Word abonnee
Meer

Baanwielrennen

Dé sportmomenten van 2025: quadruple Harrie

Alsof een oranje orkaan over de wielerbaan in Santiago [...]
Alsof een oranje orkaan over de wielerbaan in Santiago raasde. De Nederlandse baanwielrenners verlieten de Chileense hoofdstad met liefst negen wereldtitels. Harrie Lavreysen won er vier. Waar hij de afgelopen jaren steeds voor een hattrick ging en op de Spelen zijn bijnaam Harrie Hattrick eer aan deed met olympisch goud op de sprint, teamsprint en keirin, deed hij in oktober iets wat nog nooit iemand had geflikt: vier wereldtitels naast de eerder genoemde disciplines, ook op de kilometertijdrit – pakken op één WK. Dankzij Harries Kwartet staat het aantal regenboogtruien dat hij in zijn carrière won nu op twintig, ook dat kan niemand hem navertellen. Het vervelende voor de concurrentie: hij is altijd nog maar 28 jaar. Het is inderdaad gestoord wat hij op zijn 27ste allemaal al heeft gewonnen. Geen record is veilig voor Harrie Lavreysen. En dan te bedenken dat het noodlot hem nog maar acht jaar geleden naar de baan dreef. “Toen ik net was overgestapt van de BMX wist ik niets, ik deed precies wat de coaches me vertelden. Hoe ouder ik werd, des te meer ik zelf na ging denken. Het programma in aanloop naar de Spelen en de WK heb ik voor negentig procent zelf geschreven. Daar ben ik heel trots op en dat maakt de medailles nog mooier.” Harrie kijkt alweer stiekem naar de Spelen in Los Angeles in 2028. Hij is al de succesvolste Nederlandse olympiër op de Zomerspelen, maar schaatsster Ireen Wüst die onder andere zes olympische titels won in haar carrière, staat nog een treetje hoger. En leuk die zes wereldtitels op de sprint op een rij, maar de Japanner Koichi Nakano won er tussen 1977 en 1986 tien op een rij. O ja, Jason Kenny won dus acht olympische titels, de teller van Harrie staat op vijf. “Ik ga de komende tijd rustig analyseren wat er nog beter kan. Dat het nog beter kan, daarvan ben ik overtuigd. Ik kan alleen nu nog geen dingen opnoemen waardoor ik in LA harder kan, maar dat kon ik meteen na de Spelen in Tokio ook niet. Dat komt met de tijd. Ik word ook ouder, daar moet ik ook rekening mee gaan houden. Blessurepreventie en lichaamsonderhoud zullen een belangrijkere rol gaan spelen. Ik heb in aanloop naar Parijs ook een paar kleine blessures gehad. Iets kleins met m’n knie. Daar kon ik prima mee fietsen, ik kon alleen geen diepe squats doen tijdens de trainingen in aanloop naar Parijs.” Hij weet dat er ook de komende jaren weer op hem gelet en gejaagd zal worden. “Ik besef dat ik de maatstaf ben in mijn sport. Ik heb laten zien: om olympisch kampioen te worden, moet je dit kunnen. Daarom is het nodig om de grens steeds weer een beetje te verleggen. Op het moment dat de concurrentie mijn niveau haalt, ben ik ondertussen alweer een stukje verder. Om telkens weer iets meer uit mezelf te halen tijdens de training, dat is waar ik misschien wel het allermeest van geniet.”  

Darten

Heldenpraat met Gian van Veen

Hij werd in november 2024 de eerste Nederlandse wereldkampioen bij de junioren in het darten, versloeg meermaals dartsensatie en huidig wereldkampioen Luke Littler én won in oktober het EK. In aanloop naar het PDC World Darts Championship 2026 (11 december – 3 januari) maakten wij kennis met Gian van Veen (23). Van deze darter had ik posters boven mijn bed hangen... “Posters is misschien een groot woord, maar als ventje was ik groot fan van Gary Anderson. Ik begon met darten in 2011. Hij verloor dat jaar de WK-finale, maar ik vond hem zo gaaf. Inmiddels heb ik een paar keer tegen Gary gespeeld, en in september won ik voor het eerst van hem. Van mijn idool winnen was een bijzonder moment in mijn nog prille carrière. Gary weet ook dat hij mijn voorbeeld is en is altijd ontzettend vriendelijk tegen me.” Dit vooroordeel over darters is niet waar... “Mensen zeggen vaak dat darten geen echte sport is, of dat het een ‘kroegsport’ is. Daar ben ik het niet mee eens. Je hoeft als darter fysiek niet zo fit te zijn als een marathonloper of voetballer, maar men- taal is darten enorm zwaar. Je moet één tot anderhalf uur je focus op een heel klein vakje gericht houden, terwijl hon- derden mensen achter je staan te juichen of schreeuwen. Onze sport is qua professionaliteit enorm vooruitgegaan. In de jaren tachtig stonden darters nog met pullen bier en sigaretten op het podium. Dat kun je je nu niet meer voorstellen.” Hier ben ik het meest trots op... “Dat ik in november 2024 de eerste Nederlandse jeugdwereldkampioen ooit ben geworden. Als je bedenkt hoeveel grote darters Nederland heeft voortgebracht...” Dit doe ik om voor een wedstrijd van de zenuwen af te komen... “Drie uur voor een wedstrijd begin ik al met mijn warming-up. Ik gooi ontspan- nen in, doe wat spelletjes en probeer vertrouwen te krijgen in bepaalde dub- bels die ik in de wedstrijd vaak nodig heb. Met een kortere voorbereiding ga ik minder ontspannen het podium op.” Held van het Jaar 2025 2025 was een jaar vol nieuwe Helden, emotionele afscheidsmomenten en indrukwekkende verhalen van doorzetters die opstonden. De afgelopen elf maanden hebben Julie vol enthousiasme telkens weer jullie Held van de Maand gekozen: Angel Daleman, Jenning de Boo, Kimberley Bos, Virgil van Dijk, Daphne van Domselaar, Kees Smit, Thymen Arensman, Zoë Sedney, Jessica Schilder, Hetty van de Wouw en Femke Kok. Maar… we doen er nog een schepje bovenop! We hebben de lijst aangevuld met vijf wildcards. Toppers die volgens ons absoluut niet mogen ontbreken: Mathieu van der Poel, Joy Beune. Joep Wennemars, Harrie Lavreysen en Femke Bol. Stem nu op jouw Held van het Jaar.

Roeien

Dé sportmomenten van 2025: Roeien doe je zo

Op de WK in het Chinese Shanghai werd - na het ongekende [...]
Op de WK in het Chinese Shanghai werd - na het ongekende succes op de Spelen van 2024 - opnieuw Nederlandse roeigeschiedenis geschreven. Nooit eerder werden de Nederlandse mannen- en vrouwenacht wereldkampioen. Bovendien won voor het eerst in veertig jaar een land met beide ‘achten’ de wereldtitel, nadat dit in 1985 door de Sovjet-Unie was gepresteerd. De vrouwen sloegen als eerste toe. De boot met Linn van Aanholt, Nika Vos, Lisanne van der Lelij, Vera Sneijders, Hermijntje Drenth, Ilse Kolkman, Ymkje Clevering, Tinka Offereins en stuur Dieuwke Fetter won met overmacht. Twintig minuten later kon roeister Tinka haar geliefde Mick Makker in de armen vliegen, die samen met Eli Brouwer, Finn Florijn, Wibout Rustenburg, Jorn Salverda, Sander de Graaf, Pieter van Veen, Jan van der Bij en stuur Jonna de Vries de titel pakte. Laatstgenoemde stapte over van de in het verleden zo grote kwelgeest van de Holland Acht, Groot-Brittannië. Zij nam de plaats in van Dieuwke Fetter, die weer de mannenacht verruilde voor de vrouwenboot. Ook bijzonder: Diederik Simon, huidig coach van de Holland Acht, was in 1996 nog een van de roeiers tijdens de olympische gouden race van de mannenboot in Atlanta. Zijn toenmalige ploeggenoot was Ronald Florijn, vader van de huidige Holland Acht-roeier Finn Florijn. Kortom, het was een voorbeeld van: roeien, sturen én coachen doe je zo. Held van het Jaar 2025 2025 was een jaar vol nieuwe Helden, emotionele afscheidsmomenten en indrukwekkende verhalen van doorzetters die opstonden. De afgelopen elf maanden hebben Julie vol enthousiasme telkens weer jullie Held van de Maand gekozen: Angel Daleman, Jenning de Boo, Kimberley Bos, Virgil van Dijk, Daphne van Domselaar, Kees Smit, Thymen Arensman, Zoë Sedney, Jessica Schilder, Hetty van de Wouw en Femke Kok. Maar… we doen er nog een schepje bovenop! We hebben de lijst aangevuld met vijf wildcards: toppers die volgens ons absoluut niet mogen ontbreken: Mathieu van der Poel, Joy Beune, Joep Wennemars, Harrie Lavreysen en Femke Bol. Stem nu op jouw Held van het Jaar.

Baanwielrennen

Dé sportmomenten van 2025: Drieslag voor Hetty Raketty

Alsof een oranje orkaan over de wielerbaan in Santiago [...]
Alsof een oranje orkaan over de wielerbaan in Santiago raasde. De Nederlandse baanwielrenners verlieten de Chileense hoofdstad met liefst negen wereldtitels. Drie daarvan nam Hetty van de Wouw voor haar rekening. Stapje voor stapje is Hetty Raketty richting wereldtop geslopen. Vorig jaar won de 27-jarige sprintster nog drie keer WK-zilver en op de Spelen werd ze tweede op de keirin. Dit keer nam ze geen genoegen met een zilvervloot. Van de Wouw bracht in 2024 nog naar buiten dat ze had geworsteld met eetstoornissen. Dat moest ze achter zich laten en dat lukte onder meer door de hulp van de vorige bondscoach, Mehdi Kordi. Tegen de NOS zei Khordi, die Van de Wouw in december 2022 onder zijn hoede kreeg: "Haar transformatie is echt ongelooflijk geweest. Ze was een beetje verloren. Ze was nerveus en gespannen als het om haar eigen kwaliteiten ging. Maar ik zag ook iemand die iets bijzonders in zich had. Het kwam er op neer dat ik haar vooral zelfvertrouwen moest geven. Wat mij is bijgebleven is dat ze eens aangaf dat ze wereldkampioen wilde worden. Ik vroeg haar toen: hoe weet je hoe je dat moet doen? Toen zei ze: dat weet ik als ik het ben. Maar zo werkt het niet. Je moet eerst in jezelf geloven en je moet denken als een kampioen, voordat je ook de beste kan zijn.” En dat is gelukt. Held van het Jaar 2025 2025 was een jaar vol nieuwe Helden, emotionele afscheidsmomenten en indrukwekkende verhalen van doorzetters die opstonden. De afgelopen elf maanden hebben Julie vol enthousiasme telkens weer jullie Held van de Maand gekozen: Angel Daleman, Jenning de Boo, Kimberley Bos, Virgil van Dijk, Daphne van Domselaar, Kees Smit, Thymen Arensman, Zoë Sedney, Jessica Schilder, Hetty van de Wouw en Femke Kok. Maar… we doen er nog een schepje bovenop! We hebben de lijst aangevuld met vijf wildcards: toppers die volgens ons absoluut niet mogen ontbreken: Mathieu van der Poel, Joy Beune, Joep Wennemars, Harrie Lavreysen en Femke Bol. Stem nu op jouw Held van het Jaar.

Baanwielrennen

Elis Ligtlee: ‘M’n leven staat alweer op z’n kop’

Elis Ligtlee (31) werd in 2016 olympische kampioen op de keirin. Tegenover de successen stonden ook diepe dalen. Twee jaar later, op haar 24ste, stopte ze met baanwielrennen. Het plezier was weg. Al snel werd ze moeder. Afgelopen zomer kreeg ze de boodschap waar ze al een paar jaar zo bang voor was: ze bleek borstkanker met uitzaaiingen naar de oksel te hebben. Tussen de chemo’s door nam ze de tijd om haar verhaal te doen. Met een stralende lach doet ze de deur van het huis van haar ouders in Eerbeek open. Ze vertelt dat ze een dag eerder haar negende chemokuur heeft gehad. “Maandag is chemodag. Laat ik het afkloppen, maar ik heb tot op heden weinig last van de chemo’s, ben er nog niet heel erg ziek van geworden.” Ze aait over haar kale hoofd. “Mijn haar heeft het alleen niet overleefd.” Elis Ligtlee vertelt dat ze een dag eerder haar eerder al kortgeknipte haar er helemaal af heeft gehaald. Ze gaat voor naar de keukentafel, vertelt dat het mooie huis van haar ouders beter geschikt is voor een interview en fotoshoot dan het huis waar zij met haar man Emmo, zoontje Lio van vijf en de tweeling Loek en Lola-Lou van twee woont, iets verderop in het Gelderse dorp. Vader Gerjan zet koffie en thee op tafel waar ook een hoofd van piepschuim staat waarop het haarstuk van Elis rust. “M’n leven staat ineens alweer op z’n kop,” zegt de vrouw die negen jaar geleden olympisch kampioen op de keirin werd in Rio en op haar 31ste bijna zeven jaar baanwielrenster-in-ruste is. Sinds haar 25ste weet Elis dat ze, net als haar moeder, draagster van het BRCA1-gen is. Het komt erop neer dat ze sinds zes jaar wist dat ze een verhoogde kans op borst- en eierstokkanker had. “Mijn moeder wist pas vanaf haar vijftigste dat ze het gen heeft. Haar zus had twee keer kanker gehad en toen is zij het gaan testen. Mijn moeder heeft, toen bleek dat ze het gen had, zowel haar borsten als haar eierstokken weg laten halen. Een paar jaar later kon ik op het gen worden getest. Toen bleek dat ik het gen had, dacht ik natuurlijk meteen ‘wat als’. Ik heb er ook over nagedacht preventief mijn borsten weg te laten halen. Ik besloot dat niet te doen. Mijn nicht heeft het gen ook, koos ervoor om haar borsten preventief te laten verwijderen, maar kreeg daarna alsnog kanker vanuit de oksel. Ik besloot me elk jaar te laten controleren, nog geen drastische beslissingen te nemen met de kans dat ik alsnog ziek zou worden. Natuurlijk heb ik geregeld gedacht: ik leef op een tijdbom. Maar die gedachte ging al snel naar de achtergrond. Op mijn 26ste raakte ik in verwachting van Lio en op mijn 28ste werd de tweeling geboren.” Ze zegt: “Ik ben trouwens ook nog drager van het Stickler- syndroom, onze tweeling Loek en Lola-Lou zijn daardoor geboren met een schisis, een open gehemelte. Ze zijn daar allebei op jonge leeftijd aan geholpen, ondervinden daar gelukkig helemaal geen last meer van.” Lachend: “Zo zie je maar: ik ben één grote genafwijking, maar wel mooi olympisch kampioen.” Dan serieus: “Alles draaide om de kinderen. Ik liet me controleren, maar maakte me eigenlijk niet heel erg druk. Ook al wist ik dat de kans dat ik op een dag kanker zou krijgen tussen de zestig en tachtig procent lag.” Helden Magazine nummer 79 Het eerste deel van het interview met Elis Ligtlee komt uit Helden Magazine nummer 79. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine. Ben je al abonnee? Het interview en de complete editie zijn ook online te lezen in de app Mijn Magazines. Lekker lezen op je telefoon op tablet.

Baanwielrennen

Harrie Lavreysen: ‘Ik laat me niet gek maken’

Harrie Lavreysen Harrie [...]
Harrie Lavreysen Harrie Lavreysen (27) is de te kloppen man in Parijs. De baanwielrenner heerst al jaren op de sprint, met de Nederlandse ploeg en individueel. Hoe gaat hij om met de immense verwachtingen? Hoe slaagt hij erin om al zo lang zijn sport te domineren? We leggen hem in Helden Magazine nummer 72 voor vertrek naar Parijs zeven stellingen voor. Ik eet, slaap en drink baanwielrennen “Ik sta ermee op en ga ermee naar bed, ben de hele dag bezig om te kijken of ik nog beter kan worden. Denk nou niet dat ik knettergek ben, of dat ik echt als een monnik leef, maar alle keuzes die ik maak, staan in het teken van baanwielrennen. Zeker in aanloop naar de Spelen. Steeds stel ik mezelf de vraag: word ik hier beter van?” Heb jij nog andere hobby’s dan baanwielrennen? “Niet echt. Als mensen die vraag stellen, antwoord ik vaak: films kijken. Daar kan ik nog wel voor gaan zitten. Maar verder...” Sta jij ondanks twee gouden olympische medailles en dertien wereldtitels nog voor elke training te popelen om weer de baan op te gaan? “Nou... Ik heb ook trainingen waarvan ik op voorhand al weet dat die heel veel pijn gaan doen. Maar ook dan denk ik: die heb ik nodig om weer ietsje beter te worden. Kijk, het is ook leuk om te trainen en makkelijker op te brengen als je steeds beloond wordt voor alle inspanningen.” Jij vertelde al eens eerder dat jij het verschil maakt doordat jij je lichaam in een bepaalde hoek kunt houden als je door de bochten rijdt en daardoor je krachten nog heel goed kwijt kunt waar dat bij concurrenten minder het geval is. En dat je voortdurend bezig bent jezelf en de concurrentie te analyseren. Knikt: “Daarbij komt nog dat ik door de jaren heen mijn lichaam beter heb leren kennen. Een aantal jaren geleden maakte mijn trainer Hugo Haak de trainingsprogramma’s en die voerde ik vervolgens uit. Nu schrijf ik ze ook zelf. Er zijn dus met de jaren wat dingen veranderd, maar de instelling is nog steeds dezelfde: dagelijks bezig zijn met verbeteren en steeds mezelf de vraag stellen of het goed is wat ik doe. Dat analyseren blijft erbij horen. Ook van de concurrentie. We hebben een database van wedstrijden. Bij elke wedstrijd is er iemand van ons aanwezig die niet alleen ons, maar ook alle concurrenten filmt. Ik kan heel makkelijk wedstrijden van mezelf en van een willekeurige concurrent opzoeken. Tijdens trainingen wordt ook alles gefilmd, zodat ik die meteen kan terugkijken.” Is die toewijding en discipline de sleutel van het succes? “Als ik een wedstrijd heb gereden, kan ik het wel even loslaten, maar al snel grijp ik terug op mijn routines. Voor de volgende wedstrijd ben ik al mijn tegenstanders alweer aan het bestuderen. Begin dit jaar deed ik niet mee aan de wereldbekerwedstrijd in Australië. Dat nam niet weg dat ik wel alles heb bekeken. Ik mag mezelf niet laten verrassen, moet zien wat voor ritten de andere renners gereden hebben. In een olympisch jaar ben ik daar nog scherper op.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Harrie Lavreysen komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Basketbal

Jesse Edwards: ‘Ik koop mijn kleding nog gewoon bij de H&M’

De droom van Jesse Edwards kwam op 2 maart 2025 uit. Hij debuteerde in de NBA voor Minnesota Timberwolves. Helden sprak de 25-jarige basketballer toen hij even terug was in Amsterdam over zijn weg naar de top, de kleedkamer delen met supersterren en geluk in de liefde. “Ik ben niet zo’n extravagant type, koop mijn kleding nog steeds gewoon bij de H&M en Uniqlo,” zegt Jesse Edwards lachend in Bar Louie Louie in zijn geboorteplaats Amsterdam. De 25-jarige basketballer tekende eind juni 2024 een contract bij NBA-team Minnesota Timberwolves. “Veel Amerikaanse jongens die een NBA-contract tekenen, kopen meteen een dure auto of trakteren zichzelf op sieraden. Ik tekende tegelijk met twee Amerikaanse jongens een contract en een van hen kocht van zijn eerste salaris een gouden ketting met diamanten ter waarde van 60.000 dollar. Zo’n type ben ik niet, ik ben geen big spender.” Jesse is terug in Nederland om bij te komen van een jaar waarin zijn droom uit- kwam en zijn leven veranderde. Hij heeft in zijn vakantie genoeg tijd gehad om te laten bezinken wat hem allemaal is over- komen. De 2 meter 13 lange center de- buteerde op 2 maart dit jaar in de NBA, tegen Phoenix Suns. “Niet alleen mijn droom kwam uit, maar ook die van mijn ouders, die altijd alles voor mij hebben gedaan, en mijn broers Kai van 27 en Rens van dertig, met wie ik in Amsterdam altijd op de pleintjes speelde en basketbalwedstrijden keek op tv. Het is niet alleen mijn verdienste dat ik de NBA heb gehaald. Ik ben heel trots dat ik nu officieel als NBA- speler door het leven ga, maar heel lang ben ik niet met mijn hoofd in de wolken blijven lopen. Al snel greep ik terug naar mijn dagelijkse routines.” BASKETBALVIRUS Jesse is goedlachs en vriendelijk. En hij is rustig. Dat was vroeger wel anders, bekent hij lachend. “Ik was zo’n kind dat altijd kwijt was. Op vliegvelden, in supermarkten... mijn ouders waren altijd in de stress. Ik was een kleine avonturier. Pas op de middelbare school werd ik wat rustiger.” Jesse groeide op in de Amsterdamse wijk Watergraafsmeer, was vaak buiten te vinden met zijn broers. “We hadden overal sportveldjes in de buurt. Tot mijn dertiende was ik vooral met voetbal en atletiek bezig.” De broers raakten alle drie besmet met het basketbalvirus. Op zijn veertiende meldde Jesse zich aan bij Apollo. Hij speelde al snel in de eredivisie jeugd. Hoewel hij, net als zijn broers, laat begon met basketballen, twijfelde hij er niet aan dat hij op een dag iets groots zou bereiken. “Ik had altijd al een soort natuurlijke overtuiging. Voordat ik met basketbal begon, geloofde ik heilig dat ik de Olympische Spelen ging halen met atletiek. Rond mijn zeventiende begon ik echt te geloven dat ik de NBA kon halen. Dat kwam ook doordat mensen om me heen het tegen me zeiden. Als coaches, medespelers of trainers zeggen dat je het kunt, dan ga je dat op een gegeven moment ook geloven.” Maar vooral het feit dat broer Kai in die periode de overstap maakte naar Amerika om daar voor een collegeteam te basketballen, opende Jesse de ogen. “Tot dat moment ging ik wel stappen, meiden ontdekken en alle dingen doen die een nieuwsgierige jongen van zestien doet. Dat Kai naar Amerika ging was voor mij het keerpunt. Toen dacht ik: het kan dus echt. Kai heeft me uitgelegd hoe het werkt, me begeleid, tips gegeven. Het bereiken van de NBA veranderde van een droom in een plan. De knop ging om, ik ging echt leven voor mijn sport. Niet veel later vertrok ik ook naar Amerika. Zonder Kai had ik hier niet gestaan.” En sinds hij in de ban was van basketbal volgde hij uiteraard ook de sterren in de NBA. “LeBron James was natuurlijk iemand tegen wie ik opkeek, maar mijn favoriete speler is Giannis Antetokounmpo van Milwaukee Bucks. Zijn verhaal is inspirerend. Hij kwam als vluchteling naar Griekenland en groeide uit tot een van de grootste sterren in de NBA. Als we iets verder teruggaan in de tijd, vond ik Ray Allen ook heel vet. Zijn speelstijl was zó smooth.” Kai speelde na zijn tijd in Amerika drie jaar lang in Spanje, basketbalde vervolgens bij Feyenoord en is nu speler van Landstede Basketbal in Zwolle. De hechte band tussen de drie broers is altijd gebleven. “Voor mijn NBA-debuut dacht ik weleens: hoe zou dit voor Kai en Rens voelen? We begonnen met z’n drieën met basketballen, ik snap dat het confronterend kan zijn als je broertje ineens op het allerhoogste niveau speelt. Maar ik heb nooit ook maar een greintje jaloezie gevoeld. Ze gunnen me alles, zijn mijn beste vrienden. Als ik in Amsterdam ben, zijn zij de eersten die ik bel. Dan gaan we naar het strand, uit eten...” Meer lezen? Het eerste deel van het interview met Foeke Booy over David di Tomasso komt uit Helden Magazine nummer 78. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine.

MMA

Reinier de Ridder: ‘Het is veel meer dan elkaar de hersens inslaan’

Reinier de Ridder (34) is na Rico Verhoeven het nieuwe Nederlandse [...]
Reinier de Ridder (34) is na Rico Verhoeven het nieuwe Nederlandse vechtsportende exportproduct. Hij veroverde twee wereldtitels in Mixed Martial Arts bij ONE en maakte eind vorig jaar de overstap naar UFC. De vader van twee jonge kinderen is hard bezig Amerika te veroveren. Een gesprek in Helden Magazine 78 over het vaderschap, het imago van zijn sport en Gucci-slippers. “Ik ben een lieve vader.” Reinier de Ridder Voor zijn vrouw blijft het elke keer weer spannend. Als haar man in actie komt, staat de televisie aan, maar ernaar kijken durft ze amper. Zodra de bel klinkt, werpt ze snel een blik om te zien of Reinier nog heel is. Ook zijn moeder hield haar hart vast als haar zoon moest vechten. “Ik snap heel goed dat het voor hen heftig is om te zien,” zegt Reinier de Ridder, die excelleert in misschien wel de bruutste sport ter wereld: Mixed Martial Arts, oftewel kooivechten. Zijn vader is zijn grootste fan, mist geen moment van de vechtsportcarrière van zijn zoon. Voor zijn zoon van zes en dochter van vier is het beter dat ze papa niet aan het werk zien. “Er is altijd een risico dat ik schade oploop. En als ik win, zien ze hoe ik iemand anders aftakel. Geen van beide wil ik dat ze meemaken.” Naar wedstrijden gaan ze dus niet, maar ze weten dondersgoed wat hun vader doet. In de sportschool zijn ze geregeld te vinden. En sinds Reinier in Nederland steeds bekender wordt, merken zij dat ook. “Laatst hoorde ik ze spelen en riepen ze ineens ‘RdR, RdR, RdR’, mijn bijnaam.” 'Er is altijd een risico dat ik schade oploop in een gevecht. En als ik win, zien ze hoe ik iemand anders aftakel. Geen van beide wil ik dat mijn kinderen meemaken' Thuis wordt er intussen ook al wat afgevochten. “Mijn zoontje is nu al aan het schaduwboksen, trapt tegen de bokszak, stoeit met zijn neefjes. Het zou me niets verbazen als hij straks in mijn voetsporen treedt. Aan de ene kant prachtig, aan de andere kant ook spannend. Mijn dochter is wat minder fanatiek, maar ik vind het wel belangrijk dat ook zij zich leert verdedigen. Vechtsport is niet alleen fysiek. Je leert er mentaal zoveel van. Je bouwt zelfvertrouwen op, wordt er weerbaar door. Dat gun ik ze allebei.” Ego Reinier stapte in november vorig jaar over naar UFC, de grootste vechtsportorganisatie ter wereld. Bij zijn debuut versloeg hij de Amerikaan Gerald Meerschaert en was de eerste Nederlander in acht jaar tijd die een overwinning boekte in het hoofdprogramma van de UFC. Ook de twee daaropvolgende gevechten won hij op indrukwekkende wijze. Helden Magazine nummer 78 Het eerste deel van het interview met Reinier de Ridder komt uit Helden Magazine nummer 78. Benieuwd naar het hele interview? Bestel het magazine nu met gratis verzending binnen Nederland via onze webshop. Nooit meer een verhaal missen? Word abonnee en bespaar maar liefst €15,- met een jaarabonnement op Helden Magazine.

Mountainbiken

Mathieu van der Poel: “Ik voel me toch ook oud worden”

Mathieu van der Poel vierde op 19 januari zijn dertigste [...]
Mathieu van der Poel vierde op 19 januari zijn dertigste verjaardag. Het was voor hem een moment van bezinning. Hij stapelt de successen nog steeds op, maar besefte dat ook zíjn carrière eindig is. Helden schoof in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix, die hij vorig jaar allebei won, bij MVDP aan. Je leest het interview in Helden Magazine 76. “Voor mij voelt alles wat er nog bijkomt als bonus.” Mathieu van der Poel ging een paar dagen nadat hij voor de zevende keer wereldkampioen veldrijden werd met zijn vriendin Roxanne Bertels op skivakantie. Met een helikopter liet MVDP zich afzetten op een bergtop in Livigno. De video waarop hij in Italië off piste aan het skiën was, ging meteen viral. Zijn liefde voor mooie, snelle auto’s en motoren is ook bekend. Tijdens de wintersportvakantie vermaakte hij zich met een Lamborghini in de sneeuw. In het verleden verklapte hij dat hij meerdere keren op het circuit heeft gescheurd en in zijn vrije tijd door het bos croste met een motor. Vorig jaar kreeg hij een Lamborghini Urus met het kenteken 1-MVDP-1 cadeau van de Italiaanse autofabrikant. Eind december kwam hij in een knaloranje Revuelto, de eerste plug-in-hybride van Lamborghini, aan bij de cross in Gavere. De sportwagen ter waarde van 511.000 euro, voorzien van een V12-motor in combinatie met drie elektromotoren, samen goed voor een vermogen van 1000 pk, een topsnelheid van 350 kilometer per uur en ervoor zorgt dat in tweeënhalve seconden van 0 naar 100 kan worden opgetrokken. Een geste van de Antwerpse Lamborghini- dealer, die ook zijn privésponsor is. Mathieu is een thrillseeker, iemand die niet heel erg bezig lijkt met het managen van risico’s. “Het is maar hoe je het bekijkt; ik vind off piste skiën minder gevaarlijk dan in een peloton naar de Oude Kwaremont rijden in de Ronde van Vlaanderen,” zegt hij lachend. “Ik ski al van jongs af aan, voor mij voelt dat niet als iets risicovols. Binnen de ploeg heb ik altijd de ruimte gekregen om dit soort dingen te doen. Ik heb ervan genoten om even lekker te kunnen skiën, denk ook niet dat als je me dit soort dingen afneemt, dat ten goede zal komen aan mijn prestaties. Ik heb die vrijheid nodig. Maar ik ben wel iets voorzichtiger geworden dan vroeger.” 'Normaal heb ik niet met leeftijden, maar dertig vond ik toch wel een dingetje. Het was ook een beetje een wake-up call" Staan er nog meer dingen op jouw bucketlist? “Laat ik me eerst nog maar een paar jaar op het wielrennen focussen. Als dat klaar is, zal ik wel kijken wat er nog uit de bus komt. Al met al denk ik dat bij alles dat ik na mijn carrière ga doen toch ook nog vaak een fiets van pas zal blijven komen.” Hij verklapte in een groot interview met de Belgische tv-zender Sporza, eind vorig jaar, dat er een weddenschap met de populaire Belgische youtuber Average Rob is. De deal is dat hij op een dag mee zal doen aan een Ironman, een triatlon van 3,8 kilometer zwemmen, 180 kilometer fietsen en 42,2 kilometer hardlopen. Bijna gelijktijdig deelde Roxanne, sinds 2018 zijn vriendin, op Instagram een foto van een kraambezoek. Bij een foto van een pasgeboren dochtertje van bekenden schreef ze: ‘Baby fever’. En het vaderschap, staat dat op jouw bucketlist? Lachend: “Dat is nog niet iets waar ik nu mee bezig ben.” Met pensioen Mathieu vierde op 19 januari zijn dertigste verjaardag. Hij vierde de mijlpaal in Spanje, waar hij een deel van het jaar woont en traint. “We hebben met een grote groep iets gegeten, dat was gezellig.” Voelde het speciaal om de dertig aan te tikken? “Toch wel. Normaal gesproken heb ik niets met leeftijden, maar dertig vond ik toch wel een dingetje. Het was ook een beetje een wake up call. Ik ben ineens geen twintiger meer, voel me toch ook oud worden.” Heb je het gevoel: de speeltijd is voorbij, het leven wordt serieus? “Ik hoop dat ik de komende jaren nog mooie dingen kan laten zien, maar tegelijkertijd realiseer ik me dat de meeste renners met pensioen gaan als ze in de dertig zijn. Vaak wel pas eind dertig, maar toch. Dat is wel iets waar ik over nadenk.” In het interview met Sporza verklapte hij ‘zeker niet tot zijn veertigste te blijven koersen’, omdat hij het belangrijk vindt om te stoppen op een hoogtepunt en dat hij soms renners ziet die te lang blijven fietsen, wat in zijn beleving afbreuk doet aan de erelijst die zij bij elkaar hebben gefietst. Merk jij al dat de jaren beginnen te tellen? “Gelukkig niet. Het is eerder andersom: ik herstel juist veel sneller dan vroeger. Ik zit op het punt in mijn carrière dat ik het meeste aankan. Als ik een paar jaar terug had getraind zoals ik dat begin dit jaar in Spanje heb gedaan, dan had ik in het weekend daarna niet kunnen crossen. Dat is echt een groot verschil. Misschien ben ik wel beter dan ooit. Ik heb geen idee wat mijn lichaam nog aankan en hoe lang. Ik denk dat ik sowieso nog wel twee of drie jaar op de toppen van mijn kunnen kan zijn. Daarna weet ik het niet. Ik voel me nu heel goed, maar het is afwachten hoe ik me voel als ik 33 ben. Tegenwoordig zijn heel veel dingen te meten. Aan de resultaten van die metingen is te zien dat ik nog steeds progressie boek. Maar uiteindelijk houdt die ontwikkeling toch een keer op. Dat is voor iedereen zo, dus dat zal bij mij niet anders zijn.” Steeds harder Mathieu kende een geweldig 2024. Hij won in de regenboogtrui – die hij pakte door in 2023 in Glasgow de wereldtitel op de weg te grijpen – zowel de Ronde van Vlaanderen als Parijs-Roubaix. “Vlaanderen en Roubaix winnen in de regenboogtrui is misschien wel het hoogtepunt van mijn carrière geweest. Dat is toch iets unieks.” Vooral voor zijn derde overwinning in de Ronde van Vlaanderen moest hij diepgaan. Door de regen en kou was het laatste uur erg zwaar. Hij kreeg hetzelfde gevoel als op het WK in Harrogate in 2019, toen hij lang in de kopgroep zat en de koers maakte, maar door hongerklop zijn kansen op de wereldtitel zag vervliegen, bekende hij tegen Sporza. Veel langer had de Ronde van Vlaanderen voor hem niet mogen duren. Ook won hij de E3 Saxo Classic in het voorjaar. Verder werd hij derde in Luik- Bastenaken-Luik en op het WK op de weg in Zürich. Ook pakte hij afgelopen jaar twee wereldtitels: zijn zesde als veldrijder en zijn eerste op de gravelbike. O ja, hij hielp als een wel heel luxe knecht ook zijn ploegmaat Jasper Philipsen nog aan de overwinning in Milaan-San Remo en drie sprintzeges in de Tour de France. Tijdens het cross-seizoen afgelopen winter, stond er opnieuw geen maat op Matje: hij won met groot vertoon van macht elke veldrit waar hij aan de start verscheen. Bij de WK, op 2 februari in het Franse Liévin, ging hij er meteen na de start vandoor. Zijn grote rivaal Wout van Aert, die tweede werd, zag hem pas weer terug na de finish. Het betekende zijn zevende wereldtitel veldrijden, een record dat hij nu deelt met de in december 2015 op zeventigjarige leeftijd overleden Erik De Vlaeminck. “Mooi om geschiedenis te schrijven, maar ik ben nooit erg bezig met records. Toen ik voor de vierde keer wereldkampioen werd, begonnen mensen over de zeven wereldtitels van De Vlaeminck. Voor mij begon dat record vorig jaar pas mee te spelen, toen ik op zes wereldtitels kwam.” En dan te bedenken dat hij een paar weken voor het WK veldrijden een ribbreuk opliep. “Ik klapte op een paaltje tijdens de cross in Loenhout, toen is er een barst in mijn rib ontstaan. Een week later in Besançon brak hij waarschijnlijk pas echt door de inspanning. Tijdens die koers begon ik last te krijgen van mijn rib. Op de terugweg kreeg ik nog meer last. Ik had de eerste twee weken na de breuk flink last. Vooral hoesten was erg pijnlijk. Op de fiets was het gelukkig nog redelijk oké. Daardoor heeft het weinig invloed gehad op mijn voorbereiding van het wegseizoen en de opbouw richting de wereldtitel veldrijden. Zorg was alleen dat er niet een bobbel zou ontstaan op mijn rib en dat het netjes aan elkaar zou groeien.” De ribbreuk stond dus een goede voorbereiding op het wegseizoen niet in de weg. In Spanje kende hij een goede trainingsstage. “Ik heb dingen dit jaar wat anders aangepakt. Rust is steeds belangrijker. Door de jaren heen weten we wel wat voor mij werkt en wat niet. Ik voel me ook beter dan vorig jaar door die trainingsstage. Vorig jaar voelde ik me aan het begin van het seizoen iets vermoeider. De ribblessure was vervelend, maar ik heb wel heel lang en goed kunnen trainen voor het wegseizoen.” En dat is nodig, want het wielrennen blijft zich maar ontwikkelen. Het materiaal wordt steeds beter, op het gebied van voeding wordt nog progressie geboekt en ook de trainingsaanpak blijft evolueren. “Het gaat steeds harder,” zegt Mathieu, “de trainingsmethoden worden steeds beter, waardoor het niveau omhooggaat. Daardoor verandert ook het koersverloop. In de klassiekers gaat tegenwoordig het tempo meteen omhoog. In het verleden was de snelheid de eerste 100 tot 150 kilometer wat lager. Nu niet meer. De gemiddelde snelheid ligt veel hoger.” Mathieu en zijn ploeg Alpecin- Deceuninck moeten dus voortdurend aan de knoppen blijven draaien. “Wij denken voortdurend na over nieuwe trainingsmethodes. Moeten we weer andere intervaltrainingen doen om nog beter te worden? Maar we mogen tegelijkertijd niet onze ogen sluiten voor de dingen die we in het verleden goed hebben gedaan. Het is niet altijd zo dat je er zeker van bent dat als je iets verandert, het ook meteen beter zal gaan.” Mathieu haalt de Tirreno-Adriatico aan. Die reed hij twee jaar geleden ook en dat was achteraf de ideale voorbereiding op Milaan-San Remo, die hij in 2023 won. “Vorig jaar ging ik naar San Remo zonder voorbereidingskoers. Ik was goed, maar niet goed genoeg om een verschil te maken. Als iets voor mij heeft gewerkt, hou ik dat in mijn achterhoofd. Een etappekoers van een week is voor mij een betere manier om in mijn beste vorm te komen dan een week trainen.” Haat-liefde verhouding Na Parijs- Roubaix werd de Tour de France het grote doel van Mathieu. Het wordt zijn vijfde deelname aan de Ronde van Frankrijk. Bij zijn debuut, in 2021, won hij de tweede etappe met aankomst op Mûr-de- Bretagne en Mathieu greep ook nog eens de gele trui. In de laatste meters wees hij naar de hemel, als eerbetoon aan opa Raymond Poulidor, de Franse wielerheld die in november 2019 overleed en drie keer tweede en vijf keer derde werd in de Tour, maar nooit de gele trui droeg. De jaren daarna was hij minder succesvol in de Tour. De afgelopen twee jaar cijferde Mathieu zich vooral weg voor sprinter Jasper Philipsen die hij als een superknecht naar de groene trui in 2023 en tal van ritzeges loodste. Hij geeft aan een haat-liefdeverhouding met de Tour te hebben. Aan de ene kant is het de koers waar de hele wereld naar kijkt. Maar tegelijkertijd is er veel media- aandacht en druk en zijn de belangen zo groot dat de ploegen met sprinters en de mannen voor het klassement de controle houden. Succesvolle ontsnappingen zijn spaarzaam. “Het is niet dat ik een hekel heb aan de Tour rijden, maar er zijn andere wedstrijden die ik wat leuker vind. Het is heel lastig om een verschil te maken in de Ronde van Frankrijk. Maar dat neemt niet weg dat ik altijd heel gemotiveerd ben om te proberen een etappe in de Tour te winnen. Het is me al een keer gelukt. Ik heb natuurlijk heel mooie herinneringen aan mijn eerste Tour en hopelijk slaag ik erin om nog meer etappes te winnen.” In het Sporza-interview zei hij over de Tour: “Ik rijd liever vijf koersen waarin ik meedoe om te winnen dan twintig etappes waarin ik de helft van de tijd niet meedoe voor de zege.” En: “Met Jasper erbij heb ik dan telkens wel het doel om hem aan zoveel mogelijk ritzeges te helpen. Dat vind ik leuk en het neemt ook druk bij mij weg.” Ook dit jaar zal Alpecin-Deceuninck in de vlakke Tour-etappes vooral in dienst van Philipsen rijden. “Ik hoop wel dat ik het voor mezelf beter kan doen dan vorige edities. In de eerste week liggen er kansen voor Jasper, maar ook voor individueel succes.” De Tour start met een etappe van Lille naar Lille en de kans is groot dat die rit eindigt in een massasprint en dus een kans op de gele trui voor Philipsen. Naast sprintkansen zijn er ook een paar heuveletappes in de eerste week van de Tour. Kortom: er zijn ook kansen voor Mathieu. Wie weet kan hij net als in 2021 voor een ritzege en het geel gaan. En over de Tour van 2021 gesproken: ook de Mûr-de-Bretagne is weer opgenomen in het programma, daar ligt de finish van de zevende etappe op vrijdag 11 juli.   Helden Magazine nummer 76 Het eerste gedeelte van het interview met Mathieu van der Poel komt voort uit Helden Magazine nummer 76. In deze editie van Helden siert Mathieu van der Poel siert ook de cover. Voetbal Ook is er veel aandacht voor voetbal. We gingen langs bij Justin Kluivert. Hij is voor het eerst vader geworden en is dé revelatie van de Premier League. Sem Steijn werd lang gezien als de ‘zoon van’. Bij FC Twente is hij uit de schaduw van vader Maurice getreden. Hij lijkt hard op weg naar de titel van topscorer van de Eredivisie, een transfer en – wie weet – een uitnodiging door bondscoach Ronald Koeman. Van de topscorer van de eredivisie gaan we naar de meest besproken speler. Noa Lang maakt de tongen los. Op en naast het veld. We vroegen analisten naar hun mening over de rappende voetballer. Robin van Persie keerde in februari terug bij Feyenoord. Van een rebelse tiener tot hoofdtrainer; Helden zag hem door de jaren heen transformeren. Daarnaast spraken we met de aanvoerster van de OranjeLeeuwinnen en de Ajax-vrouwen, Sherida Spitse. Ze maakt zich op voor weer een EK, terwijl ze een moeilijke periode doormaakt. Openhartig praat ze over haar scheiding van de moeder van haar twee kinderen. Verder gingen we dertig jaar terug in de tijd met Danny Blind. We blikken met de aanvoerder van destijds terug op de gewonnen Champions League én de Wereldbeker met Ajax. Nog veel meer sport Verder in deze editie vertelt Ellen van Dijk over het moederschap, een crash en de race tegen de klok om de Spelen in Parijs te halen. Max Verstappen gaat dit seizoen op voor zijn vijfde wereldtitel in de Formule 1 en dat wordt een fikse opgave in een jaar waarin hij ook voor het eerst vader wordt. Wat verwachten analisten Christijan Albers, Tom Coronel en Giedo van der Garde van Max in 2025? Carlos Alcaraz is de populairste tennisser van dit moment. Helden sprak de 21-jarige Spanjaard in een exclusief interview. Oud-honkballer Kalian Sams moest tijdens zijn loopbaan omgaan met racisme en een stalker. Hij doet zijn verhaal in het theater en hoopt jonge topsporters inzichten te geven. Als laatste laat hockeyster Felice Albers een andere kant van zichzelf zien in Heldenpraat en deelt waterpolokeepster Laura Aarts haar foto’s in de rubriek Me, My Selfie & I.

Basketbal

Worthy de Jong: ‘Ik heb mezelf uitgevonden’

Hij is verantwoordelijk voor misschien wel het mooiste sportmoment [...]
Hij is verantwoordelijk voor misschien wel het mooiste sportmoment van 2024. In de extra tijd van de finale tegen thuisland Frankrijk schoot Worthy de Jong (36) de Nederlandse 3x3-basketballers naar de olympische titel. Victoria Koblenko ging voor het dubbeldikke jubileumnummer langs bij de man van ‘Het Gouden Schot’. Worthy de Jong Je vader was een basketballer in Suriname en vernoemde jou naar de bekende NBA-speler James Worthy. Welke rol speelde je vader in de keuze om te gaan basketballen? “Ik ben geboren in Suriname, toen ik twee was, gingen we met het gezin naar Nederland. Mijn ouders gingen uit elkaar toen ik zeven was. Mijn band met mijn vader veranderde daarna. Hij haalde me soms op, we basketbalden dan af en toe ook samen. Mijn vader was er eigenlijk meer een voorstander van dat ik ging voetballen, maar ik koos op m’n elfde voor basketbal en wilde natuurlijk beter worden dan mijn vader. Hij bracht me naar een net opgerichte club in Amsterdam-Zuidoost. Ik basketbalde vooral voor m’n plezier op dat moment, speelde ook geen competitie. Pas twee jaar later konden we ons als team inschrijven en competitie spelen. Toen werd ik echt verliefd.” Wat voor jongen was jij in die tijd? “Ik was geen straatjongen, geen hangjongere, speelde tot mijn achttiende nog verstoppertje. Ik was actief en atletisch, maar ook een lolbroek. Wat school betreft: ik lette niet altijd op, maar ben ook nooit blijven zitten. En wat mijn sport betreft: ik speelde eerst op pleintjes, vooral voor de lol, en moest bij de club ineens binnen structuren leren functioneren. Dat was wennen.” [caption id="attachment_20589" align="aligncenter" width="1707"] Worthy de Jong[/caption] Hoe liep het af met school? “Met minimale inspanning, omdat ik basketbal prioriteit gaf, heb ik het mbo-diploma retail gehaald. Ik bedacht: ik moet in elk geval een diploma halen voordat ik naar Amerika ga. Het is altijd mijn droom geweest om daarheen te gaan.” Hoe jaagde je die droom na als tiener? “Er waren heel veel obstakels. Om voet tussen de deur te krijgen in Amerika moest ik eerst mijn diploma’s laten vertalen. Het kostte allemaal veel geld om mijn basketbaldroom na te jagen. Mijn moeder heeft mij heel erg gesponsord. Ze zag er niet veel in, maar ik was enig kind en ze bracht dagelijks offers voor mijn droom. Ze heeft veel baantjes gehad, maakte onder meer huizen schoon. Soms moest ik mee om haar te helpen om nieuwe basketbalschoenen te kunnen bekostigen. Al die sportlessen, een busabonnement om naar school te gaan; mijn moeder heeft keihard gewerkt om het voor mij allemaal voor elkaar te krijgen.” Vis uit het water Hoe kwam je uiteindelijk in Amerika, het beloofde land voor basketballers, terecht? “Ik was achttien toen ik voor het eerst naar New York ging voor een try-out, maar de school kon me geen scholarship aanbieden. Daarna ben ik nog twee keer naar Texas gegaan. Er was een coach die het in me zag zitten, ben daar een maand geweest om met hem te trainen. Ik kon bij Ranger College terecht. Vervolgens ging ik terug naar Nederland om een visum en het papierwerk te regelen.” Maar de droom viel uiteindelijk in duigen. Hoe kwam dat? “Ik trok daar het leven rondom het basketbal niet. De bedoeling was om twee jaar te blijven, maar na een paar maanden wist ik al dat het leven daar in Texas mij totaal niet lag. Ik had verwacht dat het er heel anders aan toe zou gaan in Amerika.” Wat was er zo anders dan je had gedacht? “We hadden om half zes in de ochtend de eerste training, daarna hadden we meteen onze eerste les op school, om twaalf uur kreeg ik individuele trainingen, daarna weer terug naar school om ’s avonds weer te trainen. Daarna moest ik m’n huiswerk nog maken. En dat dag in dag uit. Ik ben een sociaal dier, miste mijn vrienden. Ik was daar als een vis uit het water.” Na terugkomst uit Amerika ben je een tijdje gestopt met basketballen. Waarom? “Mijn vrienden hadden geld bij elkaar gelegd om mijn ticket terug naar Nederland te betalen. Eenmaal weer hier miste ik de motivatie. Na een tijdje heb ik me toch weer aangesloten, bij een clubje in Urk. Daarna kreeg ik mijn eerste contract in Rotterdam.” Worthy krijgt tranen in zijn ogen. “Het was een lastige periode... Ik ben de laatste tijd erg emotioneel, waarschijnlijk doordat ik na onze gouden medaille besef waar ik vandaan ben gekomen. Ik zou niet de man zijn die ik nu ben zonder mijn vrienden. Wij kennen elkaar al 25 jaar. We kraken elkaar af, maken grappen over elkaar omdat we zo’n sterke, emotionele band hebben. Dan kun je dat heel goed van elkaar hebben. Wij zijn elkaars realitycheck. Maar we complimenteren elkaar ook, maken elkaar sterker en vinden het belangrijk om elkaar wekelijks te zien.” Hoe waren zij er voor jou toen je twee jaar geleden ging scheiden van de moeder van jullie zoons? “Ze stonden allemaal voor me klaar. De een zei: ‘Ik heb een bank of een bed voor je. Je kan komen wanneer je wil.’ De ander vroeg: ‘Heb je geld nodig?’ Mijn vrienden zijn mijn chosen family. Alles gaat opzij voor die jongens. Ik ben de jongste van onze vriendengroep van zes. En ik voel me gedragen door hen. Ze zorgen voor balans in mijn leven.” Je hoort juist vaak dat topsport en aandacht vriendschappen onder druk kunnen zetten. “Zij hebben ook allemaal gebasketbald, sommigen zijn nu basketbalcoach. Er schiet me een quote te binnen: ‘Er zijn weinig boeken waarin staat hoe je een goede vriend kan zijn voor iemand.’ Je denkt dat je een goede vriend bent als je hulp aanbiedt. Maar om hulp vragen, dát is pas vriendschap! Mijn vrienden zijn mijn mental coach.” Heb jij hen om hulp gevraagd? “Eerst niet. Ik hield ze op afstand toen ik door die donkere periode ging. Ze hebben me daarop aangesproken, zeiden dat we niet langs elkaar heen konden leven. Toen heb ik ze toegelaten en dat heeft me enorm geholpen.” Waarom liet je ze eerst niet toe? “Tot het twee jaar geleden uitging met de moeder van onze kinderen, had ik alles: een vrouw, kinderen, twee auto’s, een groot huis, ik verdiende genoeg. Mijn probleem: ik wist er niet van te houden. Gedachtes dat het leven niet meer de moeite waard was, overspoelden me.” Psychische druk en depressieve gevoelens zijn dingen waar sporters best wat vaker voor uit mogen komen. “We woonden in Almere en ik speelde in Leiden. Als ik in de auto zat op weg naar de club of naar huis, was mijn moment om tot rust te komen. Ik zocht hulp, maar ik besprak deze zaken niet met mijn vriendin. Ik ben uiteindelijk gaan praten met iemand over mijn struggle. Met de therapeute besprak ik wél waar ik mee zat. Onze relatie is ontploft, terwijl er geen sprake was van ontrouw. Ik heb er alles aan gedaan om niet uit elkaar te gaan. We zijn tien jaar samen geweest, maar ik hield alles binnen. Ik liet niet zien wat ik voelde en dat is funest geweest.” Het is voor een partner van een topsporter vaak ook zwaar om offers te brengen voor de allesoverheersende wil om te slagen als topsporter. “Klopt. Aan het begin van onze relatie was ik niet de speler die ik aan het einde van onze relatie was. Ik haalde mijn endorfine uit de sport, mijn ex niet.” Topsport bedrijven en een liefdesrelatie onderhouden: dat is best vaak een lastig verhaal, zo lijkt het. “Mijn eerste relatie duurde vijf jaar. Toen die voorbij was, heb ik mijn vrijheid gepakt. Ik ben geen feestbeest, maar die periode duurde, denk ik nu, te kort. Ik heb niet voldoende ruimte gepakt voor mezelf. De relatie met de moeder van mijn kinderen kwam achteraf te vroeg. Ik had mezelf nog niet uitgevonden. Nu wel, denk ik.” Het klinkt alsof je lange tijd op zoek bent geweest naar balans in het leven. “Kijk, als je als topsporter goed wil zijn, kun je die balans heus vinden. Maar als je als sportman een legacy wil achterlaten, dan is er geen ruimte voor balans. Sinds mijn ex en ik uit elkaar zijn, heb ik veel keuzes gemaakt voor mezelf. En in mijn drang om mijn legacy achter te laten, heb ik grote offers moeten brengen. Gewild en ongewild. Mijn relatie was een van de offers.” Vlaggendrager Je verruilde een paar jaar terug het gewone basketbal voor 3x3-basketbal. Met in het achterhoofd het idee om impact te maken. Met het winnen van de gouden olympische medaille, door het schot waarmee je de Fransen in overtime de das omdeed, heb je in één klap geschiedenis geschreven. Hoe zit je er nu mentaal in? “Deze periode van mijn leven heeft als thema: ik bepaal hoe een wedstrijd begint en eindigt. Ik ga lachend het veld op en stap er lachend vanaf. Ik maak niet de keuze om uren te gaan malen. Waarom zou ik blijven zitten in een moment dat me niet helpt? Dat heb ik tijdens de therapie geleerd en het werkt voor me.” Jij mocht samen met handbalster Lois Abbingh de Nederlandse vlag dragen tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Parijs. Hoe vond je dat? “Ik had eigenlijk helemaal geen zin om met de vlag rond te lopen, want dan zou ik geen foto’s kunnen maken. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kwam een keer langs bij de training. Ik grapte: dat is die wielrenner toch? Pieter zei: ‘Ik ken jouw verhaal, dat spreekt me aan. Zou jij de vlaggendrager willen zijn?’ Ik keek naar mijn teamgenoten toen hij me vroeg. Ik kon aan hen aflezen dat het een big deal was en daarom zei ik ja.” Sinds de gouden medaille komen mensen superlatieven tekort om jou op te hemelen. Als basketbalexperts je moeten omschrijven, dan benoemen ze jouw creativiteit en je onderscheidende vermogen oplossingen te zoeken en vinden waar andere spelers niet opkomen. Je bent razendsnel en neemt veel risico’s. Tijdens de vorige Spelen in Tokio was je nog een international van het gewone basketbalteam en nu ben je nummer één van de wereld op de ranglijst van 3x3-basketballers. Wat voel je daarbij? “Ooit maakte ik een moodboard en daarop had ik de olympische ringen getekend. Ik denk dat je pad voorbestemd is. Ik maakte in 2022 de keuze om te stoppen bij mijn club Leiden en de overstap te maken naar 3x3-basketbal. En twee jaar later keerde ik terug van de Spelen met een gouden plak. Die medaille is iets wat ik mijn moeder heel graag wilde geven. Ze is ernstig ziek, we weten niet hoelang ze nog heeft. Mijn doel was: de beste 3x3-basketballer van de wereld worden en de Olympische Spelen halen. Niet per se om daar een medaille te winnen, maar vooral om daar plezier te hebben. Het is allemaal gelukt in een week tijd. En nu hoeft mijn moeder zich ook geen zorgen te maken of ik het financieel wel goed zal hebben.” Oude hiphop Wat zijn de grote levenslessen die je van je moeder hebt meegekregen? “Dat ik plezier moet hebben en een goed persoon moet zijn. Mijn moeder heeft het nooit zo tegen me gezegd, maar het me laten zien. Ik bewonder hoe zij in het leven staat. Ze is sterk, zorgzaam en geeft niet op.” En hoe is de band met je vader, wat heb je van hem geleerd? “Het is een lange periode slecht gegaan met hem, maar nu gaat het goed. Hij heeft de boel op orde en wil weer deel uitmaken van mijn leven. Ik zie hem meer dan ooit. En dat is prima. Ik doe het allemaal wel in mijn tempo. Hoe hij met mijn moeder omging, zou ik in elk geval niet willen overnemen. Die les ben ik nog steeds aan het leren.” Wat voor vader ben jij voor je twee zoons? “Helaas een die er vaak niet is. Ik zit nu in een lastige tijd waarin mijn ex en ik overeenstemming moeten krijgen hoe vaak ik de kinderen zie.” Je hebt nu een relatie met Janis Boonstra, die ook aan 3x3-basketbald oet en net de Spelen miste met het Nederlands team. Waarom is zij de vrouw van je leven? “She is an old soul. Toen ik nog in Leiden speelde, ben ik een keer om twee uur ’s nachts naar haar toe gereden en daarna ben ik nooit meer weggegaan. Ze brengt rust in de chaos waarin ik leef. Als ik bij haar in Leeuwarden moest spelen, kwam ze kijken. Ze kende mij als speler, niet als persoon. Toen ik de transitie ging maken naar 3x3-basketbal, keek ik naar een 3x3- wedstrijd waarin zij speelde en geblesseerd raakte. Ze lag er een jaar uit. Tijdens haar revalidatie speelde ze een lied af op de speakers. Oude hiphop uit de nineties. Zo kwam ze bij mij op de radar. De intentie was niet om elkaar beter te leren kennen, maar toen mijn relatie op de klippen liep, was dat wel het geval. Samen met mijn vrienden was Janis er voor mij. Ze was een lichtpunt in een donkere periode. Haar lach en haar aanwezigheid gaven me heel veel rust. En nu versterken we elkaar. We begrijpen elkaar.” Je bent ineens een BN’er, werd gevraagd om een gouden Televizier- Ring uit te reiken. Je hebt grote indruk gemaakt. Voor veel kinderen uit Amsterdam-Zuidoost ben jij een grote inspiratiebron. Wat is er sinds de Spelen allemaal veranderd? “Ik ben niet heel spiritueel, maar de laatste tijd krijg ik steeds vaker het gevoel dat ik voorbestemd ben voor grotere dingen dan basketbal. Mijn impact gaat groter zijn buiten dan binnen het basketbal. Ik unlock steeds een nieuw stukje van mezelf. Natuurlijk wil ik de sport promoten, de sport beter achterlaten dan toen ik het aantrof. Dat wilde ik al voordat we goud wonnen. Maar nu heb ik ineens een groter publiek."