Word abonnee
Meer

Mountainbiken

Mathieu van der Poel: “Ik voel me toch ook oud worden”

Mathieu van der Poel vierde op 19 januari zijn dertigste verjaardag. Het was voor hem een moment van bezinning. Hij stapelt de successen nog steeds op, maar besefte dat ook zíjn carrière eindig is. Helden schoof in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix, die hij vorig jaar allebei won, bij MVDP aan. Je leest het interview in Helden Magazine 76. “Voor mij voelt alles wat er nog bijkomt als bonus.” Mathieu van der Poel ging een paar dagen nadat hij voor de zevende keer wereldkampioen veldrijden werd met zijn vriendin Roxanne Bertels op skivakantie. Met een helikopter liet MVDP zich afzetten op een bergtop in Livigno. De video waarop hij in Italië off piste aan het skiën was, ging meteen viral. Zijn liefde voor mooie, snelle auto’s en motoren is ook bekend. Tijdens de wintersportvakantie vermaakte hij zich met een Lamborghini in de sneeuw. In het verleden verklapte hij dat hij meerdere keren op het circuit heeft gescheurd en in zijn vrije tijd door het bos croste met een motor. Vorig jaar kreeg hij een Lamborghini Urus met het kenteken 1-MVDP-1 cadeau van de Italiaanse autofabrikant. Eind december kwam hij in een knaloranje Revuelto, de eerste plug-in-hybride van Lamborghini, aan bij de cross in Gavere. De sportwagen ter waarde van 511.000 euro, voorzien van een V12-motor in combinatie met drie elektromotoren, samen goed voor een vermogen van 1000 pk, een topsnelheid van 350 kilometer per uur en ervoor zorgt dat in tweeënhalve seconden van 0 naar 100 kan worden opgetrokken. Een geste van de Antwerpse Lamborghini- dealer, die ook zijn privésponsor is. Mathieu is een thrillseeker, iemand die niet heel erg bezig lijkt met het managen van risico’s. “Het is maar hoe je het bekijkt; ik vind off piste skiën minder gevaarlijk dan in een peloton naar de Oude Kwaremont rijden in de Ronde van Vlaanderen,” zegt hij lachend. “Ik ski al van jongs af aan, voor mij voelt dat niet als iets risicovols. Binnen de ploeg heb ik altijd de ruimte gekregen om dit soort dingen te doen. Ik heb ervan genoten om even lekker te kunnen skiën, denk ook niet dat als je me dit soort dingen afneemt, dat ten goede zal komen aan mijn prestaties. Ik heb die vrijheid nodig. Maar ik ben wel iets voorzichtiger geworden dan vroeger.” 'Normaal heb ik niet met leeftijden, maar dertig vond ik toch wel een dingetje. Het was ook een beetje een wake-up call" Staan er nog meer dingen op jouw bucketlist? “Laat ik me eerst nog maar een paar jaar op het wielrennen focussen. Als dat klaar is, zal ik wel kijken wat er nog uit de bus komt. Al met al denk ik dat bij alles dat ik na mijn carrière ga doen toch ook nog vaak een fiets van pas zal blijven komen.” Hij verklapte in een groot interview met de Belgische tv-zender Sporza, eind vorig jaar, dat er een weddenschap met de populaire Belgische youtuber Average Rob is. De deal is dat hij op een dag mee zal doen aan een Ironman, een triatlon van 3,8 kilometer zwemmen, 180 kilometer fietsen en 42,2 kilometer hardlopen. Bijna gelijktijdig deelde Roxanne, sinds 2018 zijn vriendin, op Instagram een foto van een kraambezoek. Bij een foto van een pasgeboren dochtertje van bekenden schreef ze: ‘Baby fever’. En het vaderschap, staat dat op jouw bucketlist? Lachend: “Dat is nog niet iets waar ik nu mee bezig ben.” Helden Magazine nummer 76 Het eerste gedeelte van het interview met Mathieu van der Poel komt voort uit Helden Magazine nummer 76. In deze editie van Helden siert Mathieu van der Poel siert ook de cover. Voetbal Ook is er veel aandacht voor voetbal. We gingen langs bij Justin Kluivert. Hij is voor het eerst vader geworden en is dé revelatie van de Premier League. Sem Steijn werd lang gezien als de ‘zoon van’. Bij FC Twente is hij uit de schaduw van vader Maurice getreden. Hij lijkt hard op weg naar de titel van topscorer van de Eredivisie, een transfer en – wie weet – een uitnodiging door bondscoach Ronald Koeman. Van de topscorer van de eredivisie gaan we naar de meest besproken speler. Noa Lang maakt de tongen los. Op en naast het veld. We vroegen analisten naar hun mening over de rappende voetballer. Robin van Persie keerde in februari terug bij Feyenoord. Van een rebelse tiener tot hoofdtrainer; Helden zag hem door de jaren heen transformeren. Daarnaast spraken we met de aanvoerster van de OranjeLeeuwinnen en de Ajax-vrouwen, Sherida Spitse. Ze maakt zich op voor weer een EK, terwijl ze een moeilijke periode doormaakt. Openhartig praat ze over haar scheiding van de moeder van haar twee kinderen. Verder gingen we dertig jaar terug in de tijd met Danny Blind. We blikken met de aanvoerder van destijds terug op de gewonnen Champions League én de Wereldbeker met Ajax. Nog veel meer sport Verder in deze editie vertelt Ellen van Dijk over het moederschap, een crash en de race tegen de klok om de Spelen in Parijs te halen. Max Verstappen gaat dit seizoen op voor zijn vijfde wereldtitel in de Formule 1 en dat wordt een fikse opgave in een jaar waarin hij ook voor het eerst vader wordt. Wat verwachten analisten Christijan Albers, Tom Coronel en Giedo van der Garde van Max in 2025? Carlos Alcaraz is de populairste tennisser van dit moment. Helden sprak de 21-jarige Spanjaard in een exclusief interview. Oud-honkballer Kalian Sams moest tijdens zijn loopbaan omgaan met racisme en een stalker. Hij doet zijn verhaal in het theater en hoopt jonge topsporters inzichten te geven. Als laatste laat hockeyster Felice Albers een andere kant van zichzelf zien in Heldenpraat en deelt waterpolokeepster Laura Aarts haar foto’s in de rubriek Me, My Selfie & I.
Mathieu van der Poel vierde op 19 januari zijn dertigste verjaardag. Het was voor hem een moment van bezinning. Hij stapelt de successen nog steeds op, maar besefte dat ook zíjn carrière eindig is. Helden schoof in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix, die hij vorig jaar allebei won, bij MVDP aan. Je leest het interview in Helden Magazine 76. “Voor mij voelt alles wat er nog bijkomt als bonus.” Mathieu van der Poel ging een paar dagen nadat hij voor de zevende keer wereldkampioen veldrijden werd met zijn vriendin Roxanne Bertels op skivakantie. Met een helikopter liet MVDP zich afzetten op een bergtop in Livigno. De video waarop hij in Italië off piste aan het skiën was, ging meteen viral. Zijn liefde voor mooie, snelle auto’s en motoren is ook bekend. Tijdens de wintersportvakantie vermaakte hij zich met een Lamborghini in de sneeuw. In het verleden verklapte hij dat hij meerdere keren op het circuit heeft gescheurd en in zijn vrije tijd door het bos croste met een motor. Vorig jaar kreeg hij een Lamborghini Urus met het kenteken 1-MVDP-1 cadeau van de Italiaanse autofabrikant. Eind december kwam hij in een knaloranje Revuelto, de eerste plug-in-hybride van Lamborghini, aan bij de cross in Gavere. De sportwagen ter waarde van 511.000 euro, voorzien van een V12-motor in combinatie met drie elektromotoren, samen goed voor een vermogen van 1000 pk, een topsnelheid van 350 kilometer per uur en ervoor zorgt dat in tweeënhalve seconden van 0 naar 100 kan worden opgetrokken. Een geste van de Antwerpse Lamborghini- dealer, die ook zijn privésponsor is. Mathieu is een thrillseeker, iemand die niet heel erg bezig lijkt met het managen van risico’s. “Het is maar hoe je het bekijkt; ik vind off piste skiën minder gevaarlijk dan in een peloton naar de Oude Kwaremont rijden in de Ronde van Vlaanderen,” zegt hij lachend. “Ik ski al van jongs af aan, voor mij voelt dat niet als iets risicovols. Binnen de ploeg heb ik altijd de ruimte gekregen om dit soort dingen te doen. Ik heb ervan genoten om even lekker te kunnen skiën, denk ook niet dat als je me dit soort dingen afneemt, dat ten goede zal komen aan mijn prestaties. Ik heb die vrijheid nodig. Maar ik ben wel iets voorzichtiger geworden dan vroeger.” 'Normaal heb ik niet met leeftijden, maar dertig vond ik toch wel een dingetje. Het was ook een beetje een wake-up call" Staan er nog meer dingen op jouw bucketlist? “Laat ik me eerst nog maar een paar jaar op het wielrennen focussen. Als dat klaar is, zal ik wel kijken wat er nog uit de bus komt. Al met al denk ik dat bij alles dat ik na mijn carrière ga doen toch ook nog vaak een fiets van pas zal blijven komen.” Hij verklapte in een groot interview met de Belgische tv-zender Sporza, eind vorig jaar, dat er een weddenschap met de populaire Belgische youtuber Average Rob is. De deal is dat hij op een dag mee zal doen aan een Ironman, een triatlon van 3,8 kilometer zwemmen, 180 kilometer fietsen en 42,2 kilometer hardlopen. Bijna gelijktijdig deelde Roxanne, sinds 2018 zijn vriendin, op Instagram een foto van een kraambezoek. Bij een foto van een pasgeboren dochtertje van bekenden schreef ze: ‘Baby fever’. En het vaderschap, staat dat op jouw bucketlist? Lachend: “Dat is nog niet iets waar ik nu mee bezig ben.” Helden Magazine nummer 76 Het eerste gedeelte van het interview met Mathieu van der Poel komt voort uit Helden Magazine nummer 76. In deze editie van Helden siert Mathieu van der Poel siert ook de cover. Voetbal Ook is er veel aandacht voor voetbal. We gingen langs bij Justin Kluivert. Hij is voor het eerst vader geworden en is dé revelatie van de Premier League. Sem Steijn werd lang gezien als de ‘zoon van’. Bij FC Twente is hij uit de schaduw van vader Maurice getreden. Hij lijkt hard op weg naar de titel van topscorer van de Eredivisie, een transfer en – wie weet – een uitnodiging door bondscoach Ronald Koeman. Van de topscorer van de eredivisie gaan we naar de meest besproken speler. Noa Lang maakt de tongen los. Op en naast het veld. We vroegen analisten naar hun mening over de rappende voetballer. Robin van Persie keerde in februari terug bij Feyenoord. Van een rebelse tiener tot hoofdtrainer; Helden zag hem door de jaren heen transformeren. Daarnaast spraken we met de aanvoerster van de OranjeLeeuwinnen en de Ajax-vrouwen, Sherida Spitse. Ze maakt zich op voor weer een EK, terwijl ze een moeilijke periode doormaakt. Openhartig praat ze over haar scheiding van de moeder van haar twee kinderen. Verder gingen we dertig jaar terug in de tijd met Danny Blind. We blikken met de aanvoerder van destijds terug op de gewonnen Champions League én de Wereldbeker met Ajax. Nog veel meer sport Verder in deze editie vertelt Ellen van Dijk over het moederschap, een crash en de race tegen de klok om de Spelen in Parijs te halen. Max Verstappen gaat dit seizoen op voor zijn vijfde wereldtitel in de Formule 1 en dat wordt een fikse opgave in een jaar waarin hij ook voor het eerst vader wordt. Wat verwachten analisten Christijan Albers, Tom Coronel en Giedo van der Garde van Max in 2025? Carlos Alcaraz is de populairste tennisser van dit moment. Helden sprak de 21-jarige Spanjaard in een exclusief interview. Oud-honkballer Kalian Sams moest tijdens zijn loopbaan omgaan met racisme en een stalker. Hij doet zijn verhaal in het theater en hoopt jonge topsporters inzichten te geven. Als laatste laat hockeyster Felice Albers een andere kant van zichzelf zien in Heldenpraat en deelt waterpolokeepster Laura Aarts haar foto’s in de rubriek Me, My Selfie & I.

Mountainbiken

Puck Pieterse: ‘Daar gaat je medaille’

Puck Pieterse De olympische zilveren medaille leek zondag 28 juli een zekerheidje. Maar toen kreeg Puck Pieterse te maken met een leeglopende band. De weg naar de materiaalpost was te lang waardoor de 22-jarige mountainbikester buiten de medailles viel. Ze werd vierde, waarna ze wel meteen de drie medaillewinnaressen feliciteerde, kort daarna de pers nuchter te woord stond en diezelfde avond aanschoof bij tv-programma Studio Parijs. In de weken erna volgden pleisters op de wond: etappewinst en de witte trui voor de beste jongere in de Tour de France Femmes, plus twee wereldtitels: mountainbiken en onder 23 jaar op de weg. Vanuit haar woonplaats Amersfoort, waar beide regenboogtruien en gouden medailles op een dressoir prijken, blikt ze samen met Helden voor het dubbeldikke jubileumnummer terug. “Met heel veel vertrouwen stond ik aan de start van die olympische mountainbikewedstrijd. Ik ben ook weleens te nerveus, maar de voorbereiding was goed geweest. Ik was blessurevrij gebleven, niet ziek geweest, had goed kunnen trainen en de nacht voor de wedstrijd – zoals meestal trouwens – goed geslapen. Vanaf m’n zeventiende rij ik NK’s, EK’s en WK’s en elke keer startte ik als een van de favorieten. In mei had ik m’n Europese titel nog geprolongeerd. Dus al ben ik jong, ik ben ook best ervaren, ook wat betreft omgaan met druk. En zoals altijd dacht ik kort voor de start ook weer: meer dan je best kun je niet doen. Ik wist dat ik in vorm was. Natuurlijk zijn er altijd wel wat zenuwen, dan ijsbeer ik even en zodra het startschot geklonken heeft, zijn de zenuwen weg. Helden Magazine nummer 74 Het eerste deel van het interview met Jerdy en Kirsten Schouten is afkomstig uit Helden Magazine nummer 74. In het dubbeldikke jubileumnummer wordt uitgebreid teruggeblikt op het waanzinnige sportjaar 2024. Ronald Koeman siert de cover van deze 180 pagina’s tellende editie. De bondscoach spreekt zich uit over de ziekte van zijn vrouw Bartina, de kritiek van analisten op spelers en op ‘zijn’ Oranje, de overvolle agenda, Memphis Depay en zijn rol als opa. Olympische Spelen Sportman van het Jaar Harrie Lavreysen komt aan het woord en tal van intimi verklaren het succes van de baanrenner die dit jaar drie keer olympisch goud en drie wereldtitels won. Ook powervrouwen Marit Bouwmeester en Sharon van Rouwendaal, allebei winnares van goud in Parijs en GOAT (Greatest Of All Time) in hun sport, doen hun verhaal. Nieuwe held Worthy de Jong, beroemd om het gouden schot waarmee hij de 3x3 basketballers de titel bezorgde, spreekt af met Victoria Koblenko. De gouden roeiers van de dubbelvier, Finn Florijn, Lennart van Lierop, Koen Metsemakers en Tone Wieten, komen samen voor een reünie op de Bosbaan. Hockeykeeper Pirmin Blaak bezorgde de Nederlandse hockeyers eindelijk weer goud, maar hij heeft er veel voor moeten opofferen. Over powervrouwen gesproken: wat te denken van Marianne Vos? Op haar 37ste behaalde de wielrenster olympisch zilver in Parijs en verzekerde zich van de wereldtitel op gravel. Sportjaar 2024 2024 was ook het jaar van de doorbraak van Joy Beune. Lang stond ze te boek als de vriendin van Kjeld Nuis, maar dit jaar groeide ze uit tot de nieuwe schaatskoningin. Ze won wereldtitels op de ploegenachtervolging en 5000 meter én werd glansrijk wereldkampioen allround. Tijd voor een schitterende shoot. En wat te denken van Jerdy Schouten? Hij veroverde de landstitel met PSV, werd binnen no time een onmisbare schakel voor de ploeg van Peter Bosz en het Nederlands elftal. Ook werden hij en zijn vrouw Kirsten ouders van Gioia. “Ik heb het toch maar mooi geflikt.” Verder: Edwin en Annemarie van der Sar vertellen over het noodlot dat hen allebei trof: een hersenbloeding. Annemarie kreeg die in 2009, Edwin vorig jaar, vlak nadat hij opstapte bij Ajax. Edwin: “Mij is wel honderdduizend keer gevraagd of het door de stress is gekomen en of er een oorzaak te vinden was. Ik weet het niet.” Jorn, Inger en Kay zijn broers en zus én ze zijn alle drie handbalinternational. De weg naar de top ging niet altijd over rozen. Shorttrackster Selma Poutsma wil ook een topper op de langebaan worden en vertelt dingen die je nog niet van haar wist. Een portret van de nieuwe Lionel Messi: zijn naam is Lamine Yamal, zeventien jaar, nu al ster van Barcelona en EK-winnaar Spanje. Maar ook punt van discussie vanwege zijn afkomst. En nog veel meer!
Puck Pieterse De olympische zilveren medaille leek zondag 28 juli een zekerheidje. Maar toen kreeg Puck Pieterse te maken met een leeglopende band. De weg naar de materiaalpost was te lang waardoor de 22-jarige mountainbikester buiten de medailles viel. Ze werd vierde, waarna ze wel meteen de drie medaillewinnaressen feliciteerde, kort daarna de pers nuchter te woord stond en diezelfde avond aanschoof bij tv-programma Studio Parijs. In de weken erna volgden pleisters op de wond: etappewinst en de witte trui voor de beste jongere in de Tour de France Femmes, plus twee wereldtitels: mountainbiken en onder 23 jaar op de weg. Vanuit haar woonplaats Amersfoort, waar beide regenboogtruien en gouden medailles op een dressoir prijken, blikt ze samen met Helden voor het dubbeldikke jubileumnummer terug. “Met heel veel vertrouwen stond ik aan de start van die olympische mountainbikewedstrijd. Ik ben ook weleens te nerveus, maar de voorbereiding was goed geweest. Ik was blessurevrij gebleven, niet ziek geweest, had goed kunnen trainen en de nacht voor de wedstrijd – zoals meestal trouwens – goed geslapen. Vanaf m’n zeventiende rij ik NK’s, EK’s en WK’s en elke keer startte ik als een van de favorieten. In mei had ik m’n Europese titel nog geprolongeerd. Dus al ben ik jong, ik ben ook best ervaren, ook wat betreft omgaan met druk. En zoals altijd dacht ik kort voor de start ook weer: meer dan je best kun je niet doen. Ik wist dat ik in vorm was. Natuurlijk zijn er altijd wel wat zenuwen, dan ijsbeer ik even en zodra het startschot geklonken heeft, zijn de zenuwen weg. Helden Magazine nummer 74 Het eerste deel van het interview met Jerdy en Kirsten Schouten is afkomstig uit Helden Magazine nummer 74. In het dubbeldikke jubileumnummer wordt uitgebreid teruggeblikt op het waanzinnige sportjaar 2024. Ronald Koeman siert de cover van deze 180 pagina’s tellende editie. De bondscoach spreekt zich uit over de ziekte van zijn vrouw Bartina, de kritiek van analisten op spelers en op ‘zijn’ Oranje, de overvolle agenda, Memphis Depay en zijn rol als opa. Olympische Spelen Sportman van het Jaar Harrie Lavreysen komt aan het woord en tal van intimi verklaren het succes van de baanrenner die dit jaar drie keer olympisch goud en drie wereldtitels won. Ook powervrouwen Marit Bouwmeester en Sharon van Rouwendaal, allebei winnares van goud in Parijs en GOAT (Greatest Of All Time) in hun sport, doen hun verhaal. Nieuwe held Worthy de Jong, beroemd om het gouden schot waarmee hij de 3x3 basketballers de titel bezorgde, spreekt af met Victoria Koblenko. De gouden roeiers van de dubbelvier, Finn Florijn, Lennart van Lierop, Koen Metsemakers en Tone Wieten, komen samen voor een reünie op de Bosbaan. Hockeykeeper Pirmin Blaak bezorgde de Nederlandse hockeyers eindelijk weer goud, maar hij heeft er veel voor moeten opofferen. Over powervrouwen gesproken: wat te denken van Marianne Vos? Op haar 37ste behaalde de wielrenster olympisch zilver in Parijs en verzekerde zich van de wereldtitel op gravel. Sportjaar 2024 2024 was ook het jaar van de doorbraak van Joy Beune. Lang stond ze te boek als de vriendin van Kjeld Nuis, maar dit jaar groeide ze uit tot de nieuwe schaatskoningin. Ze won wereldtitels op de ploegenachtervolging en 5000 meter én werd glansrijk wereldkampioen allround. Tijd voor een schitterende shoot. En wat te denken van Jerdy Schouten? Hij veroverde de landstitel met PSV, werd binnen no time een onmisbare schakel voor de ploeg van Peter Bosz en het Nederlands elftal. Ook werden hij en zijn vrouw Kirsten ouders van Gioia. “Ik heb het toch maar mooi geflikt.” Verder: Edwin en Annemarie van der Sar vertellen over het noodlot dat hen allebei trof: een hersenbloeding. Annemarie kreeg die in 2009, Edwin vorig jaar, vlak nadat hij opstapte bij Ajax. Edwin: “Mij is wel honderdduizend keer gevraagd of het door de stress is gekomen en of er een oorzaak te vinden was. Ik weet het niet.” Jorn, Inger en Kay zijn broers en zus én ze zijn alle drie handbalinternational. De weg naar de top ging niet altijd over rozen. Shorttrackster Selma Poutsma wil ook een topper op de langebaan worden en vertelt dingen die je nog niet van haar wist. Een portret van de nieuwe Lionel Messi: zijn naam is Lamine Yamal, zeventien jaar, nu al ster van Barcelona en EK-winnaar Spanje. Maar ook punt van discussie vanwege zijn afkomst. En nog veel meer!

Veldrijden

Mathieu van der Poel – Wonder op wielen

Mathieu van der Poel Mathieu van der Poel (29) won dit jaar voor de zesde keer de wereldtitel veldrijden. Hij won daarna de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. Nu zet VDP zijn zinnen op de Tour, die hij voor de vierde keer gaat rijden en waarin hij bij zijn debuut meteen een ritzege en het geel pakte. Daarna volgt de olympische wegwedstrijd, waarop hij debuteert. Een portret in Helden Magazine nummer 72 van het wielerfenomeen aan de hand van citaten door de jaren heen. [caption id="attachment_20111" align="alignnone" width="1667"] Mathieu in 2018.[/caption] Voetbal en tennis “Ik voetbalde en tenniste ook. Vooral voetbal ging goed, ik mocht zelfs even stagelopen bij Willem II, maar ben bij de laatste tien afgevallen. Maar de keuze was makkelijk hoor, het individuele in het fietsen sprak mij sowieso meer aan. Ik heb liefst alles in eigen hand. Toen ik begon met fietsen was het om het plezier. Dat is nog steeds mijn grootste doel, lol hebben.” Mathieu van der Poel in 2018 in Helden. Mentaal belastend “Ik heb altijd tegen Mathieu gezegd dat hij voor zijn 25ste niet naar de Tour moest gaan, want die wedstrijd is mentaal veel te belastend. Zeker als je een van de favorieten bent voor een ritzege of een klassement. Je moet daar klaar voor zijn. Als je al op jonge leeftijd je vizier op de grote rondes richt, dan moet je veel meer in de bergen trainen en ben je meer van huis voor trainingskampen. De kans dat je dat leven rond je dertigste zat bent, is realistisch. Als je pas later die grote rondes gaat rijden, kun je je carrière gemakkelijker rekken tot je 35ste. Ik kijk dan ook met enige argwaan naar sommige talenten die als tiener meteen naar de profs zijn overgestapt. Natuurlijk zijn Tadej Pogacar, Remco Evenepoel en Juan Ayuso uitzonderingen. Maar het is afwachten hoelang ze aan de top blijven en hoelang hun loopbaan gaat duren.” Adrie van der Poel in 2022 in Helden over de reden waarom Mathieu pas in 2021, op zijn 26ste, zijn eerste Tour reed en meteen een rit won en het geel pakte Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het portret van Mathieu van der Poel komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.
Mathieu van der Poel Mathieu van der Poel (29) won dit jaar voor de zesde keer de wereldtitel veldrijden. Hij won daarna de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. Nu zet VDP zijn zinnen op de Tour, die hij voor de vierde keer gaat rijden en waarin hij bij zijn debuut meteen een ritzege en het geel pakte. Daarna volgt de olympische wegwedstrijd, waarop hij debuteert. Een portret in Helden Magazine nummer 72 van het wielerfenomeen aan de hand van citaten door de jaren heen. [caption id="attachment_20111" align="alignnone" width="1667"] Mathieu in 2018.[/caption] Voetbal en tennis “Ik voetbalde en tenniste ook. Vooral voetbal ging goed, ik mocht zelfs even stagelopen bij Willem II, maar ben bij de laatste tien afgevallen. Maar de keuze was makkelijk hoor, het individuele in het fietsen sprak mij sowieso meer aan. Ik heb liefst alles in eigen hand. Toen ik begon met fietsen was het om het plezier. Dat is nog steeds mijn grootste doel, lol hebben.” Mathieu van der Poel in 2018 in Helden. Mentaal belastend “Ik heb altijd tegen Mathieu gezegd dat hij voor zijn 25ste niet naar de Tour moest gaan, want die wedstrijd is mentaal veel te belastend. Zeker als je een van de favorieten bent voor een ritzege of een klassement. Je moet daar klaar voor zijn. Als je al op jonge leeftijd je vizier op de grote rondes richt, dan moet je veel meer in de bergen trainen en ben je meer van huis voor trainingskampen. De kans dat je dat leven rond je dertigste zat bent, is realistisch. Als je pas later die grote rondes gaat rijden, kun je je carrière gemakkelijker rekken tot je 35ste. Ik kijk dan ook met enige argwaan naar sommige talenten die als tiener meteen naar de profs zijn overgestapt. Natuurlijk zijn Tadej Pogacar, Remco Evenepoel en Juan Ayuso uitzonderingen. Maar het is afwachten hoelang ze aan de top blijven en hoelang hun loopbaan gaat duren.” Adrie van der Poel in 2022 in Helden over de reden waarom Mathieu pas in 2021, op zijn 26ste, zijn eerste Tour reed en meteen een rit won en het geel pakte Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het portret van Mathieu van der Poel komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Marathon

Anne Luijten: ‘Je zou haast in magie gaan geloven’

Anne Luijten heeft een bewogen tijd achter de rug. De atlete werd in 2023 Nederlands kampioen op de halve en de hele marathon, liep de olympische limiet en trouwde. Daar tegenover stond het overlijden van haar grootste fan: vader Jos. In aanloop naar de Rotterdam Marathon van 14 april praat ze in Helden Magazine 71 openhartig over de heftige periode die achter haar ligt. “Voor het eerst zonder papa. Ik heb al een paar wedstrijdjes gelopen sinds zijn overlijden en vond het niet heel erg lastig dat ik zijn gezicht ineens niet meer langs de kant zag. Maar op zondag 14 april bij de Rotterdam Marathon zal ik het moeilijker vinden dat hij er niet meer bij is, vermoed ik. Vorig jaar sliep ik bij mijn ouders in Rijswijk en reed ik gezellig met papa in de auto naar Rotterdam. We parkeerden de auto bij mijn broertje Tom en papa pakte de fiets uit de auto en ging met me mee naar de start. Tijdens de marathon volgde hij me op de fiets, terwijl hij al ziek was. Ik werd Nederlands kampioen in mijn tweede marathon, was ruim vijf minuten sneller dan bij mijn debuut, een jaar eerder ook in Rotterdam; het was zo’n mooie dag. Rotterdam heeft altijd al een speciaal plekje in mijn hart. Mijn oma is er opgegroeid en heeft het bombardement in 1940 meegemaakt. Mijn vader heeft er gestudeerd en ook heel veel geroeid. Zelfs zo hard dat hij zijn studie niet afmaakte. Mijn broertje heeft er ook gestudeerd en woont er nu. Ook op sportief gebied speelt Rotterdam van jongs af aan al een belangrijke rol. In de jeugd mocht ik meedoen aan de regiotrainingen die door de atletiekbond werden georganiseerd en die werden in Rotterdam gehouden. Daar reed papa me dan naartoe. Als meisje van achttien heb ik in 2012 Miranda Boonstra gevolgd tijdens de Rotterdam Marathon. Van ons huis in Rijswijk ben ik die dag op de fiets naar Rotterdam gegaan om haar te volgen. Daar aangekomen mocht ik meefietsen met Tonnie Dirks, de coach van Miranda. Ik vond het zo tof om haar volledig geconcentreerd te zien lopen achter haar gangmakers aan. Verschrikkelijk jammer dat ze op slechts acht tellen de olympische limiet miste, maar de blik achter de schermen maakte op mij grote indruk. Eigenlijk was dat het moment dat ik dacht: de marathon is wel heel gaaf. Mijn vader en moeder waren erg sportief. Naast roeien was mijn vader van het hardlopen. Mama deed dat ook, liep elk jaar de City Pier City Loop in Den Haag. Mijn zusje Femke wilde nadat ze mijn moeder die wedstrijd had zien lopen op atletiek en ik besloot met haar mee te gaan. Ik had gezwommen en geschaatst en mama vond hockey wel wat voor mij, maar het werd atletiek. Bij AV’40 in Delft trok ik meteen naar het hardlopen, zag mensen vaak kijken naar mij met het idee van: waarom doet zij aan het einde van de training nog zo haar best op de 800 meter? Ik vond het een uitdaging om te kijken of ik dan de jongens bij kon houden. Het was een leuke club, maar de meeste leden redeneerden dat het ook vooral ‘gezellig moest blijven’. Omdat ik daar iets te fanatiek voor was, stapte ik over naar een andere vereniging met een heel leuk hardloopteam en een heel bevlogen trainer, Arthur van Dijk. Daar dacht ik: gelukkig, er zijn er meer die net zo gek zijn van hardlopen als ik. In 2012 kreeg ik een scholarship van de Universiteit van Portland, ging in Amerika mijn studie combineren met hardlopen. De echte toppers konden na de middelbare school prof worden, dat zat er voor mij niet in. Ik kwalificeerde me voor enkele grote toernooien op de 3000 en 5000 meter, zoals de Europese Jeugdkampioenschappen, maar liep daarin vaak achterin mee. Toen de kans om naar Amerika te gaan zich voordeed, dacht ik: ik heb zoveel tijd in het hardlopen geïnvesteerd, dit avontuur wil ik aangaan. Ik trainde ’s ochtends en ’s middags met het team en kon tussendoor studeren. Geweldig. Ik heb mijn tijd in Portland zo lang mogelijk gerekt, heb eerst Sociologie en daarna Psychologie gestudeerd, waardoor ik er vijf jaar kon blijven. In 2017 keerde ik terug naar Nederland, ging bij Honoré Hoedt trainen en volgde de opleiding Sustainable Development in Utrecht. Het hardlopen ging goed, totdat ik begin 2018 een achillespeesblessure kreeg die maar op bleef spelen. Mijn toptijd op de 5000 meter was 16 minuten en 6 seconden en ineens moest ik tevreden zijn met tijden die een halve minuut langzamer waren. Daardoor werd het lastig om mezelf te blijven motiveren er vol voor te gaan, en bijvoorbeeld ook ’s avonds in de regen en kou nog de deur uit te gaan om te trainen. Mijn carrière als atlete zegde ik in mijn hoofd vaarwel, ik besloot in 2020 fulltime te gaan werken bij de gemeente Arnhem. Ik maakte me altijd al zorgen om de opwarming van de aarde en wat dat betekent voor mens en dier. In mijn werk hou ik me daar op lokaal niveau mee bezig. Ik mag in Arnhem buurtinitiatieven helpen werkelijkheid te worden, vooral op het gebied van klimaatadaptatie. Ik help versteende pleinen te vergroenen, zodat daar minder hittestress en wateroverlast is. Ik maak me hard voor meer bomen in de stad. Heel leuk om daaraan te mogen werken. Ik bleef naast mijn werk nog wel voor de lol hardlopen. Het leek me een leuke uitdaging om een keer een marathon te lopen, want dat had ik nog nooit gedaan. En dan natuurlijk het liefst die van Rotterdam. Ik liep bij mijn marathondebuut, in april 2022, een tijd van 2.36.34. Voor zo’n tijd koop je nog niks, maar de manier waarop ik die liep, gaf veel vertrouwen. Ik had vooraf tegen mijn coach John Jansen gezegd: ik wil er vooral plezier in hebben, me niet over de kop trainen en niet geblesseerd raken. Ik trainde toen iets van 130 kilometer in de week. Vooral in de namiddag, want ik werkte ook gewoon 36 uur in de week. Ik ging weg op een tijd van 2 uur en 38 minuten en het tempo dat ik liep, voelde voor mij – dat klinkt gek – echt als joggen. Na dertig kilometer voelde ik me nog net zo chill als na drie kilometer. Veel mensen hadden me van tevoren gewaarschuwd dat het na 35 kilometer pas echt zwaar zou worden. Ik dacht: jongens, het zal wel, maar ik ga nu echt versnellen. Ik pakte in de resterende twaalf kilometer nog anderhalve minuut op het tijdschema waarop ik van start ging. Ik verraste zelfs mijn coach: John dacht, net als veel anderen, dat ik waarschijnlijk niet zo’n goede marathonloper zou zijn. Na afloop wisten we: hier kunnen we wat mee, er is nog zoveel ruimte voor verbetering. Ik heb er nog nooit zo naar gekeken, maar achteraf kun je stellen dat die achillespeesblessure een geluk bij een ongeluk was. Anders had ik misschien nooit de switch naar de halve marathon en marathon gemaakt. Door het lot heb ik gevonden waar ik echt goed in ben. Daarna ging ik toewerken naar de Rotterdam Marathon van 2023. We hadden ingezet op 2 uur en 32 minuten. Net als bij mijn eerste marathon was David Hemstede mijn tempomaker en opnieuw liep ik een negative split, wat betekent dat ik het tweede deel van de marathon harder liep dan het eerste. Ik had opnieuw over op het einde, heb echt gesprint tot de streep. Ik liep halverwege al weg uit de groep mannen met wie ik tot dan toe had gelopen. Het was toen al lang en breed duidelijk dat ik Nederlands kampioen marathon zou worden, maar je moet altijd in je achterhoofd houden dat elke marathon de laatste kan zijn, omdat het veel van het lichaam eist. Dus elke kans om sneller te lopen dan je ooit hebt gedaan, moet je aangrijpen. Ik liep 2 uur 30 minuten en 59 seconden, kon vol trots zeggen dat ik een 2.30-loper was. De Rotterdam Marathon van 2023 was als een sprookje; ik won mijn eerste Nederlandse titel, liep een dik pr en mijn zieke papa was er gewoon bij. Hij hoefde niet zoveel te zeggen tijdens het meefietsen, zag aan mijn manier van lopen dat het goed ging. Het is voor een marathonloper vooral zaak om heel lang rustig te blijven: gedoseerd lopen en niet met krachten te smijten. Het was in tegenstelling tot de wedstrijd op de baan in het verleden niet nodig om me uitgebreid aan te moedigen. Papa zag dat het goed ging, zei af en toe wat en dan stak ik mijn duim op. Het was altijd heel fijn om hem bij me te hebben. Hij wist me tot rust te brengen, was altijd heel geduldig. Ik hoefde voor de start van mijn marathons, als ik op was van de zenuwen, maar naar hem te kijken en ik bedaarde al. Papa was echt een rots in de branding. Hij en mama waren nooit pusherig. Mama zei vaak alleen: ‘Als je er maar lol in hebt.’ Papa wist wat meer van sport omdat hij fanatiek had geroeid. Hij had ook dat competitieve in zich. Van ons drie, mijn zusje Femke, broertje Tom en ik, lijk ik het meest op papa. De gedrevenheid, alles uit jezelf willen halen; dat hadden we gemeen. En we waren bijvoorbeeld ook allebei niet goed in small talk op feestjes. Bij mensen die ik ken, voel ik me op mijn gemak, maar als ik bij wijze van spreken over het weer moet gaan praten om het ijs te breken, dan kost me dat alleen maar energie. Papa bleef liever thuis als hij ergens heen moest waar hij de mensen niet kende. Mama trok hem dan wel mee, hoor. Zij, Tom en Femke zijn veel socialer. Van mijn vader heb ik ook dat rationele. Ik droomde nooit van de Olympische Spelen toen ik op de baan liep. Simpelweg omdat deelname, met de tijden die ik liep, niet reëel was. Toen ik in Rotterdam ineens Nederlands kampioen op de marathon werd, kwam er veel op me af. Papa vond het zo mooi om te zien. We wisten toen al dat hij ziek was en dat had ik voor de marathon ook verteld in een interview met De Gelderlander. Ik ben altijd heel open, dus ook daarover. Rond de kerstdagen zaten wij als gezin altijd in een huisje ergens in Nederland. Ik kwam eind 2022 vrolijk aan met mijn vriend Nick. Bij het eten zei papa: ‘Ga maar even zitten, want ik heb niet zulk leuk nieuws.’ Hij had al gezien dat er iets mis was rond de alvleesklier. De dag na kerst moesten we naar het ziekenhuis in Delft en daar hoorden we dat hij een tumor had en dat die zeer waarschijnlijk kwaadaardig was. Op de terugweg naar het vakantiehuisje in Drenthe zaten we allemaal te huilen. Al snel werd het vermoeden bevestigd en begon de ellende. We wisten meteen dat de diagnose alvleesklierkanker een heel slechte was. Papa was 59 toen hij het hoorde en hij was de gezondste 59-jarige die je je maar kon voorstellen. Hij had nooit gerookt, zelden gedronken, nooit overgewicht en veel gesport. Dan hoop je: misschien zit hij wel bij die vijf procent die na vijf jaar nog leeft. Helaas. Er vielen ook wat dingen op hun plaats. In de zomervakantie van 2022 had hij ineens heel weinig lucht, hij kwam tijdens het bergwandelen amper omhoog. Hij ging naar de dokter en bleek een longembolie te hebben. Er is toen niet verder gekeken. Daarna bleef hij klachten houden, maar dacht: dat is nog van die longembolie. Hij kon niet lekker liggen. Het bleef maar voortduren en toen is hij uiteindelijk weer naar de huisarts gegaan. Achteraf kun je redeneren dat die longembolie een gevolg was van de tumor die er toen al zat. Ik ben blijven hardlopen toen mijn vader ziek was. Of het mijn uitlaatklep was, weet ik niet... Het gaf me in elk geval houvast en een ritme. En ik kon goed over m’n vader praten met mijn hardloopmaatjes. Ik wist ook dat ik mijn vader er blij mee maakte als ik bleef lopen. Papa vond het altijd geweldig als hij mee kon naar een wedstrijd van me. Hij zocht veel afleiding tijdens zijn ziekte, zat liever niet thuis niks te doen want dan voelde hij zich het ziekst. Als hij lekker naar me kon kijken, dan maakten papa en mama er meteen een leuk weekendje van. Ze hebben er samen echt nog alles uitgehaald in die laatste maanden. Ik werkte toe naar de Amsterdam Marathon op 23 oktober, vond het heel mooi en leuk om daar met papa naartoe te werken en die nog samen met hem te beleven. Papa en mama zaten in hetzelfde hotel als ik. Nienke Brinkman, die ook zou lopen, was geblesseerd geraakt, en toen werd ik naar voren geschoven. Moest in het Rijksmuseum op komen draven voor mijn eerste persconferentie ooit. En toen riep ik met mijn grote mond dat ik voor de olympische limiet ging. Ik had het een paar weken ervoor met mijn vader besproken, toen de trainingen zo lekker gingen. Ik vroeg aan papa: wat vind je, moet ik voor de olympische limiet gaan? Het gevaar van vertrekken op 2.26.50 is dat je helemaal kapotgaat na dertig kilometer en eindigt met niks. Maar ik dacht ook: als ik ooit naar de Spelen wil, dan moet het nu. Papa zei: ‘Je moet het zelf weten, maar als ik jou was, zou ik ervoor gaan.’ Toen hakte ik de knoop door, zei: ik ga voor die olympische limiet. Ik vond het zo spannend. Een paar weken voor de Amsterdam Marathon liep ik de halve marathon in Breda op marathontempo. Ik werd Nederlands kampioen in 1.13.22 en wist daardoor precies wat ik daarna nog een keer 21 kilometer lang moest doen om de olympische limiet te lopen. Maar ik werd verkouden vlak voor de marathon en kreeg last van mijn knie. De nacht voor de wedstrijd sliep ik slecht. Op de dag zelf had ik het hele schema om op de olympische limiet uit te komen op mijn hand geschreven. Maar het regende, dus die tijden kon ik al snel niet meer lezen. Ik had een heel goede haas, Niels Esmeijer, die ben ik blindelings gaan volgen. Tussen kilometers 20 en 25 was het heel zwaar, er kwam ineens een storm opzetten. Daarna was het oogkleppen op en in een soort waas doorlopen tot de streep. Heel anders dan bij de andere twee marathons, toen kreeg ik best veel mee van wat er langs de kant gebeurde. Niels zei steeds: ‘We zitten ongeveer tien seconden onder het schema dat leidt tot de olympische limiet.’ Verder communiceerden we heel weinig. Hij had het heel goed door als ik een beetje terugviel, dan zakte hij zonder iets te zeggen ook terug en voerde hij het tempo daarna langzaam weer wat op. In het Vondelpark, een paar kilometer voor het einde, vroeg ik aan Niels: zitten we er nog steeds onder? Volgens Niels was dat het geval. Toen kwam het besef dat het weleens zou kunnen lukken. Maar tegelijkertijd kreeg ik het heel erg zwaar. Ik voelde niet meer of ik nog op tempo aan het lopen was. Tien seconden is dan niks. Ik heb het gered, liep 2.26.36, veertien tellen onder de limiet, was Niels heel erg dankbaar. Papa wachtte me op bij de finish in het Olympisch Stadion. Dat papa nog meemaakte dat ik de limiet liep, maakte het extra mooi. Als je dan bedenkt dat er zoveel dingen misgingen in de voorbereiding en tijdens de marathon en dat ik toch de limiet liep... Je zou haast denken: het moest zo zijn. Het is een verhaal voor een film waarvan je, als je hem hebt gezien, denkt: dat kan in het echt toch nooit? Ik geloof niet in magie, maar zou er haast in gaan geloven. Niet lang daarna, op 4 november, was er weer een mooie dag. Nick en ik trouwden op een schitterende locatie: Kasteel Doorwerth. We leerden elkaar kennen in Amerika, waar hij vandaan komt. Nick zat in het hardloopteam bij de mannen op de Universiteit van Portland. In het tweede jaar dat ik daar zat, in 2013, begonnen we met daten. Toen ik terugging, zei hij: ‘Ik kom voor jou naar Nederland.’ We hadden eerst een jaar een langeafstandsrelatie, Nick werkte nog. In 2018 kwam hij naar Arnhem, had Scheikunde gestudeerd en wilde hier een master Computerscience halen. Hij heeft zijn bachelor hier gehaald en is toen naar Zweden gegaan om zijn master te halen. Sinds 2020 zijn we weer samen en intussen spreekt Nick heel behoorlijk Nederlands. Hij doet zoveel voor me. Nick fietst vaak met me mee als ik train, kookt elke avond voor me. Ik heb ook tegen hem gezegd: als jij wil dat ik na de Spelen stop, dan doe ik dat zonder gevoelens van wrok. Het is niet altijd leuk dat jouw vrouw dag in dag uit om tien uur ’s avonds in bed ligt. Alle weekenden gaan ook op aan het hardlopen. Nick is in aanloop naar een marathon mijn meefietsende coach, koolhydratendrank- en waterdrager. Ondertussen wordt hij ook nog uitgekafferd als hij bij de marathonblokken net te hard of te langzaam fietst. Toen mijn vader ziek werd, zei ik tegen Nick: trouwen is geen must, maar als mijn vader overleden is, wil ik het niet meer, dus als je nog wat wil... Ik vond de gedachte dat mijn vader er niet meer bij zou zijn te verdrietig, wilde ook heel graag dat hij mij weg zou geven bij het altaar. Nick begreep de boodschap. Hij is vorig jaar met zijn broer naar IJsland gegaan en heeft daar in het geheim een verlovingsring gekocht. Voor de eerste voorbereiding op de Marathon van Amsterdam zijn we vier weken naar Sankt Moritz geweest. We hadden afgesproken dat hij één dag helemaal in mocht richten zoals hij het wilde, ook al paste dat niet in mijn trainingsschema. Nick nam me mee voor een wandeling naar een gletsjer. Hij had halverwege een lunch geregeld en toen we ’s avonds op de gletsjer waren, heeft hij me ten huwelijk gevraagd. Daarna hadden we minder dan drie maanden de tijd om het huwelijk te regelen. Tegelijkertijd kon de trouwerij niet voor de marathon plaatsvinden en moest het gezien de toestand van mijn vader zo snel mogelijk erna. Na de Amsterdam Marathon ging mijn vader snel achteruit. De bruiloft was heel zwaar voor hem, hij was echt heel ziek. Papa heeft me nog kunnen begeleiden naar het altaar, nog een mooie speech gehouden en heeft de hele dag meegemaakt. Veel mensen vragen me of ik wel heb kunnen genieten van mijn trouwdag. Ik vond het juist heel mooi dat papa er nog bij was. En niet alleen daarbij. De laatste wedstrijd die hij heeft gezien, was mijn allerbeste wedstrijd ooit. Eigenlijk is het heel raar dat ik de laatste tien maanden van mijn vaders leven mijn beste waren op sportief gebied. Ik ben daarom vooral dankbaar dat hij bij zulke belangrijke momenten in mijn leven nog aanwezig is geweest. Op 6 november, twee dagen na ons huwelijk, ging mijn vader naar het ziekenhuis voor een gesprek over een experimentele behandeling. Bij alvleesklierkanker doe je dat eigenlijk vooral omdat je daarmee andere mensen helpt, niet omdat je er zelf nog wat aan hebt. Papa kon niet meer, zijn lichaam was op, hij zag af van die behandeling. De chemo’s hielpen niet meer, hij kon niet meer eten en drinken. Op die dag besloten wij als gezin dat het mooi was geweest. Hij was opgelucht toen hij voor euthanasie koos. Precies een week later is die uitgevoerd. Papa is slechts zestig jaar geworden. Mijn vader was vlak voordat hij overleed vooral heel erg nieuwsgierig naar alles wat er nog ging gebeuren als hij er niet meer zou zijn. Hij was er heel graag bij geweest in Parijs. Hij vond het ook heel spannend, dacht: gaat ze er straks wel echt heen? Ik heb wel de limiet gelopen, maar per land mogen er maximaal drie atleten uitkomen op de marathon. Sifan Hassan en ik zijn tot op heden de enige twee Nederlanders die de limiet hebben gelopen, maar tot en met 30 april kunnen er altijd nog atleten onder mijn tijd lopen. Ik sta aan de start in Parijs of ik zit daar op de camping met vrienden en familie, omdat zij die toch al hebben afgehuurd. Ook gezellig, maar ik ga er liever heen om hard te lopen. Het is dus nog even afwachten, maar ik heb heel goede hoop. Mijn moeder heeft het leven na het overlijden van mijn vader gelukkig goed opgepakt. Zoals ik net al zei: mama is van de twee de sociaalste. Toen ik vorig jaar vertelde dat de Rotterdam Marathon beladen was voor me, omdat mijn vader ziek was, kwam dat meteen in het nieuws. Iedereen wist ineens dat papa ziek was. Veel mensen hebben de moeite genomen om langs te komen of om hem en mama een hart onder de riem te steken. De mensen die met mama mee hebben geleefd toen mijn vader ziek was, zijn ook na het overlijden van papa heel erg lief voor haar. Als ik erbij ben op de Spelen, dan gaat mama op de fiets naar Parijs. Ze is al hard aan het trainen. Naar alle mensen die haar uitnodigen, gaat ze op de fiets. Er zijn al iets van vijf mensen die met haar mee gaan fietsen om mij in actie te zien in Parijs. Hardloopmaatjes en collega’s van kantoor hebben ook hun tickets al geboekt. Maar op 14 april eerst de Rotterdam Marathon. Vorig jaar reed papa dus met me mee en die taak moet de rest van de familie nu maar op zich nemen. Ik heb in de drie marathons die ik heb gelopen elke keer mijn pr verbeterd, hopelijk lukt dat opnieuw. Niels Esmeijer zal opnieuw mijn haas zijn, daar ben ik blij mee. Het is steeds lastiger om een goede haas te vinden. Dat is een stuk moeilijker als je weggaat op een tijd van 2 uur 26 dan op 2 uur 36. Niels had tot de Amsterdam Marathon een pr van 2 uur 28 en doordat wij samen de limiet liepen, heeft hij de smaak ook helemaal te pakken. We halen het beste in elkaar naar boven. Op 4 april, vlak voor de Rotterdam Marathon, word ik dertig. Als vrouw in de topsport beginnen de jaren dan wel te tellen. Nick en ik willen ook graag kinderen. Mijn moeder was dertig toen ze mij kreeg. En ik wil niet te oud moeder worden. Nick zei tegen me: ‘Je mag na de Spelen nog wel even doorgaan, hoor.’ Dat ga ik dan ook doen. Dit jaar loop ik de EK halve marathon als voorbereiding op de Spelen. Over twee jaar is de EK marathon. Ik mag op de Spelen niet verwachten dat ik even top- 20 loop, maar op de EK in 2026 kan dat wellicht wel. Misschien dat dat mijn grote afscheidsmarathon wordt. Ik ben heel dankbaar voor alles wat ik nu meemaak. Ik had nooit verwacht dat ik überhaupt dit niveau zou halen. Het voelt allemaal als een bonus.” Helden Magazine 71 Het interview met Anne Luijten is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie blikt zwemfenomeen Ian Thorpe terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?
Anne Luijten heeft een bewogen tijd achter de rug. De atlete werd in 2023 Nederlands kampioen op de halve en de hele marathon, liep de olympische limiet en trouwde. Daar tegenover stond het overlijden van haar grootste fan: vader Jos. In aanloop naar de Rotterdam Marathon van 14 april praat ze in Helden Magazine 71 openhartig over de heftige periode die achter haar ligt. “Voor het eerst zonder papa. Ik heb al een paar wedstrijdjes gelopen sinds zijn overlijden en vond het niet heel erg lastig dat ik zijn gezicht ineens niet meer langs de kant zag. Maar op zondag 14 april bij de Rotterdam Marathon zal ik het moeilijker vinden dat hij er niet meer bij is, vermoed ik. Vorig jaar sliep ik bij mijn ouders in Rijswijk en reed ik gezellig met papa in de auto naar Rotterdam. We parkeerden de auto bij mijn broertje Tom en papa pakte de fiets uit de auto en ging met me mee naar de start. Tijdens de marathon volgde hij me op de fiets, terwijl hij al ziek was. Ik werd Nederlands kampioen in mijn tweede marathon, was ruim vijf minuten sneller dan bij mijn debuut, een jaar eerder ook in Rotterdam; het was zo’n mooie dag. Rotterdam heeft altijd al een speciaal plekje in mijn hart. Mijn oma is er opgegroeid en heeft het bombardement in 1940 meegemaakt. Mijn vader heeft er gestudeerd en ook heel veel geroeid. Zelfs zo hard dat hij zijn studie niet afmaakte. Mijn broertje heeft er ook gestudeerd en woont er nu. Ook op sportief gebied speelt Rotterdam van jongs af aan al een belangrijke rol. In de jeugd mocht ik meedoen aan de regiotrainingen die door de atletiekbond werden georganiseerd en die werden in Rotterdam gehouden. Daar reed papa me dan naartoe. Als meisje van achttien heb ik in 2012 Miranda Boonstra gevolgd tijdens de Rotterdam Marathon. Van ons huis in Rijswijk ben ik die dag op de fiets naar Rotterdam gegaan om haar te volgen. Daar aangekomen mocht ik meefietsen met Tonnie Dirks, de coach van Miranda. Ik vond het zo tof om haar volledig geconcentreerd te zien lopen achter haar gangmakers aan. Verschrikkelijk jammer dat ze op slechts acht tellen de olympische limiet miste, maar de blik achter de schermen maakte op mij grote indruk. Eigenlijk was dat het moment dat ik dacht: de marathon is wel heel gaaf. Mijn vader en moeder waren erg sportief. Naast roeien was mijn vader van het hardlopen. Mama deed dat ook, liep elk jaar de City Pier City Loop in Den Haag. Mijn zusje Femke wilde nadat ze mijn moeder die wedstrijd had zien lopen op atletiek en ik besloot met haar mee te gaan. Ik had gezwommen en geschaatst en mama vond hockey wel wat voor mij, maar het werd atletiek. Bij AV’40 in Delft trok ik meteen naar het hardlopen, zag mensen vaak kijken naar mij met het idee van: waarom doet zij aan het einde van de training nog zo haar best op de 800 meter? Ik vond het een uitdaging om te kijken of ik dan de jongens bij kon houden. Het was een leuke club, maar de meeste leden redeneerden dat het ook vooral ‘gezellig moest blijven’. Omdat ik daar iets te fanatiek voor was, stapte ik over naar een andere vereniging met een heel leuk hardloopteam en een heel bevlogen trainer, Arthur van Dijk. Daar dacht ik: gelukkig, er zijn er meer die net zo gek zijn van hardlopen als ik. In 2012 kreeg ik een scholarship van de Universiteit van Portland, ging in Amerika mijn studie combineren met hardlopen. De echte toppers konden na de middelbare school prof worden, dat zat er voor mij niet in. Ik kwalificeerde me voor enkele grote toernooien op de 3000 en 5000 meter, zoals de Europese Jeugdkampioenschappen, maar liep daarin vaak achterin mee. Toen de kans om naar Amerika te gaan zich voordeed, dacht ik: ik heb zoveel tijd in het hardlopen geïnvesteerd, dit avontuur wil ik aangaan. Ik trainde ’s ochtends en ’s middags met het team en kon tussendoor studeren. Geweldig. Ik heb mijn tijd in Portland zo lang mogelijk gerekt, heb eerst Sociologie en daarna Psychologie gestudeerd, waardoor ik er vijf jaar kon blijven. In 2017 keerde ik terug naar Nederland, ging bij Honoré Hoedt trainen en volgde de opleiding Sustainable Development in Utrecht. Het hardlopen ging goed, totdat ik begin 2018 een achillespeesblessure kreeg die maar op bleef spelen. Mijn toptijd op de 5000 meter was 16 minuten en 6 seconden en ineens moest ik tevreden zijn met tijden die een halve minuut langzamer waren. Daardoor werd het lastig om mezelf te blijven motiveren er vol voor te gaan, en bijvoorbeeld ook ’s avonds in de regen en kou nog de deur uit te gaan om te trainen. Mijn carrière als atlete zegde ik in mijn hoofd vaarwel, ik besloot in 2020 fulltime te gaan werken bij de gemeente Arnhem. Ik maakte me altijd al zorgen om de opwarming van de aarde en wat dat betekent voor mens en dier. In mijn werk hou ik me daar op lokaal niveau mee bezig. Ik mag in Arnhem buurtinitiatieven helpen werkelijkheid te worden, vooral op het gebied van klimaatadaptatie. Ik help versteende pleinen te vergroenen, zodat daar minder hittestress en wateroverlast is. Ik maak me hard voor meer bomen in de stad. Heel leuk om daaraan te mogen werken. Ik bleef naast mijn werk nog wel voor de lol hardlopen. Het leek me een leuke uitdaging om een keer een marathon te lopen, want dat had ik nog nooit gedaan. En dan natuurlijk het liefst die van Rotterdam. Ik liep bij mijn marathondebuut, in april 2022, een tijd van 2.36.34. Voor zo’n tijd koop je nog niks, maar de manier waarop ik die liep, gaf veel vertrouwen. Ik had vooraf tegen mijn coach John Jansen gezegd: ik wil er vooral plezier in hebben, me niet over de kop trainen en niet geblesseerd raken. Ik trainde toen iets van 130 kilometer in de week. Vooral in de namiddag, want ik werkte ook gewoon 36 uur in de week. Ik ging weg op een tijd van 2 uur en 38 minuten en het tempo dat ik liep, voelde voor mij – dat klinkt gek – echt als joggen. Na dertig kilometer voelde ik me nog net zo chill als na drie kilometer. Veel mensen hadden me van tevoren gewaarschuwd dat het na 35 kilometer pas echt zwaar zou worden. Ik dacht: jongens, het zal wel, maar ik ga nu echt versnellen. Ik pakte in de resterende twaalf kilometer nog anderhalve minuut op het tijdschema waarop ik van start ging. Ik verraste zelfs mijn coach: John dacht, net als veel anderen, dat ik waarschijnlijk niet zo’n goede marathonloper zou zijn. Na afloop wisten we: hier kunnen we wat mee, er is nog zoveel ruimte voor verbetering. Ik heb er nog nooit zo naar gekeken, maar achteraf kun je stellen dat die achillespeesblessure een geluk bij een ongeluk was. Anders had ik misschien nooit de switch naar de halve marathon en marathon gemaakt. Door het lot heb ik gevonden waar ik echt goed in ben. Daarna ging ik toewerken naar de Rotterdam Marathon van 2023. We hadden ingezet op 2 uur en 32 minuten. Net als bij mijn eerste marathon was David Hemstede mijn tempomaker en opnieuw liep ik een negative split, wat betekent dat ik het tweede deel van de marathon harder liep dan het eerste. Ik had opnieuw over op het einde, heb echt gesprint tot de streep. Ik liep halverwege al weg uit de groep mannen met wie ik tot dan toe had gelopen. Het was toen al lang en breed duidelijk dat ik Nederlands kampioen marathon zou worden, maar je moet altijd in je achterhoofd houden dat elke marathon de laatste kan zijn, omdat het veel van het lichaam eist. Dus elke kans om sneller te lopen dan je ooit hebt gedaan, moet je aangrijpen. Ik liep 2 uur 30 minuten en 59 seconden, kon vol trots zeggen dat ik een 2.30-loper was. De Rotterdam Marathon van 2023 was als een sprookje; ik won mijn eerste Nederlandse titel, liep een dik pr en mijn zieke papa was er gewoon bij. Hij hoefde niet zoveel te zeggen tijdens het meefietsen, zag aan mijn manier van lopen dat het goed ging. Het is voor een marathonloper vooral zaak om heel lang rustig te blijven: gedoseerd lopen en niet met krachten te smijten. Het was in tegenstelling tot de wedstrijd op de baan in het verleden niet nodig om me uitgebreid aan te moedigen. Papa zag dat het goed ging, zei af en toe wat en dan stak ik mijn duim op. Het was altijd heel fijn om hem bij me te hebben. Hij wist me tot rust te brengen, was altijd heel geduldig. Ik hoefde voor de start van mijn marathons, als ik op was van de zenuwen, maar naar hem te kijken en ik bedaarde al. Papa was echt een rots in de branding. Hij en mama waren nooit pusherig. Mama zei vaak alleen: ‘Als je er maar lol in hebt.’ Papa wist wat meer van sport omdat hij fanatiek had geroeid. Hij had ook dat competitieve in zich. Van ons drie, mijn zusje Femke, broertje Tom en ik, lijk ik het meest op papa. De gedrevenheid, alles uit jezelf willen halen; dat hadden we gemeen. En we waren bijvoorbeeld ook allebei niet goed in small talk op feestjes. Bij mensen die ik ken, voel ik me op mijn gemak, maar als ik bij wijze van spreken over het weer moet gaan praten om het ijs te breken, dan kost me dat alleen maar energie. Papa bleef liever thuis als hij ergens heen moest waar hij de mensen niet kende. Mama trok hem dan wel mee, hoor. Zij, Tom en Femke zijn veel socialer. Van mijn vader heb ik ook dat rationele. Ik droomde nooit van de Olympische Spelen toen ik op de baan liep. Simpelweg omdat deelname, met de tijden die ik liep, niet reëel was. Toen ik in Rotterdam ineens Nederlands kampioen op de marathon werd, kwam er veel op me af. Papa vond het zo mooi om te zien. We wisten toen al dat hij ziek was en dat had ik voor de marathon ook verteld in een interview met De Gelderlander. Ik ben altijd heel open, dus ook daarover. Rond de kerstdagen zaten wij als gezin altijd in een huisje ergens in Nederland. Ik kwam eind 2022 vrolijk aan met mijn vriend Nick. Bij het eten zei papa: ‘Ga maar even zitten, want ik heb niet zulk leuk nieuws.’ Hij had al gezien dat er iets mis was rond de alvleesklier. De dag na kerst moesten we naar het ziekenhuis in Delft en daar hoorden we dat hij een tumor had en dat die zeer waarschijnlijk kwaadaardig was. Op de terugweg naar het vakantiehuisje in Drenthe zaten we allemaal te huilen. Al snel werd het vermoeden bevestigd en begon de ellende. We wisten meteen dat de diagnose alvleesklierkanker een heel slechte was. Papa was 59 toen hij het hoorde en hij was de gezondste 59-jarige die je je maar kon voorstellen. Hij had nooit gerookt, zelden gedronken, nooit overgewicht en veel gesport. Dan hoop je: misschien zit hij wel bij die vijf procent die na vijf jaar nog leeft. Helaas. Er vielen ook wat dingen op hun plaats. In de zomervakantie van 2022 had hij ineens heel weinig lucht, hij kwam tijdens het bergwandelen amper omhoog. Hij ging naar de dokter en bleek een longembolie te hebben. Er is toen niet verder gekeken. Daarna bleef hij klachten houden, maar dacht: dat is nog van die longembolie. Hij kon niet lekker liggen. Het bleef maar voortduren en toen is hij uiteindelijk weer naar de huisarts gegaan. Achteraf kun je redeneren dat die longembolie een gevolg was van de tumor die er toen al zat. Ik ben blijven hardlopen toen mijn vader ziek was. Of het mijn uitlaatklep was, weet ik niet... Het gaf me in elk geval houvast en een ritme. En ik kon goed over m’n vader praten met mijn hardloopmaatjes. Ik wist ook dat ik mijn vader er blij mee maakte als ik bleef lopen. Papa vond het altijd geweldig als hij mee kon naar een wedstrijd van me. Hij zocht veel afleiding tijdens zijn ziekte, zat liever niet thuis niks te doen want dan voelde hij zich het ziekst. Als hij lekker naar me kon kijken, dan maakten papa en mama er meteen een leuk weekendje van. Ze hebben er samen echt nog alles uitgehaald in die laatste maanden. Ik werkte toe naar de Amsterdam Marathon op 23 oktober, vond het heel mooi en leuk om daar met papa naartoe te werken en die nog samen met hem te beleven. Papa en mama zaten in hetzelfde hotel als ik. Nienke Brinkman, die ook zou lopen, was geblesseerd geraakt, en toen werd ik naar voren geschoven. Moest in het Rijksmuseum op komen draven voor mijn eerste persconferentie ooit. En toen riep ik met mijn grote mond dat ik voor de olympische limiet ging. Ik had het een paar weken ervoor met mijn vader besproken, toen de trainingen zo lekker gingen. Ik vroeg aan papa: wat vind je, moet ik voor de olympische limiet gaan? Het gevaar van vertrekken op 2.26.50 is dat je helemaal kapotgaat na dertig kilometer en eindigt met niks. Maar ik dacht ook: als ik ooit naar de Spelen wil, dan moet het nu. Papa zei: ‘Je moet het zelf weten, maar als ik jou was, zou ik ervoor gaan.’ Toen hakte ik de knoop door, zei: ik ga voor die olympische limiet. Ik vond het zo spannend. Een paar weken voor de Amsterdam Marathon liep ik de halve marathon in Breda op marathontempo. Ik werd Nederlands kampioen in 1.13.22 en wist daardoor precies wat ik daarna nog een keer 21 kilometer lang moest doen om de olympische limiet te lopen. Maar ik werd verkouden vlak voor de marathon en kreeg last van mijn knie. De nacht voor de wedstrijd sliep ik slecht. Op de dag zelf had ik het hele schema om op de olympische limiet uit te komen op mijn hand geschreven. Maar het regende, dus die tijden kon ik al snel niet meer lezen. Ik had een heel goede haas, Niels Esmeijer, die ben ik blindelings gaan volgen. Tussen kilometers 20 en 25 was het heel zwaar, er kwam ineens een storm opzetten. Daarna was het oogkleppen op en in een soort waas doorlopen tot de streep. Heel anders dan bij de andere twee marathons, toen kreeg ik best veel mee van wat er langs de kant gebeurde. Niels zei steeds: ‘We zitten ongeveer tien seconden onder het schema dat leidt tot de olympische limiet.’ Verder communiceerden we heel weinig. Hij had het heel goed door als ik een beetje terugviel, dan zakte hij zonder iets te zeggen ook terug en voerde hij het tempo daarna langzaam weer wat op. In het Vondelpark, een paar kilometer voor het einde, vroeg ik aan Niels: zitten we er nog steeds onder? Volgens Niels was dat het geval. Toen kwam het besef dat het weleens zou kunnen lukken. Maar tegelijkertijd kreeg ik het heel erg zwaar. Ik voelde niet meer of ik nog op tempo aan het lopen was. Tien seconden is dan niks. Ik heb het gered, liep 2.26.36, veertien tellen onder de limiet, was Niels heel erg dankbaar. Papa wachtte me op bij de finish in het Olympisch Stadion. Dat papa nog meemaakte dat ik de limiet liep, maakte het extra mooi. Als je dan bedenkt dat er zoveel dingen misgingen in de voorbereiding en tijdens de marathon en dat ik toch de limiet liep... Je zou haast denken: het moest zo zijn. Het is een verhaal voor een film waarvan je, als je hem hebt gezien, denkt: dat kan in het echt toch nooit? Ik geloof niet in magie, maar zou er haast in gaan geloven. Niet lang daarna, op 4 november, was er weer een mooie dag. Nick en ik trouwden op een schitterende locatie: Kasteel Doorwerth. We leerden elkaar kennen in Amerika, waar hij vandaan komt. Nick zat in het hardloopteam bij de mannen op de Universiteit van Portland. In het tweede jaar dat ik daar zat, in 2013, begonnen we met daten. Toen ik terugging, zei hij: ‘Ik kom voor jou naar Nederland.’ We hadden eerst een jaar een langeafstandsrelatie, Nick werkte nog. In 2018 kwam hij naar Arnhem, had Scheikunde gestudeerd en wilde hier een master Computerscience halen. Hij heeft zijn bachelor hier gehaald en is toen naar Zweden gegaan om zijn master te halen. Sinds 2020 zijn we weer samen en intussen spreekt Nick heel behoorlijk Nederlands. Hij doet zoveel voor me. Nick fietst vaak met me mee als ik train, kookt elke avond voor me. Ik heb ook tegen hem gezegd: als jij wil dat ik na de Spelen stop, dan doe ik dat zonder gevoelens van wrok. Het is niet altijd leuk dat jouw vrouw dag in dag uit om tien uur ’s avonds in bed ligt. Alle weekenden gaan ook op aan het hardlopen. Nick is in aanloop naar een marathon mijn meefietsende coach, koolhydratendrank- en waterdrager. Ondertussen wordt hij ook nog uitgekafferd als hij bij de marathonblokken net te hard of te langzaam fietst. Toen mijn vader ziek werd, zei ik tegen Nick: trouwen is geen must, maar als mijn vader overleden is, wil ik het niet meer, dus als je nog wat wil... Ik vond de gedachte dat mijn vader er niet meer bij zou zijn te verdrietig, wilde ook heel graag dat hij mij weg zou geven bij het altaar. Nick begreep de boodschap. Hij is vorig jaar met zijn broer naar IJsland gegaan en heeft daar in het geheim een verlovingsring gekocht. Voor de eerste voorbereiding op de Marathon van Amsterdam zijn we vier weken naar Sankt Moritz geweest. We hadden afgesproken dat hij één dag helemaal in mocht richten zoals hij het wilde, ook al paste dat niet in mijn trainingsschema. Nick nam me mee voor een wandeling naar een gletsjer. Hij had halverwege een lunch geregeld en toen we ’s avonds op de gletsjer waren, heeft hij me ten huwelijk gevraagd. Daarna hadden we minder dan drie maanden de tijd om het huwelijk te regelen. Tegelijkertijd kon de trouwerij niet voor de marathon plaatsvinden en moest het gezien de toestand van mijn vader zo snel mogelijk erna. Na de Amsterdam Marathon ging mijn vader snel achteruit. De bruiloft was heel zwaar voor hem, hij was echt heel ziek. Papa heeft me nog kunnen begeleiden naar het altaar, nog een mooie speech gehouden en heeft de hele dag meegemaakt. Veel mensen vragen me of ik wel heb kunnen genieten van mijn trouwdag. Ik vond het juist heel mooi dat papa er nog bij was. En niet alleen daarbij. De laatste wedstrijd die hij heeft gezien, was mijn allerbeste wedstrijd ooit. Eigenlijk is het heel raar dat ik de laatste tien maanden van mijn vaders leven mijn beste waren op sportief gebied. Ik ben daarom vooral dankbaar dat hij bij zulke belangrijke momenten in mijn leven nog aanwezig is geweest. Op 6 november, twee dagen na ons huwelijk, ging mijn vader naar het ziekenhuis voor een gesprek over een experimentele behandeling. Bij alvleesklierkanker doe je dat eigenlijk vooral omdat je daarmee andere mensen helpt, niet omdat je er zelf nog wat aan hebt. Papa kon niet meer, zijn lichaam was op, hij zag af van die behandeling. De chemo’s hielpen niet meer, hij kon niet meer eten en drinken. Op die dag besloten wij als gezin dat het mooi was geweest. Hij was opgelucht toen hij voor euthanasie koos. Precies een week later is die uitgevoerd. Papa is slechts zestig jaar geworden. Mijn vader was vlak voordat hij overleed vooral heel erg nieuwsgierig naar alles wat er nog ging gebeuren als hij er niet meer zou zijn. Hij was er heel graag bij geweest in Parijs. Hij vond het ook heel spannend, dacht: gaat ze er straks wel echt heen? Ik heb wel de limiet gelopen, maar per land mogen er maximaal drie atleten uitkomen op de marathon. Sifan Hassan en ik zijn tot op heden de enige twee Nederlanders die de limiet hebben gelopen, maar tot en met 30 april kunnen er altijd nog atleten onder mijn tijd lopen. Ik sta aan de start in Parijs of ik zit daar op de camping met vrienden en familie, omdat zij die toch al hebben afgehuurd. Ook gezellig, maar ik ga er liever heen om hard te lopen. Het is dus nog even afwachten, maar ik heb heel goede hoop. Mijn moeder heeft het leven na het overlijden van mijn vader gelukkig goed opgepakt. Zoals ik net al zei: mama is van de twee de sociaalste. Toen ik vorig jaar vertelde dat de Rotterdam Marathon beladen was voor me, omdat mijn vader ziek was, kwam dat meteen in het nieuws. Iedereen wist ineens dat papa ziek was. Veel mensen hebben de moeite genomen om langs te komen of om hem en mama een hart onder de riem te steken. De mensen die met mama mee hebben geleefd toen mijn vader ziek was, zijn ook na het overlijden van papa heel erg lief voor haar. Als ik erbij ben op de Spelen, dan gaat mama op de fiets naar Parijs. Ze is al hard aan het trainen. Naar alle mensen die haar uitnodigen, gaat ze op de fiets. Er zijn al iets van vijf mensen die met haar mee gaan fietsen om mij in actie te zien in Parijs. Hardloopmaatjes en collega’s van kantoor hebben ook hun tickets al geboekt. Maar op 14 april eerst de Rotterdam Marathon. Vorig jaar reed papa dus met me mee en die taak moet de rest van de familie nu maar op zich nemen. Ik heb in de drie marathons die ik heb gelopen elke keer mijn pr verbeterd, hopelijk lukt dat opnieuw. Niels Esmeijer zal opnieuw mijn haas zijn, daar ben ik blij mee. Het is steeds lastiger om een goede haas te vinden. Dat is een stuk moeilijker als je weggaat op een tijd van 2 uur 26 dan op 2 uur 36. Niels had tot de Amsterdam Marathon een pr van 2 uur 28 en doordat wij samen de limiet liepen, heeft hij de smaak ook helemaal te pakken. We halen het beste in elkaar naar boven. Op 4 april, vlak voor de Rotterdam Marathon, word ik dertig. Als vrouw in de topsport beginnen de jaren dan wel te tellen. Nick en ik willen ook graag kinderen. Mijn moeder was dertig toen ze mij kreeg. En ik wil niet te oud moeder worden. Nick zei tegen me: ‘Je mag na de Spelen nog wel even doorgaan, hoor.’ Dat ga ik dan ook doen. Dit jaar loop ik de EK halve marathon als voorbereiding op de Spelen. Over twee jaar is de EK marathon. Ik mag op de Spelen niet verwachten dat ik even top- 20 loop, maar op de EK in 2026 kan dat wellicht wel. Misschien dat dat mijn grote afscheidsmarathon wordt. Ik ben heel dankbaar voor alles wat ik nu meemaak. Ik had nooit verwacht dat ik überhaupt dit niveau zou halen. Het voelt allemaal als een bonus.” Helden Magazine 71 Het interview met Anne Luijten is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie blikt zwemfenomeen Ian Thorpe terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?

Veldrijden

Wout van Aert: Wouts wondere wereld

Wout van Aert (29) kiest dit jaar voor een andere aanpak. Hij sloeg de WK veldrijden over en zal dit jaar ook de Tour de France laten schieten. Zijn speerpunten dit jaar: de Vlaamse voorjaarsklassiekers, de Giro d’Italia en de Olympische Spelen. We spreken in Helden Magazine 71 de alleskunner van Visma-Lease a Bike in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en de Giro. “Ik denk dat ik beter kan.” “In 2023 ben ik niet op mijn best geweest, heb me afgelopen jaar nooit zo gevoeld als in 2022. Ik had steeds het gevoel dat ik dat ene procentje miste. De resultaten waren nog best goed, maar ik denk dat ik beter kan,” zegt Wout van Aert. Conclusie eind vorig jaar: het moest anders. Wout won in 2021 de Amstel Gold Race, Gent-Wevelgem en drie etappes in de Tour de France: een bergrit die twee keer over de Mont Ventoux voerde, de tijdrit op de een-na-laatste dag en de afsluitende massasprint in Parijs. Het tekende zijn ongekende veelzijdigheid. Een jaar later? Wout won opnieuw drie etappes in de Tour, reed vier dagen in de gele trui en mocht de groene trui mee naar huis nemen. Ook won hij de prijs voor de meest strijdlustige renner én hij was de luxe meesterknecht van Jonas Vingegaard die de eerste Tourzege voor de ploeg, die toen nog Jumbo-Visma heette, pakte. In 2023 kon hij minder vaak juichen. Hij won de E3 Saxo Classic en werd tweede achter zijn eeuwige rivaal Mathieu van der Poel bij de WK-wegwedstrijd in Glasgow. Tijdens de Tour verrichtte hij opnieuw beulswerk voor Vingegaard, die zijn tweede eindzege pakte. Maar Wout won geen etappe en ging een paar dagen voordat Parijs werd bereikt naar huis om bij zijn hoogzwangere vrouw Sarah te zijn. Op 21 juli verwelkomden zij zoontje Jerome, broertje van Georges. Waar hij dat ene procentje liet liggen vorig jaar? Wout weet het wel. De belangrijkste reden: hij werd ziek nadat het crossseizoen erop zat. “Die ziekte heeft de voorbereiding op het wegseizoen verstoord. Het kostte me te veel energie om mijn topvorm te halen voor de klassiekers. Ik heb eigenlijk te veel ups en downs gekend tijdens het seizoen, mijn niveau is nooit stabiel geweest. Door het veldrijden had ik altijd maar een maand om me voor te bereiden op de voorjaarskoersen. Als alles goed ging, dan lukte het om me in die korte periode naar honderd procent toe te werken. Maar als het niet gaat zoals gepland, dan heb ik meteen een probleem en wordt het lastig om in topvorm te zijn in de maand april. Dat was vorig jaar dus het geval.” Na de evaluatie van 2023 besloot Wout in samenspraak met de ploegleiding dat zijn programma flink op de schop moest. Merijn Zeeman, sportief directeur van Visma-Lease a Bike gaf in Helden al eens aan dat ‘Wout niet alleen maar braaf aan tafel zit te luisteren’ als ze met hem praten. Hij gaat de discussie niet uit de weg, eist het maximale van zichzelf en het team. “Ik ben niet alleen voor mezelf extreem veeleisend, maar waarschijnlijk ook voor mijn omgeving,” zei Wout daar vorig jaar over in Helden. “Ik heb in de ploeg het gevoel dat de vrijheid er is om eigen inbreng te hebben. Marijn en ik hebben daardoor samen de ploeg beter gemaakt. Ik waardeer het enorm dat we op die manier kunnen samenwerken.” Om beter voor de dag te komen in 2024 besloot Wout om als drievoudig wereldkampioen veldrijden het WK in Tábor te laten schieten. Zijn oude liefde, de cross, moest pas op de plaats maken, zodat hij sterker en frisser is in de maand april. “De focus ligt nu meer op de weg. We besloten om heel veel crossen weg te strepen, met als belangrijkste reden om meer mentale vrijheid te krijgen en meer energie aan het begin van het wegseizoen te hebben. Ik heb een paar crossen gereden omdat het goed is om een uur lang all-in te gaan tegen mannen als Mathieu van der Poel en Tom Pidcock, dat nam ik mee naar de weg.” Zijn palmares is indrukwekkend, maar een overwinning in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix ontbreekt op zijn 29ste nog. Daar moet verandering in komen. En snel, wat Wout betreft. Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Wout van Aert is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Zwemfenomeen Ian Thorpe blikt terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?
Wout van Aert (29) kiest dit jaar voor een andere aanpak. Hij sloeg de WK veldrijden over en zal dit jaar ook de Tour de France laten schieten. Zijn speerpunten dit jaar: de Vlaamse voorjaarsklassiekers, de Giro d’Italia en de Olympische Spelen. We spreken in Helden Magazine 71 de alleskunner van Visma-Lease a Bike in aanloop naar de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en de Giro. “Ik denk dat ik beter kan.” “In 2023 ben ik niet op mijn best geweest, heb me afgelopen jaar nooit zo gevoeld als in 2022. Ik had steeds het gevoel dat ik dat ene procentje miste. De resultaten waren nog best goed, maar ik denk dat ik beter kan,” zegt Wout van Aert. Conclusie eind vorig jaar: het moest anders. Wout won in 2021 de Amstel Gold Race, Gent-Wevelgem en drie etappes in de Tour de France: een bergrit die twee keer over de Mont Ventoux voerde, de tijdrit op de een-na-laatste dag en de afsluitende massasprint in Parijs. Het tekende zijn ongekende veelzijdigheid. Een jaar later? Wout won opnieuw drie etappes in de Tour, reed vier dagen in de gele trui en mocht de groene trui mee naar huis nemen. Ook won hij de prijs voor de meest strijdlustige renner én hij was de luxe meesterknecht van Jonas Vingegaard die de eerste Tourzege voor de ploeg, die toen nog Jumbo-Visma heette, pakte. In 2023 kon hij minder vaak juichen. Hij won de E3 Saxo Classic en werd tweede achter zijn eeuwige rivaal Mathieu van der Poel bij de WK-wegwedstrijd in Glasgow. Tijdens de Tour verrichtte hij opnieuw beulswerk voor Vingegaard, die zijn tweede eindzege pakte. Maar Wout won geen etappe en ging een paar dagen voordat Parijs werd bereikt naar huis om bij zijn hoogzwangere vrouw Sarah te zijn. Op 21 juli verwelkomden zij zoontje Jerome, broertje van Georges. Waar hij dat ene procentje liet liggen vorig jaar? Wout weet het wel. De belangrijkste reden: hij werd ziek nadat het crossseizoen erop zat. “Die ziekte heeft de voorbereiding op het wegseizoen verstoord. Het kostte me te veel energie om mijn topvorm te halen voor de klassiekers. Ik heb eigenlijk te veel ups en downs gekend tijdens het seizoen, mijn niveau is nooit stabiel geweest. Door het veldrijden had ik altijd maar een maand om me voor te bereiden op de voorjaarskoersen. Als alles goed ging, dan lukte het om me in die korte periode naar honderd procent toe te werken. Maar als het niet gaat zoals gepland, dan heb ik meteen een probleem en wordt het lastig om in topvorm te zijn in de maand april. Dat was vorig jaar dus het geval.” Na de evaluatie van 2023 besloot Wout in samenspraak met de ploegleiding dat zijn programma flink op de schop moest. Merijn Zeeman, sportief directeur van Visma-Lease a Bike gaf in Helden al eens aan dat ‘Wout niet alleen maar braaf aan tafel zit te luisteren’ als ze met hem praten. Hij gaat de discussie niet uit de weg, eist het maximale van zichzelf en het team. “Ik ben niet alleen voor mezelf extreem veeleisend, maar waarschijnlijk ook voor mijn omgeving,” zei Wout daar vorig jaar over in Helden. “Ik heb in de ploeg het gevoel dat de vrijheid er is om eigen inbreng te hebben. Marijn en ik hebben daardoor samen de ploeg beter gemaakt. Ik waardeer het enorm dat we op die manier kunnen samenwerken.” Om beter voor de dag te komen in 2024 besloot Wout om als drievoudig wereldkampioen veldrijden het WK in Tábor te laten schieten. Zijn oude liefde, de cross, moest pas op de plaats maken, zodat hij sterker en frisser is in de maand april. “De focus ligt nu meer op de weg. We besloten om heel veel crossen weg te strepen, met als belangrijkste reden om meer mentale vrijheid te krijgen en meer energie aan het begin van het wegseizoen te hebben. Ik heb een paar crossen gereden omdat het goed is om een uur lang all-in te gaan tegen mannen als Mathieu van der Poel en Tom Pidcock, dat nam ik mee naar de weg.” Zijn palmares is indrukwekkend, maar een overwinning in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix ontbreekt op zijn 29ste nog. Daar moet verandering in komen. En snel, wat Wout betreft. Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Wout van Aert is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Zwemfenomeen Ian Thorpe blikt terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?

Mountainbiken

Fem van Empel: ‘Liever wat modder’

Fem van Empel (21) werd vorig jaar wereldkampioen veldrijden, maar laat ook van zich horen op de weg en in het mountainbiken. In aanloop naar het WK veldrijden (3 februari) gingen we op bezoek bij het multitalent dat rijdt in dienst van Team Visma-Lease a Bike. “Ik wilde altijd profvoetbalster worden.” “Na een cross zitten we meestal helemaal onder de modder. Ik vind het wel speciaal om na afloop met een zwart gezicht voor de camera te verschijnen, het ziet er toch ook wel stoer uit, toch?” Lachend: “Voor mij geen uitgebreide skincare routine hoor, dan liever wat modder,” zegt Fem van Empel. De pas 21-jarige Fem komt sinds januari vorig jaar uit voor Team Jumbo-Visma, inmiddels Team Visma-Lease a Bike. Ze is explosief en behendig. “Ik heb een goede bouw voor een wielrenster, ben vrij lang. Veel onderdelen van het veldrijden liggen mij: een paar keer van de fiets afspringen, korte looppassages en klimmetjes. Ik heb dan wel geluk met mijn bouw, maar het belangrijkst is training en voeding, hoor.” Fem komt sinds vorig jaar ook uit op de weg, mountainbiken doet ze al langer. De vergelijking met Mathieu van der Poel is snel gemaakt. “Er worden geregeld uitspraken gedaan als: ‘Fem heeft het profiel van die of die renner.’ En daarmee wordt ook op Mathieu van der Poel gedoeld. Maar ik word niet graag vergeleken met een ander, ook niet met Mathieu. Ieder heeft zijn eigen kwaliteiten. Bovendien hou ik niet zo van die aandacht, ik sta liever in de schaduw.” ‘Ik word niet graag vergeleken met een ander, ook niet met Mathieu van der Poel. Ieder heeft zijn eigen kwaliteiten. Bovendien hou ik niet zo van die aandacht’ Het verschil tussen de drie disciplines is groot, zegt Fem. “Ook qua sfeer. Veldrijden voelt als een grote familie, iedere week zie je dezelfde mensen, renners en verzorgers. Op de weg is het meer op het individu gericht. Ik voel er afgunst, de ploegen onderling groeten elkaar ook nauwelijks. Bij de cross is het heel gemoedelijk, iedereen zegt elkaar gedag. En in het mountainbiken is de sfeer zelfs nog relaxter dan in het veldrijden. Ik vind veldrijden het leukst, maar het meest uitdagende is het mountainbiken. Er komt zoveel bij kijken. Bij de verkenning sta ik soms al bovenaan te kijken van: moet ik hier nou naar beneden? Op de weg moet ik nog meer het spelletje, het tactische gedeelte, leren begrijpen. Op de weg wint niet altijd de beste en qua ploegenspel heb ik nog een hoop te leren. Vorig jaar heb ik voor het eerst van het wegwielrennen geproefd. Ik kon me redelijk staande houden bij een klimkoers of tijdens een vlakke etappe. Ik denk dat ik redelijk allround ben.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Fem van Empel komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Collega-shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Fem van Empel (21) werd vorig jaar wereldkampioen veldrijden, maar laat ook van zich horen op de weg en in het mountainbiken. In aanloop naar het WK veldrijden (3 februari) gingen we op bezoek bij het multitalent dat rijdt in dienst van Team Visma-Lease a Bike. “Ik wilde altijd profvoetbalster worden.” “Na een cross zitten we meestal helemaal onder de modder. Ik vind het wel speciaal om na afloop met een zwart gezicht voor de camera te verschijnen, het ziet er toch ook wel stoer uit, toch?” Lachend: “Voor mij geen uitgebreide skincare routine hoor, dan liever wat modder,” zegt Fem van Empel. De pas 21-jarige Fem komt sinds januari vorig jaar uit voor Team Jumbo-Visma, inmiddels Team Visma-Lease a Bike. Ze is explosief en behendig. “Ik heb een goede bouw voor een wielrenster, ben vrij lang. Veel onderdelen van het veldrijden liggen mij: een paar keer van de fiets afspringen, korte looppassages en klimmetjes. Ik heb dan wel geluk met mijn bouw, maar het belangrijkst is training en voeding, hoor.” Fem komt sinds vorig jaar ook uit op de weg, mountainbiken doet ze al langer. De vergelijking met Mathieu van der Poel is snel gemaakt. “Er worden geregeld uitspraken gedaan als: ‘Fem heeft het profiel van die of die renner.’ En daarmee wordt ook op Mathieu van der Poel gedoeld. Maar ik word niet graag vergeleken met een ander, ook niet met Mathieu. Ieder heeft zijn eigen kwaliteiten. Bovendien hou ik niet zo van die aandacht, ik sta liever in de schaduw.” ‘Ik word niet graag vergeleken met een ander, ook niet met Mathieu van der Poel. Ieder heeft zijn eigen kwaliteiten. Bovendien hou ik niet zo van die aandacht’ Het verschil tussen de drie disciplines is groot, zegt Fem. “Ook qua sfeer. Veldrijden voelt als een grote familie, iedere week zie je dezelfde mensen, renners en verzorgers. Op de weg is het meer op het individu gericht. Ik voel er afgunst, de ploegen onderling groeten elkaar ook nauwelijks. Bij de cross is het heel gemoedelijk, iedereen zegt elkaar gedag. En in het mountainbiken is de sfeer zelfs nog relaxter dan in het veldrijden. Ik vind veldrijden het leukst, maar het meest uitdagende is het mountainbiken. Er komt zoveel bij kijken. Bij de verkenning sta ik soms al bovenaan te kijken van: moet ik hier nou naar beneden? Op de weg moet ik nog meer het spelletje, het tactische gedeelte, leren begrijpen. Op de weg wint niet altijd de beste en qua ploegenspel heb ik nog een hoop te leren. Vorig jaar heb ik voor het eerst van het wegwielrennen geproefd. Ik kon me redelijk staande houden bij een klimkoers of tijdens een vlakke etappe. Ik denk dat ik redelijk allround ben.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Fem van Empel komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Collega-shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Marathon

Nienke Brinkman: Buitenaards

Nienke Brinkman wilde als hockeyster de top halen, maar dat zat er niet in. Een paar jaar terug ging ze voor haar studie geofysica naar Zwitserland, waar ze de trillingen op planeet Mars onderzocht. In haar vrije tijd ging ze hardlopen en al snel was er een nieuwe ster geboren. Het Nederlands record marathon heeft ze al in bezit. Waar eindigt dit? In aanloop naar de Boston Marathon, waaraan ze op 17 april meedoet, spraken we de 29-jarige hardloopster die gaat als een komeet. “Ik weet ook niet waar het eindigt,” zegt Nienke Brinkman bijna verontschuldigend. De 29-jarige marathonloopster is begonnen aan een ontdekkingsreis waarvan ze zelf de eindbestemming niet weet, geeft ze aan. Bijna dagelijks verbaast ze zich. “Ik word wakker met een glimlach, denk vaak: wat een tof leven heb ik. Ik hoef alleen maar lekker te hardlopen, verder niks. Wat een luxe is dat. Het is net of ik in een droom leef. Het is toch heel gek om te zeggen dat hardlopen mijn baan is? Ik kan er maar niet aan wennen. Zo gaaf wat ik allemaal meemaak.” Hockey & Mars Nienke is een hardloopsensatie, maar lange tijd draaide veel om hockey in huize Brinkman in Leiderdorp. Haar ouders, oudere zus Noor en jongere zus Sant hockeyden ook. Nienke hoopte als hockeyster de top te halen, net als neef Jasper Brinkman, die uitkomt voor landskampioen Bloemendaal en het Nederlands team. “Jasper was altijd al degene die de meeste kans had om de top te halen met hockey. Toen ik merkte dat dat er voor mij niet inzat, ben ik meer voor mijn studie gegaan. In 2018 ben ik aan mijn PhD begonnen.” Nienke volgde een opleiding geofysica, deed in Zürich onderzoek naar bodemtrillingen op de planeet Mars. “Op mijn zestiende hebben we vanwege het werk van mijn vader een jaar in Indonesië gewoond. Daar hebben ze veel actieve vulkanen, waaronder de beroemde Krakatau. Ik vond die vulkanen heel interessant, daarom ben ik geofysica gaan studeren. Voor mijn masterthesis ben ik onderzoek gaan doen naar bevingen op Mars. Het is seismologie, maar in plaats van onderzoek naar aardbevingen deden we onderzoek naar bevingen op Mars. Een Marslander stuurt continu data door naar de aarde en met behulp van die informatie onderzochten we wat er binnen in de planeet zit.” In haar vrije tijd heeft ze nog even gehockeyd in Zwitserland, maar dat team vond ze niet goed genoeg. Om stoom af te blazen ging Nienke fietsen, naar de gym en hardlopen. Ze sloot zich in 2019 aan bij een loopgroepje van de universiteit. “Het begon met een keertje in de week meedoen met de hardloopgroep. Doordat ik altijd al met sporten bezig ben geweest, heb ik onbewust een basis opgebouwd die me goed van pas kwam tijdens het hardlopen. Ik wist ook al dat ik een aardige loper was. Met hockey hadden we geregeld een piepjestest, die deed ik net zo goed als de mannen. Ik was als hockeyster een middenvelder die kon blijven gaan.” Bij het loopgroepje werd Benjamin Ueltschi haar trainer. Nienke vond hardlopen heerlijk, ook omdat ze snel progressie maakte. Ze zag dat Benjamin ook op andere dagen trainingen gaf, besloot daarom vaker haar neus op de atletiekbaan te laten zien. “Ons loopgroepje bestond vaak uit alleen mannen. Ze waren heel fanatiek en ik vond het leuk om hen uit te dagen. Toen ze zagen dat ik snel beter werd, werden ze nog fanatieker. Tijdens de pandemie ontstond het idee om mee te doen aan de marathon van Amsterdam.” Hardlopen groeide al snel uit tot een flink uit de hand gelopen hobby, erkent Nienke. “De rondjes die ik liep, werden steeds langer. En daardoor werd ik steeds vermoeider en was ik op mijn werk voor mijn gevoel toch iets minder efficiënt. Ik voelde me best een beetje schuldig tegenover mijn baas.” Begin 2020 kreeg Europa te maken met de coronapandemie. Voor Nienke, die in die periode veel thuiswerkte, werd hardlopen een nog grotere uitlaatklep. Omdat de marathon van Amsterdam, waar ze voor trainde, niet doorging, besloot ze met haar hardloopgroep maar zelf een marathon te organiseren. Haar doel: onder de drie uur lopen. “Ik klokte een tijd van 2 uur en 39 minuten... Ik was zo verbaasd, ging meteen kijken wat die tijd inhield en ontdekte dat mijn tijd goed genoeg was voor Amerikaanse atleten om mee te mogen doen aan de trials voor de Spelen. Toen ik dat zag, ben ik het nog serieuzer aan gaan pakken.” Sterker, ze had in haar hoofd een poging te wagen zich te kwalificeren voor de Spelen in Tokio. Ze wilde dat doen tijdens een marathon georganiseerd in Belp, vlakbij Bern. Door een ontsteking aan haar enkel moest ze afzeggen. “Ik baalde zo dat mijn coach zei: ‘Ga dan laten zien wat je kunt in Zermatt.’” De Zermatt-Marathon is niet zomaar een marathon. In de race over iets meer dan 42 kilometer worden ook nog eens 1800 hoogtemeters bedwongen. Een hoogte van bijna 2600 meter boven zeeniveau wordt bereikt. Vooral trailrunners doen mee aan de marathon rond de Zwitserse wintersportplaats. Trailrunning is off-road hardlopen door de vrije natuur en dus ook door de bergen. “Ik won in juli 2021 in Zermatt, terwijl niemand wist wie ik was. Ik haalde onderweg ook de organisator van de Sierre-Zinal in. Hij kwam na afloop meteen naar me toe en nodigde me uit om mee te doen aan zijn wedstrijd.” Sierre-Zinal is een wedstrijd van 31 kilometer die gaat over een parkoers dat wordt omringd door vijf Zwitserse bergen van meer dan 2200 meter hoogte. Het geldt als het summum op het gebied van trailrunning en de wedstrijd maakt deel uit van de Golden Trail Series, de wereldbekerwedstrijden trailrunning. Nienke finishte in augustus 2021 als tweede bij de vrouwen. “Ik kreeg meteen een sponsoraanbieding van Salomon. En ik kreeg de vraag of ik mee wilde doen aan de andere wedstrijden van de Golden Trail Series. Ik vond het een lastige keuze, wilde eigenlijk toewerken naar de marathon van Amsterdam, maar heb uiteindelijk besloten om de Golden Trail Series af te maken. Ik finishte uiteindelijk als tweede vrouw overall.” Nienke merkte in 2021 dat de combinatie sport en werken echt te veel werd. “Ik ben naar mijn baas gestapt en hij vroeg: ‘Wat wil je zelf?’ Ik stelde voor om veertig procent minder te werken, waardoor ik wat langer zou doen over mijn PhD. Daar stemde hij mee in. In plaats van drieënhalf jaar heb ik er vier jaar over gedaan om mijn PhD te halen.” Doctor of Science Nienke viel op door haar resultaten als trailrunner en kreeg steeds vaker de vraag wat ze zou kunnen laten zien in een normale marathon. “Daar was ik zelf ook steeds benieuwder naar, daarom heb ik me ingeschreven voor de marathon van Valencia. Mijn doel vooraf was om de marathon in 2 uur en 30 minuten te lopen. Ik had het idee dat ik goed genoeg was om de EK-limiet te lopen. Ik was er ook al mee bezig hoe mensen zouden reageren als ineens iemand van wie ze nog nooit hadden gehoord de limiet liep.” Op 5 december 2021 finishte ze haar eerste ‘echte’ marathon in 2.26.34; de derde tijd ooit door een Nederlandse atlete gelopen en goed voor een EK- en WK-limiet. “Na die marathon van Valencia was alles anders, het leek of ik een andere wereld binnenstapte.” Het verhaal van het meisje dat op haar 28ste ‘zomaar’ de EK-limiet liep, werd breed uitgemeten in de media. Er kwam heel veel op Nienke af. Anderhalf uur na de marathon hing Youri Verbaas, atletenmanager van Global Sports Communication, al aan de telefoon. “Hij vroeg of ik bij het NN Running Team wilde komen... Ik had pas mijn eerste echte marathon gelopen en werd al gevraagd om bij het team te komen waarvoor de allerbeste marathonlopers van de wereld uitkomen. Ik was beduusd, dacht aan een grap. Maar ik zei natuurlijk wel meteen ‘ja’. Al heel snel bleek dat het geen grap was.” Nienke heeft bij het NN Running Team onder anderen wereldrecordhouder Eliud Kipchoge, de beste marathonloper ooit uit Kenia, en Abdi Nageeye, namens Nederland winnaar van olympisch zilver in Tokio, als ploeggenoten. “Toch bizar?” Als lid van een professioneel marathonteam blijft ze zich stormachtig ontwikkelen. “Voordat ik bij het NN Running Team kwam, was ik altijd mijn geld aan het verdelen. Welk bedrag moest ik opzijleggen voor nieuwe schoenen? Ineens kreeg ik ze gratis en hoefde ik voor veel dingen niet meer te betalen. Alles was ineens geregeld, voor vragen kon ik bij iedereen terecht. Ze regelen trainingskampen, diëtisten, fysiotherapeuten, mediamomenten; alles. Ik vond het in het begin best ongemakkelijk dat alles voor me werd geregeld. Ik voelde me een verwend kind. Soms voelde ik me bezwaard, dacht ik: dat hoeft een ander toch niet voor me te doen, dat kan ik best zelf. Maar ik weet tegelijkertijd dat dit helpt om het maximale uit mezelf te halen.” In het shirt van het NN Running Team ging ze op 10 april 2022 van start in de marathon van Rotterdam. Omringd door twee hazen zwaaide ze onderweg naar familie en vrienden langs de kant. Ze keek ondertussen haar ogen uit. “Er waren zoveel dingen nieuw voor me. Weet je dat ik nooit heb geweten dat er tijdens de marathon van Rotterdam ook motoren rondrijden die je volgen? Wel leuk, hoor.” Toen het werk van de gangmakers er na 35 kilometer op zat, versnelde Nienke. Ze haalde twee vrouwen in en kwam als tweede over de streep op de Coolsingel in een tijd van 2.22.51. Alleen de Ethiopische Haven Hailu bleek sneller, het gat bedroeg vijftig tellen. 'Er waren zoveel dingen nieuw voor me. Weet je dat ik nooit heb geweten dat er tijdens de marathon van Rotterdam ook motoren rondrijden die je volgen?' Nienke verbeterde het negentien jaar oude nationaal record van Lornah Kiplagat met liefst 52 seconden en haar persoonlijk record met bijna vier minuten. “Die dag klopte alles. Ik had twee hazen en liep echt op hun hielen omdat ik wilde dat ze net iets sneller gingen. Tegelijkertijd dacht ik: als ik sneller wil, kan ik mijn energie ook sparen voor later in de marathon. Ik ben blij dat ik het zo heb aangepakt, was heel relaxed. Ik was zo blij dat ik nog kon versnellen, vond ik ook heel leuk om te doen. De laatste twee kilometer heb ik zo ongeveer gesprint. Kwam ook doordat ik echt werd gedragen door het publiek. Lastig te zeggen of ik nog harder kon.” Ze is even stil, zegt dan: “Misschien wel, ja.” De marathon van Rotterdam werd een Nederlands feestje, met Abdi Nageeye als winnaar bij de mannen en Nienke als nummer twee bij de vrouwen. De telefoon stond roodgloeiend na afloop, tv-programma’s waren geïnteresseerd in het ‘sprookje’ van Nienke. “Ik heb mijn baas in Zwitserland gebeld en gezegd dat het echt even geen zin had om te werken. Er kwam zoveel op me af. Hij begreep dat gelukkig. Ik kon een week vakantie opnemen waarin ik ook media-optredens kon doen.” Ze kan zich wel voorstellen dat media haar verhaal bijzonder vinden. “Maar soms wordt er gedaan alsof ik nog maar twee jaar aan het hardlopen ben. Dat is gewoon niet waar. Ik sport al mijn hele leven. Ik probeer dat altijd te zeggen, maar die opmerking wordt toch altijd een beetje genegeerd. Dat past niet in het plaatje, denk ik. Het is echt niet zo dat ik mijn hele leven op de bank heb gelegen en ineens dacht: goh, ik ga eens een stukje hardlopen.” Als toetje liep Nienke anderhalve maand na Rotterdam de Zegama-Aizkorri, een marathon door de bergen in Baskenland. Ze won de 42 kilometer en 195 meter met 2700 hoogtemeters in 4.16.43, een verbetering van het parkoersrecord met twintig minuten. Geregeld krijgt ze de vraag of een gewone marathon voor haar een ‘makkie’ is, omdat ze ook aan trailrunning doet. “Nee, een gewone marathon loop ik niet met twee vingers in mijn neus, hoor. Trailrunning doe je niet op één snelheid doordat de ondergrond vaak niet vlak is. In periodes dat ik veel aan trailrunning doe, verlies ik wat van mijn snelheid. Tegelijkertijd word ik er wel weer heel sterk van. Het helpt me dus zeker. En andersom ook. Als ik veel op de weg heb gelopen, is mijn basissnelheid hoog. Die snelheid kan ik dan weer meenemen als ik aan trailrunning doe.” Na de overwinning in Baskenland ging de focus op haar werk en het binnenhalen van haar PhD. Ze liet daarom afgelopen juli het WK in Eugene schieten. Bij de EK atletiek in München, in augustus, ging ze wel van start. Opnieuw schreef ze historie. Haar bronzen plak betekende de eerste EK-medaille op de marathon voor een Nederlandse vrouw. De periode dat ze haar tijd moest verdelen tussen hardlopen en werken, is nu voorbij. Nienke behaalde haar PhD, gaat tegenwoordig door het leven als doctor of Science. “Ik heb echt geluk gehad met een baas die zo begripvol was. Hij stemde toe dat ik mee kon op trainingskamp. In periodes dat er geen wedstrijden waren, kon ik wat meer werken om het in te halen. Geen idee hoe het was gelopen als hij er anders in had gestaan.” Leergierig & nieuwsgierig Veel marathonlopers kiezen Kenia of Ethiopië als uitvalsbasis, Nienke niet. “Ik heb nu geen baan meer waarvoor ik in Zwitserland moet zijn. Toch wil ik mijn basis daar houden.” Never change a winning team. Benjamin Ueltschi blijft de trainer van Nienke. “Ben begeleidt me heel intensief, past alles aan op mijn wensen. Hij zoekt ook atleten aan wie ik me op kan trekken tijdens trainingen. Ik ben heel erg leergierig, ben iemand die altijd meer wil. Omdat ik dat leuk vind, niet omdat het moet van mezelf. Ik ben ook erg nieuwsgierig, stel heel veel vragen aan mijn coach. We zijn ook vaak aan het meten en ik pak altijd meteen de andere data erbij om te kunnen vergelijken. Voorheen kon ik balen als mijn waardes minder waren dan ervoor. Nu lukt het me beter om dat te accepteren. Ik kan niet altijd op het niveau zitten van vlak voor een marathon.” 'Het is echt niet zo dat ik mijn hele leven op de bank heb gelegen en ineens dacht: goh, ik ga eens een stukje hardlopen' Nienke is nu dus fulltime hardloopster. “Alle dingen die mij stress op zouden kunnen leveren, zijn weg. Ik heb geen baan meer. Nou ja, hardlopen is nu mijn werk... Ik ben heel flexibel, kan overal naartoe. Ik hoef niet meer te overleggen met mijn baas als ik ergens heen wil. We gaan bekijken wat voor effect het op mij heeft als ik me volledig op het hardlopen concentreer. Ik kan de tijd nemen om te herstellen van inspanningen. Voorheen had ik best vaak haast. Even snel eten, geen tijd om te rusten, meteen weer door met werken. En als over een tijdje blijkt dat ik me erg verveel, kan ik er altijd nog iets anders bij gaan doen. Ik wil het eerst even aankijken, kan er altijd nog een baan naast nemen.” Er is nog iets wat haar in Zürich houdt: de liefde. “Mijn vriend Lars en ik wonen samen, hij heeft een baan daar. Hij is Nederlander en is aan de universiteit gebonden. Ik heb hem daar ook ontmoet. Hij probeert zijn PhD in september 2023 af te ronden en kan daarna blijven voor een Postdoc. Lars vindt het heel leuk wat ik doe en is zelf ook begonnen met hardlopen. Hij is flexibel met zijn werk, kan vaak met me mee.” Boston & Parijs Ze heeft in korte tijd naam gemaakt. Tegenstanders houden rekening met haar. “Ik ben normaal iemand die in de schaduw bivakkeert. Ik vond het lekker dat niemand naar me keek, dan kon ik mijn eigen ding doen zonder dat iemand iets van me verwachtte. Nu moet ik er wel aan wennen dat ik bij het EK vooraan mocht starten en dat mijn naam om werd geroepen. Iedereen weet ineens wie ik ben. Best spannend.” De verwachtingen zullen voortaan ook anders zijn als ze aan de start verschijnt. “Die druk begin ik wel te voelen. Ik ben bezig om dat een plek te geven, omdat die druk me ook kan gaan belemmeren. Ik heb zelf nooit aan winnen gedacht als ik ergens aan de start stond. Laat staan dat andere mensen dat van me verwachtten. Ik moet uitschakelen wat mensen over me zeggen en van me denken.” In 2023 hoopt Nienke weer een sprongetje te maken. Op 17 april wacht weer een mooie uitdaging, op die dag zal ze meedoen aan de Boston Marathon, een van de zes World Marathon Majors. In de voorbereiding won ze de CPC Loop, de halve marathon liep ze in 1.07.44, drie minuten sneller dan haar oude toptijd. “Boston is de eerste major die ik ga lopen,” zegt ze stralend. “Het parkoers bij de Boston Marathon gaat op en af, dat vind ik geweldig met mijn achtergrond als trailrunner. De tijd die ik loop is niet zo belangrijk. Later in het jaar wil ik een marathon gaan lopen waarbij ik meer voor een snelle tijd ga. Ik ga nu vooral kijken hoe ik me verhoud tot alle toppers die daar van start gaan.” De Olympische Spelen in Parijs van volgend jaar zitten ook al in haar hoofd. Dit jaar wil ze de olympische limiet lopen, voor vrouwen gesteld op 2.26.50. “Parijs is het grote doel voor de komende periode. Hardlopen op de weg staat de komende tijd echt op één. Ik wil het wel blijven combineren met trailrunning, daar word ik ook weer beter van op de weg, maar ik mag niet te veel risico lopen. Onlangs gleed ik uit tijdens trailrunning en brak ik mijn pols. Na die val twijfelde ik even of ik daarmee door moest gaan. Ik heb besloten de meest technische races over te slaan. Races waarin flink geklommen wordt, vind ik het leukst en daarin maak ik minder kans op een val. Trailrunning is voor mij ook een fijne afwisseling, even het hoofd leegmaken.” 'De wens om naar de maan te gaan is niet weg. Het is me wel ontnomen en dat vind ik niet erg. Ik heb het prima naar mijn zin, hier op aarde' Vraag is natuurlijk hoeveel sneller ze nog kan dan haar persoonlijk record van 2.22.51. “Ik heb natuurlijk wel tijden in mijn hoofd die ik wil lopen,” zegt ze zonder die tijden te verklappen. “Bij de WK atletiek liepen de toppers 2 uur en 17 minuten, voor zo’n tijd ben ik denk ik nog niet klaar. Ik wil eigenlijk ook niet te veel bezig zijn met een bepaalde tijd halen. Ik ben nog niet zo lang bezig met hardlopen, mag geen stappen overslaan en moet vertrouwen op het proces. Natuurlijk denk ik ook dat ik nog stappen kan maken. Zeker nu ik geen andere baan meer heb, moet dat mogelijk kunnen zijn. Hoe gaat het als ik meer hersteltijd heb? Hoe gaat mijn lichaam daarop reageren? Ga ik sneller herstellen, waardoor ik harder kan trainen? Afwachten. Ik weet wel al dat ik het op een heel slimme manier wil doen, want ik wil dit nog lang blijven doen.” En als over een aantal jaren haar hardloopcarrière eindigt, dan heeft ze ook al ideeën wat ze wil doen. “Ik zou graag voor een sporthorlogemerk willen werken. Of voor de European Space Agency, ESA.” En als de kans zich voordoet om ooit naar Mars te kunnen? “Lastig,” lacht Nienke, “toen de ESA een tijdje terug een oproep deed om astronauten te werven voor reizen naar de maan, heb ik me opgegeven. Ik ben niet gekozen, tijdens de sollicitatieprocedure werd ik al snel afgewezen. Die astronautentraining leek me zo mooi. De wens om naar de maan te gaan is niet weg. Het is me wel ontnomen en dat vind ik verder ook niet erg. Ik heb het prima naar mijn zin, hier op aarde.” Helden Magazine 66 Het verhaal van Nienke Brinkman komt voort uit Helden Magazine 66. De 66ste editie staat in het teken van ‘nieuwe Helden’. Op zijn 28ste heeft Nyck de Vries een stoeltje in de Formule 1 bemachtigd. Helden ging bij hem langs in Monaco en sprak hem over het bizarre leven dat hij leidt. In deze editie lees je ook een uitgebreid interview met duizendpoot Rico Verhoeven. Hij is al tien jaar wereldkampioen kickboksen, succesvol ondernemer, vader én acteur. Ook een gesprek met Daphne van Domselaar. Bij het EK van 2022 werd de doelvrouw van FC Twente gebombardeerd tot nieuwe held en is nu de eerste keeper van Nederland. Daarnaast spraken we met Xavi Simons, wie al sinds jongs af aan in the picture staat. Verder in Helden 66 interviews met de trainer van Feyenoord: Arne Slot, de winnaar van het tennistoernooi van Rosmalen: Tim van Rijthoven, goede vrienden en wielrenners: Fabio Jakobsen en Julius van den Berg, één van de kroonjuwelen van Ajax: Kenneth Taylor én paralympisch zwemkampioene: Chantalle Zijderveld. José de Cauwer is oud-renner en wieleranalist van de VRT. Een gesprek over onder meer Mathieu van der Poel, Remco Evenepoel en Jonas Vingegaard. Klaas-Jan Huntelaar blikt terug op de koninklijke avond in Madrid. Victoria Koblenko spreekt paralympisch wielerkampioen Tristan Bangma. Als laatste verteld Nouchka Fontijn in ‘De dag dat alles misging’ dat ze dacht dat ze wereldkampioen was én Fenna Kalma is de aanstormende spits van de Oranjevrouwen. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 66 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Nienke Brinkman wilde als hockeyster de top halen, maar dat zat er niet in. Een paar jaar terug ging ze voor haar studie geofysica naar Zwitserland, waar ze de trillingen op planeet Mars onderzocht. In haar vrije tijd ging ze hardlopen en al snel was er een nieuwe ster geboren. Het Nederlands record marathon heeft ze al in bezit. Waar eindigt dit? In aanloop naar de Boston Marathon, waaraan ze op 17 april meedoet, spraken we de 29-jarige hardloopster die gaat als een komeet. “Ik weet ook niet waar het eindigt,” zegt Nienke Brinkman bijna verontschuldigend. De 29-jarige marathonloopster is begonnen aan een ontdekkingsreis waarvan ze zelf de eindbestemming niet weet, geeft ze aan. Bijna dagelijks verbaast ze zich. “Ik word wakker met een glimlach, denk vaak: wat een tof leven heb ik. Ik hoef alleen maar lekker te hardlopen, verder niks. Wat een luxe is dat. Het is net of ik in een droom leef. Het is toch heel gek om te zeggen dat hardlopen mijn baan is? Ik kan er maar niet aan wennen. Zo gaaf wat ik allemaal meemaak.” Hockey & Mars Nienke is een hardloopsensatie, maar lange tijd draaide veel om hockey in huize Brinkman in Leiderdorp. Haar ouders, oudere zus Noor en jongere zus Sant hockeyden ook. Nienke hoopte als hockeyster de top te halen, net als neef Jasper Brinkman, die uitkomt voor landskampioen Bloemendaal en het Nederlands team. “Jasper was altijd al degene die de meeste kans had om de top te halen met hockey. Toen ik merkte dat dat er voor mij niet inzat, ben ik meer voor mijn studie gegaan. In 2018 ben ik aan mijn PhD begonnen.” Nienke volgde een opleiding geofysica, deed in Zürich onderzoek naar bodemtrillingen op de planeet Mars. “Op mijn zestiende hebben we vanwege het werk van mijn vader een jaar in Indonesië gewoond. Daar hebben ze veel actieve vulkanen, waaronder de beroemde Krakatau. Ik vond die vulkanen heel interessant, daarom ben ik geofysica gaan studeren. Voor mijn masterthesis ben ik onderzoek gaan doen naar bevingen op Mars. Het is seismologie, maar in plaats van onderzoek naar aardbevingen deden we onderzoek naar bevingen op Mars. Een Marslander stuurt continu data door naar de aarde en met behulp van die informatie onderzochten we wat er binnen in de planeet zit.” In haar vrije tijd heeft ze nog even gehockeyd in Zwitserland, maar dat team vond ze niet goed genoeg. Om stoom af te blazen ging Nienke fietsen, naar de gym en hardlopen. Ze sloot zich in 2019 aan bij een loopgroepje van de universiteit. “Het begon met een keertje in de week meedoen met de hardloopgroep. Doordat ik altijd al met sporten bezig ben geweest, heb ik onbewust een basis opgebouwd die me goed van pas kwam tijdens het hardlopen. Ik wist ook al dat ik een aardige loper was. Met hockey hadden we geregeld een piepjestest, die deed ik net zo goed als de mannen. Ik was als hockeyster een middenvelder die kon blijven gaan.” Bij het loopgroepje werd Benjamin Ueltschi haar trainer. Nienke vond hardlopen heerlijk, ook omdat ze snel progressie maakte. Ze zag dat Benjamin ook op andere dagen trainingen gaf, besloot daarom vaker haar neus op de atletiekbaan te laten zien. “Ons loopgroepje bestond vaak uit alleen mannen. Ze waren heel fanatiek en ik vond het leuk om hen uit te dagen. Toen ze zagen dat ik snel beter werd, werden ze nog fanatieker. Tijdens de pandemie ontstond het idee om mee te doen aan de marathon van Amsterdam.” Hardlopen groeide al snel uit tot een flink uit de hand gelopen hobby, erkent Nienke. “De rondjes die ik liep, werden steeds langer. En daardoor werd ik steeds vermoeider en was ik op mijn werk voor mijn gevoel toch iets minder efficiënt. Ik voelde me best een beetje schuldig tegenover mijn baas.” Begin 2020 kreeg Europa te maken met de coronapandemie. Voor Nienke, die in die periode veel thuiswerkte, werd hardlopen een nog grotere uitlaatklep. Omdat de marathon van Amsterdam, waar ze voor trainde, niet doorging, besloot ze met haar hardloopgroep maar zelf een marathon te organiseren. Haar doel: onder de drie uur lopen. “Ik klokte een tijd van 2 uur en 39 minuten... Ik was zo verbaasd, ging meteen kijken wat die tijd inhield en ontdekte dat mijn tijd goed genoeg was voor Amerikaanse atleten om mee te mogen doen aan de trials voor de Spelen. Toen ik dat zag, ben ik het nog serieuzer aan gaan pakken.” Sterker, ze had in haar hoofd een poging te wagen zich te kwalificeren voor de Spelen in Tokio. Ze wilde dat doen tijdens een marathon georganiseerd in Belp, vlakbij Bern. Door een ontsteking aan haar enkel moest ze afzeggen. “Ik baalde zo dat mijn coach zei: ‘Ga dan laten zien wat je kunt in Zermatt.’” De Zermatt-Marathon is niet zomaar een marathon. In de race over iets meer dan 42 kilometer worden ook nog eens 1800 hoogtemeters bedwongen. Een hoogte van bijna 2600 meter boven zeeniveau wordt bereikt. Vooral trailrunners doen mee aan de marathon rond de Zwitserse wintersportplaats. Trailrunning is off-road hardlopen door de vrije natuur en dus ook door de bergen. “Ik won in juli 2021 in Zermatt, terwijl niemand wist wie ik was. Ik haalde onderweg ook de organisator van de Sierre-Zinal in. Hij kwam na afloop meteen naar me toe en nodigde me uit om mee te doen aan zijn wedstrijd.” Sierre-Zinal is een wedstrijd van 31 kilometer die gaat over een parkoers dat wordt omringd door vijf Zwitserse bergen van meer dan 2200 meter hoogte. Het geldt als het summum op het gebied van trailrunning en de wedstrijd maakt deel uit van de Golden Trail Series, de wereldbekerwedstrijden trailrunning. Nienke finishte in augustus 2021 als tweede bij de vrouwen. “Ik kreeg meteen een sponsoraanbieding van Salomon. En ik kreeg de vraag of ik mee wilde doen aan de andere wedstrijden van de Golden Trail Series. Ik vond het een lastige keuze, wilde eigenlijk toewerken naar de marathon van Amsterdam, maar heb uiteindelijk besloten om de Golden Trail Series af te maken. Ik finishte uiteindelijk als tweede vrouw overall.” Nienke merkte in 2021 dat de combinatie sport en werken echt te veel werd. “Ik ben naar mijn baas gestapt en hij vroeg: ‘Wat wil je zelf?’ Ik stelde voor om veertig procent minder te werken, waardoor ik wat langer zou doen over mijn PhD. Daar stemde hij mee in. In plaats van drieënhalf jaar heb ik er vier jaar over gedaan om mijn PhD te halen.” Doctor of Science Nienke viel op door haar resultaten als trailrunner en kreeg steeds vaker de vraag wat ze zou kunnen laten zien in een normale marathon. “Daar was ik zelf ook steeds benieuwder naar, daarom heb ik me ingeschreven voor de marathon van Valencia. Mijn doel vooraf was om de marathon in 2 uur en 30 minuten te lopen. Ik had het idee dat ik goed genoeg was om de EK-limiet te lopen. Ik was er ook al mee bezig hoe mensen zouden reageren als ineens iemand van wie ze nog nooit hadden gehoord de limiet liep.” Op 5 december 2021 finishte ze haar eerste ‘echte’ marathon in 2.26.34; de derde tijd ooit door een Nederlandse atlete gelopen en goed voor een EK- en WK-limiet. “Na die marathon van Valencia was alles anders, het leek of ik een andere wereld binnenstapte.” Het verhaal van het meisje dat op haar 28ste ‘zomaar’ de EK-limiet liep, werd breed uitgemeten in de media. Er kwam heel veel op Nienke af. Anderhalf uur na de marathon hing Youri Verbaas, atletenmanager van Global Sports Communication, al aan de telefoon. “Hij vroeg of ik bij het NN Running Team wilde komen... Ik had pas mijn eerste echte marathon gelopen en werd al gevraagd om bij het team te komen waarvoor de allerbeste marathonlopers van de wereld uitkomen. Ik was beduusd, dacht aan een grap. Maar ik zei natuurlijk wel meteen ‘ja’. Al heel snel bleek dat het geen grap was.” Nienke heeft bij het NN Running Team onder anderen wereldrecordhouder Eliud Kipchoge, de beste marathonloper ooit uit Kenia, en Abdi Nageeye, namens Nederland winnaar van olympisch zilver in Tokio, als ploeggenoten. “Toch bizar?” Als lid van een professioneel marathonteam blijft ze zich stormachtig ontwikkelen. “Voordat ik bij het NN Running Team kwam, was ik altijd mijn geld aan het verdelen. Welk bedrag moest ik opzijleggen voor nieuwe schoenen? Ineens kreeg ik ze gratis en hoefde ik voor veel dingen niet meer te betalen. Alles was ineens geregeld, voor vragen kon ik bij iedereen terecht. Ze regelen trainingskampen, diëtisten, fysiotherapeuten, mediamomenten; alles. Ik vond het in het begin best ongemakkelijk dat alles voor me werd geregeld. Ik voelde me een verwend kind. Soms voelde ik me bezwaard, dacht ik: dat hoeft een ander toch niet voor me te doen, dat kan ik best zelf. Maar ik weet tegelijkertijd dat dit helpt om het maximale uit mezelf te halen.” In het shirt van het NN Running Team ging ze op 10 april 2022 van start in de marathon van Rotterdam. Omringd door twee hazen zwaaide ze onderweg naar familie en vrienden langs de kant. Ze keek ondertussen haar ogen uit. “Er waren zoveel dingen nieuw voor me. Weet je dat ik nooit heb geweten dat er tijdens de marathon van Rotterdam ook motoren rondrijden die je volgen? Wel leuk, hoor.” Toen het werk van de gangmakers er na 35 kilometer op zat, versnelde Nienke. Ze haalde twee vrouwen in en kwam als tweede over de streep op de Coolsingel in een tijd van 2.22.51. Alleen de Ethiopische Haven Hailu bleek sneller, het gat bedroeg vijftig tellen. 'Er waren zoveel dingen nieuw voor me. Weet je dat ik nooit heb geweten dat er tijdens de marathon van Rotterdam ook motoren rondrijden die je volgen?' Nienke verbeterde het negentien jaar oude nationaal record van Lornah Kiplagat met liefst 52 seconden en haar persoonlijk record met bijna vier minuten. “Die dag klopte alles. Ik had twee hazen en liep echt op hun hielen omdat ik wilde dat ze net iets sneller gingen. Tegelijkertijd dacht ik: als ik sneller wil, kan ik mijn energie ook sparen voor later in de marathon. Ik ben blij dat ik het zo heb aangepakt, was heel relaxed. Ik was zo blij dat ik nog kon versnellen, vond ik ook heel leuk om te doen. De laatste twee kilometer heb ik zo ongeveer gesprint. Kwam ook doordat ik echt werd gedragen door het publiek. Lastig te zeggen of ik nog harder kon.” Ze is even stil, zegt dan: “Misschien wel, ja.” De marathon van Rotterdam werd een Nederlands feestje, met Abdi Nageeye als winnaar bij de mannen en Nienke als nummer twee bij de vrouwen. De telefoon stond roodgloeiend na afloop, tv-programma’s waren geïnteresseerd in het ‘sprookje’ van Nienke. “Ik heb mijn baas in Zwitserland gebeld en gezegd dat het echt even geen zin had om te werken. Er kwam zoveel op me af. Hij begreep dat gelukkig. Ik kon een week vakantie opnemen waarin ik ook media-optredens kon doen.” Ze kan zich wel voorstellen dat media haar verhaal bijzonder vinden. “Maar soms wordt er gedaan alsof ik nog maar twee jaar aan het hardlopen ben. Dat is gewoon niet waar. Ik sport al mijn hele leven. Ik probeer dat altijd te zeggen, maar die opmerking wordt toch altijd een beetje genegeerd. Dat past niet in het plaatje, denk ik. Het is echt niet zo dat ik mijn hele leven op de bank heb gelegen en ineens dacht: goh, ik ga eens een stukje hardlopen.” Als toetje liep Nienke anderhalve maand na Rotterdam de Zegama-Aizkorri, een marathon door de bergen in Baskenland. Ze won de 42 kilometer en 195 meter met 2700 hoogtemeters in 4.16.43, een verbetering van het parkoersrecord met twintig minuten. Geregeld krijgt ze de vraag of een gewone marathon voor haar een ‘makkie’ is, omdat ze ook aan trailrunning doet. “Nee, een gewone marathon loop ik niet met twee vingers in mijn neus, hoor. Trailrunning doe je niet op één snelheid doordat de ondergrond vaak niet vlak is. In periodes dat ik veel aan trailrunning doe, verlies ik wat van mijn snelheid. Tegelijkertijd word ik er wel weer heel sterk van. Het helpt me dus zeker. En andersom ook. Als ik veel op de weg heb gelopen, is mijn basissnelheid hoog. Die snelheid kan ik dan weer meenemen als ik aan trailrunning doe.” Na de overwinning in Baskenland ging de focus op haar werk en het binnenhalen van haar PhD. Ze liet daarom afgelopen juli het WK in Eugene schieten. Bij de EK atletiek in München, in augustus, ging ze wel van start. Opnieuw schreef ze historie. Haar bronzen plak betekende de eerste EK-medaille op de marathon voor een Nederlandse vrouw. De periode dat ze haar tijd moest verdelen tussen hardlopen en werken, is nu voorbij. Nienke behaalde haar PhD, gaat tegenwoordig door het leven als doctor of Science. “Ik heb echt geluk gehad met een baas die zo begripvol was. Hij stemde toe dat ik mee kon op trainingskamp. In periodes dat er geen wedstrijden waren, kon ik wat meer werken om het in te halen. Geen idee hoe het was gelopen als hij er anders in had gestaan.” Leergierig & nieuwsgierig Veel marathonlopers kiezen Kenia of Ethiopië als uitvalsbasis, Nienke niet. “Ik heb nu geen baan meer waarvoor ik in Zwitserland moet zijn. Toch wil ik mijn basis daar houden.” Never change a winning team. Benjamin Ueltschi blijft de trainer van Nienke. “Ben begeleidt me heel intensief, past alles aan op mijn wensen. Hij zoekt ook atleten aan wie ik me op kan trekken tijdens trainingen. Ik ben heel erg leergierig, ben iemand die altijd meer wil. Omdat ik dat leuk vind, niet omdat het moet van mezelf. Ik ben ook erg nieuwsgierig, stel heel veel vragen aan mijn coach. We zijn ook vaak aan het meten en ik pak altijd meteen de andere data erbij om te kunnen vergelijken. Voorheen kon ik balen als mijn waardes minder waren dan ervoor. Nu lukt het me beter om dat te accepteren. Ik kan niet altijd op het niveau zitten van vlak voor een marathon.” 'Het is echt niet zo dat ik mijn hele leven op de bank heb gelegen en ineens dacht: goh, ik ga eens een stukje hardlopen' Nienke is nu dus fulltime hardloopster. “Alle dingen die mij stress op zouden kunnen leveren, zijn weg. Ik heb geen baan meer. Nou ja, hardlopen is nu mijn werk... Ik ben heel flexibel, kan overal naartoe. Ik hoef niet meer te overleggen met mijn baas als ik ergens heen wil. We gaan bekijken wat voor effect het op mij heeft als ik me volledig op het hardlopen concentreer. Ik kan de tijd nemen om te herstellen van inspanningen. Voorheen had ik best vaak haast. Even snel eten, geen tijd om te rusten, meteen weer door met werken. En als over een tijdje blijkt dat ik me erg verveel, kan ik er altijd nog iets anders bij gaan doen. Ik wil het eerst even aankijken, kan er altijd nog een baan naast nemen.” Er is nog iets wat haar in Zürich houdt: de liefde. “Mijn vriend Lars en ik wonen samen, hij heeft een baan daar. Hij is Nederlander en is aan de universiteit gebonden. Ik heb hem daar ook ontmoet. Hij probeert zijn PhD in september 2023 af te ronden en kan daarna blijven voor een Postdoc. Lars vindt het heel leuk wat ik doe en is zelf ook begonnen met hardlopen. Hij is flexibel met zijn werk, kan vaak met me mee.” Boston & Parijs Ze heeft in korte tijd naam gemaakt. Tegenstanders houden rekening met haar. “Ik ben normaal iemand die in de schaduw bivakkeert. Ik vond het lekker dat niemand naar me keek, dan kon ik mijn eigen ding doen zonder dat iemand iets van me verwachtte. Nu moet ik er wel aan wennen dat ik bij het EK vooraan mocht starten en dat mijn naam om werd geroepen. Iedereen weet ineens wie ik ben. Best spannend.” De verwachtingen zullen voortaan ook anders zijn als ze aan de start verschijnt. “Die druk begin ik wel te voelen. Ik ben bezig om dat een plek te geven, omdat die druk me ook kan gaan belemmeren. Ik heb zelf nooit aan winnen gedacht als ik ergens aan de start stond. Laat staan dat andere mensen dat van me verwachtten. Ik moet uitschakelen wat mensen over me zeggen en van me denken.” In 2023 hoopt Nienke weer een sprongetje te maken. Op 17 april wacht weer een mooie uitdaging, op die dag zal ze meedoen aan de Boston Marathon, een van de zes World Marathon Majors. In de voorbereiding won ze de CPC Loop, de halve marathon liep ze in 1.07.44, drie minuten sneller dan haar oude toptijd. “Boston is de eerste major die ik ga lopen,” zegt ze stralend. “Het parkoers bij de Boston Marathon gaat op en af, dat vind ik geweldig met mijn achtergrond als trailrunner. De tijd die ik loop is niet zo belangrijk. Later in het jaar wil ik een marathon gaan lopen waarbij ik meer voor een snelle tijd ga. Ik ga nu vooral kijken hoe ik me verhoud tot alle toppers die daar van start gaan.” De Olympische Spelen in Parijs van volgend jaar zitten ook al in haar hoofd. Dit jaar wil ze de olympische limiet lopen, voor vrouwen gesteld op 2.26.50. “Parijs is het grote doel voor de komende periode. Hardlopen op de weg staat de komende tijd echt op één. Ik wil het wel blijven combineren met trailrunning, daar word ik ook weer beter van op de weg, maar ik mag niet te veel risico lopen. Onlangs gleed ik uit tijdens trailrunning en brak ik mijn pols. Na die val twijfelde ik even of ik daarmee door moest gaan. Ik heb besloten de meest technische races over te slaan. Races waarin flink geklommen wordt, vind ik het leukst en daarin maak ik minder kans op een val. Trailrunning is voor mij ook een fijne afwisseling, even het hoofd leegmaken.” 'De wens om naar de maan te gaan is niet weg. Het is me wel ontnomen en dat vind ik niet erg. Ik heb het prima naar mijn zin, hier op aarde' Vraag is natuurlijk hoeveel sneller ze nog kan dan haar persoonlijk record van 2.22.51. “Ik heb natuurlijk wel tijden in mijn hoofd die ik wil lopen,” zegt ze zonder die tijden te verklappen. “Bij de WK atletiek liepen de toppers 2 uur en 17 minuten, voor zo’n tijd ben ik denk ik nog niet klaar. Ik wil eigenlijk ook niet te veel bezig zijn met een bepaalde tijd halen. Ik ben nog niet zo lang bezig met hardlopen, mag geen stappen overslaan en moet vertrouwen op het proces. Natuurlijk denk ik ook dat ik nog stappen kan maken. Zeker nu ik geen andere baan meer heb, moet dat mogelijk kunnen zijn. Hoe gaat het als ik meer hersteltijd heb? Hoe gaat mijn lichaam daarop reageren? Ga ik sneller herstellen, waardoor ik harder kan trainen? Afwachten. Ik weet wel al dat ik het op een heel slimme manier wil doen, want ik wil dit nog lang blijven doen.” En als over een aantal jaren haar hardloopcarrière eindigt, dan heeft ze ook al ideeën wat ze wil doen. “Ik zou graag voor een sporthorlogemerk willen werken. Of voor de European Space Agency, ESA.” En als de kans zich voordoet om ooit naar Mars te kunnen? “Lastig,” lacht Nienke, “toen de ESA een tijdje terug een oproep deed om astronauten te werven voor reizen naar de maan, heb ik me opgegeven. Ik ben niet gekozen, tijdens de sollicitatieprocedure werd ik al snel afgewezen. Die astronautentraining leek me zo mooi. De wens om naar de maan te gaan is niet weg. Het is me wel ontnomen en dat vind ik verder ook niet erg. Ik heb het prima naar mijn zin, hier op aarde.” Helden Magazine 66 Het verhaal van Nienke Brinkman komt voort uit Helden Magazine 66. De 66ste editie staat in het teken van ‘nieuwe Helden’. Op zijn 28ste heeft Nyck de Vries een stoeltje in de Formule 1 bemachtigd. Helden ging bij hem langs in Monaco en sprak hem over het bizarre leven dat hij leidt. In deze editie lees je ook een uitgebreid interview met duizendpoot Rico Verhoeven. Hij is al tien jaar wereldkampioen kickboksen, succesvol ondernemer, vader én acteur. Ook een gesprek met Daphne van Domselaar. Bij het EK van 2022 werd de doelvrouw van FC Twente gebombardeerd tot nieuwe held en is nu de eerste keeper van Nederland. Daarnaast spraken we met Xavi Simons, wie al sinds jongs af aan in the picture staat. Verder in Helden 66 interviews met de trainer van Feyenoord: Arne Slot, de winnaar van het tennistoernooi van Rosmalen: Tim van Rijthoven, goede vrienden en wielrenners: Fabio Jakobsen en Julius van den Berg, één van de kroonjuwelen van Ajax: Kenneth Taylor én paralympisch zwemkampioene: Chantalle Zijderveld. José de Cauwer is oud-renner en wieleranalist van de VRT. Een gesprek over onder meer Mathieu van der Poel, Remco Evenepoel en Jonas Vingegaard. Klaas-Jan Huntelaar blikt terug op de koninklijke avond in Madrid. Victoria Koblenko spreekt paralympisch wielerkampioen Tristan Bangma. Als laatste verteld Nouchka Fontijn in ‘De dag dat alles misging’ dat ze dacht dat ze wereldkampioen was én Fenna Kalma is de aanstormende spits van de Oranjevrouwen. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 66 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Veldrijden

Hennie Stamsnijder: ‘Het was Stammie voor, Stammie na’

Hennie Stamsnijder zette het veldrijden in Nederland op de kaart. Hij werd in 1981 de eerste wereldkampioen cyclocross en behoorde jarenlang tot de wereldtop. Een grote schare fans volgde hem in die tijd op de voet. We gaan terug in de tijd met de inmiddels 68-jarige Stammie. ‘Stammie,’ klonk het in de jaren tachtig uit honderden kelen bij veldritten. Een grote schare supporters volgde Hennie Stamsnijder overal waar hij ging. “Eerst kwamen de supporters vooral uit mijn geboortedorp Enter, maar na mijn wereldtitel kwamen ze ineens uit heel Nederland. Het was Stammie voor, Stammie na.” Hennie zette het veldrijden in Nederland op de kaart. Hij werd in 1981 als eerste Nederlander wereldkampioen veldrijden, werd dat jaar gekozen als Sportman van het Jaar en was op slag een BN’er. “Ik was altijd vrij nuchter, ben gewoon een sim­ pele boerenzoon uit het oosten, die zijn ding deed. De supporters hebben meer heisa gemaakt om die wereldtitel dan ik.” Denk nou niet dat in Overijssel ineens groupies voor de deur stonden. “Hou op, zeg,” lacht Hennie, 68 inmiddels, “ik was getrouwd, mijn vrouw was zwanger.” Hennie was een alleskunner. Hij fietste op de baan, werd daarop Nederlands kam­pioen. Hij mocht naar de Olympische Spelen van 1976 voor de ploegentijdrit en was ook een verdienstelijk wegren­ner. Hennie werd amateurkampioen van Nederland in 1979 en ging van start in de Tour de France namens DAF Trucks. In 1980, de Tour die werd gewonnen door Joop Zoetemelk, stapte hij ziek af, een jaar later werd hij tachtigste. “Op de weg was ik een goede knecht, geen winnaar. In 1981 was Hennie Kuiper de kopman. We sliepen bij elkaar op de kamer. Twee Hennies uit het oosten.” De focus lag op het veldrijden. “Onze sponsor Willy van Doorne zei tegen me: ‘Misschien moet je toch eens kiezen wat je nou eigenlijk wil.’ Ik ging me concen­treren op iets wat ik heel leuk vond en waar ik echt goed in was: het veldrijden.” In Nederland draaide alles om fietsen op de weg. “Het was de tijd van Zoete­ melk, Kuiper, Jan Raas en Gerrie Knete­mann. Ik maakte deel uit van de gouden generatie wielrenners in Nederland. Van die mannen was er ook zeker waarde­ ring voor wat ik deed. Ze deden in de wintermaanden ook vaak aan veldritten mee. Bikkelen in de modder was goed voor de conditie, dat was voor die man­ nen een goede manier als voorbereiding op het wegseizoen. Het is dus zeker niet zo dat ze mij als een of andere wereld­ vreemde kerel zagen.” Toen Hennie zijn vizier richtte op het veldrijden, waren het vooral de Belgen en de Zwitsers die heersten in het veld­ rijden. “Toen ik voor het eerst Neder­ lands kampioen veldrijden werd, begin 1977, wist ik dat ik in Nederland niet veel meer kon leren.” Hennie gaf zijn baan als belastinginspecteur op voor het wielrennen. “Ik ben me verder gaan ontwikkelen in Zwitserland, wat destijds het walhalla van het veldrijden was.” Rivaliteit Terug naar zondag 22 februari 1981: het WK veldrijden in Tolosa, gelegen in Spaans Baskenland. Hennie heeft de ingelijste wol­ len regenboogtrui en de gouden medaille meegenomen, het zijn souvenirs die hem herinneren aan de mooiste dag van zijn sportcarrière. Ook een van de fietsen waar­ op hij Nederlandse wielerhistorie schreef, is aanwezig. “Mensen vragen me nog weleens: waar kwam dat ineens vandaan? Nou, het was niet ineens, het zat er al een beetje aan te komen. Ik reed al een tijd goed, bij het WK van 1980 was ik ook al derde geworden.” 'Ik kwam iemand tegen die meer talent had dan ik. Kijk, Zoetemelk had de pech dat hij op de weg jarenlang tegen Merckx aanliep. Dat had ik met Liboton in het veldrijden' Op zaterdag was het nog mooi weer, maar ’s nachts begon het te regenen. Het parkoers veranderde in een modder­ poel. Dat was goed nieuws voor Hennie, die juist op z’n best was als het nat en blubberig was. Hij was ook heel goed in het loopwerk. “Het was mijn dag. Als ik eraan terugdenk, kan ik mezelf niet betrappen op één fout. Het enige wat er gebeurde, was dat ik in de laatste ronde een lekke band kreeg. Ik durfde niet meer te wisselen van fiets. Omdat ik dacht: ze komen er misschien nog aan. Ik ben gefinisht op een lekke band.” Helden Magazine 64 Het eerste gedeelte van het verhaal van Hennie Stamsnijder komt voort uit Helden Magazine 64. In het dubbeldikke eindejaarsnummer blikken we terug op het sportjaar 2022 én is er volop aandacht voor het WK Voetbal in Qatar. Virgil van Dijk siert samen met Irene Schouten de cover. Voor Schouten kon het jaar 2022 niet op. Ze won drie olympische titels, de wereldtitel allround en trouwde. In de WK-special lees je interviews met Denzel Dumfries, Matthijs de Ligt, Cody Gakpo en Soufiane Touzani. Daarnaast vertellen vriendinnen Candy-Rae en Laura Benschop over hun leven met WK-gangers Daley Blind en Davy Klaassen én een reconstructie van het masterplan van Van Gaal. Verder in deze editie een uitgebreid interview met olympisch shorttrackkampioen Suzanne Schulting en coach Jeroen Otter. Een terugblik op een bewogen wielerjaar met Merijn Zeeman, Kjeld Nuis kende een jaar vol pieken en dalen én Annemiek van Vleuten presteerde het onmogelijke. Daarnaast liet Dylan van Baarle zien dat zijn tweede plek op het WK in 2021 geen toeval was en is Luc Steins de handballende Messi van Paris Saint-Germain. Thomas Krol won op zijn eerste Spelen meteen goud en zilver. Maar het ging niet vanzelf. Giovanni van Bronckhorst kende een geweldig eerste jaar bij Rangers FC. John van ’t Schip won in 1987 de Europa Cup II met Ajax. Als laatste wil Susila Cruijff het gedachtegoed van haar vader voortzetten en blikt voetbalster Vanity Lewerissa terug op een moeilijke tijd. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 64 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Hennie Stamsnijder zette het veldrijden in Nederland op de kaart. Hij werd in 1981 de eerste wereldkampioen cyclocross en behoorde jarenlang tot de wereldtop. Een grote schare fans volgde hem in die tijd op de voet. We gaan terug in de tijd met de inmiddels 68-jarige Stammie. ‘Stammie,’ klonk het in de jaren tachtig uit honderden kelen bij veldritten. Een grote schare supporters volgde Hennie Stamsnijder overal waar hij ging. “Eerst kwamen de supporters vooral uit mijn geboortedorp Enter, maar na mijn wereldtitel kwamen ze ineens uit heel Nederland. Het was Stammie voor, Stammie na.” Hennie zette het veldrijden in Nederland op de kaart. Hij werd in 1981 als eerste Nederlander wereldkampioen veldrijden, werd dat jaar gekozen als Sportman van het Jaar en was op slag een BN’er. “Ik was altijd vrij nuchter, ben gewoon een sim­ pele boerenzoon uit het oosten, die zijn ding deed. De supporters hebben meer heisa gemaakt om die wereldtitel dan ik.” Denk nou niet dat in Overijssel ineens groupies voor de deur stonden. “Hou op, zeg,” lacht Hennie, 68 inmiddels, “ik was getrouwd, mijn vrouw was zwanger.” Hennie was een alleskunner. Hij fietste op de baan, werd daarop Nederlands kam­pioen. Hij mocht naar de Olympische Spelen van 1976 voor de ploegentijdrit en was ook een verdienstelijk wegren­ner. Hennie werd amateurkampioen van Nederland in 1979 en ging van start in de Tour de France namens DAF Trucks. In 1980, de Tour die werd gewonnen door Joop Zoetemelk, stapte hij ziek af, een jaar later werd hij tachtigste. “Op de weg was ik een goede knecht, geen winnaar. In 1981 was Hennie Kuiper de kopman. We sliepen bij elkaar op de kamer. Twee Hennies uit het oosten.” De focus lag op het veldrijden. “Onze sponsor Willy van Doorne zei tegen me: ‘Misschien moet je toch eens kiezen wat je nou eigenlijk wil.’ Ik ging me concen­treren op iets wat ik heel leuk vond en waar ik echt goed in was: het veldrijden.” In Nederland draaide alles om fietsen op de weg. “Het was de tijd van Zoete­ melk, Kuiper, Jan Raas en Gerrie Knete­mann. Ik maakte deel uit van de gouden generatie wielrenners in Nederland. Van die mannen was er ook zeker waarde­ ring voor wat ik deed. Ze deden in de wintermaanden ook vaak aan veldritten mee. Bikkelen in de modder was goed voor de conditie, dat was voor die man­ nen een goede manier als voorbereiding op het wegseizoen. Het is dus zeker niet zo dat ze mij als een of andere wereld­ vreemde kerel zagen.” Toen Hennie zijn vizier richtte op het veldrijden, waren het vooral de Belgen en de Zwitsers die heersten in het veld­ rijden. “Toen ik voor het eerst Neder­ lands kampioen veldrijden werd, begin 1977, wist ik dat ik in Nederland niet veel meer kon leren.” Hennie gaf zijn baan als belastinginspecteur op voor het wielrennen. “Ik ben me verder gaan ontwikkelen in Zwitserland, wat destijds het walhalla van het veldrijden was.” Rivaliteit Terug naar zondag 22 februari 1981: het WK veldrijden in Tolosa, gelegen in Spaans Baskenland. Hennie heeft de ingelijste wol­ len regenboogtrui en de gouden medaille meegenomen, het zijn souvenirs die hem herinneren aan de mooiste dag van zijn sportcarrière. Ook een van de fietsen waar­ op hij Nederlandse wielerhistorie schreef, is aanwezig. “Mensen vragen me nog weleens: waar kwam dat ineens vandaan? Nou, het was niet ineens, het zat er al een beetje aan te komen. Ik reed al een tijd goed, bij het WK van 1980 was ik ook al derde geworden.” 'Ik kwam iemand tegen die meer talent had dan ik. Kijk, Zoetemelk had de pech dat hij op de weg jarenlang tegen Merckx aanliep. Dat had ik met Liboton in het veldrijden' Op zaterdag was het nog mooi weer, maar ’s nachts begon het te regenen. Het parkoers veranderde in een modder­ poel. Dat was goed nieuws voor Hennie, die juist op z’n best was als het nat en blubberig was. Hij was ook heel goed in het loopwerk. “Het was mijn dag. Als ik eraan terugdenk, kan ik mezelf niet betrappen op één fout. Het enige wat er gebeurde, was dat ik in de laatste ronde een lekke band kreeg. Ik durfde niet meer te wisselen van fiets. Omdat ik dacht: ze komen er misschien nog aan. Ik ben gefinisht op een lekke band.” Helden Magazine 64 Het eerste gedeelte van het verhaal van Hennie Stamsnijder komt voort uit Helden Magazine 64. In het dubbeldikke eindejaarsnummer blikken we terug op het sportjaar 2022 én is er volop aandacht voor het WK Voetbal in Qatar. Virgil van Dijk siert samen met Irene Schouten de cover. Voor Schouten kon het jaar 2022 niet op. Ze won drie olympische titels, de wereldtitel allround en trouwde. In de WK-special lees je interviews met Denzel Dumfries, Matthijs de Ligt, Cody Gakpo en Soufiane Touzani. Daarnaast vertellen vriendinnen Candy-Rae en Laura Benschop over hun leven met WK-gangers Daley Blind en Davy Klaassen én een reconstructie van het masterplan van Van Gaal. Verder in deze editie een uitgebreid interview met olympisch shorttrackkampioen Suzanne Schulting en coach Jeroen Otter. Een terugblik op een bewogen wielerjaar met Merijn Zeeman, Kjeld Nuis kende een jaar vol pieken en dalen én Annemiek van Vleuten presteerde het onmogelijke. Daarnaast liet Dylan van Baarle zien dat zijn tweede plek op het WK in 2021 geen toeval was en is Luc Steins de handballende Messi van Paris Saint-Germain. Thomas Krol won op zijn eerste Spelen meteen goud en zilver. Maar het ging niet vanzelf. Giovanni van Bronckhorst kende een geweldig eerste jaar bij Rangers FC. John van ’t Schip won in 1987 de Europa Cup II met Ajax. Als laatste wil Susila Cruijff het gedachtegoed van haar vader voortzetten en blikt voetbalster Vanity Lewerissa terug op een moeilijke tijd. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 64 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Atletiek

Timothy Beck: Van vaandeldrager tot voetbalvader

Bij de Winterspelen in 2010 droeg Timothy Beck (45) de vlag bij de openingsceremonie. Ondanks een chaotische jeugd haalde hij als estafetteloper de Zomerspelen en als bobsleeër tot tweemaal toe de Winterspelen. Acht jaar na zijn afscheid van de topsport begeleidt Timothy zijn zoontje Logan, die voetbalt in de jeugd bij Ajax. Op een steenworp afstand van de Openbare Scholengemeenschap Echnaton in Almere, waar Timothy Beck economie en bedrijfseconomie doceert aan havo 4- en havo 5-scholieren, ligt een Cruyff Court op het Clarence Seedorfplein. Voor het oog van onze fotograaf jongleert de twaalfjarige Logan met een bal. Hooghouden, flitsende voetbewegingen; hij doet het bijna met zijn ogen dicht. Een paar oudere jongeren kijken van een afstandje toe, met heimelijk ontzag. “Nu is wel heel pijnlijk duidelijk geworden dat hij het balgevoel niet van mij heeft,” zegt Timothy. Er is zojuist weer een bal van zijn voet gesprongen. Hersenspinsels Een paar uur eerder heeft het interview met Timothy plaatsgevonden, in een kleine docentenruimte in het Echnaton. Om vrijuit te kunnen praten over zijn oude leven als topsporter. En over zijn nieuwe leven, dat van een voetbalvader die de hele week wedstrijdspanning voelt wanneer zijn zoontje op zaterdag een belangrijke wedstrijd op het programma heeft staan. “Het beweeglijke, de fijne motoriek, heeft Logan van mijn vriendin Penelope,” zegt Timothy, “ik was een echte sprinter, een krachtige sporter die snel van A naar B kon rennen. Wat Logan wel van mij heeft, is de mindset. De passie om echt ergens voor te willen gaan. Ik zag het al toen hij vijf was en hem vroeg de bal vier keer hoog te houden. Hij bleef doorgaan, huilend zelfs, totdat het hem lukte. Dat obsessieve herken ik van mezelf. Soms ziet het er raar uit. Dan wil Logan een trucje onder controle krijgen en als het niet lukt, gaat hij tegenwoordig niet meer huilen, maar wordt hij boos. Als er mensen langs komen lopen, zie ik ze gewoon denken: daar staat weer zo’n vader die zijn zoontje aan het pushen is. Terwijl Logan degene is die niet naar huis wil.” Timothy is iemand met een filosofische inslag, meegekregen van zijn inmiddels overleden vader. In coronatijd wandelde hij vaak door het Nelson Mandelapark, vlakbij sportpark De Toekomst waar Logan met zijn teamgenoten van Ajax aan het trainen was. Ouders mochten er niet bij zijn. Sommigen keken vanachter de hekken toe, verscholen tussen de bomen. Timothy ging meestal lopen. Tijdens die wandelingen liet hij zijn gedachten de vrije loop en zette hij af en toe zijn hersenspinsels op papier. ‘Who you are now or what you can do now, will never be the same as who you are or what you can do in a year from now. In those 52 weeks, 365 days, 8765 hours or more then 31 million seconds you can become the mastermind of that magic change.’ “Ik probeer op Logan en onze dochter Olivia het growth mindset-principe over te brengen. Ik geloof dat je persoonlijkheid, intelligentie en kwaliteiten verder ontwikkelt door te leren en ervaringen op te doen. Je eigen kwetsbaarheid is je kracht, de kans om beter te worden. Logan is onverzadigbaar. Hij heeft extreem veel energie. Wat dat betreft is het maar goed dat hij sport als uitlaatklep heeft. Vroeger viel hij moeilijk in slaap. Hij bleef maar van zijn kamer naar beneden komen. Gek werden we ervan. Daar hebben we gelukkig geen last meer van. Ik train Logan vaak zelf op zondagochtend of hij haakt soms in de middag aan bij de voetbalacademie van Colin Brouwer, hier in Almere. Mensen vragen me soms: ‘Wordt het niet te veel voor Logan, want hij gaat ook al vijf keer in de week naar Ajax.’ Maar van moeten is geen sprake. Hij wil beter worden, leren, zichzelf ontwikkelen. En hij is graag buiten. Ik ga vaak met hem mee. Ik heb hem weleens gezegd: als je me vraagt mee te gaan voetballen, zal ik nooit ‘nee’ zeggen. Dat heb ik me ooit voorgenomen, al is het drie uur ’s nachts. Ik wil er altijd zijn voor mijn kinderen. Mijn dochter Olivia heeft minder met sport, maar met haar probeer ik uiteraard ook leuke dingen te doen. Zij gaat liever naar de bibliotheek met mij. Of naar de bioscoop. Ze heeft laatst een gedicht geschreven waarmee ze op school een prijs kan winnen, daar ben ik hartstikke trots op. Ik probeer de tijd tussen de kinderen gewoon zo goed mogelijk te verdelen. En Logan speelt ook gewoon veel buiten met zijn vriendjes. Dan ben ik thuis met Olivia.” Verslaafd Timothy is een andere vader voor zijn kinderen dan dat zijn vader voor hem en zijn broers John en Germain was. “Mijn vader steunde mij en mijn broers ook, maar hij deed dat op zijn manier. Hij was goed in het geven van eigen verantwoordelijkheid aan ons. Dat probeer ik op voetbalgebied ook met Logan. Het is zijn leven, zijn kans. Ik laat hem de keuzes maken, maar ik help wel de mogelijkheden te creëren. Als ik dat vergelijk met mijn vader, dan was hij daar veel extremer in. Hij liet ons totaal vrij. Ik herinner me dat hij mij eens vroeg waar John, mijn oudere broer, eigenlijk uithing. 'Ik heb geen doorsnee jeugd gehad. Mijn vader vocht thuis tegen zijn verslavingen en mijn moeder ging op een gegeven moment in haar eentje terug naar Amerika' Toen moest ik antwoorden dat hij al een week op vakantie was. Of als ik bij een vriendje van school bleef eten, vroegen die ouders weleens: ‘Moet je niet even naar huis bellen om te zeggen dat je hier blijft eten?’ Ja, hoe dan? We hadden niet eens telefoon. We deden gewoon wat we wilden.” Helden Magazine 63 Het eerste gedeelte van het verhaal van Timothy Beck komt voort uit Helden Magazine 63. We duiken in de slipstream van Max Verstappen. Sportief directeur Jan Lammers bespreekt zijn mooiste momenten op het circuit en Atze Kerkhof weet hoe het is om teamgenoot van Max te zijn. In deze editie lees je een uitgebreid interview met de vrouwen in het leven van Abdelhak Nouri. Voor het eerst vertellen zijn moeder, zussen, schoonzussen en tante hun aangrijpende verhaal. Daarnaast heeft ook Kira Toussaint een bewogen tijd achter de rug. De zwemster verbrak een gepland huwelijk en vertrok naar Amerika. Ook spraken we met een van de nieuwe boegbeelden van het vrouwenvolleybal: Nika Daalderop en maakt Davy Klaassen zich op voor een nieuw seizoen bij Ajax én een WK. Marcus Pedersen en Noor Omrani delen naast hun liefde voor de bal ook een hoofdkussen. Zijn broers Jens en Melle van ’t Wout klaar om de shorttrack wereld te veroveren. Jordan Teze speelde zich vorig jaar definitief in de kijker, Koen Bouwman won twee etappes en het bergklassement in de Giro én Ronald de Boer blikt terug op de Champions League-finale van 1995. Verder is Riemer van der Velde oud-voorzitter van sc Heerenveen. Een gesprek over onder meer de ontwikkelingen van zijn club en Abe Lenstra én Victoria Koblenko spreekt met judoka Michael Korrel over zijn kwetsbare kant in aanloop naar het WK. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 63 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Bij de Winterspelen in 2010 droeg Timothy Beck (45) de vlag bij de openingsceremonie. Ondanks een chaotische jeugd haalde hij als estafetteloper de Zomerspelen en als bobsleeër tot tweemaal toe de Winterspelen. Acht jaar na zijn afscheid van de topsport begeleidt Timothy zijn zoontje Logan, die voetbalt in de jeugd bij Ajax. Op een steenworp afstand van de Openbare Scholengemeenschap Echnaton in Almere, waar Timothy Beck economie en bedrijfseconomie doceert aan havo 4- en havo 5-scholieren, ligt een Cruyff Court op het Clarence Seedorfplein. Voor het oog van onze fotograaf jongleert de twaalfjarige Logan met een bal. Hooghouden, flitsende voetbewegingen; hij doet het bijna met zijn ogen dicht. Een paar oudere jongeren kijken van een afstandje toe, met heimelijk ontzag. “Nu is wel heel pijnlijk duidelijk geworden dat hij het balgevoel niet van mij heeft,” zegt Timothy. Er is zojuist weer een bal van zijn voet gesprongen. Hersenspinsels Een paar uur eerder heeft het interview met Timothy plaatsgevonden, in een kleine docentenruimte in het Echnaton. Om vrijuit te kunnen praten over zijn oude leven als topsporter. En over zijn nieuwe leven, dat van een voetbalvader die de hele week wedstrijdspanning voelt wanneer zijn zoontje op zaterdag een belangrijke wedstrijd op het programma heeft staan. “Het beweeglijke, de fijne motoriek, heeft Logan van mijn vriendin Penelope,” zegt Timothy, “ik was een echte sprinter, een krachtige sporter die snel van A naar B kon rennen. Wat Logan wel van mij heeft, is de mindset. De passie om echt ergens voor te willen gaan. Ik zag het al toen hij vijf was en hem vroeg de bal vier keer hoog te houden. Hij bleef doorgaan, huilend zelfs, totdat het hem lukte. Dat obsessieve herken ik van mezelf. Soms ziet het er raar uit. Dan wil Logan een trucje onder controle krijgen en als het niet lukt, gaat hij tegenwoordig niet meer huilen, maar wordt hij boos. Als er mensen langs komen lopen, zie ik ze gewoon denken: daar staat weer zo’n vader die zijn zoontje aan het pushen is. Terwijl Logan degene is die niet naar huis wil.” Timothy is iemand met een filosofische inslag, meegekregen van zijn inmiddels overleden vader. In coronatijd wandelde hij vaak door het Nelson Mandelapark, vlakbij sportpark De Toekomst waar Logan met zijn teamgenoten van Ajax aan het trainen was. Ouders mochten er niet bij zijn. Sommigen keken vanachter de hekken toe, verscholen tussen de bomen. Timothy ging meestal lopen. Tijdens die wandelingen liet hij zijn gedachten de vrije loop en zette hij af en toe zijn hersenspinsels op papier. ‘Who you are now or what you can do now, will never be the same as who you are or what you can do in a year from now. In those 52 weeks, 365 days, 8765 hours or more then 31 million seconds you can become the mastermind of that magic change.’ “Ik probeer op Logan en onze dochter Olivia het growth mindset-principe over te brengen. Ik geloof dat je persoonlijkheid, intelligentie en kwaliteiten verder ontwikkelt door te leren en ervaringen op te doen. Je eigen kwetsbaarheid is je kracht, de kans om beter te worden. Logan is onverzadigbaar. Hij heeft extreem veel energie. Wat dat betreft is het maar goed dat hij sport als uitlaatklep heeft. Vroeger viel hij moeilijk in slaap. Hij bleef maar van zijn kamer naar beneden komen. Gek werden we ervan. Daar hebben we gelukkig geen last meer van. Ik train Logan vaak zelf op zondagochtend of hij haakt soms in de middag aan bij de voetbalacademie van Colin Brouwer, hier in Almere. Mensen vragen me soms: ‘Wordt het niet te veel voor Logan, want hij gaat ook al vijf keer in de week naar Ajax.’ Maar van moeten is geen sprake. Hij wil beter worden, leren, zichzelf ontwikkelen. En hij is graag buiten. Ik ga vaak met hem mee. Ik heb hem weleens gezegd: als je me vraagt mee te gaan voetballen, zal ik nooit ‘nee’ zeggen. Dat heb ik me ooit voorgenomen, al is het drie uur ’s nachts. Ik wil er altijd zijn voor mijn kinderen. Mijn dochter Olivia heeft minder met sport, maar met haar probeer ik uiteraard ook leuke dingen te doen. Zij gaat liever naar de bibliotheek met mij. Of naar de bioscoop. Ze heeft laatst een gedicht geschreven waarmee ze op school een prijs kan winnen, daar ben ik hartstikke trots op. Ik probeer de tijd tussen de kinderen gewoon zo goed mogelijk te verdelen. En Logan speelt ook gewoon veel buiten met zijn vriendjes. Dan ben ik thuis met Olivia.” Verslaafd Timothy is een andere vader voor zijn kinderen dan dat zijn vader voor hem en zijn broers John en Germain was. “Mijn vader steunde mij en mijn broers ook, maar hij deed dat op zijn manier. Hij was goed in het geven van eigen verantwoordelijkheid aan ons. Dat probeer ik op voetbalgebied ook met Logan. Het is zijn leven, zijn kans. Ik laat hem de keuzes maken, maar ik help wel de mogelijkheden te creëren. Als ik dat vergelijk met mijn vader, dan was hij daar veel extremer in. Hij liet ons totaal vrij. Ik herinner me dat hij mij eens vroeg waar John, mijn oudere broer, eigenlijk uithing. 'Ik heb geen doorsnee jeugd gehad. Mijn vader vocht thuis tegen zijn verslavingen en mijn moeder ging op een gegeven moment in haar eentje terug naar Amerika' Toen moest ik antwoorden dat hij al een week op vakantie was. Of als ik bij een vriendje van school bleef eten, vroegen die ouders weleens: ‘Moet je niet even naar huis bellen om te zeggen dat je hier blijft eten?’ Ja, hoe dan? We hadden niet eens telefoon. We deden gewoon wat we wilden.” Helden Magazine 63 Het eerste gedeelte van het verhaal van Timothy Beck komt voort uit Helden Magazine 63. We duiken in de slipstream van Max Verstappen. Sportief directeur Jan Lammers bespreekt zijn mooiste momenten op het circuit en Atze Kerkhof weet hoe het is om teamgenoot van Max te zijn. In deze editie lees je een uitgebreid interview met de vrouwen in het leven van Abdelhak Nouri. Voor het eerst vertellen zijn moeder, zussen, schoonzussen en tante hun aangrijpende verhaal. Daarnaast heeft ook Kira Toussaint een bewogen tijd achter de rug. De zwemster verbrak een gepland huwelijk en vertrok naar Amerika. Ook spraken we met een van de nieuwe boegbeelden van het vrouwenvolleybal: Nika Daalderop en maakt Davy Klaassen zich op voor een nieuw seizoen bij Ajax én een WK. Marcus Pedersen en Noor Omrani delen naast hun liefde voor de bal ook een hoofdkussen. Zijn broers Jens en Melle van ’t Wout klaar om de shorttrack wereld te veroveren. Jordan Teze speelde zich vorig jaar definitief in de kijker, Koen Bouwman won twee etappes en het bergklassement in de Giro én Ronald de Boer blikt terug op de Champions League-finale van 1995. Verder is Riemer van der Velde oud-voorzitter van sc Heerenveen. Een gesprek over onder meer de ontwikkelingen van zijn club en Abe Lenstra én Victoria Koblenko spreekt met judoka Michael Korrel over zijn kwetsbare kant in aanloop naar het WK. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 63 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Marathon

Eliud Kipchoge: ‘Hardlopen is het beste medicijn dat er is’

Eliud Kipchoge is de koning van de marathon. Paralympisch sprintkampioene Marlou van Rhijn, olympisch kampioene 800 meter Ellen van Langen, oud-schaatser en meervoudig wereldkampioen Erben Wennemars en cabaretier en hardloopfanaat Dolf Jansen gingen op audiëntie bij het gezicht van het NN Running Team. “Ik ben best een beetje zenuwachtig,” verzucht Erben Wennemars. Hij kijkt naar Eliud Kipchoge die verderop een tv-interview geeft. Na zijn schaatsloopbaan is Erben fanatiek gaan hardlopen. “Ik ben niet snel onder de indruk van mensen, maar deze man is een ongelooflijke held voor mij. Hij is gewoon de Johan Cruijff van de marathon.” Dolf Jansen knikt. De cabaretier doet al ruim veertig jaar aan hardlopen. Ook voor hem is de regerend olympisch kampioen en wereldrecordhouder (2.01.39, Berlijn 16 september 2018) op de marathon een grote inspiratiebron. Op 12 oktober 2019 liep de 35-jarige Keniaan de klassieke afstand tijdens een speciaal voor hem in Wenen georganiseerde solorace als eerste mens onder de twee uur. Hij liep uiteindelijk 1.59.40, een tijd die vanwege het officieuze karakter van het evenement niet als wereldrecord werd aangemerkt. Voorafgaand aan de race maakte Dolf een gedicht met als titel Sub2. ‘A sub-4-minute-mile was impossible Until it wasn’t A sub-10-second 100 metres was impossible Until it wasn’t A man on the moon was impossible Until it wasn’t Berlin without the wall was impossible Until it wasn’t A black US President was impossible Until it wasn’t So much is impossible Until it isn’t Anymore A sub-2-hour-marathon is impossible Until it isn’t Anymore And just try to imagine Eliud Kipchoge’s smile As he crosses that finish line Achieving the impossible’ Daarna komt ook Blade Babe Marlou van Rhijn, drievoudig paralympisch kampioene en de snelste vrouw op blades op de 100, 200 en 400 meter, restaurant Wils, tegenover het Olympisch Stadion, binnen, gevolgd door Ellen van Langen. Voor de olympisch 800 meterkampioen van 1992 is Eliud geen onbekende. Zij is na haar sportcarrière manager en organisator van atletiekevenementen geworden bij Global Sports Communication, het managementbureau dat ook Eliud bijstaat. Ze begroeten elkaar met een elleboog, het is niet anders in tijden van corona. Twee dagen eerder heeft Eliud de marathon van Londen gelopen. Pas voor de tweede keer in veertien marathons wist hij níet te winnen. Zijn achtste plek was wereldnieuws. Tijdens die wedstrijd bleek hij last te hebben van zijn rechteroor en dat euvel heeft hij net laten checken bij sportarts Peter Vergouwen. “Hoe gaat het met je oren?” wil Erben weten. “Goed, ze hebben niets kunnen vinden,” zegt Eliud met een grote glimlach. “Hoe voelen je benen nu, twee dagen na een marathon?” vraagt Erben. “Een beetje pijnlijk, maar that’s life voor een marathonloper.” Nadat hij een aantal boeken heeft gesigneerd, een handtekening met daaronder de voor hem heilige cijfercode ‘1:59:40’, schuift hij aan voor een goed gesprek op anderhalve meter afstand van elkaar over hardlopen in de vorm van vijf stellingen. Hardlopen zorgt voor blijdschap Eliud: “Hardlopen is het beste medicijn dat er is. Als je gestrest bent, ga dan de deur uit om te rennen. Ik zeg ook altijd tegen zakenmensen: ga hardlopen en je zal merken dat de ideeën ineens opborrelen. Blokkades in het hoofd verdwijnen als je gaat rennen. Hardlopen zorgt voor een gelukzalig, bevrijdend gevoel. Voor mij is het zo dat mijn lichaam tot rust komt als ik één of twee uur aan het hardlopen ben.” Erben: “Als ambassadeur van Nationale-Nederlanden en van The Daily Mile ga ik geregeld langs scholen en ik vertel de kinderen ook altijd dat ze elke dag lekker een kwartiertje hard moeten lopen. Daar worden ze gelukkig en gezond van. En, zoals jij zegt, het opent je geest. En dat zorgt er weer voor dat kinderen beter hun best kunnen doen op school. Ik was vandaag best zenuwachtig om jou te ontmoeten. Daarom besloot ik hard te gaan lopen. Ik heb zes kilometer gelopen, normaal gesproken ren ik langer, maar het zorgde ervoor dat ik energie kreeg, dat ik de dingen in m’n hoofd weer op een rijtje kreeg. Ik voel altijd zoveel prikkels van buitenaf en ik kan alles een plekje geven als ik ga hardlopen.” Ellen: “Jij gaat toch ook altijd hardlopen voordat je een voorstelling hebt, Dolf?” Dolf: “Klopt. Maakt niet uit waar in Nederland ik op moet treden. Voor mij geldt ook heel sterk dat ik door hard te lopen vrij wordt in m’n hoofd, dat ik ineens oplossingen zie die ik daarvoor niet zag. Er komen dan ook vaak zinnen voor een gedicht naar boven, of ineens schiet me een grap te binnen die ik kan gebruiken voor mijn voorstelling. Die gedachten of oplossingen komen omhoog omdat je verder alles los kunt laten als je hardloopt. Weet je dat het gedicht dat ik over Eliud schreef ook is ontstaan tijdens het hardlopen? Ik dacht aan Eliud toen hij op het punt stond de barrière van twee uur op de marathon aan te vallen en tijdens het hardlopen bedacht ik een paar zinnen. Toen ik thuiskwam, heb ik ze meteen opgeschreven en daarna heb ik het hele gedicht gemaakt. De inspiratie ontstond omdat ik aan het lopen was. En het komt ook op, omdat er op dat moment niets moet.” Marlou, lachend: “Ik ervaar hardlopen anders, ben sprintster en loop dus alleen korte afstanden. Ik haal super veel plezier uit snelheid, uit zo hard mogelijk lopen. Dat vraagt een korte, heftige focus.” Ellen: “Ik hou nog steeds van hardlopen, maar mijn probleem is dat ik vaak geblesseerd ben. Nu ook weer. Ik kan best jaloers zijn als ik mensen lekker zie hardlopen. Als ik in de auto zit en ik zie mensen dat doen, dan denk ik meteen: ik zou ook zo graag lekker hardlopen. Ik word er zo blij van. Voor mij geldt dat problemen op het werk ineens verdwijnen tijdens het hardlopen. Ik zie ineens oplossingen. Maar mijn probleem is dat ik dan zo snel mogelijk naar huis wil om wat met die gedachten te doen. En dan begin ik dus harder en harder te lopen.” Dolf: “Dus daarom won jij in Barcelona olympisch goud op de 800 meter!” Over vijf jaar wordt er bij de mannen in wedstrijdverband onder de twee uur gelopen op de marathon. Dolf, hoofdschuddend: “Dat kan ik me echt niet voorstellen.” Eliud: “Ik denk van wel. Wij lopen sinds de oprichting van het NN Running Team in 2017 allemaal veel harder. We motiveren en helpen elkaar. Ik ben echt van mening dat meerdere atleten uit ons team de komende vijf jaar een marathon onder de twee uur kunnen lopen. En iedereen heeft nu ook kunnen zien dat het niet langer onmogelijk is om een marathon onder de twee uur te volbrengen.” Eliud: 'Ik ben echt van mening dat meerdere atleten uit ons team de komende vijf jaar een marathon onder de twee uur kunnen lopen' Marlou: “Voorbeelden zijn zo belangrijk in de sport. Als je iemand iets ziet doen wat nog niet is gedaan, dan zorgt dat voor een intrinsieke motivatie. Je ziet dat iets mogelijk is en denkt: dat wil ik ook. En hoe mooi is het om de persoon te zijn die de nieuwe standaard neerzet?” Dolf: “Ik weet nog de eerste marathon die gelopen werd onder de 2 uur en 8 minuten. Daarna lukte dat meerdere atleten. Hetzelfde verhaal toen de barrière van 2 uur en 6 minuten gebroken werd. Is het vooral een mentaal iets?” Eliud: “Dat is het absoluut. Je ziet vaak in sport dat als iemand iets heeft gedaan dat lange tijd voor onmogelijk werd gehouden, in korte tijd meerdere mensen dat lukt. Omdat iedereen ineens weet dat het kan. De jongens die dagelijks met mij trainen, weten nu ook: ik kan hem volgen tijdens de training, we hebben hetzelfde trainingsprogramma, dus waarom zou ik dan niet zijn tijden kunnen lopen? Ze moeten nu denken: ik kan het ook. Dat ze niet in beperkingen moeten denken, leer ik de jonge jongens in het team ook.” Erben: “Maar je zorgt er met jouw aanwijzingen wel voor dat het voor jezelf steeds moeilijker wordt om te winnen.” Eliud: “Ik heb heel veel andere atleten de weg gewezen, vind ik mooi. En ik heb in Londen ook laten zien dat ik ook maar gewoon een mens ben, geen supermens.” Erben: “Jij vindt: records zijn er om gebroken te worden.” Eliud: “Ja, dat is voor mij de essentie van sport.” Erben: “In wedstrijden en trainingen zie ik altijd dat jij voorop loopt. De rest volgt jou. Voel jij veel druk dat iedereen altijd naar jou kijkt?” Eliud knikt: “De druk is hoog, maar ik ervaar dat altijd als positieve druk. Ik wil ook altijd vooroplopen. Om mezelf uit te dagen. Maar ik help daar het team ook beter mee dan wanneer ik me ga verstoppen in de groep.” Dolf: “Maar zoals Erben net zei, je kunt ook denken: ik moet mijn concurrenten niet te goed maken.” Eliud: “Weet je wat het met hardlopen is? Je kunt het niet alleen. Op het niveau waarop wij dat doen, is het heel lastig om in je eentje die snelheid te ontwikkelen tijdens de trainingen. Daar heb je echt elkaar voor nodig. Mentaal wordt het ook veel moeilijker als je alles alleen moet doen.” Ellen: “Je hebt inderdaad anderen nodig. Zo was het ook bij mij op de baan. Er waren altijd atleten die bepaalde specialiteiten hadden. Je moet van elkaar kunnen leren om beter te worden.” Erben: “Maar hoe slaag je erin om al zo lang de leider van de groep te zijn en bijna elke marathon waar je start te winnen?” Eliud: “Door positief te denken.” Erben: “Heb je nooit twijfels?” Dolf: “In Londen werd je achtste. Je had last van je oor, je lichaam deed niet helemaal wat je ervan had verwacht. Wat is het positieve wat je hebt overgehouden aan die marathon?” Eliud: “Een achtste plek is niet het einde van de wereld. De zon gaat vanzelf weer schijnen. En zo erg is het niet om af en toe eens het gevoel van een nederlaag te ervaren. Dat zorgt ervoor dat je weer vol motivatie aan het werk gaat. Dat is het positieve. Als topsporter moet je verlies kunnen accepteren.” Erben: “Ik heb als schaatser meer verloren dan gewonnen...” Eliud: “Ik ben ervan overtuigd dat je meer voldoening haalt uit een overwinning als je weet wat het is om te verliezen en hoe je daar mee om moet gaan. Dat leer ik de jonge jongens met wie ik train ook. Als je een nederlaag aangrijpt om weer keihard aan de slag te gaan, dan is de overwinning die volgt des te mooier. Op die manier kun je altijd iets positiefs uit een teleurstelling halen.” Er moet meer aandacht komen voor de prestaties van paralympische atleten op de marathon Marlou: “De marathon is met afstand de discipline in de atletiek waar paralympische sporters het meest zichtbaar zijn. Aan bijna alle World Marathon Majors doen paralympische atleten mee. Geweldig.” Eliud: “Ik vind het heel belangrijk dat mannen, vrouwen en paralympische sporters meedoen aan de marathon. Ik kijk altijd naar de paralympische sporters op de marathon, maak vaak een praatje met hen. Weet je wat ik mooi vind? Dat ze altijd blij zijn. Ik vind het terecht dat ze de aandacht krijgen, dat verdienen ze net zo goed als ik.” Marlou: “Kennen jullie trouwens het verhaal van Richard Whitehead? Hij mist beide onderbenen en heeft in 2013 op blades veertig marathons in veertig dagen gelopen.” Dolf: “Allemachtig!” Eliud: “Echt waar?” Marlou: “Dat het verhaal niet bij iedereen bekend is, geeft wel antwoord op de stelling. Er is dus nog niet genoeg aandacht voor paralympische sport in het algemeen. Maar van de marathonwereld kunnen veel andere sporten en evenementen nog veel leren als het gaat om de aandacht voor paralympische atleten. Op de sprint is het in elk geval minder goed georganiseerd voor ons paralympische atleten.” Erben: “Er moet meer aandacht gaan naar de paralympische sport. Het is zo inspirerend wat paralympische atleten doen.” Marlou: “Dat vind ik ook. Daarom ben ik ook mijn foundation begonnen. Voor gehandicapte kinderen moet er een gelijke behandeling komen en gelijke kansen zijn. Weg met het hokjesdenken. Sport moet voor elk kind net zo leuk en vanzelfsprekend zijn. Daar maken wij ons hard voor.” Dolf: “En dan kunnen kinderen met een handicap in Nederland nog opkijken tegen jou, Marlou. Die zien iemand die presteert op het hoogste niveau. In Afrikaanse landen zal het leven voor mensen en vooral kinderen met een handicap nog vele malen moeilijker zijn.” Marlou: “Daarom is het zo belangrijk dat het zichtbaar is. Omdat mensen geïnspireerd raken als ze iemand op blades of in een rolstoel een marathon zien volbrengen.” Ellen: “Op de baan is er ook aandacht voor paralympische atleten. In de Diamond League bijna niet, maar bij de atletiekevenementen die daar onder zitten wel veel meer.” Marlou: “Maar het mooie van de Diamond League is juist dat het wereldwijd wordt uitgezonden.” Ellen: “Belangrijk is ook dat er lokale paralympische sterren zijn voor organisatoren. ik snap ook dat je, als je zo denkt, in die vicieuze cirkel blijft.'' Erben: ''Eigenlijk zouden de Paralympische Spelen geïntegreerd moeten worden in de normale Olympische Spelen.'' Marlou: ''Dat is mijn droom.'' Dolf: ''Het wordt wel heel lastig om dat logistiek gezien voor elkaar te krijgen. Het programma zit natuurlijk al heel erg vol bij de Olympische Spelen. Maar ook daar moeten ze een oplossing voor kunnen vinden.'' Ellen: ''Zeker. Het is toch al de vraag hoe de toekomst van de Olympische Spelen eruit zal zien.'' Marlou: ''Toen ik begon met atletiek trainde ik lekker samen met mijn vrienden en vriendinnen. Er was geen onderscheid, iedereen was gelijk. Toen ik aan grotere wedstrijden mee mocht gaan doen, werd er wel ineens onderscheid gemaakt. Ik vond dat heel vreemd. Als we het over sport hebben, dan praten we vaak over gelijkheid, samen spelen en het opdoen van zelfvertrouwen. Dan is het moeilijk te rijmen dat tegelijkertijd mensen van elkaar worden gescheiden. Het is toch vreemd dat mijn vriendje met wie ik altijd heb getraind naar een ander toernooi ging dan ik?'' Dolf: ''Dat is inderdaad vreemd. Er zou geen onderscheid gemaakt moeten worden tussen jouw blades of mijn dunnen beentjes.'' Marlou: ''Bij het EK in Amsterdam, in 2016, was de paralympische sport onderdeel van het programma. Geweldig. Churandy Martina liep de 200 meter, Dafne Schippers liep de 200 meter, een Wheeler deed de 200 meter en ik liep de 200 meter. Zo hoort het. Maar zoals Ellen net aangaf, dat kwam natuurlijk ook doordat we in Nederland een paar bekende en heel goede paralympische atleten hebben. Er waren vier of vijf onderdelen waaraan ook de lokale paralympische helden meededen. Er was een medaille-uitreiking en iedereen werd gelijk behandeld. Ik hoop dat op een dag dit als vanzelfsprekend gezien zal worden. Ik ben wel van mening dat wij als paralympische sporters steeds meer zichtbaar worden, het gaat dus de goede kant op.” Een blanke West-Europeaan zou ook een wereldrecord moeten kunnen lopen op de marathon. Eliud: “Waarom niet? Als je denkt: ik ben wit, dus ik kan een marathon niet onder de twee uur lopen, dan lukt het je ook niet. Mensen denken vaak dat alleen Afrikanen toptijden kunnen lopen op de marathon. Dat is niet waar. Waarom atleten uit Afrika het zo goed doen op de marathon is omdat we de goede faciliteiten en omstandigheden hebben om hard te trainen. Daar gaat het om. Maar als een witte atleet gaat trainen onder gelijke omstandigheden, waarom zou hij dan niet tot hetzelfde in staat zijn?” Marlou: “In de paralympische sport is dat ook het geval. Daar gaat het om de blades en om de verschillende categorieën. Ik zeg ook altijd: begin eerst eens met keihard te trainen.” Ellen: “Het gaat om toewijding. De sporters die bereid zijn harder te trainen en meer te leven voor hun sport zullen het verst komen. Je moet je ogen kunnen sluiten voor alle afleidingen die er zeker vandaag de dag buiten de sport liggen.” Dolf: “Zoals ik in m’n gedicht over Eliud al stelde: er zijn zoveel dingen waarvan we dachten dat het niet mogelijk was. We hadden met Barack Obama ook een zwarte Amerikaanse president. Dat hielden we pakweg twintig jaar terug ook voor onmogelijk. En nu heeft Eliud dus een marathon onder de twee uur gelopen. Voor mensen geldt: als we geloven dat we het kunnen, dan zijn we tot heel veel in staat. Alles is mogelijk en geen mens is gelimiteerd. Het is dus mogelijk, maar ik zou zo snel even niet weten welke witte atleet met Eliud onder de twee uur kan duiken op de marathon.” Ellen: “Met topsport gaat het er ook om: hoe erg ben jij bereid om de pijn toe te laten? In hoeverre kun je die uitschakelen? Dat is een mentaal ding.” Eliud: “Op de baan zie je Europeanen nu heel hard lopen. Op de langere afstanden zie je hen de tijden verbeteren die ik vroeger op de baan liep. Nou, dan kun je het op den duur ook op de marathon. Het is dus mogelijk. If you are ready to go for it.” Goede hardlopers zijn als goede wijn: hoe rijper, hoe beter. Dolf, lachend: “Yes! Ik ben 57.” Eliud: “Het kost heel veel trainingsuren voordat je een goede marathonloper bent. Het gaat letterlijk en figuurlijk stapje voor stapje.” Dolf: “Ik trainde vorig jaar voor de marathon van Berlijn en merkte dat ik na 41 jaar hardlopen nog steeds dingen leer over hardlopen en mijn lichaam. Ik word niet meer sneller, maar ik loop wel beter dan een paar jaar geleden. Mentaal ben ik sterker en ik loop ook lekkerder.” Marlou: “Bij mij als sprintster is het heel dubbel. De ene keer kan ik tevreden zijn met een wedstrijd waarin ik niet mijn snelste tijd, maar wel lekker heb gelopen. Als atleet voel ik me meer volwassen, ik kan ook goed het doel in ogenschouw hebben. Als jongere atleet was ik tegelijkertijd ook heel strikt, maar deed ik dingen wat vaker op gevoel. Nu is het allemaal verstandiger, ben ik meer gefocust en heb ik het grote doel in m’n hoofd. Die jeugdigheid en niet over dingen nadenken, was ook fijn.” Ellen: “Ervaring en een bepaalde rust zorgen ervoor dat je als atleet goed kunt presteren. Toen ik jong was en ik voelde iets waardoor ik een training over moest slaan, dan dacht ik meteen: dit is het einde van de wereld. Als ik een paar dagen niet kon trainen, dan was ik totaal in paniek. Later leerde ik dat het soms juist goed was om een paar dagen rust te nemen en op die dagen een alternatieve training te doen. Als je ouder bent, weet je ook beter hoe je lichaam werkt. Je leert de juiste beslissingen te nemen. Maar voor langere afstanden zijn de ervaring en rust die met de jaren komen belangrijker dan voor de explosieve nummers op de baan. Dan verlies je met de jaren juist iets van je snelheid en explosiviteit. Bij de langere afstanden kun je daardoor langer mee op hoog niveau.” Erben: “Hoe ouder je wordt als topsporter, des te meer je mentaal in balans bent. Dat is in mijn ogen de sleutel. Toen ik jong was, trainde ik zo hard als ik kon. Ik deed de dingen die me werden opgedragen. Met de jaren kreeg ik meer gevoel voor sport. Ik leerde te voelen of de trainingen bij me pasten, maar ik vond ook een balans tussen sport en mijn gezinsleven. Mijn aanpak paste met de jaren ook steeds beter bij de manier waarop ik tegen het leven aankeek. Het lopen van marathons is voor mij ook een zoektocht. Als ik het over mezelf heb: het is voor mij echt zoeken naar het juiste ritme. Ik kan ook echt emotioneel worden als ik een wedstrijd uit heb gelopen op de juiste manier, in het ritme waar ik me goed bij voel. Zoals ik dat vorig jaar in Berlijn voelde. Twintig jaar geleden had ik geen marathon kunnen lopen. Toen stond ik heel anders in het leven. Ik wilde recht op mijn doel af gaan en iedereen moest maar aan de kant.” Eliud: “Je bent als mens nu aan het landen.” Erben: “Klopt. Het was de bedoeling om dit jaar de NN marathon Rotterdam te lopen samen met Arjen Robben. We trainden samen. Helaas ging de marathon niet door. Ons doel was om de marathon te lopen in een tijd van rond de drie uur. Ik zei tegen Arjen: je zult zien dat het volbrengen van een marathon je hetzelfde gelukzalige gevoel zal geven als het scoren van een belangrijke goal in een vol stadion. Het gaat alleen niet om het resultaat dat voor het geluk zorgt, maar de bekroning van een lange voorbereiding en aanpak. Het mooie van marathonlopen is: ik kan anoniem als driehonderdste finishen, maar ik voel hetzelfde gelukzalige gevoel als toen ik als schaatser een internationale wedstrijd won in een vol stadion. Als ik eerder zo in het leven had gestaan, dan had ik in mijn ogen ook een hoger niveau kunnen halen als schaatser.” Helden Magazine 54 Het verhaal van Eliud Kipchoge komt voort uit Helden Magazine nummer 54.  In de 54ste editie van Helden sieren Ronald en Bartina Koeman de cover van het eindejaarsnummer. Ze vertellen uitgebreid over de roerige periode die ze achter de rug hebben. Ronald verruilde het Nederlands elftal voor FC Barcelona, ze werden voor het eerst opa en oma, maar kampten ook allebei met ernstige gezondheidsproblemen. Naast het verhaal van Ronald en Bartina Koeman lees je veel meer interviews en reportages met én over jouw favoriete Nederlandse topsporters. Zo eren ploeggenoten Suzanne Schulting, Yara van Kerkhof en Rianne de Vries hun vriendin, in de Ode aan Lara. Daarnaast spraken we Patrick Lefevere over de afschuwelijke crash van zijn topsprinter Fabio Jakobsen, is Sven Kramer begonnen aan zijn ‘last dance’, vertelt Stefan de Vrij over het geheim achter zijn succes én lees je een dubbelinterview met de blikvangers van het Nederlandse hockey: Jorrit Croon en Maria Verschoor. Ook in de 54ste editie van Helden spraken we onze Held van het Jaar, Harrie Lavreysen over dikke benen en slapen in een dwangbuis én verteld Esther Vergeer over hoe haar lang gekoesterde kinderwens uitkwam en ze dit jaar werd geconfronteerd met borstkanker. Verder legt onze Heldin van het Jaar: Anna van der Breggen uit waarom ze volgend jaar heeft besloten te stoppen en spraken we wereldkampioene Ceylin del Carmen Alvarado over de liefde, het geloof, looks en racisme. Daarnaast bracht Helden een eerbetoon uit aan een van de beste NBA-basketballers ooit: Kobe Bryant, lees je een reconstructie over de turnvendetta, behaalde Henk Gemser vele successen als schaatscoach, behoort Kimberly Alkemade tot de snelste paralympische sprinters van Nederland en autocoureur Alessandro Zanardi verteld over zijn pech als mens. Victoria Koblenko ging langs bij hockeyinternationaal Terrance Pieters en staan we stil met Sari van Veendendaal in de ‘Leeuwinnen in het Rijks’. Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.
Eliud Kipchoge is de koning van de marathon. Paralympisch sprintkampioene Marlou van Rhijn, olympisch kampioene 800 meter Ellen van Langen, oud-schaatser en meervoudig wereldkampioen Erben Wennemars en cabaretier en hardloopfanaat Dolf Jansen gingen op audiëntie bij het gezicht van het NN Running Team. “Ik ben best een beetje zenuwachtig,” verzucht Erben Wennemars. Hij kijkt naar Eliud Kipchoge die verderop een tv-interview geeft. Na zijn schaatsloopbaan is Erben fanatiek gaan hardlopen. “Ik ben niet snel onder de indruk van mensen, maar deze man is een ongelooflijke held voor mij. Hij is gewoon de Johan Cruijff van de marathon.” Dolf Jansen knikt. De cabaretier doet al ruim veertig jaar aan hardlopen. Ook voor hem is de regerend olympisch kampioen en wereldrecordhouder (2.01.39, Berlijn 16 september 2018) op de marathon een grote inspiratiebron. Op 12 oktober 2019 liep de 35-jarige Keniaan de klassieke afstand tijdens een speciaal voor hem in Wenen georganiseerde solorace als eerste mens onder de twee uur. Hij liep uiteindelijk 1.59.40, een tijd die vanwege het officieuze karakter van het evenement niet als wereldrecord werd aangemerkt. Voorafgaand aan de race maakte Dolf een gedicht met als titel Sub2. ‘A sub-4-minute-mile was impossible Until it wasn’t A sub-10-second 100 metres was impossible Until it wasn’t A man on the moon was impossible Until it wasn’t Berlin without the wall was impossible Until it wasn’t A black US President was impossible Until it wasn’t So much is impossible Until it isn’t Anymore A sub-2-hour-marathon is impossible Until it isn’t Anymore And just try to imagine Eliud Kipchoge’s smile As he crosses that finish line Achieving the impossible’ Daarna komt ook Blade Babe Marlou van Rhijn, drievoudig paralympisch kampioene en de snelste vrouw op blades op de 100, 200 en 400 meter, restaurant Wils, tegenover het Olympisch Stadion, binnen, gevolgd door Ellen van Langen. Voor de olympisch 800 meterkampioen van 1992 is Eliud geen onbekende. Zij is na haar sportcarrière manager en organisator van atletiekevenementen geworden bij Global Sports Communication, het managementbureau dat ook Eliud bijstaat. Ze begroeten elkaar met een elleboog, het is niet anders in tijden van corona. Twee dagen eerder heeft Eliud de marathon van Londen gelopen. Pas voor de tweede keer in veertien marathons wist hij níet te winnen. Zijn achtste plek was wereldnieuws. Tijdens die wedstrijd bleek hij last te hebben van zijn rechteroor en dat euvel heeft hij net laten checken bij sportarts Peter Vergouwen. “Hoe gaat het met je oren?” wil Erben weten. “Goed, ze hebben niets kunnen vinden,” zegt Eliud met een grote glimlach. “Hoe voelen je benen nu, twee dagen na een marathon?” vraagt Erben. “Een beetje pijnlijk, maar that’s life voor een marathonloper.” Nadat hij een aantal boeken heeft gesigneerd, een handtekening met daaronder de voor hem heilige cijfercode ‘1:59:40’, schuift hij aan voor een goed gesprek op anderhalve meter afstand van elkaar over hardlopen in de vorm van vijf stellingen. Hardlopen zorgt voor blijdschap Eliud: “Hardlopen is het beste medicijn dat er is. Als je gestrest bent, ga dan de deur uit om te rennen. Ik zeg ook altijd tegen zakenmensen: ga hardlopen en je zal merken dat de ideeën ineens opborrelen. Blokkades in het hoofd verdwijnen als je gaat rennen. Hardlopen zorgt voor een gelukzalig, bevrijdend gevoel. Voor mij is het zo dat mijn lichaam tot rust komt als ik één of twee uur aan het hardlopen ben.” Erben: “Als ambassadeur van Nationale-Nederlanden en van The Daily Mile ga ik geregeld langs scholen en ik vertel de kinderen ook altijd dat ze elke dag lekker een kwartiertje hard moeten lopen. Daar worden ze gelukkig en gezond van. En, zoals jij zegt, het opent je geest. En dat zorgt er weer voor dat kinderen beter hun best kunnen doen op school. Ik was vandaag best zenuwachtig om jou te ontmoeten. Daarom besloot ik hard te gaan lopen. Ik heb zes kilometer gelopen, normaal gesproken ren ik langer, maar het zorgde ervoor dat ik energie kreeg, dat ik de dingen in m’n hoofd weer op een rijtje kreeg. Ik voel altijd zoveel prikkels van buitenaf en ik kan alles een plekje geven als ik ga hardlopen.” Ellen: “Jij gaat toch ook altijd hardlopen voordat je een voorstelling hebt, Dolf?” Dolf: “Klopt. Maakt niet uit waar in Nederland ik op moet treden. Voor mij geldt ook heel sterk dat ik door hard te lopen vrij wordt in m’n hoofd, dat ik ineens oplossingen zie die ik daarvoor niet zag. Er komen dan ook vaak zinnen voor een gedicht naar boven, of ineens schiet me een grap te binnen die ik kan gebruiken voor mijn voorstelling. Die gedachten of oplossingen komen omhoog omdat je verder alles los kunt laten als je hardloopt. Weet je dat het gedicht dat ik over Eliud schreef ook is ontstaan tijdens het hardlopen? Ik dacht aan Eliud toen hij op het punt stond de barrière van twee uur op de marathon aan te vallen en tijdens het hardlopen bedacht ik een paar zinnen. Toen ik thuiskwam, heb ik ze meteen opgeschreven en daarna heb ik het hele gedicht gemaakt. De inspiratie ontstond omdat ik aan het lopen was. En het komt ook op, omdat er op dat moment niets moet.” Marlou, lachend: “Ik ervaar hardlopen anders, ben sprintster en loop dus alleen korte afstanden. Ik haal super veel plezier uit snelheid, uit zo hard mogelijk lopen. Dat vraagt een korte, heftige focus.” Ellen: “Ik hou nog steeds van hardlopen, maar mijn probleem is dat ik vaak geblesseerd ben. Nu ook weer. Ik kan best jaloers zijn als ik mensen lekker zie hardlopen. Als ik in de auto zit en ik zie mensen dat doen, dan denk ik meteen: ik zou ook zo graag lekker hardlopen. Ik word er zo blij van. Voor mij geldt dat problemen op het werk ineens verdwijnen tijdens het hardlopen. Ik zie ineens oplossingen. Maar mijn probleem is dat ik dan zo snel mogelijk naar huis wil om wat met die gedachten te doen. En dan begin ik dus harder en harder te lopen.” Dolf: “Dus daarom won jij in Barcelona olympisch goud op de 800 meter!” Over vijf jaar wordt er bij de mannen in wedstrijdverband onder de twee uur gelopen op de marathon. Dolf, hoofdschuddend: “Dat kan ik me echt niet voorstellen.” Eliud: “Ik denk van wel. Wij lopen sinds de oprichting van het NN Running Team in 2017 allemaal veel harder. We motiveren en helpen elkaar. Ik ben echt van mening dat meerdere atleten uit ons team de komende vijf jaar een marathon onder de twee uur kunnen lopen. En iedereen heeft nu ook kunnen zien dat het niet langer onmogelijk is om een marathon onder de twee uur te volbrengen.” Eliud: 'Ik ben echt van mening dat meerdere atleten uit ons team de komende vijf jaar een marathon onder de twee uur kunnen lopen' Marlou: “Voorbeelden zijn zo belangrijk in de sport. Als je iemand iets ziet doen wat nog niet is gedaan, dan zorgt dat voor een intrinsieke motivatie. Je ziet dat iets mogelijk is en denkt: dat wil ik ook. En hoe mooi is het om de persoon te zijn die de nieuwe standaard neerzet?” Dolf: “Ik weet nog de eerste marathon die gelopen werd onder de 2 uur en 8 minuten. Daarna lukte dat meerdere atleten. Hetzelfde verhaal toen de barrière van 2 uur en 6 minuten gebroken werd. Is het vooral een mentaal iets?” Eliud: “Dat is het absoluut. Je ziet vaak in sport dat als iemand iets heeft gedaan dat lange tijd voor onmogelijk werd gehouden, in korte tijd meerdere mensen dat lukt. Omdat iedereen ineens weet dat het kan. De jongens die dagelijks met mij trainen, weten nu ook: ik kan hem volgen tijdens de training, we hebben hetzelfde trainingsprogramma, dus waarom zou ik dan niet zijn tijden kunnen lopen? Ze moeten nu denken: ik kan het ook. Dat ze niet in beperkingen moeten denken, leer ik de jonge jongens in het team ook.” Erben: “Maar je zorgt er met jouw aanwijzingen wel voor dat het voor jezelf steeds moeilijker wordt om te winnen.” Eliud: “Ik heb heel veel andere atleten de weg gewezen, vind ik mooi. En ik heb in Londen ook laten zien dat ik ook maar gewoon een mens ben, geen supermens.” Erben: “Jij vindt: records zijn er om gebroken te worden.” Eliud: “Ja, dat is voor mij de essentie van sport.” Erben: “In wedstrijden en trainingen zie ik altijd dat jij voorop loopt. De rest volgt jou. Voel jij veel druk dat iedereen altijd naar jou kijkt?” Eliud knikt: “De druk is hoog, maar ik ervaar dat altijd als positieve druk. Ik wil ook altijd vooroplopen. Om mezelf uit te dagen. Maar ik help daar het team ook beter mee dan wanneer ik me ga verstoppen in de groep.” Dolf: “Maar zoals Erben net zei, je kunt ook denken: ik moet mijn concurrenten niet te goed maken.” Eliud: “Weet je wat het met hardlopen is? Je kunt het niet alleen. Op het niveau waarop wij dat doen, is het heel lastig om in je eentje die snelheid te ontwikkelen tijdens de trainingen. Daar heb je echt elkaar voor nodig. Mentaal wordt het ook veel moeilijker als je alles alleen moet doen.” Ellen: “Je hebt inderdaad anderen nodig. Zo was het ook bij mij op de baan. Er waren altijd atleten die bepaalde specialiteiten hadden. Je moet van elkaar kunnen leren om beter te worden.” Erben: “Maar hoe slaag je erin om al zo lang de leider van de groep te zijn en bijna elke marathon waar je start te winnen?” Eliud: “Door positief te denken.” Erben: “Heb je nooit twijfels?” Dolf: “In Londen werd je achtste. Je had last van je oor, je lichaam deed niet helemaal wat je ervan had verwacht. Wat is het positieve wat je hebt overgehouden aan die marathon?” Eliud: “Een achtste plek is niet het einde van de wereld. De zon gaat vanzelf weer schijnen. En zo erg is het niet om af en toe eens het gevoel van een nederlaag te ervaren. Dat zorgt ervoor dat je weer vol motivatie aan het werk gaat. Dat is het positieve. Als topsporter moet je verlies kunnen accepteren.” Erben: “Ik heb als schaatser meer verloren dan gewonnen...” Eliud: “Ik ben ervan overtuigd dat je meer voldoening haalt uit een overwinning als je weet wat het is om te verliezen en hoe je daar mee om moet gaan. Dat leer ik de jonge jongens met wie ik train ook. Als je een nederlaag aangrijpt om weer keihard aan de slag te gaan, dan is de overwinning die volgt des te mooier. Op die manier kun je altijd iets positiefs uit een teleurstelling halen.” Er moet meer aandacht komen voor de prestaties van paralympische atleten op de marathon Marlou: “De marathon is met afstand de discipline in de atletiek waar paralympische sporters het meest zichtbaar zijn. Aan bijna alle World Marathon Majors doen paralympische atleten mee. Geweldig.” Eliud: “Ik vind het heel belangrijk dat mannen, vrouwen en paralympische sporters meedoen aan de marathon. Ik kijk altijd naar de paralympische sporters op de marathon, maak vaak een praatje met hen. Weet je wat ik mooi vind? Dat ze altijd blij zijn. Ik vind het terecht dat ze de aandacht krijgen, dat verdienen ze net zo goed als ik.” Marlou: “Kennen jullie trouwens het verhaal van Richard Whitehead? Hij mist beide onderbenen en heeft in 2013 op blades veertig marathons in veertig dagen gelopen.” Dolf: “Allemachtig!” Eliud: “Echt waar?” Marlou: “Dat het verhaal niet bij iedereen bekend is, geeft wel antwoord op de stelling. Er is dus nog niet genoeg aandacht voor paralympische sport in het algemeen. Maar van de marathonwereld kunnen veel andere sporten en evenementen nog veel leren als het gaat om de aandacht voor paralympische atleten. Op de sprint is het in elk geval minder goed georganiseerd voor ons paralympische atleten.” Erben: “Er moet meer aandacht gaan naar de paralympische sport. Het is zo inspirerend wat paralympische atleten doen.” Marlou: “Dat vind ik ook. Daarom ben ik ook mijn foundation begonnen. Voor gehandicapte kinderen moet er een gelijke behandeling komen en gelijke kansen zijn. Weg met het hokjesdenken. Sport moet voor elk kind net zo leuk en vanzelfsprekend zijn. Daar maken wij ons hard voor.” Dolf: “En dan kunnen kinderen met een handicap in Nederland nog opkijken tegen jou, Marlou. Die zien iemand die presteert op het hoogste niveau. In Afrikaanse landen zal het leven voor mensen en vooral kinderen met een handicap nog vele malen moeilijker zijn.” Marlou: “Daarom is het zo belangrijk dat het zichtbaar is. Omdat mensen geïnspireerd raken als ze iemand op blades of in een rolstoel een marathon zien volbrengen.” Ellen: “Op de baan is er ook aandacht voor paralympische atleten. In de Diamond League bijna niet, maar bij de atletiekevenementen die daar onder zitten wel veel meer.” Marlou: “Maar het mooie van de Diamond League is juist dat het wereldwijd wordt uitgezonden.” Ellen: “Belangrijk is ook dat er lokale paralympische sterren zijn voor organisatoren. ik snap ook dat je, als je zo denkt, in die vicieuze cirkel blijft.'' Erben: ''Eigenlijk zouden de Paralympische Spelen geïntegreerd moeten worden in de normale Olympische Spelen.'' Marlou: ''Dat is mijn droom.'' Dolf: ''Het wordt wel heel lastig om dat logistiek gezien voor elkaar te krijgen. Het programma zit natuurlijk al heel erg vol bij de Olympische Spelen. Maar ook daar moeten ze een oplossing voor kunnen vinden.'' Ellen: ''Zeker. Het is toch al de vraag hoe de toekomst van de Olympische Spelen eruit zal zien.'' Marlou: ''Toen ik begon met atletiek trainde ik lekker samen met mijn vrienden en vriendinnen. Er was geen onderscheid, iedereen was gelijk. Toen ik aan grotere wedstrijden mee mocht gaan doen, werd er wel ineens onderscheid gemaakt. Ik vond dat heel vreemd. Als we het over sport hebben, dan praten we vaak over gelijkheid, samen spelen en het opdoen van zelfvertrouwen. Dan is het moeilijk te rijmen dat tegelijkertijd mensen van elkaar worden gescheiden. Het is toch vreemd dat mijn vriendje met wie ik altijd heb getraind naar een ander toernooi ging dan ik?'' Dolf: ''Dat is inderdaad vreemd. Er zou geen onderscheid gemaakt moeten worden tussen jouw blades of mijn dunnen beentjes.'' Marlou: ''Bij het EK in Amsterdam, in 2016, was de paralympische sport onderdeel van het programma. Geweldig. Churandy Martina liep de 200 meter, Dafne Schippers liep de 200 meter, een Wheeler deed de 200 meter en ik liep de 200 meter. Zo hoort het. Maar zoals Ellen net aangaf, dat kwam natuurlijk ook doordat we in Nederland een paar bekende en heel goede paralympische atleten hebben. Er waren vier of vijf onderdelen waaraan ook de lokale paralympische helden meededen. Er was een medaille-uitreiking en iedereen werd gelijk behandeld. Ik hoop dat op een dag dit als vanzelfsprekend gezien zal worden. Ik ben wel van mening dat wij als paralympische sporters steeds meer zichtbaar worden, het gaat dus de goede kant op.” Een blanke West-Europeaan zou ook een wereldrecord moeten kunnen lopen op de marathon. Eliud: “Waarom niet? Als je denkt: ik ben wit, dus ik kan een marathon niet onder de twee uur lopen, dan lukt het je ook niet. Mensen denken vaak dat alleen Afrikanen toptijden kunnen lopen op de marathon. Dat is niet waar. Waarom atleten uit Afrika het zo goed doen op de marathon is omdat we de goede faciliteiten en omstandigheden hebben om hard te trainen. Daar gaat het om. Maar als een witte atleet gaat trainen onder gelijke omstandigheden, waarom zou hij dan niet tot hetzelfde in staat zijn?” Marlou: “In de paralympische sport is dat ook het geval. Daar gaat het om de blades en om de verschillende categorieën. Ik zeg ook altijd: begin eerst eens met keihard te trainen.” Ellen: “Het gaat om toewijding. De sporters die bereid zijn harder te trainen en meer te leven voor hun sport zullen het verst komen. Je moet je ogen kunnen sluiten voor alle afleidingen die er zeker vandaag de dag buiten de sport liggen.” Dolf: “Zoals ik in m’n gedicht over Eliud al stelde: er zijn zoveel dingen waarvan we dachten dat het niet mogelijk was. We hadden met Barack Obama ook een zwarte Amerikaanse president. Dat hielden we pakweg twintig jaar terug ook voor onmogelijk. En nu heeft Eliud dus een marathon onder de twee uur gelopen. Voor mensen geldt: als we geloven dat we het kunnen, dan zijn we tot heel veel in staat. Alles is mogelijk en geen mens is gelimiteerd. Het is dus mogelijk, maar ik zou zo snel even niet weten welke witte atleet met Eliud onder de twee uur kan duiken op de marathon.” Ellen: “Met topsport gaat het er ook om: hoe erg ben jij bereid om de pijn toe te laten? In hoeverre kun je die uitschakelen? Dat is een mentaal ding.” Eliud: “Op de baan zie je Europeanen nu heel hard lopen. Op de langere afstanden zie je hen de tijden verbeteren die ik vroeger op de baan liep. Nou, dan kun je het op den duur ook op de marathon. Het is dus mogelijk. If you are ready to go for it.” Goede hardlopers zijn als goede wijn: hoe rijper, hoe beter. Dolf, lachend: “Yes! Ik ben 57.” Eliud: “Het kost heel veel trainingsuren voordat je een goede marathonloper bent. Het gaat letterlijk en figuurlijk stapje voor stapje.” Dolf: “Ik trainde vorig jaar voor de marathon van Berlijn en merkte dat ik na 41 jaar hardlopen nog steeds dingen leer over hardlopen en mijn lichaam. Ik word niet meer sneller, maar ik loop wel beter dan een paar jaar geleden. Mentaal ben ik sterker en ik loop ook lekkerder.” Marlou: “Bij mij als sprintster is het heel dubbel. De ene keer kan ik tevreden zijn met een wedstrijd waarin ik niet mijn snelste tijd, maar wel lekker heb gelopen. Als atleet voel ik me meer volwassen, ik kan ook goed het doel in ogenschouw hebben. Als jongere atleet was ik tegelijkertijd ook heel strikt, maar deed ik dingen wat vaker op gevoel. Nu is het allemaal verstandiger, ben ik meer gefocust en heb ik het grote doel in m’n hoofd. Die jeugdigheid en niet over dingen nadenken, was ook fijn.” Ellen: “Ervaring en een bepaalde rust zorgen ervoor dat je als atleet goed kunt presteren. Toen ik jong was en ik voelde iets waardoor ik een training over moest slaan, dan dacht ik meteen: dit is het einde van de wereld. Als ik een paar dagen niet kon trainen, dan was ik totaal in paniek. Later leerde ik dat het soms juist goed was om een paar dagen rust te nemen en op die dagen een alternatieve training te doen. Als je ouder bent, weet je ook beter hoe je lichaam werkt. Je leert de juiste beslissingen te nemen. Maar voor langere afstanden zijn de ervaring en rust die met de jaren komen belangrijker dan voor de explosieve nummers op de baan. Dan verlies je met de jaren juist iets van je snelheid en explosiviteit. Bij de langere afstanden kun je daardoor langer mee op hoog niveau.” Erben: “Hoe ouder je wordt als topsporter, des te meer je mentaal in balans bent. Dat is in mijn ogen de sleutel. Toen ik jong was, trainde ik zo hard als ik kon. Ik deed de dingen die me werden opgedragen. Met de jaren kreeg ik meer gevoel voor sport. Ik leerde te voelen of de trainingen bij me pasten, maar ik vond ook een balans tussen sport en mijn gezinsleven. Mijn aanpak paste met de jaren ook steeds beter bij de manier waarop ik tegen het leven aankeek. Het lopen van marathons is voor mij ook een zoektocht. Als ik het over mezelf heb: het is voor mij echt zoeken naar het juiste ritme. Ik kan ook echt emotioneel worden als ik een wedstrijd uit heb gelopen op de juiste manier, in het ritme waar ik me goed bij voel. Zoals ik dat vorig jaar in Berlijn voelde. Twintig jaar geleden had ik geen marathon kunnen lopen. Toen stond ik heel anders in het leven. Ik wilde recht op mijn doel af gaan en iedereen moest maar aan de kant.” Eliud: “Je bent als mens nu aan het landen.” Erben: “Klopt. Het was de bedoeling om dit jaar de NN marathon Rotterdam te lopen samen met Arjen Robben. We trainden samen. Helaas ging de marathon niet door. Ons doel was om de marathon te lopen in een tijd van rond de drie uur. Ik zei tegen Arjen: je zult zien dat het volbrengen van een marathon je hetzelfde gelukzalige gevoel zal geven als het scoren van een belangrijke goal in een vol stadion. Het gaat alleen niet om het resultaat dat voor het geluk zorgt, maar de bekroning van een lange voorbereiding en aanpak. Het mooie van marathonlopen is: ik kan anoniem als driehonderdste finishen, maar ik voel hetzelfde gelukzalige gevoel als toen ik als schaatser een internationale wedstrijd won in een vol stadion. Als ik eerder zo in het leven had gestaan, dan had ik in mijn ogen ook een hoger niveau kunnen halen als schaatser.” Helden Magazine 54 Het verhaal van Eliud Kipchoge komt voort uit Helden Magazine nummer 54.  In de 54ste editie van Helden sieren Ronald en Bartina Koeman de cover van het eindejaarsnummer. Ze vertellen uitgebreid over de roerige periode die ze achter de rug hebben. Ronald verruilde het Nederlands elftal voor FC Barcelona, ze werden voor het eerst opa en oma, maar kampten ook allebei met ernstige gezondheidsproblemen. Naast het verhaal van Ronald en Bartina Koeman lees je veel meer interviews en reportages met én over jouw favoriete Nederlandse topsporters. Zo eren ploeggenoten Suzanne Schulting, Yara van Kerkhof en Rianne de Vries hun vriendin, in de Ode aan Lara. Daarnaast spraken we Patrick Lefevere over de afschuwelijke crash van zijn topsprinter Fabio Jakobsen, is Sven Kramer begonnen aan zijn ‘last dance’, vertelt Stefan de Vrij over het geheim achter zijn succes én lees je een dubbelinterview met de blikvangers van het Nederlandse hockey: Jorrit Croon en Maria Verschoor. Ook in de 54ste editie van Helden spraken we onze Held van het Jaar, Harrie Lavreysen over dikke benen en slapen in een dwangbuis én verteld Esther Vergeer over hoe haar lang gekoesterde kinderwens uitkwam en ze dit jaar werd geconfronteerd met borstkanker. Verder legt onze Heldin van het Jaar: Anna van der Breggen uit waarom ze volgend jaar heeft besloten te stoppen en spraken we wereldkampioene Ceylin del Carmen Alvarado over de liefde, het geloof, looks en racisme. Daarnaast bracht Helden een eerbetoon uit aan een van de beste NBA-basketballers ooit: Kobe Bryant, lees je een reconstructie over de turnvendetta, behaalde Henk Gemser vele successen als schaatscoach, behoort Kimberly Alkemade tot de snelste paralympische sprinters van Nederland en autocoureur Alessandro Zanardi verteld over zijn pech als mens. Victoria Koblenko ging langs bij hockeyinternationaal Terrance Pieters en staan we stil met Sari van Veendendaal in de ‘Leeuwinnen in het Rijks’. Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.