Word abonnee

De dag van...

Huisman: ‘Moest opboksen tegen drie broers’

door: Kelly van Tilborg
26 februari 2015

Sporters zijn altijd druk en onderweg. Alles staat in het teken van het verwezenlijken van doelen en dromen. We volgen deze week marathonschaatsster Mariska Huisman, die zaterdag afscheid neemt op de Jaap Edenbaan in Amsterdam. 

Je hebt vandaag een vrije dag. Wat ga je allemaal doen?
“Ik ga mijn huis opruimen, dat is echt nodig. Ik ben de afgelopen periode veel van huis weggeweest. Ik ben naar de Weissensee in Oostenrijk geweest, toen nog naar Hamar in Noorwegen en ook nog naar Zweden. Als ik dan thuiskwam van een wedstrijd gooide ik al mijn spullen overal neer, omdat ik haast had. Vandaag is dus een poetsdag.”

Heb je er weleens moeite mee gehad om veel van huis weg te zijn?
“In januari gingen we altijd standaard naar de Weissensee en naar Zweden, maar verder waren de wedstrijden vooral in Nederland. Als marathonschaatsster valt het dus nog best wel mee. In Nederland was ik dan natuurlijk wel constant bezig met de wedstrijden, dus ik was niet veel thuis. In de zomer deed ik ook altijd mee aan skeelerwedstrijden en die werden gehouden door het hele land. Ook dan was ik weinig thuis. De zomer was altijd erg belangrijk, want dan legde ik de basis voor de winter. Ik bleef dan altijd trainen, misschien nog wel harder dan in de winter. Ik deed het ook om in mijn ritme te blijven en dat ik niet hoefde te wennen aan bepaalde zaken. Dan was ik bijvoorbeeld al gewend aan het tactische spelletje en aan het rijden in een peloton. Straks hoeft dat allemaal niet meer.”

Je begon op je derde met schaatsen. Had je vroeger een voorbeeld?
“Nee, eigenlijk niet. Ik vond schaatsen gewoon heel erg leuk en ik keek het altijd op televisie. Natuurlijk had ik vroeger wel schaatsposters op mijn kamer, maar dat was altijd iemand anders. Ik had niet één specifiek iemand.”

Maar nu willen jonge meisjes later net zo goed worden als Mariska Huisman.
“Ja, maar dat vind ik echt superleuk. Dan zit ik bijvoorbeeld in de kleedkamer bij ons op de ijsbaan, samen met meisjes uit de jeugd. Ik merk dan dat ze me echt helemaal aan het observeren zijn en alles in de gaten houden. Ze vragen dan ook allemaal tips aan me. Erg leuk.”

Nu ga je op een hele nuchtere manier om met verliezen, maar hoe was dat vroeger?
“Toen kon ik ook al best goed tegen mijn verlies. Ha, op dat gebied ben ik wel een beetje een uitzondering volgens mij, want heel veel topsporters kunnen juist helemaal niet tegen hun verlies. Natuurlijk baal ik er weleens van als ik heb verloren, maar dat is bij mij al snel weer voorbij. Met spelletjes spelen ben ik wel fanatiek, maar ook dan kan ik redelijk goed tegen mijn verlies. Ik probeer het zo snel mogelijk te vergeten.”

Met marathonschaatsen kan je hard vallen. Heb jij weleens de angst om hard te vallen?
“Ik moet eerlijk zeggen dat ik helemaal niet bang ben aangelegd. Dat komt denk ik omdat ik ben opgegroeid met drie broers. Jongens zijn toch wat harder en ruiger. Ik moest daar als meisje altijd tegen opboksen. Op het ijs denk ik er ook helemaal niet over na, dat kan alleen maar verkeerd aflopen denk ik.”

Heb jij weleens een blessure opgelopen door een val op het ijs?
“Ja, ik heb een keer een schaats net achter mijn oor gekregen. Er waren toen een paar zenuwen geraakt, waardoor ik geen gevoel meer had in mijn wang en in mijn oorlel. Dat moest toen gehecht worden. Nu is dat gevoel weer terug, maar ik heb best geluk gehad.”

We zagen trouwens dat je geen Twitter hebt. Waarom niet?
“Daar heb ik niet echt een reden voor. Ik heb wel Facebook, maar daar doe ik ook niet zoveel mee. Ik zet er af en toe een berichtje op, maar niet meer dan dat. Ik vind dat niet iedereen alles hoeft te weten, ha.”

Lees ook:

Deel 1: 'Vooral genieten van afscheid'
Deel 2: 'Sjoerd en ik deden alles samen'
Deel 4: 'Ik ben heel chaotisch'

Delen: