Voetbal
Hij speelde een geweldig WK. De nuchtere Ron Vlaar was een baken van rust in de defensie. Hij werd een held, werd vol eerbied Ron Beton genoemd. Met Helden blikt hij in het ouderlijk huis terug op een bewogen periode. “Ineens rolden de tranen over mijn wangen.”
Ze stonden er ietwat ongemakkelijk bij, Ron Vlaar van 29 en zijn vier jaar jongere zus Lisan, in de bardisco in het naburige Alkmaar. Uitgaan, Ron kon zich de laatste keer al bijna niet meer heugen. Al snel gonsde het: “Ron Vlaar staat daar! Ron Beton, van het WK!”
Lisan vertelt met smaak: “Vroeger moest hij weleens een handtekening uitdelen, maar nu kwamen ze op hem af als bijen op de honing. Alleen... allemaal jongens. Nauwelijks meiden.”
Niets gedronken
In het verleden moest hij weleens uitleggen waar hij nou precies speelde. Dat is nu allemaal anders. Ron Vlaar werd op het WK in Brazilië befaamd als De Muur van Oranje. Een muur van beton. Ron Beton dus. Met stevige tackles, manmoedige lijfgevechten en kordate intercepties groeide hij – die rouwdouwer uit het pietepeuterige Hensbroek - uit tot leider van de defensie en held van Nederland. ‘Eindelijk weer een verdediger van Jaap Stam-achtige proporties,’ lazen we op Twitter.
Vlaar is geen geboren ster. Geen voetballer bij wie zowel bal als kapsel automatisch goed valt. Hij is door een enorme dosis zelfdiscipline, veerkracht en opofferingsgezindheid een topper gewórden.
Na het dramatische EK 2012, zijn eerste toernooi, zette hij een dikke streep onder zijn verleden en maakte in zijn hoofd een A4’tje met persoonlijke spelregels. Zijn aanpak, al behoorlijk professioneel, werd rigoureuzer. Hij wilde naar het WK en wilde daar de beste versie van zichzelf laten zien. Trainingen, fysieke en mentale behandelingen, vrijetijdsbesteding, voeding; alles stond in het teken van het WK 2014. “Dan moet ik er staan, had ik bedacht.”
We treffen Ron Vlaar aan de keukentafel van zijn ouderlijk huis aan het Waterweidje. Hij heeft vakantie. Voor zijn neus staat onmiskenbaar een stuk aardbeientaart. Hij heeft eerder in de week al een ‘gezelligheidsbiertje’ op, vertelt hij. Grijnzend: “Het mag nu even.” Twee jaar zondigde hij nimmer.
Vlaar: “Ook tijdens het WK heb ik niets gedronken. Geen behoefte aan. Het werd ook niet toegestaan.” Bondscoach Louis van Gaal trok de teugels aan.
Er was positiviteit, maar ook duidelijkheid. Er waren grenzen, waarbinnen toch wat mogelijk bleek. Vlaar genoot van die professionaliteit. Straks zal hij weer moeiteloos de taartjes en biertjes laten staan. “Dat kost me geen enkele moeite. Ik weet waar ik het voor doe.”
Team Vlaar
De 29-jarige in Engeland spelende verdediger heeft nog een appartement in Rotterdam, maar dat verhuurt hij permanent. In Nederland zit hij steevast bij zijn ouders, die hun rijtjeswoning sinds hun huwelijk nooit verlaten hebben. In de tuin ligt een grasveld, daarnaast staan een trampoline en een tuinhuis, binnen is de keukentafel het centrale verzamelpunt. Moeder Margaret serveert bakken filterkoffie en stukken taart. Jongste zus Lisan schuift aan, vader Peter later als zijn dienst als NS-conducteur erop zit ook. Knusser kan het bijna niet. Anoniemer ook niet. Slechts de shirts van WK-tegenstanders aan de kast en een oranje bordje met Ron Vlaar-straat op de hoek van de straat (“heeft een buurjongen gedaan”) verraden dat hier een voorname international vertoeft. En de envelop op de deurmat waarop slechts ‘Ron Beton – Hensbroek’ staat.
We nemen het interview af in juli, tussen WK en seizoenvoorbereiding in. Vlaar toog niet naar Ibiza, Aruba of Barbados zoals zijn collega’s, hij ging naar Hensbroek en vierde vakantie met zonen Shane (6) en Xavi (2), voortgekomen uit zijn gestrande huwelijk, en zijn ouders en zussen. “Thuis blijven is een van de betere beslissingen die ik heb genomen de laatste tijd. We konden lekker naar de speeltuin, het pretpark en het strand. Ik heb de mensen waar ik het meest van houd om me heen, spreek af met vrienden; perfect. Ik ben geen jetsettype,” vertelt Vlaar gestoken in een T-shirt en jeans.
Excentriek is Vlaar op een andere manier. Sinds een paar maanden loopt hij bijvoorbeeld bij een diëtist. “Ik heb advies ingewonnen over voeding, biologisch eten en superfoods. Ik ben continu op zoek naar verbeteringen. Het kostte tijd om daarin om te schakelen. Ik moest zoeken naar wat ik nodig heb, maar ik moet het ook lekker vinden.”
Om het beste uit zichzelf te halen is er een zogenaamd Team Vlaar geformeerd dat bestaat uit: een fysiotherapeut (FysioConcept), een osteopaat (Lee Johnson), een mental coach (Bouke de Boer) en een personal trainer (Hans Kroon). “Die laatste heb ik leren kennen in mijn Feyenoordtijd. Hij heeft me mentaal veel sterker gemaakt. Door continu mijn grenzen te verleggen, iedere krachttraining van hem te volbrengen. ‘Opgeven is geen optie’ is er echt ingestampt. Zo kun je in een wedstrijd dieper gaan. Hij traint ook judoka’s, kickboksers, atleten. Die mannen en vrouwen gaan zó diep. Individuele sporters moeten alles uit zichzelf halen, want jij bent als enige verantwoordelijk. Voetballers hebben het best makkelijk. Soms kun je je verstoppen. Kun je naar een ander wijzen, zeker als een coach dat toelaat. We hoeven in principe niet veel te trainen op een dag en verdienen al snel heel veel geld.
Ik weet niet of dat goed is. Ik bedoel: ik heb er ook geen nee tegen gezegd. Maar het kan je lui maken.”
Het trekt ook bepaalde types aan die van je willen profiteren.
“Ook dat. Ga maar even uitvinden hoe die wereld in elkaar zit op je negentiende. Ik heb veel geleerd. Ook in mijn profhouding. Dat je toch gewoon een achturige werkdag moet draaien. Als ik thuiskom na de training ga ik lunchen en even slapen, dan weer trainen of extra oefeningen doen bij een specialist. Die verwijst me soms naar een andere bij wie ik winst kan boeken. Als je voelt dat je sterker wordt, waarom zou je dat dan niet doen?”
Echt onzin
Het dominorijtje startte bij zijn mental coach Bouke de Boer. “Die leerde ik via vrienden kennen. Ik was in gesprek met Feyenoord over een nieuw contract. Ik twijfelde. Bouke stelde me vragen en zo is het antwoord eruit komen rollen. Dat ik eigenlijk nog bij Feyenoord wilde blijven.”
Vader Peter: “Eigenlijk was je er al uit met ons en je zaakwaarnemer Arnold Oosterveer. Maar ik vind het goed dat jij je zo breed informeert.”
Ron: “Precies. Dit gaf de laatste zet.”
Naast de gesprekken las Vlaar boeken die hem hielpen zijn mentale gesteldheid te verbeteren. Zoals ‘De bijzondere reis van de prikkel’. “Daarin staan heel interessante dingen over hoe je met bepaalde situaties moet omgaan. Tijdens het WK heb ik in het vliegtuig het boek ‘Persoonlijk leiderschap’ gelezen. Er werden processen in beschreven die ikzelf al in gang had gezet. Dat was een soort bevestiging, voelde goed. Een voorbeeld is: ga voorin de bus zitten. Neem zelf het stuur in handen. Zorg dat je niet afhankelijk bent van anderen.”
Voor en tijdens het WK had hij een nieuwe leermeester: Louis van Gaal. “Hebben jullie zijn speech van voor het WK bij ING gezien op YouTube? Die is toch fantastisch?”
Ja, toevallig was Frits erbij aanwezig. Maar wat heeft Van Gaal precies gedaan bij jullie?
“Drie dingen: fitheid, teamgeest en compact spelen. Daar heeft hij op geselecteerd, dat is gesmeed tijdens het trainingskamp in Portugal. Ik heb nog nooit zo’n effectief trainingskamp meegemaakt. Daar is het zaadje geplant en direct tot een evenwichtige bloem uitgegroeid. Wij waren gewoon veel fitter dan onze tegenstanders. Zelfs tegen Mexico in de bloedhitte van Fortaleza draaiden we een wedstrijd om. Soms hebben we afgewacht om later toe te slaan. Kun je een laffe tactiek noemen, maar dat vind ik echt onzin.”
Je straalt bijna als je het hebt over de aanpak van Van Gaal. Dat is anders geweest toen jullie elkaar voor het eerst bij AZ ontmoetten zo’n acht jaar geleden. Jij verkaste zelfs naar Feyenoord door hem.
“Ik kon toen niet met zijn persoonlijkheid omgaan, bovendien werd ik het met AZ niet eens over contractverlenging. Je kunt mij niet meer vergelijken met de jongen van toen, ik ben mentaal veel sterker geworden. Zou nu heel anders in zo’n situatie staan. Bovendien ben ik dus als topsporter veeleisend en perfectionistisch geworden. In die zin toegegroeid naar Van Gaal, want hij let echt op alle details. Dat vind ik prettig. Hij wil het voetbal verbeteren. Maar als je iets aparts of nieuws doet, dan krijg je het erg moeilijk in Nederland. Ik heb er bewondering voor dat hij dat toch probeert.”
'Eigenlijk is dat iets heel moois. Dat Van Gaal en ik zo naar elkaar zijn toegegroeid'
Baal je dat het toen niet klikte? Was je anders niet al eerder op dit niveau geweest?
“Dat weet je nooit, maar bij Feyenoord heb ik me goed kunnen ontwikkelen, veel meegemaakt. En ik ben heel dankbaar dat ik nu deze twee jaar met Van Gaal heb meegemaakt, met het WK als hoogtepunt. Dat heb ik hem ook verteld.”
Wanneer?
“In Noordwijk toen we afscheid namen van elkaar. Ik denk dat hij dat kon waarderen. In het verleden ben ik anders met zaken omgegaan dan ik nu zou doen. Ik heb er geen problemen mee om me kwetsbaar op te stellen. Van Gaal ook niet, trouwens.”
Wat zei hij tegen jou?
“Dat hij vond dat ik een heel goed toernooi had gespeeld. Dat hij daar heel blij mee was, vooral voor mij. Eigenlijk is het iets heel moois dat we zo naar elkaar zijn toegegroeid. Of eigenlijk: dat ik naar zijn mindset ben gegroeid, want veel van de dingen die hij bij AZ zei, herkende ik weer. Nu kon ik het plaatsen, had ik er juist veel aan. Toen schrok het me af.”
Van Gaal selecteerde je niet voor zijn eerste oefenwedstrijd tegen België. Hij was weg van Stefan de Vrij, gaf John Heitinga een kans. Wanneer kwam het kantelpunt in jouw relatie met Van Gaal?
“We hadden elkaar gezien bij Feyenoord-Dinamo Kiev. Toen hebben we elkaar de hand geschud. Ik had in een interview al eens gerefereerd aan ons verleden. Hij zei uit zichzelf: ‘Dat speelt niet meer voor mij, zand erover.’ Dat was prettig. Toen we elkaar later weer zagen voor mijn eerste interland onder hem was ik best gespannen. Hij deed een woordje. Ik ging naar mijn kamer en dacht: ik ga voor mezelf door het vuur én ik ga voor hem door het vuur. Dat borrelde spontaan op.”
Klote momenten
Veel lof voor de onverwachte derde plaats gaat naar Van Gaal, naar wervelwind Arjen Robben, naar powerhouse Nigel de Jong. Maar was het niet Ron Vlaar die meteen in minuut één de toon zette met een stevige tackle op spits Diego Costa, de met veel tamtam tot Spanjaard genaturaliseerde Braziliaan? “Ik denk dat we allebei heel anders aan de wedstrijd begonnen,” haalt Vlaar terug terwijl er een glimlach om zijn lippen speelt. “Costa dacht, volgens mij, dat hij het wel even ging doen. Bij Stefan speelde hij de bal er een keer langs en dacht hij er voorbij te lopen. Ja, da-hag! Wij maakten meteen een paar stevige tackles. Lieten zien: ho, stop, dit is ons territorium. Ik deed dat al na een minuut op de middenlijn. Hij nam de bal rustig aan en ik dacht: jij bent voor mij.”
Hij kijkt er fel bij, alsof hij weer terug is in het moment. Neemt dan even gas terug. “Zo ben ik niet als verdediger. Ik maak niet veel overtredingen. Daar ben ik een beetje out of character gestapt, wilde een signaal afgeven aan de ploeg. Ik ben voorin de bus gaan zitten.”
Het was het startsein voor een uitstekend toernooi. Met als hoogtepunt de halve finale tegen Argentinië waarin hij Messi, Agüero en Higuaìn aan banden legde. Twitter ontplofte toen hij in de tweede helft met een perfecte tackle de dribbelende Lionel Messi de bal ontnam.
Ron: “Ik had voor het toernooi al een goed gevoel. Vraag maar aan mijn ouders.”
Moeder Margaret knikt. “Iedereen die je sprak zei: ‘Het wordt niks met Oranje.’ Maar Ron zei: ‘We gaan voor de titel, dit voelt zó goed.’ Heel apart. Alsof het verschillende werelden waren.”
Ron: “Ik voelde gewoon dat het goed zou gaan, voelde nooit echte spanning. Zelfs toen het tijdens de oefenwedstrijden nog niet super liep. Mijn beste nacht daar was die voor Spanje. Ik sliep als een roos.”
Vader Peter: “Terwijl het de weken voor het WK bij Aston Villa niet eens top ging.”
Ron: “Bij Villa draaide ik een goed seizoen. Maar de laatste wedstrijden draaiden we voor geen meter, ik ging daarin mee. Ballen over vijf meter kwamen niet meer aan. Dat knaagde enorm, ik heb toen wat klote momenten gehad. Ik wilde mijn niveau liften, maar dat ging alleen maar naar beneden.”
Getwijfeld of je selectie zou halen?
“Ik wist: geef me twee weken bij Oranje. 13 Juni, dan moet ik er staan. Ik móést er gewoon heen. Dat straalde ik, denk ik, ook uit.”
Jij bent de báááás
Zijn mooiste moment? Dat vond eigenlijk plaats toen zijn toernooi bijna ten einde was. “Weet je, die tackle op Messi. Ik heb ook wel gehoord dat mensen dat mooi vonden. Maar ik was me er niet eens zo van bewust, ik was alweer bezig met de rest. Het was een wedstrijd waarin alles lukte, waarin je de beste versie van mij zag. Het geeft veel voldoening dat op dat moment alles klopte.”
Dan glunderend: “Maar het mooiste moment was tijdens die pot om het brons met Brazilië. Stefan en ik hadden alles. Hij zat overal voor, ik zat overal tussen. We waren messcherp, zoals het hele toernooi eigenlijk al. Rond de zeventigste minuut keken we elkaar aan, we lachten voluit. Ik zei tegen hem: Steef, jij bent echt de báááás! Hij zei tegen mij: ‘Jij ook!’”
Vlaar zag de zeven jaar jongere De Vrij op zijn zeventiende bij Feyenoord debuteren en dacht meteen: goeie speler, goeie gozer. “Wat ik met Stefan heb is uniek. Wij versterken elkaar. Hij is rustig, goed met zijn vak bezig, slim. We hebben vaak tegen elkaar gezegd: ‘Jij en ik staan straks samen op het WK.’ Ondanks dat we, als rechtsbenige centrumverdedigers, eigenlijk concurrenten zijn. Hij heeft mij erdoorheen gesleept voor het toernooi, toen hij beter was. Ik heb hem opgebeurd na die strafschop tegen Spanje.
We hebben onze eigen weg gevolgd, ook bij Feyenoord. Dat hij privétrainingen nam bij Hans werd hem niet in dank afgenomen. Maar juist die trainingen hebben ons gebracht waar we nu zijn. Ik wil niet al te wijs klinken, maar daar mogen we in Nederland weleens over nadenken, professioneler in worden. Als wij het fysieke gedeelte beter gaan invullen, worden we echt nog een keer wereldkampioen.”
'Als wij het fysieke gedeelte beter gaan invullen worden we echt nog een keer Wereldkampioen'
Wat is jouw visie daarop?
“Het begint al in de jeugd. Bij Oranje onder dertien, veertien, vijftien jaar liggen we fysiek al flink achter. Het wordt iets beter, maar dat komt vaak door eigen initiatief. Je zou het als norm moeten stellen, net als de mentale gesteldheid. Kijk naar de Duitsers. Die hadden al de mentaliteit, het loopvermogen en het fysiek. Maar zij hebben heel veel geld gestopt in de jeugdopleiding. Ze voetballen veel beter dan vroeger, veel Nederlandser en zitten iedere keer bij de beste vier. Wij moeten een inhaalslag maken. Ik denk dat we dit toernooi hebben laten zien hoe je op het gebied van teamspirit, geloof en fysieke kracht ver kunt komen. We straalden met zijn allen uit dat we wilden winnen. Het zou de blauwdruk moeten zijn voor de toekomst.”
Misschien is het onze perceptie, maar voetballers lijken steeds meer supersterren te worden in plaats van nijvere aan zichzelf werkende bijen.
“Iedereen moet in zijn vrije tijd doen wat hij wil. Ik veroordeel niemand. Ik hoef niet per se over een rode loper, daar voel ik me niet thuis. Daar heb ik ook geen tijd voor, het past niet in hoe ik mijn sport beleef. Als een ander dat wel doet is dat prima, zolang hij maar topfit blijft en presteert. Het gaat er bij mij alleen niet in dat een speler tegen mij zegt dat hij liever acht weken vrij heeft dan naar zo’n toernooi gaat. Dat snap ik niet.”
Wacht even. Zo’n toernooi? Je bedoelt het EK en het WK?
“Ja.”
Die zijn er?
“Die zijn er ja. Kijk, ik ben naar Engeland gegaan met het idee: alles is daar top. De competitie, de beleving, de topsportcultuur. Zij moeten veel verder zijn dan hier in Nederland. Dat is me vies tegengevallen.”
Zoals?
“Het tactisch vermogen en de discipline. Toen ik naar Engeland ging, zei ik meteen: ik volg mijn eigen weg. Ik wil als voetballer het beste uit mezelf halen.”
Het was op
Ooit wil hij daar misschien een boek over schrijven. Na zijn carrière. Want het is een interessante, leerzame reis geweest voor Ron, voor zijn hele familie. Vol blessures, botsingen en privéleed, vol tranen en zweet. “Het is echt een teamprestatie, een familieprestatie beter gezegd, wat ik op het WK heb laten zien.”
We gaan naar drie jaar geleden. Ron Vlaar zat bij Feyenoord in een dip. De eredivisie leek zijn plafond. Hij was aanvoerder van een met hevige incontinentie kampende defensie.
Vlaar stevende niet alleen af op een toernooiloze loopbaan, maar ook op de status van gescheiden man. Tot zijn eigen gruwel. “Als het thuis niet lekker loopt, dan vreet dat aan je. Het kost enorm veel energie. Vooral als het ook nog slecht gaat bij de club, dat kun je dan haast niet handelen. Ik ben best een gevoelsmens. De jongste, Xavi, was nog niet geboren toen ik wegging bij mijn ex. Heftig, maar het ging niet meer, het was op. Het contact liep daarna in het begin erg stroef. Nu gaat het gelukkig beter, je ziet dat de jongens daardoor opbloeien. Mijn ex en ik kunnen nu even bellen met elkaar om te overleggen, afgelopen week heb ik met haar fiets de jongens opgehaald. Daar ben ik heel blij mee.”
Toen de kogel door de kerk was, trok hij zijn prestatiecurve weer omhoog. “Ik ben toen in een roes gaan leven, ging meer bij Hans trainen. Ook om mijn zinnen te verzetten, om een nieuw doel te hebben. Alle dagdelen wilde ik bezet hebben. Door meer te gaan trainen, ben ik beter geworden. Ik heb zelfs het EK nog gehaald.”
Moeder Margaret: “Ik denk dat hij in de oude situatie zelfs niet op dit WK had gespeeld. Hij zat in een neerwaartse spiraal.”
Achteraf zou je het anders doen, Ron?
Ron: “Ik ben zelf verantwoordelijk voor mijn keuzes. Ik ga niet met mijn vingertje wijzen naar haar of naar iets anders. Zo werkt het niet.”
Heb je weer behoefte aan een relatie?
Ron: “Ik sta er nu wel voor open. De laatste jaren had ik er geen tijd voor. Waar had ik haar moeten ontmoeten? Ik kwam alleen buiten voor mijn boodschapjes. Het draaide twee jaar om mijn zoontjes en om het WK. Ik heb mijn leven nu echt op poten, een goede basis gelegd. Sowieso heb ik liever een Nederlandse vriendin, maar ja, in Nederland ben ik zelden.”
Opgeraapt
Na het EK 2012 klopte Aston Villa op de deur, een stabiele club uit de Premier League, de competitie waar Vlaar altijd van droomde. Aan het Waterweidje was er overleg. Want hoe moest dat met Xavi en Shane? “Die jongens zijn alles voor me,” vertelt Vlaar. “Gelukkig springen mijn ouders bij. Ze zeiden meteen: ‘Maak je niet druk, dat gaan we oplossen.’ Zij brengen de jongens iedere maand naar Birmingham en halen ze weer. Ik wist dat ze dat zouden doen.”
Margaret: “Wij zeiden meteen: Doen! Voetbal is zijn leven.”
Peter: “Hij heeft het zelf gedaan. Wij konden alleen helpen bij de randvoorwaarden en krijgen er veel voor terug. We hebben alle wedstrijden in Brazilië gezien!”
Ron: “Dat vond ik zo mooi, dat zij erbij waren. Dat was voor mij ook een hoogtepunt. Ik ben ze zo enorm dankbaar.” Hij neemt een slok water, haalt even diep adem. Kijkt afwisselend naar ons en zijn ouders. “We zijn enorm naar elkaar toe gegroeid. Ik lag in puin rond de scheiding. Jullie hebben me opgeraapt. Jullie kenden mijn strijd op alle vlakken. Ik wilde een tophuwelijk, een topvader zijn en een topvoetballer.”
Margaret: “Dat was soms pijnlijk, maar soms ook mooi om te aanschouwen. Die bezetenheid van hem, die drang. Het verscheurt je als je ziet hoe hij worstelde. Maar dat hij toch het EK haalde na dat rotjaar... Misschien wel zijn mooiste overwinning.”
Ron: “Het geeft veel rust als je ouders zo achter je staan. Als je zo’n support hebt. Dat alles toch goed komt, hoe dan ook.”
Margaret lachend: “Ze verklaren ons hier in het dorp voor gek dat we iedere keer naar Birmingham gaan.”
Ron: “Daar zijn ze gewoon niet mee opgegroeid. Ergens snap ik het ook wel. Mijn vader was soms om half tien ’s avonds klaar en dan ging-ie meteen weg om mijn moeder te helpen met de kinderen in het vliegtuig. De volgende ochtend zaten ze dan weer in het vliegtuig naar huis, want hij moest weer werken. Dat is niet normaal hoor, als iemand dat doet.”
Offers
Het is tijd voor foto’s. Ron poseert met zijn zoontjes, hoewel het een heel karwei is om de voetbalverslaafde Shane (Ron: “Een linkspootje die nu al handiger met de bal is dan ik.”) voor de lens te krijgen, en met zijn zusje Lisan. Dat is niet voor niets. “Zij mag ook wel een keer in the picture.”
Later aan de keukentafel vertelt de nog thuis wonende Lisan (25) over de band met haar broer. “Ik studeer Sociaal Pedagogische Hulpverlening en heb vorig jaar stage gelopen. Toen kwam ik mezelf ineens heel erg tegen. Ron heeft me geholpen om daaruit te komen. Ik ben een paar keer naar Birmingham gegaan. Daar hebben we veel gepraat. Hij ziet de dingen heel anders.”
Ron: “Dat komt door die gesprekken met Bouke. Ik ben mezelf ook een paar keer tegengekomen. Daar leer je van, dan ga je anders tegen dingen aankijken. Het is voor haar niet altijd makkelijk geweest.”
Lisan: “Ron is in mijn schoenen gaan staan. Hij wordt geleefd, eigenlijk al vanaf zijn veertiende. Dan is het lastig om de andere kant van de medaille te zien. Hij krijgt veel aandacht van alles en iedereen. En dat vind ik leuk voor hem, daar werkt hij ook keihard voor. Maar mijn zus Ellen en ik staan wat meer op de achtergrond en dat is niet altijd makkelijk. Mijn ouders kunnen zich niet in drieën splitsen.”
Ron: “Mijn ouders gaan steeds naar Engeland voor mij. Dat gaat ten koste van de tijd voor mijn zusjes. Daarom vond ik het fijn iets voor Lisan te kunnen doen.”
Lisan: “Ik denk niet dat veel voetbalprofs zich zo in een ander kunnen verplaatsen. Terwijl wij ook vaak worden aangesproken over Ron, vooral als het slecht gaat. Dat is best lastig. Ik heb Ron nooit iets kwalijk genomen. Maar dat we daar samen uit zijn gekomen, is prachtig.”
Ron: “Ik wilde heel graag dat mijn zusjes er op het WK bij zouden zijn. Zij hebben ook offers gebracht.”
Echt voorbij
Er moeten nog meer foto’s gemaakt worden. Dit keer van Rons blote torso. Daarop staan in flinke letters de namen van zijn zoontjes. Margaret zegt vanuit de keuken dat ze er wel even aan moest wennen toen haar zoon daar twee jaar geleden mee aankwam. “Ik had het niet zien aankomen. Misschien was het voor hem een afsluiting van een periode, een teken van onvoorwaardelijke liefde. Tijdens het WK had hij het over nóg een tattoo. Weet je waarvan? Van de wereldbeker. Zó zeer geloofde hij erin. Ik zei: Toch niet weer zo’n grote?”
Iedereen lacht. Maar zowel titel als tattoo gingen niet door. Mede door Vlaar zelf die een strafschop miste tijdens de penaltyreeks tegen Argentinië.
Hoe is het om als familielid op de tribune te zitten, terwijl degene waar je van houdt naar de strafschopstip loopt en de hoop van een natie meetorst?
Lisan: “Doodeng. Ik dacht de hele tijd: maak hem alsjeblieft.”
Peter: “Ik was niet in paniek toen hij miste. Het kon nog. Toen Wesley Sneijder miste, ja toen was het gedaan. Maar ik vind het dapper dat die jongens daar gingen staan.”
Ron: “Het is ons ook door niemand nagedragen.”
Hoe lang duurde het voordat je die kater kwijt was?
“De volgende dag gingen we trainen. Toen zette ik de knop om. ’s Ochtends op mijn kamer stuurde ik familie en vrienden een bericht om ze te bedanken voor hun steun, de laatste weken, maanden, jaren. Toen kwam alles voorbij en rolden er ineens tranen over mijn wangen. Omdat het echt voorbij was. Ik had een droom. En die droom hebben we geleefd. Maar het is net niet gelukt. Ik zat er heel dubbel in. We hebben zoveel gewonnen en overwonnen. Geloof, goodwill, respect. Alleen de enige echte prijs is goud. Dat WK winnen was mijn doel, twee jaar lang. Dat was klaar, dat was voorbij. Ineens was er niets.”
Margaret kijkt Ron langdurig aan. Zachtjes: “Dit wist ik niet, van dat huilen.”
Ron: “Maar het was ook trots, hoor. Er waren zoveel emotionele momenten die je een beetje weggestopt hebt omdat je je weer focust op de volgende wedstrijd. Toen kwam dat er even uit.”
Heb je al iets terug gezien van het WK?
“Nee.”
Heb je al krantenverslagen gelezen, de vele tweets en posts over jou?
“Nee, mijn moeder heeft vier mappen vol, volgens mij.”
Heb je de tweet van de Engelse ex-international Rio Ferdinand tijdens Nederland-Argentinië gezien?
“Ja, maar ik weet niet wat-ie precies zei.
Hij was wel positief toch?” ‘Vlaar geeft vanavond de beste performance van een centrale verdediger op dit WK.’
“Ja, dat is...”
Toch waanzinnig?
“Ja, dat is... echt heel mooi. Goh. Maar de echte ommezwaai was tegen Spanje. Dat heeft zoveel losgemaakt in Nederland. Dertien juni moest het gebeuren. En het gebeurde.”
Ben je te nuchter om veel waarde te hechten aan persoonlijke lof?
“Waardering is een van de mooiste dingen die je als sporter kunt krijgen. Met name bij Oranje zijn er altijd vraagtekens en twijfels geweest, dus ja, dat geeft wel voldoening. Waardering kan ook zo weer omslaan. Het gaat er toch om wat je zelf voelt, dat wil je blijven onthouden. Dat gevoel van: niemand komt er langs.”
Ook al heet je Messi.
“Ook al heet je Messi. Niemand.”
De ontnuchtering volgde overigens al diezelfde avond.
Ron lachend: “Shane was ook bij de wedstrijd. Die zal best gehoord hebben dat papa goed speelde, maar een kind vergeet dat meteen weer. Hij zei: ‘Papa voetballen?’ Ik zei: Ja da’s goed. Hij zei: ‘Oké, penalty’s?’”
Helden Magazine
Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.