April was zijn maand, dan was hij dé koning van België. Tom Boonen (40) is inmiddels alweer vier jaar geleden gestopt met wielrennen, maar is nog altijd een held in Vlaanderen. Vier keer de beste in Parijs-Roubaix, driemaal winnaar van de Ronde van Vlaanderen. Het peloton mist hij niet, maar de koers wel. Een gesprek over sportwagens, druk, social media en cocaïne.
In de showroom, of ‘toonzaal’ zoals de Vlamingen zeggen, beginnen zijn ogen te glinsteren. Draaide zijn leven dertig jaar lang om het stalen ros, nu heeft hij zijn hart helemaal verpand aan iconische sportwagens. Of het nu de Porsche 997 RS 4.0, Donkervoort D8 GTO RS, Ferrari 812 GTS, McLaren P1 GTR of Italdesign Zerouno is, vol passie spreekt Tom Boonen over ieder van deze auto’s tijdens onze wandeling in zijn autobedrijf. Alsof het kinderen van hem zijn, zo liefkozend kiest hij zijn woorden.
In Zandhoven, onder de rook van Antwerpen, heeft hij met twee compagnons zijn bedrijf Iconic Cars gevestigd. Het richt zich op zeer exclusieve sportwagens voor de gepassioneerde liefhebbers met een hart voor de pure auto’s. “Zelf heb ik een voorliefde voor oldtimers,” geeft Boonen aan. “Ik hou van auto’s waar met hart en ziel aan is gewerkt, niet van een massaproduct. Zo ben ik ook bij Donkervoort terechtgekomen. Dat is een van de meest pure sportwagens die ik ken.”
Sinds enkele maanden is Boonen importeur van Donkervoort, een automerk dat hij omschrijft als een moderne interpretatie van een klassieke wagen. “De rijsensaties zijn hetzelfde als van een oldtimer. Handgeschakeld, open dak, ongefilterd rijden, drie pedalen, een stick en een stuur. Ik kom al zeven jaar bij de familie Donkervoort in Loosdrecht over de vloer en heb in het verleden al twee wagens van hen gekocht. Het is heel speciaal dat zij de auto’s nog van de grond af zelf bouwen. Ze nemen nog de moeite om vrijwel alles met de hand te maken, om zo een uniek product te vervaardigen. Als je de uren die in zo’n auto zitten uitlegt, dan is de prijs van een Donkervoort veel makkelijker te verklaren dan een sportauto die ze voor de 35ste keer gekopieerd hebben en er dan 350.000 euro voor vragen.”
De voormalige wereldkampioen (2005) benadrukt dat de handel in deze sportwagens eigenlijk een hobby voor hem is. Al is hij minimaal een dag in de week op de zaak te vinden. “We hoeven er niet van te leven, maar we moeten natuurlijk wel geld verdienen om het bedrijf draaiende te houden. Als je vier of vijf van die wagens in voorraad moet hebben, dan praat je al over behoorlijke budgetten. Zo hebben we de laatste jaren een Bugatti Veyron voor 1.250.000 euro gekocht en een paar maanden geleden een Ferrari Sergio voor 1,6 miljoen euro verkocht. Als je uiteindelijk kijkt wat je bij de verkoop uiteindelijk op zo’n wagen verdient; dat is eigenlijk om te huilen.”
Dan is Boonen eerlijk: “Zo’n auto verkopen is natuurlijk leuk, maar het geeft geenszins eenzelfde sensatie als het winnen van een wielerkoers.”
Het volledige verhaal lezen? Dat kan via Blendle. Je kunt het magazine ook in de winkel halen óf online bestellen!