Word abonnee

Voetbal

Arne Slot: ‘Een gouden greep’

ANP

Voetbal

Arne Slot: ‘Een gouden greep’

door: Frits Barend
28 maart 2023
24 tot 29 minuten lezen

Iedereen bij Feyenoord loopt weg met Arne Slot. Sinds zijn komst in 2021 gaat het de Rotterdammers voor de wind. Dat is niet onopgemerkt gebleven, meerdere clubs dingen naar zijn hand. Helden maakte een rondje langs mensen die de trainer van Feyenoord goed kennen om te vragen naar zijn kwaliteiten en toekomst.

Trainer van Feyenoord, het is niet de makkelijkste baan van de wereld. De verwachtingen van het trouwe, maar veeleisende Legioen zijn altijd hoog. Tal van oefenmeesters sneuvelden door de jaren heen onder de druk in De Kuip. In 2021 ging Arne Slot aan de slag bij Feyenoord, als opvolger van Dick Advocaat die afscheid had genomen met een vijfde plek en op het nippertje een Europees ticket had veiliggesteld. De opdracht voor Slot: bouwen aan een nieuw elftal, een herkenbare speelstijl, jonge spelers de kans geven zodat zij op den duur met een mooi prijskaartje om de nek naar het buitenland zouden vertrekken.

Slot, die als voetballer in achttien seizoenen uitkwam voor FC Zwolle, NAC en Sparta, wist dat al snel voor elkaar te krijgen, zoals hij als trainer ook al succesvol was geweest bij Cambuur en AZ. Hij voer zijn koers, bleef rustig en liet zich door niets of niemand van de wijs brengen. In zijn eerste seizoen loodste hij Feyenoord naar de derde plek in de eredivisie en de finale van de Conference League, die met 1-0 verloren ging tegen het AS Roma van José Mourinho.

Tal van spelers hadden zich in de kijker gespeeld en gingen voor hoge bedragen naar het buitenland. Tyrell Malacia vertrok voor 17 miljoen euro naar Manchester United, Luis Sinisterra ging voor een bedrag van 25 miljoen – dat met bonussen nog op kan lopen – naar Leeds United, Fredrik Aursnes ging voor rond de 15 miljoen naar Benfica, ongeveer hetzelfde bedrag tikte Bournemouth af voor Marcos Senesi. Na het seizoen vertrokken ook Jens Toornstra en Bryan Linssen. Huurlingen Cyriel Dessers, Guus Til en Reiss Nelson verdwenen ook uit De Kuip.

Slot liet zich niet van de wijs brengen. Ging stoïcijns verder met zijn assistenten Marino Pusic, John de Wolf en Sipke Hulshoff. Hij ging aan de slag met nieuwe spelers als Dávid Hancko, Quilindschy Hartman, Sebastian Szymanski, Quinten Timber, Mats Wieffer, Danilo, Javairo Dilrosun, Santiago Giménez, Oussama Idrissi en Igor Paixão. Opnieuw had hij de boel razendsnel op de rit. Zijn ploeg is in de race voor de landstitel en heeft op meerdere vlakken een geweldig seizoen.

Het werk van de 44-jarige Slot is niet onopgemerkt gebleven. Tal van clubs hebben de trainer, die nog tot en met 2025 onder contract staat in Rotterdam, in het vizier. Gaat hij net als Erik ten Hag – die een vergelijkbare carrière als speler en trainer heeft gehad en afgelopen zomer naar Manchester United vertrok – de overstap maken naar een mooie buitenlandse club na dit seizoen?

70 miljoen

“In het voorjaar van 2020 had ik een gesprek met Mino Raiola over een speler. Hij vroeg of ik bij het zoeken naar een mogelijke opvolger van Dick Advocaat, die had aangegeven in 2021 te willen stoppen bij Feyenoord, weleens had gedacht aan Arne Slot. Nee, zei ik, mede omdat het begin 2020 nog niet urgent was.” Aan het woord is Frank Arnesen, die begin 2020 technisch directeur van Feyenoord werd. “Vanaf dat moment ben ik Arne gaan volgen en me in hem gaan verdiepen. Ik ging kijken hoe hij zich opstelde in interviews, analyseerde hoe hij zijn elftallen liet voetballen, zodat ik me een beeld van hem als trainer kon vormen.

In het najaar van 2020 heb ik hem vrijblijvend uitgenodigd voor een gesprek. We hebben twee goede gesprekken gevoerd over hoe we het voetbal zagen. Hij legde uit hoe hij vanuit een gedegen opbouw in hoog tempo aanvallend wilde spelen, precies zoals ik Feyenoord wilde laten opereren. Na die gesprekken heb ik de overige beleidsbepalers van Feyenoord ervan overtuigd dat we Slot moesten aanstellen als nieuwe trainer vanaf juli 2021. Eind 2020 tekende hij een tweejarig contract met een optie voor meer jaren.”

AZ ontsloeg Slot in december 2020 op staande voet omdat de clubleiding het hem kwalijk nam dat hij hen niet had geïnformeerd over de gesprekken met Feyenoord en dacht dat Slot niet langer met zijn hoofd bij AZ was. Zijn assistent Pascal Jansen nam het over in Alkmaar. “Ik wist dat zijn contract bij AZ tot de zomer van 2021 liep en dat hij daarna vrij zou zijn. Dus had ik in mijn ogen het recht hem te benaderen,” stelt Arnesen. “Wat zich tussen AZ en hem heeft afgespeeld, was iets waarin ik me niet heb gemengd. Omdat Arne was ontslagen bij AZ, had hij in de maanden voordat hij begon tijd om met ons te overleggen hoe we het onder zijn leiding zouden gaan aanpakken en welke spelers we wilden halen.

Met veel nieuwe aanwinsten in betrekkelijk korte tijd moest het van goed naar beter gaan. We hadden via mijn contacten in Europa ook geluk met de aankopen. We verkochten Steven Berghuis, maar haalden met Marcus Pedersen, Fredrik Aursnes, Guus Til en Gernot Trauner voor ons betaalbare, relatief goedkope spelers die meteen in het elftal pasten.

Op advies van Arne haalden we Alireza Jahanbakhsh die hij net als Til kende uit zijn tijd bij AZ. Ik kende de directeur van Brighton waar Jahanbakhsh speelde, dat scheelde natuurlijk bij het halen van een speler uit de Premier League, zo’n club moet wel willen meewerken.” Ook Cyriel Dessers, goed voor negen doelpunten in de competitie en tien in Europa, kwam op huurbasis. “Hij wilde weg bij Racing Genk, Cyriel bleek zeker tegen het einde van het seizoen een gouden greep. Als ik terugkijk, is het echt verbazingwekkend hoe snel Slot van Feyenoord in 2021 een goed voetballend en winnend elftal heeft gemaakt.”

Arnesen stak zijn nek uit voor Slot. “Ik wist dat hij het in zich had, anders had ik hem niet gehaald, maar Arne was natuurlijk geen garantie voor succes. Hij had maar twee jaar ervaring bij Cambuur en anderhalf jaar bij AZ. Feyenoord is wat druk betreft iets heel anders dan AZ. Het is altijd afwachten hoe een trainer daarmee omgaat. Je moet bij Feyenoord natuurlijk wel goede resultaten halen. Die kwamen al snel, het was een logisch gevolg van zijn filosofie en werkwijze. Ik heb grote bewondering hoe hij het uiteindelijk op zijn eigen manier heeft gedaan.

Natuurlijk ben je als coach afhankelijk van je spelers, maar een goede coach maakt mede het verschil. Hij is verbaal heel sterk waardoor hij goed kan uitleggen hoe hij wil spelen. Zijn speelwijze met veel druk naar voren kost veel energie en kracht, mede omdat je niet altijd de bal hebt. Bij balverlies moet je zorgen dat je niet wordt uitgespeeld waardoor spelers soms zestig meter terug moeten sprinten om de bal te heroveren.

Alle spelers begrepen vrij snel dat ze voor die speelwijze fysiek optimaal moesten zijn. Zijn manier van trainen zorgt er mede voor dat de spelers topfit zijn en ook zelden geblesseerd raken. Het knappe is dat Arne en zijn staf snel controle hadden over de hele spelersgroep, ook over spelers die geen basisplaats hadden.” In het voorjaar van 2022 liep Arnesen een infectie op die hem uiteindelijk in het ziekenhuis deed belanden. Hij moest worden geopereerd en zware antibioticakuren ondergaan waardoor hij tijdelijk niet dagelijks honderd procent inzetbaar was op kantoor.

Desondanks, deels vanuit zijn bed, regelde hij de noodzakelijke transfers. “In augustus wilden de nieuwe directeur Dennis te Kloese en de voorzitter van de raad van commissarissen Toon van Bodegom een gesprek met me. Ik zei dat ik me weer geheel de oude voelde en me in staat achtte te werken voor Feyenoord als voorheen. Een week later hadden we een tweede gesprek en toen zeiden zij dat ze wilden dat ik zou opstappen. Dat is jullie goed recht, zei ik, als jullie willen dat ik stop, dan doe ik dat. Ik heb alles netjes afgehandeld, heb ze succes gewenst en ben weggegaan, al had ik graag willen blijven tot zeker het einde van dit seizoen. Arne vond het jammer dat ik weg moest, ik heb nog goed contact met hem, wens hem voor elke wedstrijd succes.”

Arnesen volgt Feyenoord nog steeds met grote interesse. “Ik kijk met veel voldoening terug op de wijze waarop we in alle geledingen – van de scouting en de medische staf tot de trainers van het eerste elftal en de jeugdopleiding – in twee jaar tijd van Feyenoord een moderne voetbalorganisatie hebben gemaakt. We moesten na dat goede seizoen 2021-2022 noodgedwongen spelers verkopen. Ik wist dat we minimaal 50 miljoen zouden binnenhalen, een voor Feyenoord uniek bedrag aan transfers. Uiteindelijk hebben we voor meer dan 70 miljoen verkocht en ook weer een volwaardige selectie kunnen samenstellen.” Arnesen sluit af met een tip aan Slot: “Het is goed voor hem om minimaal nog een jaar bij Feyenoord te blijven.”

Tekst gaat verder onder de foto

Arne Slot

Op de fiets

Gertjan Verbeek was in het seizoen 2008-2009 trainer van Feyenoord. “Ik kende Arne lange tijd vooral als voetballer van teams waartegen wij met mijn clubs speelden,” zegt Verbeek. “We hebben allebei een huis in Zwolle en kwamen elkaar twee jaar geleden toevallig tegen op de fiets met de kinderen. Dat was vlak voordat hij naar Feyenoord ging. We hebben even met elkaar gesproken en wat gedronken. Het is niet zo dat hij mij advies heeft gevraagd of dat ik hem advies heb gegeven. Ik heb hem alleen gezegd dat hij naar een prachtige club ging en dat Feyenoord voor iedere trainer een geweldige uitdaging is.”

Verbeek wilde, net als Slot, destijds bouwen aan een nieuw elftal, maar moest na een half jaar vertrekken. “Ik heb heel duidelijk ervaren dat je met veranderingen bij zo’n grote club op steun kunt rekenen, maar ook op veel weerstand. Ik denk wel dat Arne op een rustiger moment bij Feyenoord is binnengekomen dan ik, maar het is hoe dan ook heel knap wat hij vorig jaar in zijn eerste seizoen meteen heeft gepresteerd.

Afgelopen zomer heeft hij in korte tijd weer een geheel nieuwe selectie moeten opbouwen.” Petje af van Verbeek voor Slot. “Er breken ook weer een paar jongens uit de eigen jeugd door. Dat Feyenoord dit seizoen de grote kandidaat is voor het kampioenschap, is geheel zijn verdienste. Hij weet ook precies wat voor spelers hij wil hebben, hij kan blijkbaar heel goed analyseren wat een speler kan en hoe die in het systeem dat hij wil spelen van waarde kan zijn. Het mooiste voorbeeld is Guus Til, die bij Feyenoord onmisbaar leek. Slot kende hem van AZ en wist precies hoe hij hem moest laten spelen. In elftallen onder Slot kwam Til als middenvelder altijd tot tien à vijftien doelpunten. En nu bij PSV?”

Slot laat zich ook niet snel het hoofd op hol brengen, heeft een duidelijke carrièreplanning in zijn hoofd, denkt Verbeek. “Dat zie je ook aan zijn carrière, van Cambuur, via AZ naar Feyenoord. Ik zie hem ook niet te snel bij Feyenoord vertrekken. Er zal zeker interesse komen, maar als Feyenoord Champions League gaat spelen en de voorwaarden die hij stelt om te presteren worden gehonoreerd, zie ik hem nog zeker een seizoen blijven.”

Slimme gozer

Henk ten Cate werd in 2000 trainer van NAC. In 2001 stond Arne Slot, op dat moment speler van FC Zwolle in de eerste divisie, bovenaan zijn verlanglijstje. “Bij NAC was Alfred Schreuder centrale middenvelder, maar hij liep al tegen de dertig. We waren bang dat hij zou worden weggekocht, daarom wilde ik Slot erbij hebben. Ze leken op elkaar als voetballer, hoewel ik Slot meer een zogenaamde ‘10’ vond en Schreuder meer een ‘6’. Ze waren allebei niet de snelsten, maar zagen het spel, waren goed aan de bal en dachten na over het spel. En het waren geen schreeuwers, ze gaven op een natuurlijke manier leiding in het veld. Slot had overigens niet meteen een basisplaats, we hadden destijds ook nog Orlando Engelaar. Uiteindelijk heb ik drie jaar met Alfred en twee jaar met Arne gewerkt.”

NAC eindigde in 2003 als vierde in de eredivisie, achter de traditionele top drie, een hoogtepunt in de clubgeschiedenis. “Ik kan niet zeggen dat ik toen al een toekomstig trainer in Arne zag, maar bemerkte wel dat hij bezig was met het tactische deel van het spel. Hij ging bij trainingen op een zinnige manier het gesprek met je aan over de bedoelingen achter een oefenvorm,” herinnert Ten Cate zich.

Hij is onder de indruk van de trainer Slot. “Arne heeft voor het tweede achtereenvolgende seizoen van Feyenoord een goed draaiend elftal gemaakt. En daar gaat het om, dat je als trainer je elftal volgens jouw ideeën laat spelen en dat je je opvattingen kunt overbrengen. Ik zie in Arne ook een heel slimme gozer die niet alleen de club goed naar zijn hand zet, maar ook de media weet te bespelen. Dat is een kwaliteit die ik niet bezat. Ik kon niet diplomatiek zijn, was veel te direct. Arne is slimmer in de communicatie dan ik was.”

Ten Cate was tevens trainer van Ajax, maar ook van Panathinaikos en assistent bij Barcelona en Chelsea. “Op dit moment doe ik niets meer in de voetballerij. Ik ben anderhalf jaar geleden gestopt en keer ook niet meer terug. Mijn persoonlijke opvatting is dat trainers van mijn leeftijd plaats moeten maken voor jongere collega’s, er zijn al zo weinig plekken voor trainers. Het is nu aan hen.”

Tekst gaat verder onder de foto

Arne Slot

Verlengstuk

Na vijf jaar NAC voetbalde Arne Slot drie seizoenen voor Sparta. Foeke Booy was daar van eind 2007 tot juli 2009 zijn trainer. “Toen ik tekende, stond Sparta stijf onderaan,” vertelt Booy, tegenwoordig technisch directeur van SC Cambuur. “Ik heb met alle spelers heel kort gesproken. Tegen Arne zei ik gechargeerd dat het gerucht ging dat Sparta bij balverlies eigenlijk met tien man speelde. Was cynisch bedoeld om aan te geven wat ik van hem verwachtte als we de bal niet hadden. Dat pakte hij heel goed op. Hij was tactisch heel sterk. Kon een aanvaller echt vrij voor de keeper zetten en werd mijn verlengstuk in het veld. Uiteindelijk heb ik anderhalf jaar heel prettig met hem gewerkt en hebben we Sparta beide seizoenen in de eredivisie weten te houden.”

Dat de voetballer Slot zich als speler al intensief met tactiek bezighield, blijkt uit een anekdote waarover het AD ooit berichtte uit zijn tijd bij Sparta. Tegen het einde van het seizoen 2008-2009 hadden de Rotterdammers verloren van Volendam en thuis 0-0 gespeeld tegen het al gedegradeerde De Graafschap. Booy bedacht een tactiek voor de wedstrijd tegen Ajax, maar Slot kon zich daar niet in vinden. Slot destijds: ‘Dan gaan we jagen, word ik weer uitgefloten, heb ik het allemaal weer gedaan. Ik zou mezelf hangend op rechts zetten, geef ik de steekballetjes wel.’ Trainer Booy dacht even na en zei tegen zijn assistent Adri van Tiggelen: ‘Veeg onze tactiek maar van het bord, we gaan het doen zoals Arne het ziet.’ Sparta won op 3 mei 2009 met 4-0 van het Ajax van Marco van Basten.

De waardering van Arne Slot voor Booy blijkt uit de uitnodiging die hij, destijds trainer van aartsrivaal Go Ahead Eagles, ontving voor de afscheidswedstrijd die PEC Zwolle in 2014 voor Slot organiseerde. Uiteraard volgt Booy hem nog altijd. “Bij Cambuur kon je zijn ideeën over voetbal al terugzien. AZ heeft een neusje voor talenten, want ze hebben Arne niet voor niets bij Cambuur weggehaald. Wat hij nu bij Feyenoord laat zien, is een logisch vervolg op wat we al hebben gezien bij AZ. Arne houdt van dynamische, technisch vaardige spelers met inhoud, die de baas moeten zijn op het veld.

Dat vergt heel veel discipline van de spelers. Arne hanteert als trainer een hoge standaard waaraan iedereen moet voldoen. Ik vind het ook heel knap hoe hij dat gigantische Legioen bij Feyenoord achter zich heeft weten te krijgen. Wat ook opvalt, is dat hij op sommige momenten ontspanning toont met een zekere humor. Ik denk dat Arne van de drie trainers bij Ajax, PSV en Feyenoord door zijn ervaring het best met de druk kan omgaan. Mede daarom zie ik Feyenoord dit seizoen kampioen worden.”

Ze hebben nog geregeld contact. “Als we elkaar zien, is het mooi, we weten wat we aan elkaar hebben. Toen ik twee jaar geleden werd getroffen door een hartaanval, stuurde hij meteen een appje. Dat typeert Arne.”

Gevraagd naar de toekomst van Slot zegt Booy: “Ik denk dat hij nog een jaar bij Feyenoord blijft, op voorwaarde dat hij het gevoel heeft dat hij ook volgend seizoen weer mee kan doen om de titel. Het ligt dus aan de club of hij blijft.”

Arnesen: ‘Ik wist dat hij het in zich had, maar Arne was natuurlijk geen garantie voor succes. Hij had maar twee jaar ervaring bij Cambuur en anderhalf jaar bij AZ’

Tactisch sterker

“Toen ik vijf jaar geleden onder John van den Brom debuteerde in het eerste van AZ, drukte Arne Slot als assistent al zijn stempel op het elftal,” herinnert Calvin Stengs zich. Na het vertrek van Van den Brom naar Utrecht in 2019 werd Slot hoofdtrainer van AZ. “Ik debuteerde bij AZ als rechtsbuiten, maar zowel Van den Brom als Slot zag in mij ook een nummer tien.”

Op 7 augustus 2017 in de wedstrijd tegen PSV liep Stengs een zware knieblessure op die hem vijftien maanden kostte. “Toen ik weer fit was, benadrukte Arne dat ik mijn creativiteit moest tonen en vooral het frivole in mijn spel moest houden. Ik was volgens Arne soms iets te kritisch naar mezelf. ‘Het geeft niet als je eens wat minder speelt,’ zei hij dan. Ik ben door Slot tactisch sterker geworden, waardoor ik het spel op een hoger niveau doorzie. Voor buitenstaanders is het misschien moeilijk te volgen, maar één stapje naar binnen of naar buiten kan net het verschil maken. Het jaar voordat hij naar Feyenoord ging, wonnen wij in De Kuip met 3-2.”

In 2021 ging Slot naar Feyenoord en Stengs, op 28 februari voor het eerst vader geworden van zoontje Saint, vertrok naar OGC Nice. “Toen eind 2020 bekend werd dat Arne in de zomer van 2021 naar Feyenoord zou gaan, moest hij vertrekken. Hij was al weg voordat wij ’s ochtends zouden trainen. Als spelersgroep van AZ hebben we daarom nooit afscheid van hem kunnen nemen. Ik heb hem daarna nog wel gesproken hoor, laatst nog, toen de kleine was geboren. Omdat ik weinig speelde in Nice heeft Arne me afgelopen zomer gepolst of ik naar Feyenoord wilde komen. Uiteindelijk heb ik voor FC Antwerp gekozen.”

Dessers: ‘Voor mij staan Erik ten Hag en Arne Slot vooral tactisch ver boven bijna alle trainers met wie ik heb gewerkt’

Stengs noemt Slot een toptrainer ‘die natuurlijk ook nog dingen moet leren’. “Hij is als mens heel rustig, kan zowel een- op-een als voor een hele groep op simpele wijze zijn ideeën overbrengen. Je ziet bij hem altijd nieuwe spelers bovendrijven die voor het Nederlands elftal worden geselecteerd, zoals ik onder hem bij AZ ook debuteerde in Oranje. Dat is ook zijn verdienste. Ooit komt hij bij een Europese topclub terecht, maar eerst zie ik hem naar een club onder de top gaan.”

Agressieve speelwijze

Bryan Linssen kan goed het verschil aangeven tussen het Feyenoord zónder en mét Arne Slot. De aanvaller kwam in 2020 over van Vitesse. In zijn eerste seizoen in Rotterdam, onder Dick Advocaat, werd de ploeg vijfde in de competitie. “Een hogere positie zat er ook niet in. Zo’n positie past natuurlijk niet bij Feyenoord.”

In zijn tweede seizoen bij Feyenoord maakte hij Slot dus mee. “Vanaf het begin heeft Slot samen met zijn assistent Marino Pusic de hele speelstijl, die voor zijn komst toch meer defensief was, veranderd in een aanvallende, dwingende manier van spelen. Arne zorgde op een prettige manier voor nieuwe energie. Vanaf het begin trainden we heel intensief op het druk zetten en daarin vervulde ik samen met Guus Til door mijn agressieve speelwijze een heel belangrijke rol. Wij vormden een perfect duo in zijn speelwijze. Soms zei hij: ‘Doe in de spits maar wat je gevoel je ingeeft.’

Of hij riep me tijdens de wedstrijd even naar de kant, zei een zin en dan wist ik precies wat hij bedoelde. We spraken overigens niet alleen over mijn rol in het elftal, we bespraken ook zaken buiten het voetbal. Hij heeft het voordeel dat hij nog jong is, weet wat de jeugd van tegenwoordig bezighoudt.”

De zogenoemde presentatiewedstrijd in De Kuip, tegen Atlético Madrid, zette volgens Linssen meteen de toon. “Die wonnen we niet alleen zeer verrassend met 2-1, maar vooral de teamspirit die tot uiting kwam bij een opstootje rond hun trainer Diego Simeone heeft iets teweeggebracht in het team. Slot heeft dat voorval het hele jaar als voorbeeld gesteld. Hoe we als spelers voor elkaar moesten opkomen, dat we elke wedstrijd voor elkaar door het vuur moesten gaan. Dat beroep doen op het teamgevoel zie je dit seizoen ook weer tot uiting komen in de houding van de wisselspelers.

Dat Feyenoord net als vorig seizoen weer veel wedstrijden wint of gelijkspeelt in de slotfase. Heeft te maken met de teamspirit en de wijze van trainen. We trainden keihard, altijd met de bal en wedstrijd gerelateerd, maar tegelijk ook heel erg gericht op het op een verantwoorde wijze verbeteren van de conditie. Het is niet voor niets dat we ons het hele seizoen topfit voelden en met heel weinig blessures te maken hadden. Dat is dit seizoen niet anders.”

Linssen geeft een inkijkje in de kleedkamer van vorig seizoen. “De wedstrijdbesprekingen waren van een heel hoog niveau. Arne motiveerde ons niet alleen, maar gaf ook heel gedetailleerde informatie over de tegenstander. Hij vertelde precies hoe we hen moesten bespelen om ons eigen spel te kunnen spelen. Als wat de trainer zegt negen van de tien keer uitkomt, geeft dat vertrouwen. In de trainingen hadden we vaak zijn hele plan al uitgevoerd, daarom geloofden we onvoorwaardelijk in zijn aanpak. Als ik straks terugkijk op mijn carrière, zal dat seizoen 2021-2022 bij Feyenoord zeker het mooiste en leukste seizoen uit mijn loopbaan zijn.

Het spelen in De Kuip, de wetenschap dat je in negen van de tien thuiswedstrijden in de competitie veel beter bent dan de tegenstander en ook in uitwedstrijden vaak de bovenliggende partij bent, zijn onvergetelijke momenten. Aan het einde van het seizoen stonden we zelfs in de finale van de Conference League.”

Linssen vertrok afgelopen zomer naar Urawa Red Diamonds in Japan. “Slot gaf eerlijk aan dat ik heus wel mijn minuten zou maken in het nieuwe seizoen, maar dat de rol van invaller ook dreigde.”

Aanvallende filosofie

Ook Cyriel Dessers speelde dus een belangrijke rol in het eerste seizoen van Arne Slot bij Feyenoord. De makkelijk scorende spits werd in korte tijd erg populair bij het Legioen. “Ik was op de laatste dag van de transferperiode net geland in Madrid om een huurcontract af te ronden met Leganés. In de loop van de middag ontstonden er problemen, waarop FC Antwerp, Nottingham Forest en Feyenoord interesse toonden,” vertelt Dessers. “Uiteindelijk heb ik voor Feyenoord gekozen. En op de luchthaven mijn contract getekend, mede omdat ik het gevoel had dat ik onder Arne Slot beter kon worden. Ik kijk heel veel voetbal, volg alles en was onder de indruk van zijn werkwijze. Je ziet dat zijn teams spelen volgens een heel duidelijke aanvallende filosofie met veel druk naar voren en veel spelers rond het zestienmetergebied van de tegenstander. Die speelwijze sprak mij aan.”

Dessers speelde van 2017 tot en met 2019 bij FC Utrecht. Erik ten Hag was destijds zijn trainer. “Voor mij staan Erik en Arne vooral tactisch ver boven bijna alle trainers met wie ik heb gewerkt. Zij laten hun ploegen niet alleen aantrekkelijk spelen, maar zorgen ook voor resultaat. Daarnaast hebben ze allebei oog voor het menselijke aspect. Arne is heel correct en eerlijk, kijkt ook naar spelers buiten de basis, een kwaliteit die ik niet bij veel trainers heb meegemaakt. Ik had natuurlijk wel moeite met mijn aanvankelijke positie op de bank.

Arne zei meteen heel eerlijk dat Bryan Linssen zijn eerste keus was, dat ik hard moest blijven werken, dat vroeg of laat door een blessure of schorsing mijn moment zou komen. ‘Dan moet je er staan,’ zei hij. Als speler is het niet fijn om te horen, maar wel duidelijk, daardoor zorgde hij ervoor dat ik mentaal aan boord bleef. Ik heb ook trainers meegemaakt die zoiets alleen zeiden om me aan het lijntje te houden.”

Dessers speelt sinds afgelopen zomer voor Cremonese in Italië. “Ik heb een geweldig seizoen gehad, maar mijn droom was ook om ooit in Italië te spelen. Ik heb geen spijt, zie het seizoen bij Feyenoord als het hoogtepunt in mijn carrière.”

Tekst gaat verder onder de foto

Arne Slot

Altijd welkom

Giovanni van Bronckhorst “Feyenoord is door de hele structuur met veel geledingen zoals de directie, het bestuur, de vrienden en het Legioen een nogal gecompliceerde club. Dat maakt het werken voor een technische staf niet altijd even makkelijk,” zegt Gio. Die geldt als een van de succesvolste trainers van Feyenoord ooit. “Ik was een kind van Feyenoord toen ik in 2015 trainer werd. Dat was aan de ene kant een voordeel, aan de andere kant voelde ik daardoor meer druk. Arne heeft niet die achtergrond, dat maakt de wijze waarop hij van het begin af het Legioen achter zich heeft gekregen heel knap.”

Van Bronckhorst werkte tot eind vorig jaar bij Glasgow Rangers en wacht op een nieuwe uitdaging. “Ik ben sinds mijn vertrek bij de Rangers een paar keer op het trainingscomplex geweest en als Arne weet dat ik er ben, word ik heel warm onthaald, ben ik altijd welkom. We hebben een paar keer samen geluncht, informeel koffiegedronken en we gaan een keer padellen. Dat doen we beiden graag. Hij heeft het naar zijn zin bij Feyenoord, dat merk ik aan alles. Zelf doe ik nu veel werk voor de technische commissie van de UEFA, maar als de kans zich voordoet bij een mooie buitenlandse club heb ik nog wel de energie en ambitie om het vak van trainer weer op te pakken. Ik heb als trainer een prachtige tijd gehad bij Feyenoord. Met vijf prijzen in vier jaar, maar mijn ambitie ligt op dit moment niet in Nederland.”

Helden Magazine 66

Het verhaal van Arne Slot komt voort uit Helden Magazine 66. De 66ste editie staat in het teken van ‘nieuwe Helden’. Op zijn 28ste heeft Nyck de Vries een stoeltje in de Formule 1 bemachtigd. Helden ging bij hem langs in Monaco en sprak hem over het bizarre leven dat hij leidt.

In deze editie lees je ook een uitgebreid interview met duizendpoot Rico Verhoeven. Hij is al tien jaar wereldkampioen kickboksen, succesvol ondernemer, vader én acteur. Ook een gesprek met Daphne van Domselaar. Bij het EK van 2022 werd de doelvrouw van FC Twente gebombardeerd tot nieuwe held. Daarnaast spraken we met Xavi Simons, wie al sinds jongs af aan in the picture staat. En breekt marathonloopster Nienke Brinkman record na record.

Verder in Helden 66 interviews met de winnaar van het tennistoernooi van Rosmalen: Tim van Rijthoven. Goede vrienden en wielrenners: Fabio Jakobsen en Julius van den Berg. Eén van de kroonjuwelen van Ajax: Kenneth Taylor én paralympisch zwemkampioene: Chantalle Zijderveld.

José de Cauwer is oud-renner en wieleranalist van de VRT. Een gesprek over onder meer Mathieu van der Poel, Remco Evenepoel en Jonas Vingegaard. Klaas-Jan Huntelaar blikt terug op de koninklijke avond in Madrid. Victoria Koblenko spreekt paralympisch wielerkampioen Tristan Bangma. Als laatste verteld Nouchka Fontijn in ‘De dag dat alles misging’ dat ze dacht dat ze wereldkampioen was. En Fenna Kalma is de aanstormende spits van de Oranjevrouwen.

Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 66 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Delen: