Word abonnee

Column

Pieken op het juiste moment

door: Barbara Barend
18 februari 2015

Een jaar na de Olympische Spelen van Sochi komen de prestaties van onze schaatsers wat mij betreft ineens in een totaal ander daglicht te staan. Ze staan in nog groter zonlicht.

Vorig jaar klaagden sommige critici na de triomftocht van onze Nederlandse schaatshelden dat er zo weinig tegenstand was en dat Nederland het enige land was waar nog serieus werd geschaatst. De sport zou aangepast moeten worden, zodat meer landen konden meedoen om de medailles.

De Internationale schaatsunie ISU deed in ieder geval goed zijn best om Nederland dwars te zitten, onder het mom er 'een meer mondiale sport' van te maken. De ISU startte een spelletje Nederlandje pesten. We mochten nog maar twee mensen per afstand afvaardigen naar de WK afstanden, de 10 kilometer werd ineens als eerste afstand geprogrammeerd.

Van Marianne Timmer heb ik geleerd dat voor een echte topschaatser alleen de Spelen tellen

Het enige doel van die laatste beslissing was om de onverslaanbare Jorrit Bergsma en Sven Kramer dwars te zitten. Maar juist afgelopen weekend bewees iets heel anders, namelijk het bewijs hoe goed we werkelijk waren vorig jaar, met als kopvrouw en kopman Ireen Wüst en Sven Kramer.

In Heerenveen bleken Martina Sablikova, Shani Davis, Brittany Bowe en Pavel Koelizjnikov ineens weer op meerdere afstanden snel te kunnen schaatsen. Ineens doen Tsjechië, Rusland, Japan en de Verenigde Staten weer op meerdere fronten mee. Conclusie: Nederland heeft gewoon op het juiste moment gepiekt.

Van Marianne Timmer heb ik geleerd dat voor een schaatser, een echte topschaatser, alleen de Spelen tellen. Een wereldtitel afstanden is leuk, maar het echte werk is een gouden plak op de Spelen.

De sportvrouw in Ireen wil alleen maar winnen

En dat hebben Wüst, Kramer, Michel Mulder, Stefan Groothuis, Jorien ter Mors en Jorrit Bergsma individueel en Marrit Leenstra, Lotte van Beek, Jan Blokhuijsen en Koen Verweij als ploeg geflikt. Vorig jaar stonden alle Nederlanders er, in het jaar van de waarheid. Een post-Olympisch seizoen is voor de echte toppers als het ware bijzaak, is het zoeken naar nieuwe uitdagingen. De echte gouden plakken worden pas weer over drie jaar verdeeld.

Daarom ligt Marianne Timmer er ook niet wakker van dat Wüst dit seizoen niet alles wint wat er te winnen valt. Een mening die Ireen overigens niet deelt. De sportvrouw in haar wil alleen maar winnen en ziet alles behalve goud als verliezen. Dat is mooi. Maar wat mij betreft is Ireen een nog veel grotere held dan ze al was. Juist omdat ze vorig jaar, op het juiste moment, wist te pieken.

Delen: