregeld complimenten gekregen, hoor. Mensen zeiden ook: ‘Wat heb jij mooi haar, had ik dat maar.’ Mijn rode haar ervaar ik meer als positief dan negatief, ik zou niet anders willen.” Lachend: “Een voordeel is dat mijn oma mij altijd meteen herkende op tv, omdat ik als enige rood haar heb in het team. Ik ben trots op mijn lichaam en wat het aankan. Wij krijgen enorme klappen in het veld. Ik draag een knielap omdat ik vaak op mijn knie val, en twee enkelbraces, omdat ik beide enkelbanden vroeger heb afgescheurd. En ik moet extra aandacht aan mijn schouder besteden. Mijn hele linkerarm krijgt veel te verduren, ik haal er zoveel kracht uit bij een worp. Ik ben net 26, maar ik merk inmiddels wel dat het fysiek zwaarder wordt. Ik speel al een aantal jaren in de Champions League en het speelschema is intens. Vakantie of überhaupt een dag vrij hebben wij nauwelijks. Voorheen dacht ik: we hebben getraind, ik ben nu klaar. Tegenwoordig denk ik: na de training begint het pas, het is zaak zo snel mogelijk te herstellen door mid- del van goede fysiotherapie, massages en goede voeding. Dat onderschatten buitenstaanders weleens. Die denken: je handbalt een paar uur per dag, dat is het. Maar wat er allemaal bij komt kij- ken, is best veel.” Helden Magazine nummer 79 Het eerste deel van het verhaal over Dione Housheer komt uit Helden Magazine nummer 79. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine. Ben je al abonnee? Het interview en de complete editie zijn ook online te lezen in de app Mijn Magazines. Lekker lezen op je telefoon op tablet.

Atletiek

Abdi Nageeye: roeien tegen de stroom in

Abdi Nageeye (36) groeide de afgelopen jaren uit tot een wereldtopper. Hij won al drie marathons en olympisch zilver. Daarnaast scherpte hij dit jaar in Londen het nationaal record aan tot 2.04.20. De tijd van oogsten is nog niet voorbij. Nog lang niet zelfs. “Frank Sinatra zong: ‘I did it my way.’ Dat is niet voor niets mijn levenslied.” Op het gezicht van Abdi Nageeye lijkt een glimlach gebeiteld. Zelden is hij chagrijnig of boos. “Ik kijk altijd naar het positieve, negatieve dingen probeer ik zo snel mogelijk uit mijn systeem te krijgen. Dat is denk ik deels mijn karakter, maar dat heb ik met de jaren ook geleerd. Als topsporter moet je niet te veel zorgen hebben, rust in het hoofd is zo belangrijk,” vertelt Abdi terwijl hij een slok van zijn koffie neemt. Hij heeft net een uurtje hardgelopen door het Goffert Park, dat is het medicijn om vrolijk aan de dag te kunnen beginnen. Want doet hij dat niet, dan wordt hij onrustig, voelt hij zich een gekooide tijger. Kenia Abdi verblijft het grootste gedeelte van het jaar in Kenia, waar hij woont en traint met zijn vrouw en vijf kinderen. Hij is even in Nederland voor besprekingen met zijn in Nijmegen gevestigde managementbureau Global Sports Communication en reist daarna door naar Amerika voor een trainingskamp van zes weken. De laatste keer dat hij in actie kwam in wedstrijdverband was op 27 april, tijdens zijn debuut op de TCS London Marathon. Hij verbeterde zijn Nederlands record met 25 seconden tot 2.04.20, maar de tevredenheid overheerste niet meteen na af- loop. Tijdens het interview voor de camera van de NOS hoorde hij dat de fotofinish had uitgewezen dat hij niet derde, zoals eer- der werd geroepen, maar vierde was geworden. Weg podium. Bovendien vocht hij in de laatste kilometers tegen de kramp. Abdi schudt grinnikend zijn hoofd als hij terugdenkt aan Londen. “Voor mijn gevoel was ik de laatste acht kilometer aan het joggen. Toen ik zag dat ik een persoonlijk record had gelopen, was mijn eerste gedachte: dat klopt niet. Maar zonder die kramp had ik het Europees record van 2.03.36 én de derde plaats gepakt. Zeker weten. Mijn gevoelens wisselden voort- durend van teleurstelling naar blijdschap. Terug in het hotel, onder de douche, daalde alles pas in. Ik voelde geen verzuring en geen pijn, was eigenlijk ook helemaal niet moe. Amazing, toch? Nu, een paar maanden later, overheerst tevredenheid. Ik weet dat ik nog veel harder kan dan in Londen. Dat motiveert enorm. Ik ben 36, word nog elke keer beter. Crazy.” Rijpen Abdi ging de wereld over toen hij in 2021 olympisch zilver pakte achter ‘marathonkoning’ Eliud Kipchoge, zijn collega bij het NN Running Team. Maar dat hij ondertussen nog oog had voor zijn maatje en trainingsgenoot Bashir Abdi, net als hij geboren in Somalië en door de onrust aldaar gevlucht naar België, en hem met succes aanmoedigde het brons te pakken, gaf de medaille nog meer glans. Daarna won hij tot twee keer toe – in 2022 en 2024 – de NN Marathon Rotterdam. Op 3 november vorig jaar won Abdi de TCS New York City Marathon, die deel uitmaakt van de serie van zeven jaarlijkse World Marathon Majors, zeg maar de Grand Slam-toernooien van het marathonlopen. “Ik heb de afgelopen twee jaar veel veranderd aan mijn trainingen, heb mijn voeding aangepast en ik slaap meer. Hoe ouder ik word, des te makkelijker ik het vind om alles opzij te schuiven voor het hardlopen. Ik ben rustiger in mijn hoofd.” Abdi vertelt dat hij geregeld contact heeft met jonge marathonlopers. “Als ik de dingen hoor waar zij tegenaanlopen, denk ik vaak: herkenbaar, dat had ik tien jaar terug ook. Een marathonloper moet eerst rijpen, moet de nodige dingen hebben meegemaakt in het leven; verbroken relaties, de geboorte van kinderen. Met de levenservaring komt de rust. Althans, dat is bij mij het geval. Ik heb niet meer het gevoel dat ik dingen mis. Als ik een paar jaar terug naar Nederland ging, dan wilde ik van alles en vond ik het lastig om ook nog mijn training te doen. Nu niet meer. Ik hoef alleen maar een killer te zijn tijdens mijn trainingen. Doordat die onrust er niet meer is, is het makkelijker om me volledig te focussen op het hardlopen.” Van Abdi is bekend dat hij meteen na een marathon tot diep in de nacht op stap ging. Dat was voor hem de afsluiting van maandenlang volledig voor zijn sport leven en tegelijkertijd had hij het nodig om de batterij weer op te laden om aan de voor- bereiding op de volgende wedstrijd te beginnen. “Ook op dat vlak ben ik ouder en wijzer geworden,” zegt Abdi breed glimlachend. “Na de London Marathon sliep ik al om twaalf uur. Ik werd de volgende ochtend wakker en dacht meteen: ik ben zo blij dat ik niet uit ben geweest. De tijd van stappen is voorbij. Ik ben in Londen samen met Sifan Hassan, de mensen van ons management en de begeleiding uiteten geweest in een fantastisch restaurant. We hebben heerlijk gegeten en gekletst en daarna ben ik gaan slapen. Ik werd fris wakker en kon twee dagen later de training alweer oppakken. Daar haal ik meer voldoening uit dan een avond op stap.” Meer lezen? Sifan Hassan: 'Ik ben geen superwoman' Eliud Kipchoge: 'Hardlopen is het beste medicijn dat er is' Anne Luijten: 'Je zou haast in magie geloven'

Atletiek

Jessica Schilder: ‘Kogelstoten is weer eens wat anders, hè’

Met Jessica Schilder (26) heeft Nederland een wereldtopper [...]
Met Jessica Schilder (26) heeft Nederland een wereldtopper in het kogelstoten. Bij de WK in Tokio (13 – 21 september) geldt ze als kanshebber voor een medaille. We spreken haar over valangst, haar lichaam, daten, tatoeages, Volendam en de droom om op een dag de kogel voorbij de magische grens van 21 meter te stoten. Mijn naam “Bij de achternaam Schilder denken mensen meteen aan Volendam. En ja, daar kom ik ook vandaan. Vaak krijg ik de vraag of ik familie ben van zanger Nick Schilder of zangeres Anny Schilder. Dat is niet het geval. Volendam is natuurlijk bekend om de muziek die ervandaan komt en van de sport, vooral voetbal en handbal zijn er populair. Toen ik op mijn zevende met vriendinnen begon met atletiek werd al snel duidelijk dat de werponderdelen mij het best lagen.” Lachend: “Mijn ouders zijn harstikke trots op me, hoor, zijn mijn grootste fans, maar ze hadden misschien in eerste instantie liever gezien dat ik de nieuwe Dafne Schippers zou worden. In Volendam word ik helemaal omarmd. Kogelstoten is weer eens wat anders, hè? Ik kom trouwens niet heel vaak meer in Volendam, woon voor mijn sport op Papendal. Ik vind het altijd heerlijk als ik weer in Volendam ben. Niet dat ik per se op De Dijk wil rondlopen, want ik ben nooit van het uitgaan geweest, maar ik mis soms wel mijn familie en vrienden. Als ik het Volendamse dialect hoor, denk ik: ik ben weer thuis.” Mijn sport “Toen ik het kogelstoten bij de Olympische Spelen van 2012 op tv zag, moest ik huilen. Ik wist ineens: daar wil ik op een dag staan. Ik vond kogelstoten niet alleen leuk, ik kon er ook mijn frustraties in kwijt. Als ik baalde van school, raakte ik mijn irritaties kwijt door de kogel zo ver mogelijk weg te stoten. Anderen gingen in de puberteit als uitlaatklep op boksen of kickboksen, ik pakte de kogel. En het was natuurlijk ook fijn om te merken dat ik van jongs af aan verder stootte dan de rest, dat motiveerde enorm. Op mijn dertiende werd ik in het Olympisch Stadion Nederlands jeugd- kampioen, maar ik ben wel een tijdje een buitenbeentje geweest binnen de atletiek. Veel kogelstoters waren er niet in Nederland. De sport heeft ook lang een bepaald imago gehad. Bij hardlopers als Femke Bol en Lieke Klaver zien mensen hun lichamen en ze snappen meteen dat er heel veel training aan te pas komt om er zo uit te zien en zo goed te zijn. Ik heb een heel ander lichaam dan de sprintsters, moest veel vaker uitleggen wat ik moest doen en laten voor m’n sport. Veel van de kogelstoters waren ook nog eens heel groot en fors. De laatste jaren draait het bij kogelstoten steeds meer om de combinatie van kracht en souplesse. Er is een generatie opgestaan van meiden die wel sterk zijn, maar niet dik.” Mijn lichaam “Vriendinnen voelen zich altijd een stuk veiliger als ik erbij ben. Als we de stad ingaan, hoor ik vaak: ‘Jessica gaat voorop.’ Ik ervaar af en toe dat mensen geïntimideerd door mij raken. Ik val natuurlijk op, ben gespierder dan de meeste vrouwen, volg voor een gedeelte ook het krachtprogramma van de gewichtheffers. Hier op Papendal merk ik geregeld dat ik sterker ben dan veel mannen. Ik doe veel squats tijdens de krachttraining, kan meer dan tweehonderd kilo squatten. Ik ben wel atletisch, maar heb geen Lieke Klaver-lichaam. Heel mooi vind ik al die spieren niet, ik kijk soms liever niet in de spiegel. Het is een soort spagaat waarin ik zit, want ik heb die spieren nodig als ik goed wil zijn in mijn sport en mee wil doen aan de Olympische Spelen. Mijn grote doel is de beste van de wereld worden. Dat betekent dat ik nog gespierder moet worden, want dat is nodig als ik verder wil stoten. Ik moet accepteren dat dit lichaam erbij hoort, dat is een proces. De afgelopen jaren ben ik er steeds meer aan gaan wennen. Bij aankomst in Xiamen, waar de eerste Diamond League van dit jaar was, bleek dat mijn koffer niet aan was gekomen. Ik had in mijn handbagage een reservetenue, maar dat was een veel strakker pakje dan ik normaal gesproken draag. Noodgedwongen droeg ik voor het eerst geen losse kleding tijdens een wedstrijd. Het zat me niet in de weg, ik won en verbeterde mijn Nederlands record tot 20,47 meter. Ik kreeg na afloop zoveel complimenten over mijn kleding. Ook collega-atleten zeiden dat het me heel goed stond. Als ik nu ook foto’s zie van mezelf in strakkere kleding, dan denk ik: dat staat me best goed.” Meer lezen Dafne Schippers: 'Het was een rollercoaster' Femke Bol: 'Ik wist niet dat ik zo hard kon'

Atletiek

Armand Duplantis legt de lat steeds hoger

Het is een beeld dat de atletiekwereld inmiddels [...]
Het is een beeld dat de atletiekwereld inmiddels kent: een doodstil stadion dat Armand Duplantis ogenschijnlijk moeiteloos over een nieuwe recordhoogte ziet zweven. Polsstokhoogspringen was lange tijd een niche binnen de atletiek, maar dankzij de Amerikaanse Zweed kijken er plots miljoenen mensen naar. Zijn optredens zijn evenementen op zich geworden waarbij de vraag elke keer is of hij nóg hoger kan. Tijd voor ons om eens in zijn leven te duiken. Van knutselwerk naar wereldrecord Armand ‘Mondo’ Duplantis werd geboren op 10 november 1999 en groeide op in een sportief gezin in de Amerikaanse stad Lafayette. Zijn vader was polsstokhoogspringer voor de Verenigde Staten en zijn moeder, die Zweeds is, speelde volleybal en is een voormalig meerkamp-atlete. Aan goede genen geen gebrek . In de achtertuin van het ouderlijk huis bouwde zijn vader een polsstokinstallatie waar Armand als kind urenlang oefende. Zijn carrière werd een ware familieaangelegenheid. Vader Greg, die nog steeds zijn coach is, gaf hem tips en moeder Helena coachte hem op het gebied van fitness en kracht. Daarnaast keek de jonge Duplantis uren naar zijn favoriete polsstokhoogspringer: Renaud Lavillenie. Hij sprong op zijn achtste al hoger dan veel tieners en brak op 15-jarige leeftijd al meerdere jeugdwereldrecords. Ondanks dat hij opgroeide in de Verenigde Staten koos hij ervoor om op het internationale podium voor Zweden uit te komen. De familie bracht de zomers door in het thuisland van zijn moeder en daar merkte hij hoe belangrijk atletiek voor het land is. [caption id="attachment_21638" align="alignnone" width="2560"] Armand Duplantis verbreekt het wereldrecord en wint goud op de Spelen in Parijs[/caption] Vooruitblik op het WK Op vijftienjarige leeftijd sprong hij al hoger dan de meeste senioren. En toen hij in 2020 als 20-jarige het wereldrecord brak, werd duidelijk dat hij een zeldzaam talent was. Records verbreken deed hij inmiddels al meer dan twaalf keer, vaak maar met één centimeter ten opzichte van zijn vorige wereldrecord. Niet gek als je bedenkt dat hij per wereldrecord een ‘wereldecordbonus’ krijgt die kan oplopen tot 100.000 dollar. Op 12 augustus verbeterde hij, tijdens de Diamond League wedstrijd in Boedapast, voor het laatst zijn wereldrecord van 6,28 naar 6,29 meter. Het WK atletiek 2025 belooft opnieuw een podium te worden voor Duplantis. De concurrentie is er, maar eerlijk is eerlijk: niemand lijkt in de buurt te komen van zijn niveau. De vraag is niet zozeer of hij wint, maar hoeveel risico hij durft te nemen. Gaat hij opnieuw proberen zijn eigen wereldrecord aan te scherpen? Meer lezen? Sifan Hassan: 'Ik ben geen Super Woman' Femke Bol: 'Ik wist niet eens dat ik zo hard kon' Tim Montgomery: 'Ik wilde maar één ding: dood'