Word abonnee

Voetbal

Ode aan Johan Cruijff: Wim Jonk

ANP

Voetbal

Ode aan Johan Cruijff: Wim Jonk

door: Barbara Barend, Frits Barend & Jasper Boks
22 juni 2017
17 tot 22 minuten lezen

Johan Cruijff zou op 25 april zeventig jaar zijn geworden. John Rep, Ronald Koeman en Wim Jonk staan stil bij de beste voetballer uit de Nederlandse geschiedenis, die op 24 maart vorig jaar overleed.

Mijn mooiste herinneringen aan Johan zijn de geweldige gesprekken die we voerden over voetbal. Een middag was zo voorbij. Hij was zo inspirerend. Als Johan belde, zonderde ik me altijd even af, want ik moest altijd goed naar Johan kunnen luisteren.

Vlak voor z’n dood begon hij ineens allemaal dingen over vroeger te vertellen. Na het gesprek had ik het er met m’n vrouw Gina over en zij zei: ‘Hij is dingen aan jou aan het doorgeven, Johan wil nog dat jij specifieke dingen van hem weet.’ Dat raakte me, het voelde alsof hij al afscheid aan het nemen was. Johan zag in mij een goede trainer, hij wilde dat ik uiteindelijk Ajax 1 zou gaan trainen. Johan gaf me een aantal dingen mee waar ik als hoofdtrainer op zou moeten letten. Los van de speelwijze. Hij gaf aan dat het belangrijk is op tijd te zien wat voor dingen er spelen in een spelersgroep. Hij kwam met voorbeelden van wat hij bij Barcelona had gedaan. Op tijd verversen, hoewel het nog heel goed ging. Ja, wat ik het meeste mis nu Johan er niet meer is, zijn die schitterende gesprekken die we voerden. Na zo’n gesprek dacht ik vaak: wat is voetbal toch mooi. De eerste keer dat ik Johan sprak was in 1987. Bobby Haarms zei: ‘Johan gaat je morgen bellen om één uur.’ Bobby was m’n oude trainer bij Volendam en was net teruggehaald door Cruijff. De volgende dag zat ik te wachten op het telefoontje. Ik was acht tijdens het WK van 1974, zat gebiologeerd voor de tv naar de wedstrijden te kijken en raakte geïnspireerd door Cruijff en ineens zou mijn voorbeeld me bellen, dat was wat. Johan belde en zei: ‘Ik heb je een paar keer zien spelen. Het is natuurlijk logisch dat je volgend jaar gewoon bij Ajax speelt.’ Nergens tekenen, dat was kort door de bocht z’n boodschap. Over geld werd niet gesproken. Ik was op dat moment speler van Volendam, was parttime voetballer. Ik had een karig loon als voetballer en was daarnaast schilder. Op dat moment had ik een moeilijke periode bij Volendam, de ploeg ging anders spelen onder Jan Brouwer en daardoor kwam ik op de bank terecht, terwijl ik een jaar eerder als aanvallende middenvelder nog topscorer was met 23 goals en een belangrijk aandeel had gehad in de promotie naar de eredivisie. Toch belde Johan.

Begin 1988 vertrok Johan bij Ajax. Ik dacht: mijn overgang naar Ajax zal wel niet doorgaan. Op een gegeven moment belde Ajax weer. Ze hadden me zien spelen bij het befaamde jeugdtoernooi van Blauw-Wit. Ging ik in 1988 op m’n 21ste toch nog naar Ajax. Maar ja, Johan was weg.
Kurt Linder werd mijn trainer. Ik begon goed, kwam snel in de basis en kwam achter de spits te spelen. Maar op de ‘10’ kreeg ik al snel heel veel concurrentie van Dennis Bergkamp, Ronald de Boer en Ron Willems. Later ben ik een positie naar achteren gegaan. Dat was onder Leo Beenhakker en daarna Louis van Gaal. Op de posities ‘4’ en ‘6’ kwam ik uiteindelijk nog beter tot m’n recht met mijn passing. En door mijn tijd op ‘10’ had ik ook nog eens het gevoel om voor de goal te komen. Ik was wel een type voetballer waar Johan van hield. Johan wilde graag een technische speler op ‘4’ of ‘6’, terwijl andere trainers op die plekken juist fysiek sterke spelers neerzetten. Johan wilde op die posities spelers hebben met een goed inzicht, die het spel snel konden verdelen, versnellen, de ruimtes goed benutten en de afstanden tussen de linies goed hielden. Bij Barcelona had hij Pep Guardiola voor die positie, wij waren redelijk vergelijkbare type voetballers.

‘Johan kon zich enorm opwinden tijdens een wedstrijd, dan belde hij me’

Ik heb nooit met en nooit onder Johan mogen voetballen. Enorm jammer. Met Michels, Beenhakker, Van Gaal, Dick Advocaat en Guus Hiddink heb ik heel goeie coaches gehad, maar ik denk soms nog steeds: stel dat ik een tijdje onder Johan had mogen spelen. Want zoals ik Johan de laatste tien jaar heb meegemaakt, merkte ik dat het heel erg klikte tussen ons. De liefde voor het spel deelden we, over veel zaken dachten we precies hetzelfde. Het tweede contact met Johan, na dat telefoontje in 1987, was pas na m’n carrière. Ik raakte als ambassadeur betrokken bij de Cruy Foundation. Bij het afscheid van Aron Winter in het Concertgebouw, in juni 2003, heb ik voor het eerst heel lang met Johan gesproken. Aron, Johan en ik hadden voor een tv-programma een potje gevoetbald tegen Viggo Waas, Raoul Heertje en Peter Heerschop. Johan was destijds 56, maar zag nog altijd dingen veel eerder dan een ander, een prachtige gave. We raakten daarna in gesprek over individuele ontwikkeling van spelers, ik was net bij Volendam aan de slag gegaan als bestuurslid technische zaken, maar stond ook op het veld als assistent van het eerste en Jong Volendam en was individueel trainer van jeugd en spelers van het eerste. Ik ben daar die dag met Johan over begonnen. Hij zei meteen: ‘Dat moet je ook bij Ajax gaan doen.’ We hebben daar drie uur lang samen in een kleedkamer gezeten om over voetbal te praten.

Het was het eerste van talloze gesprekken die we hebben gevoerd. In 2007 ging ik op aanbeveling van Johan en Piet Keizer en met steun van Jan Olde Riekerink bij Ajax aan de slag als individueel trainer, dat was iets nieuws bij de club. Eind 2010 belde Johan, nadat hij in Amsterdam met een hele groep oud-Ajacieden, onder wie Rijkaard, Van Basten, Roy, Winter, Bergkamp, Van ’t Schip en Bruins Slot, had gesproken over de zorgelijke situatie bij Ajax. Ze hadden gebrainstormd. Johan zei: ‘Kom eens bij een volgend gesprek, want jij zit in de opleiding.’ Ik had op dat moment al het een en ander op papier gezet met Ruben Jongkind over talentontwikkeling, we waren allebei al twee jaar samen bezig als individuele trainers op De Toekomst. We dachten samen na hoe we talenten nog beter konden helpen en voor iedereen een aanpak op maat konden creëren. Talent is in de eerste plaats aangeboren. Maar talent kan natuurlijk wel enorm worden aangescherpt, door op verschillende onderdelen trainingen aan te bieden. Sommige spelers moeten oog krijgen voor ruimtes, tijd en afstanden in het veld. Andere spelers moeten leren afwerken en weer anderen moeten juist fysiek aan de slag. Dat zijn zaken waar talenten bij geholpen kunnen worden.
Bij Ajax bekeek ik op welk gebied ik een jeugdspeler kon helpen. Ik liet hen zaken zien, reikte trainingsmethodes aan waardoor ze zich konden ontwikkelen.

Toen ik speler was, was ik wat individuele begeleiding betreft volledig op mezelf aangewezen. Dus ging ik kijken naar spelers die op mijn positie speelden, mannen als Glenn Hoddle en Michel Platini. Zij creëerden net als Johan ook altijd tijd voor zichzelf. Hoe kregen ze dat toch voor elkaar? Ik was heel leergierig, sprak geregeld met Gerrie Mühren toen ik jong was, een uitstekende voetballer en bovenal een geweldig mens. Ik kwam vaak bij hem thuis, ook tijdens m’n carrière om over voetbal te praten. Van die gesprekken heb ik veel opgestoken. Gerrie was eigenlijk mijn mentor. En na mijn carrière wilde ik dus mijn kennis graag delen. Het plan dat Ruben en ik hadden gemaakt, hebben we laten zien aan Johan. Hij vond het geweldig. Johan was zelf niet van het opschrijven, reageerde vaak op wat hij zag. Toen ik een keer naar zijn oefenstof vroeg, zei Johan: ‘Dat heeft Tonny Bruins Slot wel ergens in een laatje liggen.’ Nou, Tonny had enorm veel kennis, maar veel zat in zijn hoofd. Johan trainde heel intuïtief. Op een cursus leer je dat je een bepaalde trainingsvorm zes keer vier minuten doet, Johan redeneerde: als ik zie dat ze het echt niet kunnen, ga ik toch niet eindeloos door? Dan zorgde hij ervoor dat door een aanpassing de vorm werd uitgevoerd. Ze moesten de juiste dingen doen en daar had hij zijn eigen, zo simpel mogelijke methodes voor.

Dit soort voetbalprincipes ben ik samen met Johan in 2010 ook op gaan schrijven. We spraken af in Amsterdam of in Barcelona. Nam ik m’n laptop mee, want van computers had Johan geen verstand. Johan was gek van eten, dus als we bij hem thuis waren of in de tuin zaten, aten we drie keer tussendoor. En Danny zat op de achtergrond. Van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat spraken we over voetbal. Over individuele opleiding en de speelwijze. Wij maakten een plan hoe jongetjes van zeven tot negentien het best getraind konden worden. Johan had op zo’n manier met groot succes ook de jeugdopleiding van Barcelona opgezet en dat hadden we ook voor ogen bij Ajax. We spraken met de technische leiding en jeugdtrainer bij Barcelona en met Frank Rijkaard. Later ging ik ook langs bij Guardiola in München. Allemaal mensen die heel dicht bij Johan stonden. Toen ik Guardiola sprak, leek het net alsof ik met Johan praatte. Hij heeft alleen de zienswijze van Johan wat meer naar het nu getrokken. Johan, Ruben en ik kwamen uiteindelijk tot het zogenaamde Plan Cruijff. Daaruit vloeide in 2010 de zogenaamde Fluwelen Revolutie voort. In die periode, en ook nadat ik in 2011 hoofd jeugdopleiding was geworden, hadden Johan en ik minimaal twee keer per week contact. Johan was minstens één keer per maand op De Toekomst. Vooraf belde hij me altijd, vroeg hij: ‘Heb je me nodig?’ Dan gaf ik bijvoorbeeld aan dat het goed was om even met de jeugdtrainers te zitten, dan regelde ik een sessie. Het was zo inspirerend voor iedereen om met Johan over voetbal te praten, hij gaf prikkels en daagde je uit. Johan zag snel genoeg of je er iets goeds mee deed of niet.

‘Er is heel kostbare tijd verloren gegaan, want de rest van de voetbalwereld staat niet stil en maakt flinke stappen’

Er ontstond helaas een verschil van inzicht bij Ajax, er werd afgestapt van Plan Cruijff. Ik wees Johan er na een jaar al op dat de dingen die we in 2010 af hadden gesproken, de pijlers, niet werden nagevolgd. Vond ik erg teleurstellend. Er ontstond daardoor een heel vervelend politiek spel en dat heeft lang geduurd. De spanningen waren niet een kwestie van de laatste maanden. Er zijn mensen die dat zijn gaan geloven, alsof het probleem was dat ik ineens niet meer wilde aanschuiven bij het technisch hart. Dat ik te eigenwijs zou zijn en ineens niet meer wilde communiceren en samenwerken. Dat soort simpele beeldvorming. Maar dat klopte dus niet. Johan en ik hebben op een gegeven moment tegen de Raad van Commissarissen en Bestuursraad gezegd: er moet duidelijkheid komen of we het Plan Cruijff volgen of niet. Vergaderen zonder helder beleid en zonder duidelijkheid wie waar over gaat, heeft natuurlijk geen enkele zin. Ik vond het jammer dat we onze plannen om heel veel goede spelers in de jeugd klaar te stomen voor het eerste niet volledig ten uitvoer hebben kunnen brengen. Ik heb wel vaker gezegd: we waren op de goede weg, maar zaten misschien pas op vijftig procent. Als je daarbij ook nog de speelwijze zou hanteren zoals wij die met z’n allen voor ogen hadden in 2010, dan had je in mijn ogen kans gehad om nu volop mee te doen op het hoogste niveau in Europa en had je ook nog kunnen verrassen. Dat was allemaal niet binnen twee jaar te realiseren, je hebt een goed transferbeleid, goede jeugdopleiding en internationale samenwerking nodig. Helaas is het misgegaan. Er is heel kostbare tijd verloren gegaan, want de rest van de voetbalwereld staat niet stil en maakt flinke stappen.

Guardiola zei toen ik twee jaar geleden hem weer bezocht bij Bayern München: ‘Wat is er met het Nederlands voetbal gebeurd?’ Hij kon het niet bevatten dat er niets mee werd gedaan toen iemand als Cruijff z’n hulp aanbood. ‘Bel hem op en Johan geeft antwoord,’ zei Guardiola, ‘ik belde hem als ik ergens mee zat, gewoon om zijn kijk op dingen te vragen.’ Johan belde mij ook vaak. Zeker toen dat hele circus speelde, kreeg hij zoveel informatie van allerlei verschillende kanten. Er waren en zijn zoveel stromingen binnen Ajax. Voor Johan was het moeilijk te beoordelen wat er waar was en wat niet, hadden we best vaak discussies over als mensen hem weer hadden proberen te bewerken. Ik zei tegen hem: Johan, als ik zeg dat het zo is, dan moet je mij daarin vertrouwen. Ik maakte lange dagen op De Toekomst, ik had dus het overzicht. Ik legde dan steeds de wat, waarom en hoe uit en dan was het weer duidelijk. Voor Johan was het ook niet makkelijk, hij wist gewoon niet altijd wat er speelde. Maar uiteindelijk werd alles helder, zeker na het rapport Ling. Ook hoe mensen posities innamen toen het spannend werd, toen het ging om de vraag: gaan we nu wel of niet door met Plan Cruijff en hoe leggen we dingen vast. Toen is de inhoud gesneuveld, onder druk van de ego’s en allerlei kleinere belangen. Helaas is dat niet voor het eerst bij Ajax.

Het kwam uiteindelijk tot een vertrouwensbreuk en eind 2015 stopte ik bij Ajax. Ook Johan besloot zich niet langer in te zetten voor de club. Sinds mijn vertrek word ik nog geregeld door jongens uit de opleiding gebeld om over voetbal te praten, zoals ik met Johan over voetbal sprak. Die vragen om raad. Zo van: ‘Heeft u me zien spelen? Wat vond u ervan?’ Spelers hebben het keihard nodig om te kunnen sparren, om een klankbord te hebben. Ik ben sinds mijn vertrek niet meer bij Ajax geweest. Ik ben alleen nog in de Arena wezen kijken bij een interland en was bij de wedstrijd op 3 april vorig jaar tegen PEC Zwolle waarbij Johan werd herdacht, dat was op uitnodiging van de familie Cruijff. Toen duidelijk werd dat Johan ziek was, vertelde hij me dat al snel. Hij was natuurlijk flink geschrokken, maar dacht zoals altijd meteen in oplossingen. Hij deed er luchtig over en bleef erg positief. In december 2015 was ik bij hem. Toen was er voor het eerst echt het besef dat zijn kansen niet groot waren. Ik weet nog goed waar ik was toen ik hoorde dat Johan was overleden. Ik had een afspraak met Carole Thate. We waren dan wel weg bij Ajax, maar Johan, Ruben en ik wilden niet dat alles voor niets was geweest. Want niet alleen wij zijn vertrokken, maar nog iets van achttien mensen die bij de jeugdopleiding betrokken waren. Johan zei in 2010 al: ‘We gaan het bij Ajax doen en als dat niets wordt, dan gaan we het zelf doen.’

Johan wilde graag zijn legacy doorgeven, hij maakte zich zorgen over de schoonheid van het voetbal. Het raakte hem dat die werd bedreigd. Op een gegeven moment zag je alleen maar terugspeelballen en tikkies breed, daar kon Johan helemaal niet tegen, die wilde altijd de intentie zien om vooruit te spelen, dat er een derde man werd ingeschakeld en met hoog tempo een overtalsituatie gecreëerd. Johan kon zich vreselijk opwinden tijdens een wedstrijd, dan belde hij me en zei: ‘Onbegrijpelijk dat ze die derde man niet inschakelen. Zo kun je toch geen wedstrijden winnen?’ Met Carole zouden Ruben en ik op 24 maart 2016 de plannen verder uitwerken om tot Cruyff Football by Team Jonk te komen. Ik kreeg een sms dat de afspraak niet doorging, ben ik met Ruben op De Dijk een kop ko e gaan drinken. En toen kwam het vreselijke nieuws. Maar de dood van Johan weerhield ons er niet van om door te gaan met onze plannen. Juist niet. We hebben ze verder uitgewerkt met Carole en Jordi. Sinds vorig jaar ge- ven Jordi en ik leiding aan het internationale voetbalkennisinstituut ‘Cruyff Football – by Team Jonk’. Wij zijn de officiële uitdrager van het voetbalgedachtegoed van Johan. Johan heeft mij het vertrouwen gegeven om zijn loso e in de wereld te verspreiden, een eer en een mooie uitdaging. Wij richten ons op talentontwikkeling, geven workshops en cursussen om coaches te inspireren en op te leiden, zodat zij het gedachtegoed van Johan weer kunnen verspreiden. We helpen bij het opzetten van talentprogramma’s of kunnen een hele jeugdopleiding neerzetten of helpen verbeteren. Wij willen die filosofie overbrengen op clubs en bonden, werden laatst gevraagd naar China en Amerika te komen. Bob Browaeys maakt ook onderdeel uit van ons team. Hij is de man die het Belgische voetbal heeft helpen hervormen toen de Belgen na het EK in 2000 besloten het geld dat ze overhielden te steken in de ontwikkeling van hun voetbal. Bob heeft de Belgen een andere manier van opleiden aangeleerd. Ze hebben veel overgenomen van het Nederlandse voetbal en vooral van Johan, zijn meer op techniek gaan focussen om zo het voetbal daar te verbeteren. Ze hebben daar bijvoorbeeld al jaren geleden de ruimtes verkleind voor de pupillen, iets dat wij in 2013 hebben overgenomen bij Ajax en wat nu voor heel Nederland gaat gelden. Het roer is omgegaan en daar komen al die talentvolle spelers als Eden Hazard, Kevin De Bruyne, Dries Mertens, Yannick Carrasco en Romelo Lukaku en noem maar op uit voort. Dat is niet toevallig een sterke lichting, dat heeft alles met visie en beleid te maken. Ik was al met Bob in contact toen ik nog bij Ajax zat, wilde hem graag naar Ajax halen. Ook met Bob is de visie van Johan en de liefde voor het pure voetbal de verbindende factor.

‘Als je een goede filosofie hebt kun je dat meteen op elk team toepassen’

In Nederland zijn we achteropgeraakt. Bij de KNVB is men daar ook van bewust. Er moet iets veranderen, bij veel mensen is dat geland. Ze hebben mij ook gevraagd om mee te denken. Het plan Winnaars van Morgen is geschreven. Nu is de vraag: hoe verder? Hoe ga je dat plan in je trainerscursussen voor de jeugd implementeren? Het is nu zaak voor Nederland om aan de slag te gaan, zoals de Belgen dat zeventien jaar geleden zijn gaan doen en daar nu de vruchten van plukken. Ik wil eerst Cruyff Football goed opzetten, maar het is nog altijd mijn ambitie om ergens hoofdcoach te worden en zo Johans filosofie uit te dragen. Ik heb nu 25 jaar ervaring in het topvoetbal, als bestuurslid, hoofd opleiding, individuele trainer, teamtrainer en heb mijn papieren gehaald. Als je een goede filosofie hebt en je weet wat je wil, hoe je wilt trainen en spelers beter wilt maken, dan kun je dat meteen op elk team toepassen.”

Helden Magazine

Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.

Delen: