Word abonnee

Held van de week

Sharon van Rouwendaal: ‘Ik houd van een harde aanpak’

door: Jasper Boks
28 augustus 2014

“Ik zag op Twitter dat ik heb gewonnen, vind het echt tof dat ik gekozen ben als Held van de Week. Toch speciaal dat zoveel mensen op mij hebben gestemd. Ik heb trouwens niet op mezelf gestemd, ben op vakantie,” zegt Sharon van Rouwendaal vanuit Barcelona.

Als iemand vakantie verdient, dan is zij het wel. Op het EK zwemmen in Berlijn kwam ze in anderhalve week tijd zowel uit in het open water als op de langebaan. Al met al legde de twintigjarige zwemster bijna 25 kilometer af in wedstrijdverband in Duitsland. En niet zonder succes. Van Rouwendaal won de Europese titel op de tien kilometer open water, pakte zilver op de halve afstand en goud op de 5 kilometer met het teamgenoten Ferry Weertman en Marcel Schouten. Op de langebaan veroverde ze zilver op de 400 meter vrije slag en ze verbeterde en passant het uit 1996 stammende nationale record (4.07,59 van Kirsten Vlieghuis) tot 4.03,76. In de verkiezing van de Held van de Week hield ze coureur Max Verstappen en voetballer Luciano Narsingh achter zich.

'Nu vier ik dus vakantie in Barcelona. Of ik straks lekker een stukje ga zwemmen? Nee, juist niet, haha. Ik ga hooguit de zee in om een beetje rond te dobberen'

“Ik ben nu even bij aan het komen, het was een zwaar EK. Niet alleen door de vele kilometers die ik heb gezwommen,” zegt van Rouwendaal, die op de langebaan naast de 400 vrij ook nog uitkwam op de 200 meter vlinderslag, de 800 en 1500 meter vrije slag. “Het was ook zwaar om steeds weer gefocust te zijn voor een nieuwe wedstrijd. Telkens weer mijn zwempak aan, in- en uitzwemmen. In m’n hoofd werd ik gedurende het toernooi toch wat minder scherp. Het is mooi dat ik nog een keer kon schitteren, op de 400 vrij. En nu vier ik dus vakantie in Barcelona. Of ik straks lekker een stukje ga zwemmen? Nee, juist niet, haha. Ik doe echt even helemaal niets. Ik ga hooguit de zee in om een beetje rond te dobberen.”

De mooiste medailles vond ze de eerste en de laatste. De eerste was de gouden plak op de tien kilometer open water, een discipline waar ze nog maar net op komt kijken. “En de medaille op de 400 vrij was heel mooi omdat hij zo onverwacht kwam. Ik zwom een persoonlijk record en bleef tal van grote zwemmers voor. De olympisch kampioen, de Europese titelhoudster en de wereldkampioene hield ik achter me. Geweldig!”

Drie jaar geleden won ze als zeventienjarige al brons op de 200 meter rugslag. Op de vlinderslag, vrije slag en het open water kan ze ook goed uit de voeten. “Ik ben een allrounder. Ik word er sterk van als ik zoveel mogelijk verschillende slagen en afstanden combineer.”

'Ik voel me juist lekker als ik veel meters moet maken tijdens de trainingen, dan heb ik het gevoel dat ik alles aan kan'

Van Rouwendaal is het afgelopen jaar opgebloeid. Na haar medaille op het WK van 2011 miste ze de Spelen in Londen. Ze zat op dood spoor in Eindhoven, waar in haar ogen vooral op kwaliteit en minder op kwantiteit werd getraind. Ze besloot een jaar geleden terug te keren naar Frankrijk, waar ze in haar jeugd woonde en trainde. Sinds september 2013 traint ze onder Phillipe Lucas bij Lagardère Paris Racing. “Ik ben iemand die veel wil zwemmen, houd van een harde aanpak. Ik voel me juist lekker als ik veel meters moet maken tijdens de trainingen, dan heb ik het gevoel dat ik alles aan kan.”

Over twee jaar zijn de Spelen in Rio. Ga je daar ook zo veel zwemmen of moet je keuzes maken?

“Het langebaan en open water zwemmen zijn daar goed te combineren. We beginnen in het zwembad en daar zal ik me in Rio waarschijnlijk gaan focussen op de 400 en 800 vrij. Pas als het langebaan zwemmen is afgelopen, staat het open water op het programma, waarop ik wil uitkomen op de tien kilometer. Dat is precies de goede volgorde, want het open water zwemmen vergt heel veel energie.”

Delen: