Voetbal
Het lijkt een kwestie van tijd voordat Donny van de Beek (22) naar een Europese topclub vertrekt. We legden de Ajacied en speler van het Nederlands elftal elf stellingen voor over onder meer het boerenprotest, broertje Rody, Raymond van Barneveld en schoonvader Dennis Bergkamp.
Na een slechte wedstrijd ga ik op de vlucht voor Sjaak Swart.
Lachend: “Soms wel. Sjaak is Ajacied in hart en nieren en na een wedstrijd kan hij weleens emotioneel zijn.”
En op jou is hij misschien net wat kritischer?
“Ik denk het wel. Maar vaak denkt hij er hetzelfde over als ik. Hij kan ook nog weleens wat dingetjes over de scheidsrechter zeggen. Ik heb een supergoede band met Sjaak, hij speelt een grote rol in mijn voetbalcarrière.”
Hoe is dat zo ontstaan?
“Sjaak keek naar alle jeugdwedstrijden en wist toen al wie iedereen was. Daar ontstond ons contact. Hij opperde een keer dat ik altijd bij hem kon blijven slapen als dat nodig was. Daar heb ik vaak gebruik van gemaakt. Het was fijn dat ik niet iedere middag of avond terug naar Nijkerkerveen hoefde als ik ’s ochtends weer vroeg op de club moest zijn. ’s Avonds praatten we over voetbal en in de ochtend kreeg ik verse jus d’orange van zijn vrouw Andrea. Ik zie Sjaak nog steeds vaak. Ik ga geregeld een hapje eten met hem of ik ga bij hem en zijn vrouw langs. Dat zal altijd zo blijven.”
Sjaak Swart is 81. Onlangs overleed Barry Hulshoff, hij was een beetje de voetbalvader van Matthijs de Ligt. Meer generatiegenoten van Sjaak Swart overleden onlangs, onder wie Piet Keizer, Gerrie Mühren en Johan Cruijff. Ben je weleens bang voor de toekomst?
“Sjaak is daar zeker bang voor en ik ook. Ik heb Matthijs gesproken na het overlijden van Barry. Het was zwaar voor hem. Hij had net zo’n band met hem als ik met Sjaak. Het is lastig en moeilijk als je zo’n goede band met iemand had en diegene valt weg. Iedereen wordt ouder, Sjaak ook. Het zit altijd in m’n achterhoofd. Maar vooralsnog is hij topfit en ik hoop dat hij nog heel lang meegaat en deel blijft uitmaken van mijn leven.”
Het had weinig gescheeld of ik was met de trekker naar Den Haag gereden voor het boerenprotest tegen het stikstofbeleid
“Dat niet, maar ik ken genoeg mensen uit Nijkerkerveen die het wel hebben gedaan.”
Je moeder heeft eens gezegd: ‘Vroeger op de kleuterschool zei Donny altijd als ze hem vroegen wat hij wilde worden: kippenboer of profvoetballer. Maar dat laatste lukt vast niet.’ Had het weinig gescheeld of jij had nu kippen geplukt? “Mijn vader heeft een poeliersbedrijf. Het is niet dat hij zelf kippen houdt, hoor. Ik hielp vroeger vaak mee in het bedrijf. Als jochie ging ik na de training werken. Het vlees snijden moest ik aan anderen overlaten, daar was ik te jong voor, maar ik pakte bijvoorbeeld de kipfilet in en stapelde die in kratten. Of ik maakte schoon.
Ik was geen luie jongen, vond het altijd leuk om te helpen. Ik ging ook vaak mee vlees naar restaurants brengen. Als ik geen voetballer was geworden, zou de kans groot geweest zijn dat ik in het bedrijf was terechtgekomen en het misschien wel zou hebben overgenomen. Maar mijn vader zag ook al snel dat ik talent had. Ik was altijd bezig met een bal. Ik riep ook: wacht maar, ik kom bij Ajax terecht. Dan werd ik altijd uitgelachen.”
Je vader André kon ook aardig voetballen, hij speelde bij IJsselmeervogels.
“Hij was een goede spits op amateurniveau, maar wel een heel ander type voetballer dan ik. Mijn vader was echt een luie spits, met een neusje voor de goal. Hij maakt er vaak grapjes over. Als ik in een wedstrijd een kans heb gemist, zegt ie na afloop: ‘Die kans had je mij niet hoeven geven, die had ik wel binnen geschoten.’ Maar hij is supertrots hoe ver ik ben gekomen, hoor. Iedere wedstrijd, ook bij uitwedstrijden, zit hij in het stadion, samen met mijn opa en oma. Alleen Rody slaat nog weleens een wedstrijd over, als hij zaterdagavond een zware avond heeft gehad.”
Pak je nu nog steeds weleens een kipfiletje in?
“Heel af en toe vraagt mijn vader nog of ik wil helpen. Of ik bijvoorbeeld rekeningen wil ophalen bij restaurants op de terugweg van Ajax naar Nijkerkerveen. Of ik moet even een kratje kip afgeven. Als hij me vraagt om te helpen, doe ik het altijd.”
En hoe reageren ze bij zo’n restaurant dan als Donny van de Beek een kratje kip komt afgeven?
“Dat vinden ze wel lachen. Maar dat gebeurt niet wekelijks, hoor.”
Ik ben het voetbal weleens spuugzat
“Voetbal is niet altijd even leuk, zeker na een slechte wedstrijd. Ik zou het bijvoorbeeld niet erg vinden om nooit meer in mijn carrière tegen Getafe te hoeven spelen, de club die ons dit jaar heeft uitgeschakeld in de Europa League. Een irritante tegenstander. Maar ja, uiteindelijk gingen zij wel door in Europa en wij niet.”
Hoe kijk je naar dit seizoen in vergelijking met vorig jaar waarin alles lukte?
“Dit seizoen waren we ook op de goede weg. Na de winterstop raakten veel bepalende spelers geblesseerd. In het veld zat het soms ook niet mee.”
David Neres raakte al voor de winterstop geblesseerd, daarna volgden onder anderen Quincy Promes, Hakim Ziyech en Joël Veltman. Hoe verklaar jij al die blessures?
“Ik heb veel over een mogelijke oorzaak nagedacht. Aan het begin van het seizoen had ik ook een hamstringblessure waar ik een tijdje last van heb gehad. We trainen ook niet anders dan vorig seizoen, iedereen doet hetzelfde. Vorig jaar was zwaar en we zijn daarna meteen weer verder gegaan met dit seizoen, wellicht heeft het daar mee te maken.”
Waar denk jij aan voor de aftrap?
“Dat wisselt. De Europese avonden blijven het mooist. Als ik het veld op loop in een uitverkocht stadion, denk ik aan vroeger. Ik zat iedere week in het stadion met mijn vader en opa. We waren grote Ajax-fans. Nu sta ik zelf op het veld en zie ik mijn familie op de tribune zitten. Dat went nooit.”
Hoe groot zijn de offers die je moet brengen als profvoetballer?
“Die zijn groot. Ik zou nooit anders willen, hoor, mijn droom is uitgekomen. Maar er zit een keerzijde aan. Als ik naar mijn broertje Rody kijk, ben ik weleens jaloers. Hij voetbalt met al zijn vrienden in een team, lekker ontspannen, en na de wedstrijd drinken ze gezellig een biertje met elkaar. Ik sta vaak bij hem langs de lijn.”
Eigenlijk had ik liever Raymond van Barneveld willen zijn
“Ik zou het heel mooi vinden om zo goed te kunnen darten als Raymond. Ik dart al lang, ook bij Ajax. Daar ben ik met Klaas- Jan Huntelaar mee begonnen. Inmiddels doen er zeven jongens mee, onder wie Joël Veltman, Dusan Tadic, Perr Schuurs en Kjell Scherpen. Onze assistent-trainer Richard Witschge doet ook mee. We darten regelmatig met elkaar.”
Volg jij het darten ook?
“De samenvattingen van de Premier League Darts kijk ik allemaal, vaak na een wedstrijd als ik niet kan slapen.”
Ben je nog fan van een bepaalde darter in het bijzonder?
“Ik volg de Nederlandse darters, niet één speciaal. Raymond ken ik goed, met hem heb ik geregeld contact. Nu is hij gestopt, maar ik wenste hem voor zijn belangrijke wedstrijden altijd succes en andersom ook. Ook Michael van Gerwen ken ik persoonlijk en ook met hem heb ik appcontact. Hij kwam ook eens langs bij het Nederlands elftal.”
Hoe staat het met jouw dartkwaliteiten?
“De laatste tijd dart ik wat minder, maar als ik iedere dag een half uur gooi, kan ik wel wat. Ik heb een tijd gehad dat ik echt goed gooide. Vaak 180. Ik won ook vaak. Maar bij Ajax is het nu zo druk bij het dartbord, dat je telkens moet wachten om te mogen gooien. Daarom speel ik nu wat minder.”
Wie wint er nu dan vaak van jullie dartclubje?
“Klaas-Jan begint me van mijn troon te stoten. Hij is ook altijd al twee uur van tevoren aanwezig op de club. Dan kom ik aan en beginnen we meteen met een wedstrijdje, terwijl ik nog niet eens warm heb kunnen gooien.”
Dat klinkt alsof jullie naar De Toekomst komen om te darten en dat voetbal een leuke bijzaak is.
Lachend: “Dat zeker niet. Maar het is een mooie afleiding als je moet wachten op een behandeling of een bespreking. Sowieso vind ik het leuk om spelletjes te spelen. Voorheen klaverjasten we veel.”
Hey Brother van Avicii is mijn favoriete nummer
“Avicii vind ik zeker leuk.”
Ben jij een partyganger?
“In de zomer vind ik het leuk om op vakantie naar plekken als Ibiza te gaan en een feestje mee te pakken. Ik hou er ook van om een nummer van André Hazes mee te zingen in een kroeg. Maar tijdens het seizoen doe ik dat niet.”
Ik doel om nog een reden op de titel van dit nummer van Avicii. Je hebt het veel over Rody. Beschrijf jullie band eens.
“Hij is een van de belangrijkste personen in mijn leven. Rody kent me door en door. Als er iets is, bel ik hem als eerste.” Rody is ernstig ziek geweest, had een ingekapselde tumor in zijn rug die operatief moest worden verwijderd.
Ben je daardoor anders in het leven gaan staan?
“Daardoor ben ik het leven meer gaan waarderen. Toen hij ziek was, was ik twaalf en ging ik net stage lopen bij Ajax. Het was een lastige periode voor me. Ik wilde presteren, maar tegelijkertijd was mijn broertje ziek en hem stond een risicovolle operatie te wachten.”
In een video die Helden maakte met je broertje sprak hij over jullie band. Bij Rody rolden de tranen over zijn wangen. Wat deed dat met jou?
“Daar werd ik zelf ook emotioneel van, maar iedereen die ik die video liet zien, werd dat. Mannen kunnen ook huilen, hoor. Rody vindt het mooi om mijn carrière van zo dichtbij mee te maken en ik deel heel graag mijn successen met hem. Voor zijn twintigste verjaardag heb ik hem een mooi horloge gegeven met mijn naam erin gegraveerd. Hij is er trots en heel zuinig op. Rody is er altijd voor me. Als ik een slechte wedstrijd heb gehad, zorgt hij ook altijd voor afleiding. Dan gaan we een potje darten of iets anders doen. Sinds zijn ziekte beseffen we meer wat we hebben.”
Rody zei in die video ook: ‘Donny is altijd druk. Helemaal als hij een keer niet getraind heeft, dan is hij echt veel te druk.’
“Ja, dan zeggen ze nog weleens dat ik lastig ben, te veel energie heb. Dan ga ik iedereen een beetje treiteren en grappen uithalen.”
En hij zei dat jij in al die jaren niks veranderd bent.
“Dat klopt.”
Alle roem, Ballon d’Or-gala’s, fotoshoots, mondiale interviewverzoeken en andere media-aandacht doen je niks?
“Ik vind dat ik niet anders ben dan vroeger. Dat komt ook omdat ik uit zo’n nuchter dorp kom. Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg, vinden ze hier. Zo denk ik ook. Natuurlijk komt er soms veel op me af, maar ik heb niet het idee dat ik met beide benen op de grond moet worden gezet. Alhoewel mijn ouders dat meteen zouden doen, mocht het nodig zijn.
Zo’n Gouden Bal-gala vind ik heel mooi om mee te maken, maar na al die aandacht en heisa eromheen ben ik ook altijd heel blij als ik weer thuis ben.”
Om het land in sportieve zin vooruit te helpen, moeten mijn vriendin Estelle Bergkamp en ik wel voor nageslacht zorgen
Lachend: “Ik krijg die opmerking de laatste tijd vaker. We zijn hartstikke gelukkig, maar zijn ook pas een half jaar samen.”
Je kunt er niet omheen. Als jullie een zoon krijgen, moet het wel de nieuwe Messi worden.
“Als het krijgen van een kind ons gegeven is, zal er inderdaad wel een hoop druk op hem of haar komen te liggen. Om de genen van beide kanten kunnen we niet heen. Daar maken we samen ook weleens grappen over.”
Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?
“We hadden al een tijdje contact, buiten Ajax om. Het is langzaam gegroeid, zo nam ik haar af en toe mee uit eten. Onze band werd steeds sterker. Maar het heeft wel een tijdje geduurd voordat we echt een stel waren.”
Heeft zij veel verstand van voetbal?
Lachend: “Voor een vrouw zeker. Door haar vader heeft ze natuurlijk veel meegekregen. Ze vindt het ook leuk om naar mijn wedstrijden te kijken. Als ze op de tribune zit, let ze op het spel en niet alleen op mij.”
En analyseert ze daarna de wedstrijd ook nog even met je?
“Gelukkig niet. Maar als haar iets is opgevallen, zegt ze het wel. Estelle vindt het vooral grappig om te zien dat ik buiten het veld zo rustig ben, maar in het veld nog weleens verhit kan reageren. Op dat soort dingen let ze.”
Verhuist Estelle met je mee naar het buitenland?
“Mocht ik een transfer maken, dan gaat ze met me mee. We wonen officieel niet samen, maar ik ben eigenlijk altijd bij haar in Amsterdam.”
Als ik mijn teen stoot, dan is heel Nijkerkerveen in rep en roer
Kun jij nog normaal boodschappen doen in het dorp?
“Juist in Nijkerkerveen kan dat, omdat iedereen me al heel lang kent. Ze weten wie ik ben en letten niet op me, ik kan volledig mezelf zijn. Ik word natuurlijk weleens aangesproken na een wedstrijd, maar op een leuke manier. ‘Hé Donny, jammer van gisteren.’ of: ‘Lekker gespeeld.’”
Hoe vaak ben jij er nog?
“Ik ga nog steeds vaak op en neer. Meestal slaap ik in Amsterdam, maar als we een keer laat trainen, ga ik de dag ervoor lekker naar huis.”
Je kunt Donny wel uit Nijkerkerveen trekken, maar Nijkerkerveen trek je nooit uit Donny?
“Absoluut. Het is nog steeds mijn thuis. Ik ken er iedereen, mijn vrienden wonen er en ik kom ook geregeld bij de voetbalclub Veensche Boys. Als het kan, ga ik er zaterdagochtend altijd even kijken. Bij de wedstrijd van Rody natuurlijk, hij speelt er in het tweede, maar ook bij het eerste waarin andere vrienden van me spelen, onder wie Mohammed Nouri, de broer van Abdelhak.
Toen zijn broertje blijvende hersenschade had opgelopen, is Mo gestopt met voetballen. Omdat hij Appie moest verzorgen en er ook weinig zin meer in had. Hij voelde zich schuldig als hij op het veld stond. Ik heb hem gezegd dat hij juist moest voetballen voor wat afleiding en plezier. Toen is hij een paar keer mee gaan trainen bij Veensche Boys. Ze zagen meteen dat hij een heel goede voetballer is, hij komt uit de top van het amateurvoetbal. Het warme van het dorp en de club trok hem heel erg. Rody en ik hebben nog steeds iedere dag contact met Mo.”
Ik zit al op Spaanse les
De speculaties dat jij na de zomer naar Real Madrid vertrekt, gaan al een tijdje rond.
“Ik heb mijn jawoord nog niet gegeven, alles staat nog open. Weet wat ik hier heb, ben geliefd en ik hou van Ajax. Ik ga niet naar de eerste de beste club, anders had ik dat wel eerder gedaan. Mijn gevoel moet goed zijn bij een club. Hoe graag willen ze me hebben? Maar ik moet ook passen bij het systeem dat gespeeld wordt en ik wil natuurlijk ook zicht hebben op speelminuten. Ergens in de zon spelen, is altijd lekker. Maar nee, ik ben zeker nog niet begonnen met Spaanse les.”
Heb je het met ploegmaten of ex-teamgenoten over andere clubs en transfers?
“Ja, daar hebben we het wel over. Bij het Nederlands elftal spreek ik natuurlijk ook met de jongens die in het buitenland spelen. Ze vertellen hoe het er bij hen op de club aan toegaat. Dat is altijd interessant om te horen.”
Na mijn dertigste speel ik weer met Frenkie de Jong, Matthijs de Ligt en Hakim Ziyech bij Ajax
“Dat zou leuk zijn. Ajax is mijn club en dat zal altijd zo blijven, ongeacht waar ik naartoe ga. Ajax heeft me groot gemaakt. Maar je weet natuurlijk nooit hoe het loopt. Maar er zijn ook voorbeelden van spelers die riepen dat ze terug zouden keren, maar dat niet deden. En de club moet het ook maar willen. Zit je nog wel op je niveau tegen die tijd? Maar het zou leuk zijn om ooit weer terug te keren.”
Het lijkt alsof Ajax spelers makkelijker laat gaan in de hoop dat ze ook weer terugkeren.
“Van transferafspraken krijg ik weinig mee. Het is logisch dat Ajax een mooi bedrag wil ontvangen voor spelers die er een tijd hebben gespeeld. Maar het is natuurlijk fijn om met een goed gevoel uit elkaar te gaan. Gelukkig zijn er nu veel positieve voorbeelden.”
Heb je nog veel contact met jongens als Frenkie en Matthijs?
“Ik spreek ze af en toe. Tijdens het voetbalseizoen zijn we allemaal druk, maar we wisselen geregeld een berichtje uit. En we zien elkaar bij het Nederlands elftal, dan praten we weer bij. Het zijn gewoon goeie jongens, de klik is er. Het helpt ook mee dat we zo’n succesvol jaar met elkaar hebben gehad, daar hebben we goede herinneringen aan. Die band zal altijd wel zo blijven.”
Die jongens liggen in het buitenland nog meer onder een vergrootglas door de media. Hoe kijk jij daarnaar?
“Het zijn allebei sterke gasten, ik denk dat ze er beiden goed mee omgaan. Uiteindelijk went alles en liggen ze vast niet meer wakker van berichten in de media.”
Dennis Bergkamp is de beste voetballer, schoonvader én trainer die ik ooit heb gehad
Hoe noem je hem: trainer, meneer Bergkamp of gewoon Dennis?
“Eerder zei ik inderdaad trainer, maar nu zeg ik Dennis.”
Hij zei niet toen je daar voor het eerst thuis over de vloer kwam: ‘Donny, ik wil met meneer Bergkamp en u aangesproken worden?’
Lachend: “Dat was wel een grap geweest die hij had kunnen maken, hoor. Ik ken Dennis al heel lang en heb altijd een goede band met hem gehad. Het was misschien even apart, omdat ik hem een tijdje niet gezien had sinds zijn vertrek bij Ajax.”
Hij heeft als jeugdtrainer al gezegd: ‘Donny moet je in de gaten houden.’
“Ik zat toen in mijn tweede jaar bij Ajax, ging niet naar de D1, maar de D2. Daar werd hij mijn trainer. Onder hem heb ik een goede ontwikkeling doorgemaakt. Hij is absoluut een belangrijke trainer voor me geweest. En later was hij ook belangrijk voor me als assistent-trainer bij het eerste.”
Hij heeft nooit tegen je gezegd: ‘Donny, ik heb wel een leuke dochter?’
Lachend: “Juist niet. Misschien dat hij eerder dacht: blijf jij maar even weg. Het is toevallig dat we elkaar ook in die hoedanigheid tegenkwamen. Hij vindt het leuk voor Estelle en mij. Ik kom graag bij haar familie over de vloer.”
En hoe keek je naar Dennis Bergkamp als voetballer?
“Ik was natuurlijk nog heel jong toen hij zo goed was, maar dat hij een geweldige speler was, weten we allemaal.”
Met mij erbij heeft Nederland het sterkste middenveld van Europa
“De concurrentie op het middenveld is groot bij Oranje. Ik probeer zo hard mogelijk te werken en mijn plek af te dwingen. Dat is het enige wat ik kan doen.”
Kan je er humeurig van worden als Marten de Roon in de basis staat en jij niet?
“Natuurlijk niet. Hij en de andere jongens doen het heel goed. De bondscoach maakt die keuze, daar moet ik mee dealen. Als ik voor mezelf maar weet dat ik er alles uit haal. Het liefst speel ik natuurlijk altijd, maar elke middenvelder heeft weer andere kwaliteiten.
Ronald Koeman moet bepalen wat hij nodig heeft in een wedstrijd. Daar heb ik ook gesprekken over met hem, hoe hij dingen ziet en welke keuzes hij maakt. Ik weet inmiddels wel hoe hij denkt. Koeman is een geweldige coach, heeft ons weer naar een EK gebracht. We zijn ook echt een team. Het is mooi om erbij te horen Hopelijk kunnen we iets moois neerzetten.”
Helden Magazine
Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.