Word abonnee

Overig

Next level

Marcel Krijger

Overig

Next level

door: Victoria Koblenko
3 augustus 2021
10 tot 15 minuten lezen

Jetze Plat (30) is een van de boegbeelden van de Nederlandse paralympische ploeg. In Tokio gaat hij voor goud bij het handbiken én de triatlon. Victoria Koblenko ging bij de man met het indrukwekkende lichaam langs die de afgelopen jaren alles won wat er te winnen viel.

Vier jaar geleden was er geen houden aan. Alles wat je aanraakte, veranderde in goud. Hoe sta je ervoor in dit, als gevolg van corona, merkwaardige sportjaar?
“Er waren amper wedstrijden, maar de negen internationale wedstrijden waaraan ik heb meegedaan, heb ik allemaal gewonnen.”

Zie je op tegen lege tribunes in Tokio?
“Het mooie van wedstrijden winnen – en soms ook verliezen – is het kunnen delen met mensen die je het hele jaar zien en volgen. Hen ga ik dit jaar wel missen. Natuurlijk kun je zo’n moment creëren bij thuiskomst, maar het is toch anders. Maar ik ga niet klagen. Ik ben allang blij dat de Paralympics door lijken te gaan. Daar heb ik afgelopen jaren alles in geïnvesteerd.”

Hoe gooit corona jouw laatste voorbereiding op de Para­lympische Spelen in de war?
“Ik was van plan om al vroeg af te reizen naar Tokio om te kunnen acclimatiseren, maar dat mag nu niet. Ik vlieg pas zeven dagen van tevoren naar Japan. Ik doe nu veel trainingen in een klimaatkamer in Limburg om m’n lichaam alvast te laten wennen aan de hoge luchtvochtigheid en temperatuur in Tokio.”

ALLERGISCH
Dit zijn door de omstandigheden heel andere Paralympische Spelen dan die in 2012 en 2016. Hoe helpt de ervaring van eerdere edities jou nu?
“Voorheen tekende ik alles uit en wilde ik alles onder controle houden. Bij mijn eerste deelname, in 2012, staarde ik me blind op het resultaat. Mede daardoor werd het niet helemaal wat ik had verwacht. Ik werd vierde. Maar tegelijkertijd zorgde de ervaring van Londen ervoor dat ik professioneler werd. Ik ging specifieker trainen, ging aan de slag met mentale training.”

Hoe bouw je mentale weerbaarheid op?
“Door een heel intensief traject te volgen, zoals ik heb gedaan in aanloop naar Rio. Ik heb daar zoveel aan te danken. Mijn moeder werd in die periode ernstig ziek. We hebben voor de Paralympische Spelen alle mogelijke scenario’s besproken. Stel dat m’n moeder de dag voor mijn wedstrijd zou overlijden. Wat dan? Mijn moeder vond het, ondanks haar zware toestand, belangrijk dat ik goed zou presteren. Zelfs in die context kun je stabiliteit creëren. Dat heb ik allemaal geleerd. In Rio won ik mede daardoor goud op de triatlon en brons met het handbiken. Inmiddels weet ik heel goed hoe ik rustig moet blijven en kan anticiperen op omstandigheden, ik heb geleerd in het moment te schakelen.”

Wanneer kwam het besef dat je talent had?
“Dankzij een revalidatiecentrum in Utrecht mocht ik in 2008 een bezoekje brengen aan de Spelen in Peking. Daar mocht ik als jong talent naar de grote atleten kijken. Toen besloot ik: dit is wat ik wil. In 2011 won ik mijn eerste wereldbeker en kwam het besef dat ik er talent voor zou kunnen hebben.”

Wat zijn de hoofdingrediënten van jouw succes?
“Mijn passie. Ik houd van het handbiken en de triatlon, daar heb ik niet per se de wedstrijden voor nodig. Ik vind het mooi om elke dag te trainen. En ik zoek nooit excuses, daar ben ik vrij allergisch voor. Ik kan het verprutsen en dat ligt niet aan een concurrent die dingen doet die ik niet verwacht. Ik ben de eindverantwoordelijke.”

In je vorige interview met Helden sprak je dankbaarheid uit naar je ouders die je nooit met een taxibusje naar school hebben laten gaan en je gelijk hebben behandeld in een gezin met drie andere kinderen, ondanks je fysieke bijzonderheid.
“Klopt. Dat mijn ouders me altijd zo hebben behandeld, heeft me enorm gevormd en geholpen.”

Gelukkig was je moeder nog getuige van het goud en brons in Rio. Eind 2017 is ze overleden. Ik was diep ontroerd om te lezen dat je haar als eerste belde na elke finish. Wie bel je nu na een wedstrijd?
“Op het laatst kon ik mijn moeder gelukkig nog foto’s van trainingskampen sturen. Mijn vader is niet zo handig met een smartphone, kan er zo ongeveer alleen mee bellen. Tegenwoordig bel ik altijd als eerste mijn vriendin na een wedstrijd.”

NEKWERVEL
Je stond onlangs op de cover van tijdschrift Men’s Health. Iedereen kon zien dat je fysiek prima in vorm bent. Hoe onderhoud jij je lichaam?
“De basis is het belangrijkst. Dat is deels al spelenderwijs vanaf heel jonge leeftijd gebeurt. Door veel te sporten heb ik mijn bovenlichaam sterker gemaakt. Dat deed ik ook mede om wat ik niet kon met mijn benen op te kunnen vangen. Toen ik topsporter werd, werd voeding natuurlijk ook steeds belangrijker. Ik moet voldoende energie hebben om de trainingen af te kunnen werken en daarna moet ik ook de voedingsstoffen ook weer zo goed mogelijk aanvullen voor het herstel. Ik ben blij met Campina als sponsor, de kwark met muesli is echt een belangrijke factor om voldoende energie te hebben voor een training en voor mijn herstel. Campina, die ook de hele paralympische ploeg steunt, focust zich op fysieke en mentale fitheid, dat is in deze tijd belangrijker dan ooit.”

Toen je twee jaar geleden voor de tweede keer paralympisch sporter van het jaar werd, luidde het juryrapport: ‘Een sporter die z’n grenzen voortdurend opzoekt.’ Dat is wel gebleken. Motorcrossen gooide nog bijna roet in het eten…
“Ik brak mijn nekwervel op mijn 29ste verjaardag, maar gelukkig hadden mijn nekspieren de klap opgevangen waardoor de schade beperkt bleef.”

In 2017 legde je de beroemde Ironman op Hawaï als snelste af van alle paralympische atleten. Sterker, je kwam van alle 2200 deelnemers als 26ste over de finish. Wat staat er eigenlijk allemaal nog op jouw bucketlist?
“Op korte termijn drie medailles winnen in vier dagen tijd in Tokio. Op lange termijn een eigen huis bouwen. Met Berit een eigen plek vanaf nul opbouwen lijkt me geweldig.”

Berit Gunderson is de liefde van je leven?
“Absoluut. Waar ik vroeger graag acht weken op trainingskamp ging, heb ik tegenwoordig na vier weken zin om naar huis te gaan en haar weer te zien.”

Jullie hebben een break gehad. Ik kan erover meepraten hoe lastig het kan zijn om nieuwe spelregels te formuleren voor een doorstart van je relatie. Hoe is het jullie gelukt?
“Als je uit elkaar gaat, ga je al snel dingen missen die ertoe doen. Als je dat voelt, is er ruimte om te werken aan dingen die misgingen. Berit was zoekende en ik was übergefocust op de sport. We wisten allebei dat er echt wat moest veranderen. Maar de echte uitdaging zat ’m voor mij in het naar mijn omgeving communiceren dat we weer een committent met elkaar waren aangegaan.”

PUZZELSTUK
Wat zijn, naast een mooi huis bouwen met Berit, de sportieve ambities nog?
“Sowieso de Paralympische Spelen in Parijs over drie jaar. Ik weet voor 99 procent zeker dat ik daarna stop. Verder zit de Ironman op Hawaï toch ook nog in mijn hoofd. Ik zie het als een uitdaging om me daarin te meten met valide topatleten. De Ironman is niet te combineren met de afstanden bij het handbiken en op de triatlon in Tokio.”

Wie zijn ‘wij’?
“Mijn begeleidende team en ik. En dan vooral mijn hoofdtrainer Guido Vroemen die mijn trainingsschema’s maakt, mijn voeding in de gaten houdt en weet hoe ik belast kan worden. Op Guido vertrouw ik blind. Hij zou ook meegaan naar Tokio, maar door alle extra regels mag hij niet in het olympische dorp komen omdat hij geen officieel staflid is van NOC*NSF. Om telkens te organiseren hoe we elkaar buiten het olympisch dorp konden treffen, zou ons alleen maar hoofdpijn opleveren.”

Wanneer kwam het besef dat je een team nodig hebt?
“Toen ik vijftien of zestien was, begon het begrip in te dalen dat ik dit niet alleen kon doen. Ik wilde naar dat next level. Ik kon wel individueel trainen, maar als ik naar next level wilde, moest er ook begeleiding van next level bijkomen. Guido en ik gingen in 2014 samenwerken, maar dat verliep niet meteen soepel. Vooral de communicatie liep te wensen over. We trainden op afstand. In mijn handbike zit een vermogensmeter ingebouwd, maar het gevoel hoe ik herstelde van een training konden we daar niet aan aflezen. Ik vond het in het begin moeilijk eerlijk te zijn over hoe snel ik hersteld was.”

Je wilde meer en harder trainen?
“Klopt. Maar als ik meer deed, presteerde ik minder. Guido had alle kennis en ik had het talent, maar we moesten echt op elkaars golflengte komen. Ik vond het moeilijk om te zeggen dat ik moe was en nog niet hersteld was. Dat voelde voor mij als falen. De grote les was dat gas terugnemen niet hoefde te betekenen dat mijn prestatie achteruitging. Dat inzicht was een belangrijk puzzelstuk om naar dat next level te kunnen.”

Wie hielp je met dit inzicht?
“Ik heb op een dag met zwemtrainer Marcel Wouda gesproken. Hij keek met een neutrale blik naar mij en onze aanpak. Marcel stelde me een aantal vragen en toen bleek dat ik bij het aantal trainingsuren per week standaard twee uur extra deed. Marcel deed me inzien dat dat niet goed was, dat trainingsprogramma’s er niet voor niets zijn. Nu zie ik in dat als ik aan het einde van de week ook kwaliteit wil leveren in de trainingen, het niet in die paar extra uren training zit.”

Je vertelde net dat je na de Paralympische Spelen in Parijs zo goed als zeker stopt. Waar verlang je naar als je sportcarrière erop zit?
“Een wijdere blik. Ik wil de wereld ontdekken. Ik ben tegen die tijd 33. O, en lekker eten, daar verheug ik me ook op. Het is niet eens dat patatje of die zak chips die ik mis. Maar het kan fijn zijn om zonder weegschaal te genieten.”

DEEPHOUSE
Terug naar het nu, naar de Paralympische Spelen in Tokio. Hoe ziet de laatste voorbereiding er bij jou uit, dus vlak voor de start van een wedstrijd?
“Ik zoek altijd de stilte in mezelf op. Als ik in een busje naar de wedstrijd zit, luister ik rustige muziek. Daarna gebruik ik een andere playlist als warming-up. Deephouse pept me op.”

Hoe verloopt de dialoog met jezelf in de laatste minuten voor de wedstrijd?
“Ik zeg tegen mezelf dat mijn concurrentie tien procent sterker is geworden sinds de vorige wedstrijd. Zo zet ik mezelf op scherp. Bewustwording van: dit is alles wat ik heb, hier moet ik het mee doen. Ik zeg tegen mezelf: dit is het moment.”

Waarmee ga je jezelf belonen als je straks de medailles binnen hebt?
Lachend: “Een ritje op de crossmotor!”

Helden Magazine

Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.

Delen: