Word abonnee

Helden in het nieuws

BMI: ‘Ik moest weer op niveau komen en dat is gelukt’

door: Marlies van Cleeff
8 november 2016

Bruno Martins Indi is terug van weggeweest. Hij was veertien maanden lang uit beeld bij Oranje, maar heeft zijn goede vibe teruggevonden. “De jongens waren blij me weer te zien en ik ook!”

“Ik was blij verrast toen ik werd opgeroepen. Mijn manager belde me. Ik wilde net mijn dochter ophalen van school.” Sinds zijn debuut tegen België op 15 augustus 2012 speelde BMI in 31 van de veertig interlands mee. Na de rode kaart in de EK-kwalificatiewedstrijd tegen IJsland, kwam er een einde aan die reeks. “De afgelopen maanden heb ik Oranje gevolgd als supporter, natuurlijk heeft dat pijn gedaan.”

Na het WK van 2014 vertrok Martins Indi naar FC Porto in zijn geboorteland Portugal. Hij speelde er twee seizoenen, maar raakte zijn basisplaats kwijt. “Deze move paste goed bij me. Ik heb twee goede jaren gehad en op sportief gebied veel geleerd. Maar je moet kritisch zijn, in die jaren had ik ook mindere momenten, dan moet je bij jezelf te rade gaan. Die rode kaart tegen IJsland was zo'n moment. Ik moest daarmee leren dealen en dat heb ik gedaan.”

Deze zomer vertrok de oud-Feyenoorder op huurbasis naar Stoke City. Een nieuw land, een nieuw leven, een nieuwe uitdaging. “In twee jaar ben ik volwassener geworden, heb ik andere culturen leren kennen. Mijn gezin past zich goed aan, mijn vrouw is gelukkig altijd sterk naast me blijven staan. En mijn dochter gaat nu naar een Engelse school.” Ook op sportief gebied lijkt Martins Indi op de weg terug. “Het spel in Engeland gaat sneller en de spelers zijn fysiek sterker. Ik moest weer op niveau komen en dat is gelukt. Ik speel veel, we doen het goed met de club.”

Woensdag hoopt de verdediger weer in Oranjeshirt speelminuten te kunnen maken, wederom tegen België. “Ik ga op nul beginnen, wil mezelf weer laten zien. De jongens waren blij me weer te zien en ik was ook blij om iedereen weer te zien. Het team heeft de laatste wedstrijden positieve dingen laten zien. Daar hoop ik weer mijn steentje aan te kunnen bijdragen. Als ik minuten krijg, is het mooi meegenomen.” 

Delen: