Word abonnee

Helden in het nieuws

Andy Roddick: ‘Vergeleken met Nadal en Federer was ik beperkt’

door: Jasper Boks
28 november 2014

Zijn petje had hij als vanouds op zijn hoofd, zijn opslag en forehand waren nog altijd snoeihard en zijn onrustige gedrag op de baan heeft hij ook op zijn 32ste en twee jaar nadat hij stopte als prof niet afgeleerd. Andy Roddick is nog geen steek veranderd, blijkt tijdens de AFAS Tennis Classics. Hij serveerde zich als vanouds naar de winst.

De partij tegen Fernando Gonzalez was zijn eerste ooit in Nederland. Richard Krajicek had hem als toernooidirecteur van het ABN AMRO World Tennis Tournament vaak op zijn verlanglijst, maar dat toernooi viel altijd gelijk met dat van Memphis, in zijn geboorteland. Nu, twee jaar nadat Andy Roddick afzwaaide als proftennisser, landde de voormalig nummer één van de wereld pas voor het eerst in zijn leven op Schiphol. Zijn vrouw, model en actrice Brooklyn Decker, is met hem meegereisd naar Apeldoorn voor de AFAS Tennis Classics, het toernooi voor gestopte tennishelden.

Tekst gaat verder onder de foto

Brooklyn Decker

“Mijn vrouw en ik zijn woensdag aangekomen. We zijn eerst naar Amsterdam gegaan, hebben nog een museum (het Van Gogh-museum, red) bezocht. De Nederlandse historie gaat veel verder terug dan de Amerikaanse, dus ik vond het interessant om wat cultuur op te snuiven. Ik ben voor het eerst buiten Amerika sinds ik stopte met tennis. Over Nederland heb ik in het verleden al goede verhalen van Sjeng Schalken en Richard Krajicek gehoord.”

'Ineens was ik er klaar mee. Ik heb nooit het talent van Federer en Nadal gehad. Maar tennis was wel mijn grote liefde'

Op zijn dertigste vond A-Rod het ineens mooi geweest, vertelt hij. “Mijn schouder was slecht, maar dat was niet eens de belangrijkste reden om te stoppen. Ik had in 2012 mijn wedstrijd in de eerste ronde van de US Open gespeeld. Mijn vrouw was er niet toen ik een dag later wakker werd en ik had allemaal vreemde gedachtes. Ineens was ik er klaar mee. Ik heb nooit het talent van Roger Federer en Rafael Nadal gehad. Vergeleken bij hen had ik een beperkt spel, ik heb altijd keihard moeten vechten. Maar tennis was wel mijn grote liefde. Op het moment dat ik voelde dat ik niet meer een Grand Slam-titel kon winnen, ging tennis voelen als werken. Gelukkig kreeg ik dat gevoel pas op mijn dertigste, na dertien jaar tennissen bij de profs. Veel mensen zijn eerder uitgekeken op hun werk.”

Maar in augustus waren er ineens geruchten dat Roddick mee wilde doen aan de US Open. Had hij spijt van zijn besluit te stoppen? “Ik dacht niet aan een comeback, hoor. Ik wilde nog een keer dubbelen met mijn vriend Mardy Fish, maar het kwam er uiteindelijk niet van. De Tour mis ik niet, het tennis wel. Ik tennis nog geregeld. Maar wat ik mis zijn de raarste dingen, zoals ’s ochtends om acht uur trainen; dus het hele ritueel van trainen en leven als prof. En rondhangen met de jongens. Nu leef ik met mijn vrouw in een bos en leid ik een eenvoudig leven.”

'Je ziet sporters ook reageren, die zeggen: ‘Ben jij journalist? Ben je serieus?’'

Tegenwoordig werkt Roddick als analist en interviewer voor Fox Sports Live. Hij spreekt met allerlei sporters. Als speler was hij niet de makkelijkste in de omgang met de media, hij geeft het meteen toe. Hij ging de confrontatie met journalisten geregeld aan. “Ik doe tv-werk en heb ook radio gedaan. Ik vind het leuk om nieuwe dingen te leren. Ha, veel journalisten zullen zich wel achter de oren krabben, ik heb het hen niet gemakkelijk gemaakt toen ik speler was. En nu zit ik zelf aan de andere kant van de tafel. Je ziet sporters ook reageren, die zeggen: ‘Ben jij journalist? Ben je serieus?’”

In aanloop naar de US Open interviewde hij ook zijn voormalige plaaggeest Roger Federer. In 2003 won Roddick de finale van de US Open door in de finale Juan Carlos Ferrero te verslaan. Daarna stond hij nog vier maal in de finale van een Grand Slam-toernooi: Wimbledon 2004, 2005, 2009 en de US Open van 2006. Telkens trof hij in de eindstrijd de één jaar oudere Federer en alle keren verloor hij. De laatste keer, op Wimbledon, met 16-14 in de vijfde set.

Na afloop van die laatste finale troffen ze elkaar en Federer hield zijn blijdschap binnen uit respect voor Roddick. Omdat de pijn van zijn tegenstander vele male groter was dan zijn eigen geluk, zo redeneerde de Zwitser destijds. Roddick: “We hebben het eigenlijk nooit over onze wedstrijden gehad. Roger heeft het altijd publiekelijk voor mij opgenomen en daar respecteer ik hem enorm om. Roger had het eigenlijk te druk voor een interview, maar toen hij hoorde dat het met mij was, maakte hij een uitzondering. Het begon als een interview, maar al snel werd het een gezellig gesprek met een oude vriend.”

'Mij wordt vaak gevraagd hoe het was gelopen als Roger er niet was geweest, maar daar kan ik geen zinnig woord over zeggen. Sprookjes bestaan niet'

Niet lang nadat Roddick begin 2004 zijn eerste plaats op de wereldranglijst kwijtraakte, begon het tijdperk Federer. Hoe had zijn loopbaan er uit gezien zonder de aanwezigheid van zijn plaaggeest? “Mij wordt vaak gevraagd hoe het was gelopen als Roger er niet was geweest, maar daar kan ik geen zinnig woord over zeggen. Sprookjes bestaan niet. Ik ben blij met wat ik wel heb bereikt en ga niet klagen. Ik heb zoveel respect voor Roger, dat maakt het gemakkelijker te accepteren dat ik door hem minder heb gewonnen. Als ik hem een eikel had gevonden, was het veel lastiger geweest.”

Aan wedstrijden denkt hij niet terug, zegt hij. “Mijn leven gaat door. Ik heb het heel druk voor een gepensioneerde. Ik golf veel. Van golf raak ik niet verveeld, veel mensen vinden dat verrassend dat ik daar het geduld voor heb. Ik heb nu een handicap van 3. Mijn vrouw lachte vanmorgen nog omdat ik voor het eerst twee weken lang niet kan golfen. Ik tennis ook nog een beetje, heb mijn tv-werk en doe publicitair werk. Waar ik trots op ben, als ik er nu over nadenk, is dat ik tien jaar lang in de top tien stond.”

“Het is allemaal zo snel gegaan in mijn carrière. Ik was vijftigste bij de junioren en drie jaar later was ik ineens nummer één bij de profs. Ik was nog te jong en onervaren om te weten hoe ik met die status om moest gaan. Het was een leuke tijd. Ik heb alles meegemaakt in het tennis. Maar het ging allemaal te snel.”

Delen: