Richard Krajicek won in 1995 voor het eerst het ABN AMRO World Tennis Tournament. Twintig jaar later zal hij alweer voor de twaalfde keer optreden als toernooidirecteur van het ABN AMRO WTT (9-15 februari). Waar blijft de tijd?
“Als ik mijn contract nog één keer verleng, ben ik langer toernooidirecteur dan ik proftennisser ben geweest,” zegt Richard Krajicek, “het gaat allemaal zo snel. Het is volgend jaar ook al twintig jaar geleden dat ik Wimbledon won. Niet dat het nou lijkt dat het gisteren was dat ik het ABN AMRO WTT en Wimbledon won, maar het lijkt geen twintig jaar terug.”
Ben jij een nostalgisch type?
“Wat mijn sportcarrière betreft, valt het mee. Het was mooi, ik heb er geweldige herinneringen aan, maar dat deel van mijn leven heb ik echt afgesloten. Ik heb het meer op andere vlakken dat ik denk: wat gaat het leven snel. Mijn dochter en zoon zijn zestien en veertien. Emma zit in 5 vwo, en ze zou al het huis uit kunnen gaan. Alec is voor het tennis ook al veel weg. Nog twee zomervakanties zijn we echt met z’n vieren en dan zullen ze steeds meer hun eigen weg gaan. Zomaar zijn de kinderen groot en het huis uit. Daar word ik wel een beetje nostalgisch van.”
Zoon Alec, 14 jaar, timmert hard aan de weg als tennisser. In augustus werd hij Nederlands kampioen in zijn leeftijdsklasse. Richard won op zijn veertiende eveneens de nationale titel. “Ik vond het natuurlijk heel mooi,” zegt Richard, “Alec won zijn eerste titel, terwijl ik op die leeftijd mijn laatste titel won in de jeugd. Ik domineerde aanvankelijk, maar na die gewonnen finale tegen Jan Siemerink kwam ik in een dip, en dat is nog mild uitgedrukt. Bij Alec zie je juist een stijgende lijn. We hebben dezelfde titel gewonnen, maar hij zit in een betere flow dan ik destijds.”
Je hebt de laatste tijd bewust afstand genomen als het om je zoon gaat, gaat af en toe mee naar toernooien maar dan uitsluitend als vader. Is daar al verandering in gekomen?
“Ik ben nog steeds in de eerste plaats vader, maar op de achtergrond stippel ik een plan uit waarvan ik denk dat het beste is voor Alec. Ik manage de carrière van mijn zoon, dat klinkt heel zwaar bij een jongen van veertien. Maar ik kijk of hij met de goede coach bezig is, kijk ook naar zijn tennis, maar dat bespreek ik met zijn coach. In oktober is hij naar de school van Nick Bollettieri geweest in Florida, daar heeft hij gewerkt met mijn oude coach Rohan Goetzke aan een paar specifieke dingen in zijn spel. Ik wilde Rohan zijn mening hebben, wilde met hem kunnen bespreken of er dingen zijn waar hij nu al op moet letten. Rohan vond dat het goed ging, dat er alleen een paar dingen zijn die hij moet ‘schoonmaken’. Niets drastisch veranderen dus. Alleen ter preventie van blessures, grijp ik meteen in.”
Tekst gaat verder onder de foto
Krajicek in 1995, het jaar dat hij voor het eerst het ABN AMRO World Tennis Tournament won. Beeld: ANP
Zijn zoon is in twee jaar tijd ruim twintig centimeter gegroeid, is nu 1.84 meter. Richard: “Het is voor Alec heel verleidelijk, nu het zo goed gaat, om extra hard te werken. Ik heb hetzelfde ervaren. Ik weet nu dat het jeugdtennis één grote opleiding is en het enige dat telt, is proftennis op de ATP Tour. Het is niet erg om een maand niet te tennissen bij de junioren. Het allerbelangrijkste is dat hij heel blijft en leert. Voor mij was op de leeftijd van Alec het juniorentennis ook alles. Ik kan het nu voor hem in het juiste perspectief plaatsen, zeggen: ‘Maakt niet uit, ik kan je zo tal van namen geven van jongens die bij de junioren top waren, maar die zichzelf toen kapot hebben gespeeld.’ Maar het is tegelijkertijd wel fijn dat hij nu Nederlands kampioen is geworden. Ik zeg al een paar jaar dat Alec goed bezig is, dan is het wel lekker dat hij dan ook een titel wint. Je moet wel af en toe wat succes hebben. Hij verloor afgelopen jaar van de nummer één van de wereld in zijn leeftijdsklasse in drie sets. Dat soort momenten heb je even nodig voor jezelf om te kunnen zien dat je goed bezig bent. Ha, en niet omdat een oud-prof de hele tijd tegen je zegt dat het allemaal top gaat.”
'Eigenlijk heb ik er drie tenniszonen en twee tennisdochters bij'
Richard Krajicek is ook betrokken bij het project Partner van de Toekomst van ABN AMRO. Hij is niet alleen ambassadeur, samen met Esther Vergeer, hij gaat naast zoon Alec Deckers ook vijf andere talentvolle tennissers begeleiden: Tim van Rijthoven (17 jaar), Isolde de Jong (15), Amadatus Admiraal (14), Sander Jong (14) en Judith van Kessel (14).
“Wat ik voor Alec doe, ga ik nu voor meerdere talenten doen. Ha, eigenlijk heb ik er drie tenniszonen en twee tennisdochters bij. Zie mij als een mentor voor de talenten. Het is niet de bedoeling dat ik elke dag met ze op de baan ga staan, ik ben er eerder voor de zaken naast de baan. Ik ben een vraagbaak voor ouders, zal ze goedbedoelde adviezen geven. Die geef ik ook aan de talenten en hun coaches. Ik help bij het uitstippelen van de carrière. Is het goed om een trainingskamp te beleggen? Zo zorg ik er voor dat ze bij het ABN AMRO WTT met Andy Murray kunnen praten over het vak en hun vragen kunnen stellen. Ik kan meegaan naar een toernooi. Ik ben niet de baas, zal niemand iets verplichten. Met de ontwikkeling is ook niet veel mis, maar we hebben de laatste jaren gemerkt dat de stap van de jeugd naar de profs een lastige is. Ik ga in drie jaar tijd de kansen om een goede prof te worden te vergroten voor deze talenten. Ik adviseer de goede randvoorwaarden, ABN AMRO creëert ze. Ik vind het een leuke uitdaging.
'Ik druk ze op het hart naar het advies van de arts te luisteren'
“Het fanatiekst ben ik met het voorkomen van blessures. Ik ben de vader van Alec en kan tegen hem zeggen: ‘Jij speelt niet, want dat is te belastend.’ Ik kan de kinderen die ik begeleid als mentor natuurlijk niet verbieden om te trainen of te spelen. Maar ik zal wel heel duidelijk waarschuwen voor de gevaren en de risico’s waar het gaat om blessures. Ik zal ze op het hart drukken naar het advies van de arts te luisteren.
“En alles gaat in samenspraak met de bond. Wij willen absoluut het beleid van de KNLTB niet ondermijnen, dit dient als aanvulling op het huidige beleid. En als de Bond het geen goed idee vindt als we iets plannen met de kinderen, dan zullen we dat ook niet doen.”