Volleybal
Nika Daalderop (23) is een van de boegbeelden van het Nederlandse vrouwenvolleybal. We duiken drie jaar terug in de tijd. We legden Nika in aanloop naar het WK 2022 zeven stellingen voor.
Ik wil ook buiten het volleybalveld het nieuwe gezicht worden van mijn sport
“Als het gebeurt, vind ik het prima, hoor, maar het is niet per se mijn ambitie om het gezicht van het volleybal te worden. Ik ben iemand die de kat uit de boom kijkt, hoef niet in de schijnwerpers te staan. Ik ben me er natuurlijk van bewust dat het er in deze tijd met sociale media een beetje bij hoort dat topsporters meer van zichzelf laten zien dan alleen het sportieve, maar ik ben niet heel bewust bezig met mijn imago. Sinds kort ben ik wat actiever op social media, deels ook op aandringen van mijn omgeving, omdat ze weten dat ik er veel meer uit zou kunnen halen. Ik kijk gewoon of ik het leuk vind en verdien er ook nog een beetje geld mee af en toe.
Zitten mensen erop te wachten dat ik meer van mezelf laat zien dan volleyballen? Denk ik eigenlijk ook nooit zo over na... Misschien komt dat ook doordat ik zelf nooit een groot voorbeeld, held of heldin heb gehad. Ik zie volleybal nog steeds als een uit de hand gelopen hobby, zie het zeker niet als mijn werk. Toen ik klein was heb ik ook nooit de ambitie gehad om volleybalster te worden, ik vond het altijd gewoon heel leuk om te doen en ben er eigenlijk gewoon ingerold.”
Ik snap heel goed dat Lonneke Sloetjes en ook een tijdje Celeste Plak genoeg hadden van volleyballen
“Er zijn gesprekken tussen spelers en coaches met de internationale volleybalbond geweest om iets te doen aan de overvolle agenda. Uit steeds meer hoeken komen de signalen dat het echt te veel is.
De resultaten van die gesprekken zien we nog niet echt. In de Nations League speelden we nu twaalf wedstrijden in korte tijd over de hele wereld en vorig jaar waren dat er vijftien... Je ziet nu steeds meer speelsters een sabbatical nemen, en ook op steeds jongere leeftijd. Celeste heeft een sabbatical genomen om zich weer op te laden. Lonneke besloot na eerst een pauze te hebben genomen helemaal met volleybal te stoppen. Dat is toch zorgelijk? Dat moet toch het signaal zijn dat er snel wat moet gebeuren?
Ik kan die meiden die een pauze inlassen heel goed begrijpen, omdat het mentaal en fysiek zo zwaar is wat wij doen. We spelen week in week uit bij onze club en daarnaast, in de periode dat we eigenlijk op krachten zouden moeten komen, spelen we voor het nationaal team. De spelers die club en nationaal team combineren, hebben daardoor hooguit twee weken vakantie per jaar. Er is dus geen tijd om tot rust te komen, zowel mentaal als fysiek. Ik snap heel goed dat dat ritme je na een paar jaar opbreekt.
'Je ziet nu steeds meer speelsters een sabbatical nemen, en ook op steeds jongere leeftijd. Dat is toch zorgelijk?'
Ik had al een tijdje last van een slijmbeursontsteking in mijn heup. Bij de club denken ze aan de korte termijn. Vaak sta je één of twee seizoenen onder contract en in die periode moet je presteren. Daar krijg je veel sneller te horen: ‘Speel maar even door een pijntje heen.’ Bij het nationaal team wordt er beter op ons gelet, daar wordt juist wel naar de langere termijn gekeken, krijgen we eerder rust voorgeschreven. Ik heb in aanloop naar het WK ook de Nations League gemist om voor het WK van die slijmbeursontsteking af te komen.
En dan zijn er nog de hoge verwachtingen waar je altijd mee te maken hebt. Je voelt die druk. Ik heb de afgelopen jaren in Italië gespeeld, bij Firenze en Novara. Bijna bij elke training kwamen de bazen van de club kijken: de president, sponsors. Zelfs tijdens trainingen voelde ik die ogen die op me gericht waren. Daardoor ga je ook heel veel van jezelf eisen. Het is niet gek dat je daar een keer aan onderdoor gaat. Bij sommige teams heb je ook een mental coach. Ik heb die mentale hulp nog niet nodig gehad, maar dat kan altijd nog veranderen.
Ik ga na het WK naar VakifBank, al jaren een van de beste clubs ter wereld. Lonneke heeft daar ook vier jaar gespeeld, tot en met 2019. Ze heeft mij gezegd dat het de mooiste en de zwaarste jaren van haar loopbaan zijn geweest. Ik heb nooit gemerkt dat het zo pittig voor haar was, dat heeft ze goed kunnen maskeren. Pas op het einde, tijdens het olympisch kwalificatietoernooi voor Tokio, merkte ik dat ze anders in het veld stond dan ik gewend was van haar.
Ik kan ook een stresskip zijn, hoor. Vooral als ik, zoals nu, naar een nieuwe club ga. Ik heb altijd even tijd nodig, moet iedereen eerst wat beter leren kennen voordat ik me op de training losser kan gedragen. Ik heb Lonneke veel gesproken toen ik de keuze had om naar VakifBank te gaan. Ze zei tegen mij: ‘Niek, als ik het heb overleefd, dan kun jij dat zeker.’ Dat stelde me gerust.”
In 2028 doe ik als beachvolleybalster mee aan de Spelen
Lachend: “Een paar jaar geleden had ik hier ‘ja’ op gezegd. Ik heb het beachvolleybal lang gecombineerd met spelen in de zaal. Ik vond beachvolleyballen heel leuk. Met Joy Stubbe had ik al prijzen gewonnen, we werden twee jaar op rij Europees kampioen onder de twintig jaar en werden Nederlands kampioen.
Giovanni Guidetti, die toen bondscoach van de Nederlandse zaalploeg was, heeft gesprekken met me gevoerd in 2015. Hij wilde heel graag dat ik voor de zaal koos. Dat zo’n topcoach me vertelde dat ik het kon gaan maken in de zaal hielp natuurlijk wel. Ik was destijds zeventien, net klaar met school en besloot voor een buitenlandse club te spelen in de zaal. Ik dacht: ik probeer het gewoon een jaar. Als het niet bevalt, kan ik altijd weer terug naar het strand.
Ik ben tevreden met de keuze die ik heb gemaakt. Uiteindelijk heb je in de zaal meer zekerheid, ook financieel. Neemt niet weg dat het beachvolleybal blijft trekken. Als ik stop in de zaal, denk ik dat ik weer ga beachvolleyballen. Wanneer en op welk niveau dat is, weet ik niet. De hele sfeer om het beachvolleybal heen vind ik zo leuk. Je hebt veel meer contact met andere speelsters, je bepaalt ook meer zelf. Het is allemaal wat vrijer, in de zaal heb je te maken met een streng regime.”
Ik heb even getwijfeld of ik naar VakifBank zou gaan, want de trainer daar, Giovanni Guidetti, wilde ik eigenlijk nooit meer zien
“Ik zat net bij de ploeg, was in tegenstelling tot veel meiden die al langere tijd met veel succes met hem hadden gewerkt niet in shock toen Guidetti besloot te vertrekken. Ik vond het natuurlijk jammer dat hij ineens bondscoach van Turkije werd, want ik had heel graag met hem samen willen werken. Het Nederlands team was zo succesvol onder hem op de grote toernooien, pakte bijna een medaille op de Spelen in Rio. Na zijn vertrek stuurde Guidetti me af en toe een berichtje. Hij hield me dus in de gaten. Als ik goed had gespeeld, kreeg ik soms een appje van hem.
Guidetti is tactisch zo sterk. Ik heb van andere speelsters begrepen dat hij alles ziet en weet. Hij voelt ook goed aan als iemand niet lekker in zijn vel zit, dan gaat hij even met die speelsters in gesprek. Daarnaast kan hij je ook helemaal met de grond gelijk maken als het niet gaat zoals hij wil, dat heb ik ook gehoord. Het is voorgekomen dat meiden huilend wegliepen van de training.”
Lachend: “Misschien dat ik Lonneke toch nog even bel om informatie over Guidetti in te winnen. Toen ik Lon belde om te vertellen dat ik was benaderd, zei ze: ‘Ik zou het meteen doen. Je gaat daar pas echt leren wat het spelletje inhoudt. De staf, de hele organisatie; alles is daar zo goed geregeld. Je gaat daar zoveel bijleren.’
'Ik kan ook een stresskip zijn hoor'
VakifBank toonde trouwens al eerder interesse. Tijdens mijn eerste jaar in Italië, bij Firenze, was ik geblesseerd. Ik had een stressfractuur, kon niet spelen en had daardoor best wat gedoe met de club. Het liep zo hoog op dat ik bijna weg moest omdat ik niet fit was. Bij VakifBank waren ze net op zoek naar een passer/loper, waardoor er even sprake van was dat ik toen al naar Turkije zou gaan. Ik was net twintig en kreeg meteen buikpijn bij de gedachte. Het voelde nog niet goed om toen al voor zo’n grote club te kiezen, en dat ook nog eens halverwege het seizoen. Bovendien was ik ook nog niet fit. Ik kreeg daar veel te veel stress van.
Veel andere speelsters hadden de kans misschien wel aangegrepen, zouden het als een kans hebben gezien die je wellicht maar één keer in je leven krijgt, maar ik ben blij dat ik destijds besloot niet naar VakifBank te gaan.
Ik heb voor de weg van de geleidelijkheid gekozen; eerst Firenze, daarna een stap omhoog binnen Italië naar Novara en nu de stap naar Turkije. Toen VakifBank me een paar maanden geleden vroeg, wist ik diep vanbinnen meteen dat ik nu wel ‘ja’ zou zeggen. Het lastige was dat ze me tijdens het seizoen al vroegen. Daarnaast had ik al gesprekken gevoerd met Novara over een langer verblijf. Iedereen vertelde me dat ze zo graag wilden dat ik bleef. Ik vond het heel moeilijk om hen teleur te stellen. Novara hoorde ook dat VakifBank me wilde hebben. Er werd een deadline gesteld, beide ploegen wilden weten waar ze aan toe waren.
Die deadline verliep na een Champions League- wedstrijd die we met 3-0 verloren. Het was onze slechtste wedstrijd van het seizoen. En daarna moest ik ook nog eens vertellen dat ik weg zou gaan. Vreselijk. Mijn zaakwaarnemer vertelde het de club. De coach heeft daarna een week nauwelijks tegen me gesproken. Uiteindelijk begon hij er grappen over te maken, had hij de klap verwerkt. Bij Novara konden ze ook wel begrijpen dat ik voor VakifBank koos. Het is ook de enige club waarvoor ik Novara in wilde ruilen.
Ik ga na het WK naar Turkije, dus pas in oktober. Guidetti heb ik sinds mijn besluit even kort gezien en gesproken. Hij was toen druk met het Turkse team, waar hij dus ook nog steeds coach van is. Ik weet dat hij het fijn vindt om met Nederlanders te werken. In tegenstelling tot sommige speelsters uit andere landen gedragen Nederlandse volleybalsters zich niet als diva’s. Ik ga elke dag keihard mijn best doen en hoop dat het dan goedkomt. En hopelijk helpt mijn overstap het Nederlands team ook verder.”
Geef mij maar Amsterdam, dat is mooier dan Turkije of Italië
“Het leven in Italië is ook prima en over Istanboel heb ik ook goede verhalen gehoord, maar er gaat niets boven Amsterdam, dat is mijn thuis. Ik ben geboren en opgegroeid in De Baarsjes met mijn zus Sarah en mijn ouders wonen daar nog steeds. Ik spreek niet met een Amsterdams accent, maar voel me wel Amsterdamse. Ik heb af en toe wel een beetje last van heimwee. Het zijn niet alleen mijn vriendinnen en familie in Amsterdam die ik mis, maar soms ook gewoon de stad zelf. Voor mij is Amsterdam ook: lekker op de fiets overal heen kunnen, gezellig langs vriendinnen of familie gaan of afspreken op een van de terrasjes die op elke hoek van de straat te vinden zijn.”
Helden Magazine 63
Het verhaal van Nika Daalderop komt voort uit Helden Magazine 63. We duiken in de slipstream van Max Verstappen. Sportief directeur Jan Lammers bespreekt zijn mooiste momenten op het circuit en Atze Kerkhof weet hoe het is om teamgenoot van Max te zijn.
In deze editie lees je een uitgebreid interview met de vrouwen in het leven van Abdelhak Nouri. Voor het eerst vertellen zijn moeder, zussen, schoonzussen en tante hun aangrijpende verhaal. Daarnaast heeft ook Kira Toussaint een bewogen tijd achter de rug. De zwemster verbrak een gepland huwelijk en vertrok naar Amerika. Ook spraken we met Davy Klaassen die zich op maakt voor een nieuw seizoen bij Ajax én een WK.
Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 63 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Meer lezen?
Nika Daalderop & Laura Dijkema: Globetrotters
Helden, de podcast met Celeste Plak