Word abonnee

Uit helden

Op weg naar het EK: volleybalheldinnen

door: Jasper Boks
12 september 2015

Eind deze maand vindt het Europees kampioenschap volleybal plaats. Voorafgaand aan het EK in eigen land en België poseerden vijftien speelsters voor ons. Vandaag Lonneke Sloetjes, Robin de Kruijf, Debby Pilon-Stam en Anne Buijs.

Lonneke Sloetjes
15 november 1990, Varsseveld

Mijn guilty pleasure
“Ik heb er twee. De eerste is heel hard meezingen onder de douche, want ik heb altijd muziek opstaan in de badkamer. Dan denk ik altijd dat ik heel goed kan zingen. De andere guilty pleasure is pindakaas met Nutella op mijn brood. Natuurlijk niet goed, maar o wat is dat lekker.”

Mijn held
“Mijn moeder. Ze zit in een rolstoel en heeft me geleerd wat doorzettingsvermogen is en hoe je positief in het leven kunt staan, ondanks tegenslagen.”

Mijn kostbaarste bezit
“Mijn vriend Thomas. We wonen samen in Doetinchem. Ik zit veel in het buitenland. Niet altijd leuk, maar we zeggen ook tegen elkaar: 'Als we oud zijn, kunnen we constant bij elkaar zijn.'”

———————

Robin de Kruijf
5 mei 1991, Nieuwegein

Mijn guilty pleasure
“Ik hou heel erg van chocolade. Als ik een Snickers zie liggen bij de kassa van het tankstation of de supermarkt, dan gaat mijn hand automatisch die richting op. Dan moet ik echt tegen mezelf zeggen: 'Robin, niet doen!' Als ik naar het buitenland ga, neem ik ook altijd hagelslag mee.”

Mijn held
“Mijn moeder. Hoe zij alles elke keer weer voor elkaar krijgt, met een gezin met drie kinderen. Als er ook maar ergens raad of hulp nodig is, staat ze altijd voor iedereen klaar. Ook wat betreft mijn volleybalcarrière is ze er samen met mijn vader altijd om mij te ondersteunen. Kan het niet live in de hal, dan wel via de livescore op internet. Ze heeft zoveel energie en is altijd vrolijk. Ik hoop dat ik net zo in het leven zal staan als ik later een gezin heb.”

Mijn droom
“Goud op de Spelen. En ik kijk ook al verder dan het volleybal. Dan denk ik aan huisje- boompje-beestje. Ik wil gewoon gelukkig zijn.”

———————

Debby Pilon-Stam
24 juli 1984, Zaandijk

Mijn held
“Mijn man Paul. Onze zoon Mees is oktober vorig jaar geboren. Dat ik weer bij het Nederlands team zit, heb ik aan hem te danken. Hij is eigen baas en redelijk flexibel, maar geeft dingen op zodat ik mijn dromen kan blijven najagen als volleybalster. Steun krijgen we daarbij natuurlijk ook van mijn en zijn ouders. Het is niet eenvoudig om met het Nederlands team een maand van huis te zijn, daarom is het zo geweldig dat het thuisfront me zo steunt. Ik heb er niet lang over na hoeven denken of ik na de geboorte weer aan wilde sluiten bij het Nederlands team, er zit nog te veel volleybal in mijn bloed.”

Mijn favoriete vrijetijdsbesteding
“Alle vrije tijd die ik heb, besteed ik aan mijn zoontje en mijn man. Heerlijk.”

Mijn droom
“Sportief gezien bekijk ik het van dag tot dag. Ik hoop dat we het goed doen op het EK. En verder is het mijn doel om gewoon gelukkig te zijn met wat ik heb. Dat ben ik nu en dat hoop ik nog jaren te zijn.”

———————

Anne Buijs
2 december 1991, Oostzaan

Mijn held
“Rafael Nadal. Mijn moeder was al fan en ik ben dat ook geworden. Ik heb een keer een meet & greet met hem gehad in Rotterdam. Hoe intensief hij met zijn sport bezig is, hoe hard hij traint; daar heb ik bewondering voor. Mensen zeggen weleens dat hij oppervlakkig is en als tennisser een krachtpatser. Tegen hen wil ik zeggen: 'Lees zijn biografie.'”

Mijn kostbaarste bezit
“Ik ben heel blij met mijn vriendin Lisa Thomsen. Ze is Duits en via het volleybal zijn we elkaar tegengekomen, we speelden voor dezelfde club. Ik ben hartstikke gelukkig met haar, we zijn nu drieënhalf jaar samen. We staan soms ook tegenover elkaar, Lisa komt uit voor het Duits nationaal team. Het is lastig om tijd samen te hebben nu, ik zit bij het Nederlands team en zij bij het Duitse. Het is nu dus vooral een Skype-relatie.”

Mijn favoriete vrijetijdsbesteding
“Sinds twee jaar is dat windsurfen. Vorig jaar ben ik met mijn vriendin op Aruba geweest en daar hebben we ook gesurft. Veel wind, mooie blauwe zee. Het was vaak een gevecht om het zeil vast te houden, ik had de blaren op mijn handen staan.”

Delen: