Word abonnee
Meer

Zwemmen

Pieter van den Hoogenband – Opnieuw de aap op de rots

Pieter van den Hoogenband Pieter van den Hoogenband is tijdens de Spelen in Parijs voor de tweede keer chef de mission. Twintig jaar nadat hij voor de tweede maal olympisch goud won op de 100 meter vrije slag én zilver op de 200 vrij en 4x100 meter vrij, gaan we voor Helden Magazine nummer 72 met hem terug in de tijd, naar Athene 2004. “Natuurlijk twijfelde ik of ik daar wel kon zwemmen.” ‘Ik ben altijd zo trots op jou als een Fries, vriend.’ Het is een ingelijste, geschreven boodschap van zanger Guus Meeuwis die aan de muur van het tuinhuis van Pieter van den Hoogenband hangt, naast een akoestische gitaar van zijn goede vriend. De beroemde zin ‘Was men maar op Brabant zo trots als een Fries’ uit Meeuwis’ geuzenlied Brabant, is geïnspireerd op Pieter, verklapt de man die tijdens de Spelen in Parijs voor de tweede keer op zal treden als chef de mission van TeamNL. Maar voordat hij afreist, gaat hij op verzoek twintig jaar terug in de tijd, naar de Spelen van 2004 in Athene, toen hij nog furore maakte als zwemmer. “Eigenlijk moeten we eerst terug naar 2000.” Bij de Spelen in Sydney won Pieter twee keer olympisch goud en tweemaal brons. Met als bonus de status van Bekende Nederlander keerde hij terug uit Australië. “Een boekje U bent olympisch kampioen, wat nu? bestaat niet. Het was gekkenhuis toen ik terugkwam uit Sydney. Op een gegeven moment was ik huiverig om het huis uit te gaan. Gelukkig had ik met mijn coach Jacco Verhaeren al voor die Spelen een plan uitgedokterd richting Athene. We dachten: als de Spelen in Sydney een succes worden, moeten we onze partners ook meteen meenemen in onze plannen. Jacco en ik wisten dat we het niveau dat ik had nog een periode vast kon houden, sowieso tot en met de Spelen van 2004. Onderdeel van het plan was dat ik na Sydney eerst een half jaar rust zou nemen. Dat was nodig om de batterij weer op te laden en ik kon die tijd ook gebruiken om alles wat me overkwam een plek te geven. Door de trainingsachterstand was mijn niveau iets minder bij het WK in Fukuoka, in 2001. Ik werd vier keer vicewereldkampioen.” Terug naar de zin uit het officieuze volkslied van Noord-Brabant. “Ik won vier keer zilver, maar werd afgemaakt in de media. De tendens was: Van den Hoogenband heeft gefaald. Na het winnen van die twee olympische titels was alles minder dan goud ineens een tegenvaller. Guus ergerde zich daaraan. En zo kwam hij op de zin: ‘Was men maar op Brabant zo trots als een Fries’. Hoe er met mij werd omgegaan door de lokale media vond hij in schril contrast staan met de trots waarmee Friezen omgaan met hun helden.” Deceptie Na Sydney begon Pieter met zijn coach Jacco Verhaeren aan zijn derde olympische traject. Pieter werd weliswaar vierde op de 100 en 200 vrij bij de Spelen in Atlanta in 1996, maar Jacco en Pieter waren nog het wiel aan het uitvinden. Met alle opgedane informatie gingen ze het tweede traject in, dat dus resulteerde in twee olympische titels. “In Sydney was ik 22 en heel erg gestroomlijnd. Richting Athene werd ik wat gespierder door het explosieve werk dat ik deed: kortebaanwedstrijden en 50 meters. Jacco moest een aanpak bedenken waardoor ik minstens net zo snel bleef zwemmen als in Sydney, zo niet sneller, maar wel rekening houdend met dat veranderende lichaam.” Bij het EK in Berlijn in 2002 veroverde Pieter goud op de 100 en 200 vrij. Op de 100 meter bleef hij maar twee honderdste verwijderd van zijn in de halve finale in Sydney gezwommen wereldrecord van 47,84. Op de 200 meter zwom hij met 1.44,89 een halve seconde sneller dan op de Spelen. “We waren op de goede weg. Jacco en ik namen in aanloop naar het WK van 2003 in Barcelona een bewust risico, kozen ervoor om het World Cup-circuit in te gaan. Ik zwom veel wedstrijden, reisde veel.” Coach en pupil zagen EK’s en WK’s eigenlijk als generale repetities voor de Spelen. “Voor mij was een EK niet specialer dan een WK. Natuurlijk wilde ik goed voor de dag komen op een WK, maar in de jaren voor de Spelen konden we ook nog dingen uitproberen, zoals het World Cup-circuit afgaan om te kijken of mij dat beter zou maken met het oog op Athene. Het was goed om veel op hoog niveau te racen, om vaker die maximale prikkel te voelen, dachten we. Maar het gevolg was dat ik voor het WK al erg vermoeid was. Tijdens het laatste trainingskamp in Frankrijk kreeg ik er ook nog een voedselvergiftiging overheen. Ik viel flink af en was erg verzwakt. Ik kreeg speciale ziekenhuisvoeding die erg zieke mensen krijgen om aan te sterken. Het gevolg was dat ik niet in mijn beste vorm in Barcelona aankwam. Louis van Gaal en de selectie van Barcelona zaten op de tribune, net als veel vrienden die hadden geroepen: ‘Even de wereldtitel ophalen en lekker vakantie vieren in Barcelona, Pietje!’ Ik kwam niet in de buurt van mijn tijden van een jaar eerder, pakte zilver op de 100 en 200 meter vrij en brons op de 50 vrij. Dat WK werd een deceptie.” De voorbereiding op de Spelen in Athene begon in augustus 2003 met een weekje op ‘Gonzo’, de boot van Karel van den Brekel, de voormalig clubarts van PSV. “Aan ‘ome’ Karel heb ik mijn Brabantse tongval te danken,” zegt Pieter. Van den Brekel haalde Cees-Rein van den Hoogenband naar het St. Anna Ziekenhuis in Geldrop. Samen gingen zij in de jaren tachtig als ‘hobby’ ook aan de slag als clubartsen van PSV. Terug naar het weekje zeilen. “’Ome’ Karel had in de smiezen dat ik een flinke teleurstelling te verwerken had toen ik terugkwam uit Barcelona. Ome Karel zei: ‘Mijn boot ligt in Zeeland, vind je het leuk om een weekje samen te gaan zeilen?’ Hij haalde me op, rookte tijdens de autorit Gauloises-sigaretten zonder filter en had daarom gedurende de hele rit het autoraam halfopen. Ik had een paar boeken mee en samen filosofeerden we aan boord over het leven. Ik heb goed geslapen en tijdens het varen spraken we soms een tijdlang niet tegen elkaar. Tijdens die week analyseerde ik wat er fout was gegaan, ik nam de lessen in me op met het oog op de Spelen. In die week rukte ik op de resetknop. Daarna was ik mentaal weer fris en klaar om naar de Spelen toe te werken.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Pieter van den Hoogenband komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.
Pieter van den Hoogenband Pieter van den Hoogenband is tijdens de Spelen in Parijs voor de tweede keer chef de mission. Twintig jaar nadat hij voor de tweede maal olympisch goud won op de 100 meter vrije slag én zilver op de 200 vrij en 4x100 meter vrij, gaan we voor Helden Magazine nummer 72 met hem terug in de tijd, naar Athene 2004. “Natuurlijk twijfelde ik of ik daar wel kon zwemmen.” ‘Ik ben altijd zo trots op jou als een Fries, vriend.’ Het is een ingelijste, geschreven boodschap van zanger Guus Meeuwis die aan de muur van het tuinhuis van Pieter van den Hoogenband hangt, naast een akoestische gitaar van zijn goede vriend. De beroemde zin ‘Was men maar op Brabant zo trots als een Fries’ uit Meeuwis’ geuzenlied Brabant, is geïnspireerd op Pieter, verklapt de man die tijdens de Spelen in Parijs voor de tweede keer op zal treden als chef de mission van TeamNL. Maar voordat hij afreist, gaat hij op verzoek twintig jaar terug in de tijd, naar de Spelen van 2004 in Athene, toen hij nog furore maakte als zwemmer. “Eigenlijk moeten we eerst terug naar 2000.” Bij de Spelen in Sydney won Pieter twee keer olympisch goud en tweemaal brons. Met als bonus de status van Bekende Nederlander keerde hij terug uit Australië. “Een boekje U bent olympisch kampioen, wat nu? bestaat niet. Het was gekkenhuis toen ik terugkwam uit Sydney. Op een gegeven moment was ik huiverig om het huis uit te gaan. Gelukkig had ik met mijn coach Jacco Verhaeren al voor die Spelen een plan uitgedokterd richting Athene. We dachten: als de Spelen in Sydney een succes worden, moeten we onze partners ook meteen meenemen in onze plannen. Jacco en ik wisten dat we het niveau dat ik had nog een periode vast kon houden, sowieso tot en met de Spelen van 2004. Onderdeel van het plan was dat ik na Sydney eerst een half jaar rust zou nemen. Dat was nodig om de batterij weer op te laden en ik kon die tijd ook gebruiken om alles wat me overkwam een plek te geven. Door de trainingsachterstand was mijn niveau iets minder bij het WK in Fukuoka, in 2001. Ik werd vier keer vicewereldkampioen.” Terug naar de zin uit het officieuze volkslied van Noord-Brabant. “Ik won vier keer zilver, maar werd afgemaakt in de media. De tendens was: Van den Hoogenband heeft gefaald. Na het winnen van die twee olympische titels was alles minder dan goud ineens een tegenvaller. Guus ergerde zich daaraan. En zo kwam hij op de zin: ‘Was men maar op Brabant zo trots als een Fries’. Hoe er met mij werd omgegaan door de lokale media vond hij in schril contrast staan met de trots waarmee Friezen omgaan met hun helden.” Deceptie Na Sydney begon Pieter met zijn coach Jacco Verhaeren aan zijn derde olympische traject. Pieter werd weliswaar vierde op de 100 en 200 vrij bij de Spelen in Atlanta in 1996, maar Jacco en Pieter waren nog het wiel aan het uitvinden. Met alle opgedane informatie gingen ze het tweede traject in, dat dus resulteerde in twee olympische titels. “In Sydney was ik 22 en heel erg gestroomlijnd. Richting Athene werd ik wat gespierder door het explosieve werk dat ik deed: kortebaanwedstrijden en 50 meters. Jacco moest een aanpak bedenken waardoor ik minstens net zo snel bleef zwemmen als in Sydney, zo niet sneller, maar wel rekening houdend met dat veranderende lichaam.” Bij het EK in Berlijn in 2002 veroverde Pieter goud op de 100 en 200 vrij. Op de 100 meter bleef hij maar twee honderdste verwijderd van zijn in de halve finale in Sydney gezwommen wereldrecord van 47,84. Op de 200 meter zwom hij met 1.44,89 een halve seconde sneller dan op de Spelen. “We waren op de goede weg. Jacco en ik namen in aanloop naar het WK van 2003 in Barcelona een bewust risico, kozen ervoor om het World Cup-circuit in te gaan. Ik zwom veel wedstrijden, reisde veel.” Coach en pupil zagen EK’s en WK’s eigenlijk als generale repetities voor de Spelen. “Voor mij was een EK niet specialer dan een WK. Natuurlijk wilde ik goed voor de dag komen op een WK, maar in de jaren voor de Spelen konden we ook nog dingen uitproberen, zoals het World Cup-circuit afgaan om te kijken of mij dat beter zou maken met het oog op Athene. Het was goed om veel op hoog niveau te racen, om vaker die maximale prikkel te voelen, dachten we. Maar het gevolg was dat ik voor het WK al erg vermoeid was. Tijdens het laatste trainingskamp in Frankrijk kreeg ik er ook nog een voedselvergiftiging overheen. Ik viel flink af en was erg verzwakt. Ik kreeg speciale ziekenhuisvoeding die erg zieke mensen krijgen om aan te sterken. Het gevolg was dat ik niet in mijn beste vorm in Barcelona aankwam. Louis van Gaal en de selectie van Barcelona zaten op de tribune, net als veel vrienden die hadden geroepen: ‘Even de wereldtitel ophalen en lekker vakantie vieren in Barcelona, Pietje!’ Ik kwam niet in de buurt van mijn tijden van een jaar eerder, pakte zilver op de 100 en 200 meter vrij en brons op de 50 vrij. Dat WK werd een deceptie.” De voorbereiding op de Spelen in Athene begon in augustus 2003 met een weekje op ‘Gonzo’, de boot van Karel van den Brekel, de voormalig clubarts van PSV. “Aan ‘ome’ Karel heb ik mijn Brabantse tongval te danken,” zegt Pieter. Van den Brekel haalde Cees-Rein van den Hoogenband naar het St. Anna Ziekenhuis in Geldrop. Samen gingen zij in de jaren tachtig als ‘hobby’ ook aan de slag als clubartsen van PSV. Terug naar het weekje zeilen. “’Ome’ Karel had in de smiezen dat ik een flinke teleurstelling te verwerken had toen ik terugkwam uit Barcelona. Ome Karel zei: ‘Mijn boot ligt in Zeeland, vind je het leuk om een weekje samen te gaan zeilen?’ Hij haalde me op, rookte tijdens de autorit Gauloises-sigaretten zonder filter en had daarom gedurende de hele rit het autoraam halfopen. Ik had een paar boeken mee en samen filosofeerden we aan boord over het leven. Ik heb goed geslapen en tijdens het varen spraken we soms een tijdlang niet tegen elkaar. Tijdens die week analyseerde ik wat er fout was gegaan, ik nam de lessen in me op met het oog op de Spelen. In die week rukte ik op de resetknop. Daarna was ik mentaal weer fris en klaar om naar de Spelen toe te werken.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Pieter van den Hoogenband komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Zwemmen

Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau – De drie schoolslag musketiers

Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau Arno Kamminga (28), Caspar Corbeau (23) en Tes Schouten (23) zijn trainingsgenoten en schoolslagspecialisten van wereldformaat. Bij de Spelen in Parijs gelden ze alle drie als medaillekandidaten. Wat zit er toch in het water van het Amsterdamse Sloterparkbad dat de successen op de in Nederland jarenlang minst succesvolle slag je daar om de oren vliegen? Het supertrio voor Helden Magazine nummer 72 in gesprek met oud-topzwemmer Nick Driebergen over O-benen, stroopwafels en jaloezie. “Wij spelen alleen nog maar Champions League.” [caption id="attachment_20127" align="aligncenter" width="1920"] Tes Schouten[/caption] Pieter van den Hoogenband, Inge de Bruijn, Ranomi Kromowidjojo, Marleen Veldhuis, Femke Heemskerk; allemaal maakten ze furore op de borstcrawl. Nederland werd jarenlang gezien als een ‘vrijeslagland’. Tegenwoordig is alles anders. Er waait een nieuwe wind door het zwembad die een andere slag heeft meegenomen: de schoolslag. Wie is er niet groot mee geworden? Maar in het Nederlandse topzwemmen was de slag heel lang het ondergeschoven en achtergebleven kindje. Nu niet meer. ‘We’ hebben op de Spelen in Parijs drie schoolslagtroeven. Arno Kamminga won bij de Spelen in Tokio twee zilveren medailles. Caspar Corbeau, in Amerika opgegroeid met een Nederlandse vader en Amerikaanse moeder, is een recent ontdekte parel. Met zijn EK-goud op de kortebaan en WK-zilver op de langebaan hijgt hij in de nek van Arno. En dan is daar nog Tes Schouten, van jongs af aan al in het bezit van uitzonderlijk veel talent en dat liet ze afgelopen jaar ook zien bij de senioren. Ze is regerend Europees- en wereldkampioen op de 200 meter schoolslag. Is Parijs het eerste waar jullie aan denken als je ’s morgens opstaat? Arno: “Het gaat elke week meer borrelen. Als de training lekker loopt, zie ik me al in Parijs staan. In aanloop naar de Spelen van Tokio hing er een Japanse vlag in mijn kamer. Er hangt nu geen Franse vlag en ik ontbijt ook niet iedere ochtend met croissants. Ik heb niets meer nodig om mezelf eraan te herinneren waar ik het allemaal voor doe.” Tes: “Ik voel élke training dat de Spelen eraan komen. Als ik er doorheen zit en ik denk aan Parijs, dan geeft me dat automatisch een oppepper. Het maakt me alert. Voor de Spelen van Tokio had ik geen idee wat ik kon verwachten, het was mijn olympisch debuut. We hoeven dit keer gelukkig niet de hele dag mondkapjes te dragen.” Zijn jullie al eens in Parijs geweest? Caspar: “Nog nooit, zelfs niet eens in Frankrijk. Ik moet als halve Amerikaan nog heel wat gaan ontdekken in Europa. Mijn ouders komen in de zomer deze kant op om ons te zien zwemmen.” Tes: “Mijn ouders hebben inmiddels ook alles geregeld. Het gevolg: een lege portemonnee. Maar je moet er iets voor overhebben, toch?” Arno: “Ik ben wel al een paar keer naar Parijs geweest, en natuurlijk ook in Disneyland.” Schoolslagafstelling Tes, Arno en Caspar wonen en trainen in Amsterdam. Borstcrawlsprinter Kenzo Simons – kleinzoon van voormalig president van Suriname Jules Wijdenbosch – completeert het team. De touwtjes zijn stevig in handen van coach Mark Faber. Hij werd na de Spelen van Tokio aangesteld als hoofdcoach van het Nederlandse zwemmen, maar legde die taak vorige zomer neer om zich volledig te kunnen focussen op zijn vier pupillen. In jullie team van vier zitten drie wereldtoppers op de schoolslag. Dat is toch een beetje alsof Ajax nooit een fatsoenlijke spits had en er nu opeens drie Zlatans zijn. Hoe kan dat ineens? Arno: “Het is een combinatie van het koppie en een geweldig trainingsplan. Mark houdt ons scherp in alles wat wij doen. Als je zou uitrekenen hoeveel uur die man op jaarbasis in ons steekt... Hij is bezeten. In grote lijnen hebben wij alle drie hetzelfde plan, maar ieder lijf is anders. De aanpak is extreem op maat gemaakt. Wij hebben het heel goed voor elkaar in Amsterdam, wereldwijd is het aantal teams dat het zo goed heeft als wij maar op één hand te tellen.” Tes: “Mark kijkt ook verder dan het pure zwemmen. Hij helpt ons met het mentale aspect van topsport. Je kunt niet elke race een nieuw record zwemmen, maar je kunt wel racen alsof elke wedstrijd de belangrijkste van je leven is.” Arno: “We zijn in aanloop naar de Spelen heel weinig thuis geweest. Dat was bij vorige generaties wel anders. Zij deden vier wedstrijden en twee trainingskampen per jaar, deden aan trainingszwemmen en wij aan wedstrijdzwemmen. Elke wedstrijd moet top zijn; wij spelen alleen nog maar Champions League.” Arno: 'We zijn in aanloop naar de Spelen weinig thuis geweest. Dat was bij vorige generaties wel anders. Elke wedstrijd moet top zijn; wij spelen alleen nog maar Champions League.' Is het geheim ook niet gewoon: keihard trainen? Tes: “Wij waren laatst op trainingskamp in Zuid-Afrika en daar was de Nederlandse atletiekploeg ook. Zij verbaasden zich over onze trainingsomvang. Als wij kapot in bed lagen na de training lagen zij aan het zwembad bruin te worden en lekker te influencen.” Arno: “Het is natuurlijk lastig te vergelijken. Atleten hebben veel meer last van fysieke impact: zij rennen, springen, raken de grond. Wij zijn gewichtloos. Maar als je kijkt naar Femke Bol: de afstanden zijn qua tijd redelijk gelijk. Haar 400 meter horden of gewone 400 meter is te vergelijken met onze 100 meter schoolslag.” [caption id="attachment_20507" align="aligncenter" width="1920"] Arno Kamminga[/caption] Tes: “Zij trainden in Zuid-Afrika vaak één keer per dag, hadden in de gym geregeld hun tweede training. Wij trainen eigenlijk standaard drie keer per dag. Dat is wel echt een verschil.” Caspar: “Daar kan ik wel jaloers op worden. Maar elke sport en elk lichaam heeft een andere aanpak nodig.” Als ik vier verschillende zwemmers op een rijtje zet: kun je dan aan het lijf meteen zien wie de schoolslagzwemmer is? Arno: “Meestal zijn het wat kleinere mensen, die iets breder zijn en van wie de voeten naar buiten staan. Onze bovenbenen zijn ook wat verder ontwikkeld, wat groter.” Tes: “Ik kan niet zeggen dat ik per se trots ben op mijn schoolslaglijf. In het water ben ik gespierd en sterk, maar als ik in een discotheek sta in een topje kan ik wel denken: gatver, dit klopt niet. Misschien overdrijf ik, want ik ben hartstikke blij, maar dat zijn wel momenten dat ik zie dat ik anders ben dan vriendinnen.” Tes: 'Ik kan niet zeggen dat ik per se trots ben op mijn schoolslaglijf. Als ik in een discotheek sta in een topje kan ik wel denken: gatver, dit klopt niet.' Arno: “Maar ons lichaam is weer niet te vergelijken met dat van baanwielrenner Harrie Lavreysen. Wij kunnen nog wel normale broeken kopen. Die bovenbenen van hem... Het is bij ons denk ik niet buitenproportioneel.” Caspar: “Ik ben niet per se blij met mijn lichaam, wel met wat ik ermee kan. Wij staan niet in de gym om het er zo mooi mogelijk uit te laten zien.” Arno: “Of wij nou superafgetraind zijn of niet: als we die gouden medaille maar pakken.” Ik heb weleens gehoord dat Caspar enorme voeten heeft... Caspar: “Mijn trainer roept dat ik schoenmaat 50 heb, maar hij overdrijft graag: het is maat 49... Natuurlijk helpt dat, ik kan meer water wegtrappen.” Caspar: 'Mijn trainer roept dat ik schoenmaat 50 heb, maar hij overdrijft graag: het is maat 49... Natuurlijk helpt dat, ik kan meer water wegtrappen.' Tes: “Mijn voeten staan naar buiten, een soort O-benen dus. Maar daardoor stuw ik wel makkelijker het water weg.” Caspar: “Ik ben ook nog eens meer dan twee meter lang en dat is best uitzonderlijk voor een schoolslagzwemmer.” Tes: “Ik ben niet zo groot, iets van 1,70 meter. Maar ik denk dat schoolslag de enige slag is waar je ermee kunt wegkomen als je niet zo lang bent. Bij andere slagen is lengte meer bepalend.” Arno: “In de jeugdjaren zijn alle zwemmers nagenoeg gelijk. Maar je lichaam gaat zich vormen naar de zwemslag die je intensief beoefent. Voorheen kon ik nog wel vlinderslag, maar dat lukt niet meer. Mijn lijf staat in de schoolslagafstelling.” Grote bovenbenen zijn dus doorslaggevend voor jullie drie. Hoe zit het dan met de armen? Arno: “Ik doe in trainingen wel wat andere dingen dan Tes en Caspar. Ik gebruik bijvoorbeeld loodgordels om mijn armen te trainen. Daar maakte ik vanaf 2019 echt het verschil mee, daardoor maakte ik de stap van top naar wereldtop. Tes is juist sterker qua beenslag, daar onderscheidt zij zich mee.” Caspar: “Bij mij zijn mijn benen ook veel sterker.” [caption id="attachment_20509" align="aligncenter" width="1920"] Caspar Corbeau[/caption] Dus met de armen van Arno en de benen van Tes en Caspar zou Frankenstein helemaal los kunnen gaan? Tes: “Als je de armen van Arno zou kunnen combineren met de benen van Caspar en mij krijg je de perfecte schoolslagzwemmer, denk ik.” Zou je kunnen zeggen dat jullie verliefd zijn op de schoolslag? Caspar: “Natuurlijk! Ik kan daar zo van genieten.” Tes: “Nou, ik ben er echt niet verliefd op, hoor. Maar ik denk dat ik daarin wel een beetje anders ben dan Arno en Caspar. Als ik kijk naar Arno, hoe hij van zwemmen houdt...” Arno: “We zijn er vooral verliefd op omdat het goed gaat. Omdat we de grenzen opzoeken. We spelen dit spel, worden er steeds beter in en willen de beste worden. Ik kan ook 24/7 over zwemmen praten. Tes wordt daar helemaal gek van. Die is heel anders.” Tes: “Wat ik wel echt leuk vind, is de technische kant. Ik had laatst wedstrijden in Zweden en daar liep het voor geen meter. Een week later had ik de techniek beter onder controle en zwom ik twee seconden sneller. Het is eigenlijk een heel inefficiënte zwemslag, één kleine aanpassing maakt al een groot verschil.” Maar de schoolslag is ook een slag die wij als kind allemaal hebben aangeleerd. En veel mensen hebben de borstcrawl nooit geleerd. Arno: “Ja, dus als wij zeggen: we zijn de beste van de wereld, dan zijn we ook écht de beste van de wereld. Dat is toch tof? Juist dat technische aspect maakt het zo mooi, het is een puzzel die nooit af is.” Tes: “Als je deze zomer naar de olympische finale kijkt, zie je acht zwemmers met acht verschillende technieken. Dus hoewel wij drie dezelfde trainer hebben, is mijn techniek toch weer anders dan die van Arno en Caspar.” Vrijgesproken Vorig jaar werd bekend dat zwembond KNZB onderzoek liet doen naar het functioneren van Mark Faber. Hij zou als hoofdcoach van het olympisch programma ongepast gedrag hebben vertoond. Het onderzoek duurde een half jaar, maar er kwamen geen onoorbare zaken aan het licht. Dat betekent dat Faber deze zomer gewoon langs de rand van het zwembad in Parijs zal staan. Een enorme opluchting voor Tes, Caspar en Arno. Nu de coach van alle blaam is gezuiverd, wil het team zich weer richten op sportieve en positieve zaken. Hoe was de situatie rondom Mark Faber voor jullie? Arno: “Het was een hele vervelende situatie, voor iedereen. Het heeft lang geduurd, maar gelukkig ligt het nu achter ons. Daar wil ik het eigenlijk bij laten, want we willen ons nu vooral richten op hard zwemmen in Parijs.” Te gekke tijd Gezien zijn twee zilveren olympische plakken in Tokio is Arno dé man waarop gejaagd gaat worden. Vooral ook door zijn teamgenoot Caspar, die zich sinds september in Amsterdam heeft gevestigd. Steeds vaker lukt het hem om Arno te verslaan. In Parijs strijden ze allebei om de medailles. [caption id="attachment_20508" align="aligncenter" width="2560"] Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau[/caption] Caspar, hoe gaat het met je Nederlands? Caspar: “Duolingo is soms mijn beste vriend. Ik begrijp alles best wel goed. Praten gaat nog niet top, maar ik moet bekennen: ik ben er ook wel lui mee. Binnen het team spreken ze Engels met me. Maar in de supermarkt praat ik wel Nederlands. Ik trainde hiervoor aan de universiteit van Texas en dat was absoluut niet professioneel. Een stel achttienjarige jongens die elke dag stomme dingen deden. Het is hier allemaal zoveel beter geregeld en ook veel leuker.” Ben jij überhaupt opgevoed met Sinterklaas en boerenkool? Caspar: “Nee, helemaal niet. Ik ken nu Jan Smit en eet pindakaas. Maar wat nog het meest Nederlands is aan mij: ik ben gek op stroopwafels. Mijn grootouders kwamen uit Rotterdam en als ze ons bezochten, namen ze dat vaak mee. Verder heb ik twee Nederlandse tatoeages: op mijn onderarm staat ‘Oranje Boven’ en op mijn schouder heb ik de Nederlandse leeuw laten zetten. Ik ken het Wilhelmus nog niet uit mijn hoofd. In Amerika spelen ze voor elke wedstrijd – ook al is het een honkbalwedstrijd voor junioren – het volkslied. Dat is hier natuurlijk niet, maar ik ga het leren.” Arno: “Wist je trouwens dat Caspar wel Links Rechts van Snollebollekes uit zijn hoofd kent? Dat is wel makkelijk aangezien Rob Kemps de huldigingen in het TeamNL-huis doet deze zomer in Parijs.” Arno, in Tokio deed Caspar wel al mee, maar vormde hij nog niet echt een bedreiging. Drie jaar later is dat anders. Is jullie relatie nog vriendschappelijk of heb je toch vaak de gedachte dat je zijn hoofd er het liefst af zou draaien? Arno, lachend: “Als we het startblok opklimmen en het water induiken, dan is het oorlog. Dat voel ik zo. Maar zodra we zijn gefinisht, zijn we echt weer vrienden.” Caspar: “Ik zie Arno echt als een vriend. Ik denk voor en tijdens de race niet aan vriendschap of vijandigheid, probeer me op mezelf te richten en niet te denken aan wie er naast me ligt. Ik kom om zo snel mogelijk te zwemmen. Voor een race zit ik in een tunnel, ik denk aan niets anders dan waarvoor ik de afgelopen jaren heb getraind.” Arno: “Als Mark iets unieks zou ontdekken in mijn slag dat tijdwinst oplevert, zal hij dat niet geheimhouden voor Caspar. Er is überhaupt een open dynamiek in ons team. Naar de buitenwereld zijn er wel dingen die we niet vertellen, maar onderling proberen we samen zo goed mogelijk te worden.” Je gunt hem dus de wereld, maar eigenlijk wil je toch gewoon alleen boven op de apenrots staan? Arno: “Is er weleens dubbel goud op de Spelen gehaald in het zwemmen, dus dat er twee winnaars zijn? Je had die hoogspringers in Tokio die het op een dealtje gooiden, al kwamen zij niet voor hetzelfde land uit. Als dat bij ons zou kunnen, teken ik daar meteen voor.” Wanneer komen jullie met een tevreden gevoel terug uit Parijs? Tes: “Ik wil graag terugkijken en denken dat we echt een te gekke tijd hebben gehad met z’n allen. Vroeger dacht ik nooit dat ik een team nodig had, tegenwoordig ben ik ervan overtuigd. Als iemand anders niet goed zwemt, dan voel ik dat ook.” Arno: “Ons geluk en of de Spelen slagen of niet, dat hangt niet van de resultaten af. We willen niet één geweldige week hebben, we willen het mooiste jaar uit ons leven hebben gehad. Natuurlijk kun je doodziek zijn als je geen medaille hebt gehaald, maar die zijn op de Olympische Spelen nooit een cadeautje. Alles moet kloppen, zoals die week in Tokio. En ik voel het: er zit nog meer in dan toen.'' Helden Magazine nummer 72 Het interview met Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.
Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau Arno Kamminga (28), Caspar Corbeau (23) en Tes Schouten (23) zijn trainingsgenoten en schoolslagspecialisten van wereldformaat. Bij de Spelen in Parijs gelden ze alle drie als medaillekandidaten. Wat zit er toch in het water van het Amsterdamse Sloterparkbad dat de successen op de in Nederland jarenlang minst succesvolle slag je daar om de oren vliegen? Het supertrio voor Helden Magazine nummer 72 in gesprek met oud-topzwemmer Nick Driebergen over O-benen, stroopwafels en jaloezie. “Wij spelen alleen nog maar Champions League.” [caption id="attachment_20127" align="aligncenter" width="1920"] Tes Schouten[/caption] Pieter van den Hoogenband, Inge de Bruijn, Ranomi Kromowidjojo, Marleen Veldhuis, Femke Heemskerk; allemaal maakten ze furore op de borstcrawl. Nederland werd jarenlang gezien als een ‘vrijeslagland’. Tegenwoordig is alles anders. Er waait een nieuwe wind door het zwembad die een andere slag heeft meegenomen: de schoolslag. Wie is er niet groot mee geworden? Maar in het Nederlandse topzwemmen was de slag heel lang het ondergeschoven en achtergebleven kindje. Nu niet meer. ‘We’ hebben op de Spelen in Parijs drie schoolslagtroeven. Arno Kamminga won bij de Spelen in Tokio twee zilveren medailles. Caspar Corbeau, in Amerika opgegroeid met een Nederlandse vader en Amerikaanse moeder, is een recent ontdekte parel. Met zijn EK-goud op de kortebaan en WK-zilver op de langebaan hijgt hij in de nek van Arno. En dan is daar nog Tes Schouten, van jongs af aan al in het bezit van uitzonderlijk veel talent en dat liet ze afgelopen jaar ook zien bij de senioren. Ze is regerend Europees- en wereldkampioen op de 200 meter schoolslag. Is Parijs het eerste waar jullie aan denken als je ’s morgens opstaat? Arno: “Het gaat elke week meer borrelen. Als de training lekker loopt, zie ik me al in Parijs staan. In aanloop naar de Spelen van Tokio hing er een Japanse vlag in mijn kamer. Er hangt nu geen Franse vlag en ik ontbijt ook niet iedere ochtend met croissants. Ik heb niets meer nodig om mezelf eraan te herinneren waar ik het allemaal voor doe.” Tes: “Ik voel élke training dat de Spelen eraan komen. Als ik er doorheen zit en ik denk aan Parijs, dan geeft me dat automatisch een oppepper. Het maakt me alert. Voor de Spelen van Tokio had ik geen idee wat ik kon verwachten, het was mijn olympisch debuut. We hoeven dit keer gelukkig niet de hele dag mondkapjes te dragen.” Zijn jullie al eens in Parijs geweest? Caspar: “Nog nooit, zelfs niet eens in Frankrijk. Ik moet als halve Amerikaan nog heel wat gaan ontdekken in Europa. Mijn ouders komen in de zomer deze kant op om ons te zien zwemmen.” Tes: “Mijn ouders hebben inmiddels ook alles geregeld. Het gevolg: een lege portemonnee. Maar je moet er iets voor overhebben, toch?” Arno: “Ik ben wel al een paar keer naar Parijs geweest, en natuurlijk ook in Disneyland.” Schoolslagafstelling Tes, Arno en Caspar wonen en trainen in Amsterdam. Borstcrawlsprinter Kenzo Simons – kleinzoon van voormalig president van Suriname Jules Wijdenbosch – completeert het team. De touwtjes zijn stevig in handen van coach Mark Faber. Hij werd na de Spelen van Tokio aangesteld als hoofdcoach van het Nederlandse zwemmen, maar legde die taak vorige zomer neer om zich volledig te kunnen focussen op zijn vier pupillen. In jullie team van vier zitten drie wereldtoppers op de schoolslag. Dat is toch een beetje alsof Ajax nooit een fatsoenlijke spits had en er nu opeens drie Zlatans zijn. Hoe kan dat ineens? Arno: “Het is een combinatie van het koppie en een geweldig trainingsplan. Mark houdt ons scherp in alles wat wij doen. Als je zou uitrekenen hoeveel uur die man op jaarbasis in ons steekt... Hij is bezeten. In grote lijnen hebben wij alle drie hetzelfde plan, maar ieder lijf is anders. De aanpak is extreem op maat gemaakt. Wij hebben het heel goed voor elkaar in Amsterdam, wereldwijd is het aantal teams dat het zo goed heeft als wij maar op één hand te tellen.” Tes: “Mark kijkt ook verder dan het pure zwemmen. Hij helpt ons met het mentale aspect van topsport. Je kunt niet elke race een nieuw record zwemmen, maar je kunt wel racen alsof elke wedstrijd de belangrijkste van je leven is.” Arno: “We zijn in aanloop naar de Spelen heel weinig thuis geweest. Dat was bij vorige generaties wel anders. Zij deden vier wedstrijden en twee trainingskampen per jaar, deden aan trainingszwemmen en wij aan wedstrijdzwemmen. Elke wedstrijd moet top zijn; wij spelen alleen nog maar Champions League.” Arno: 'We zijn in aanloop naar de Spelen weinig thuis geweest. Dat was bij vorige generaties wel anders. Elke wedstrijd moet top zijn; wij spelen alleen nog maar Champions League.' Is het geheim ook niet gewoon: keihard trainen? Tes: “Wij waren laatst op trainingskamp in Zuid-Afrika en daar was de Nederlandse atletiekploeg ook. Zij verbaasden zich over onze trainingsomvang. Als wij kapot in bed lagen na de training lagen zij aan het zwembad bruin te worden en lekker te influencen.” Arno: “Het is natuurlijk lastig te vergelijken. Atleten hebben veel meer last van fysieke impact: zij rennen, springen, raken de grond. Wij zijn gewichtloos. Maar als je kijkt naar Femke Bol: de afstanden zijn qua tijd redelijk gelijk. Haar 400 meter horden of gewone 400 meter is te vergelijken met onze 100 meter schoolslag.” [caption id="attachment_20507" align="aligncenter" width="1920"] Arno Kamminga[/caption] Tes: “Zij trainden in Zuid-Afrika vaak één keer per dag, hadden in de gym geregeld hun tweede training. Wij trainen eigenlijk standaard drie keer per dag. Dat is wel echt een verschil.” Caspar: “Daar kan ik wel jaloers op worden. Maar elke sport en elk lichaam heeft een andere aanpak nodig.” Als ik vier verschillende zwemmers op een rijtje zet: kun je dan aan het lijf meteen zien wie de schoolslagzwemmer is? Arno: “Meestal zijn het wat kleinere mensen, die iets breder zijn en van wie de voeten naar buiten staan. Onze bovenbenen zijn ook wat verder ontwikkeld, wat groter.” Tes: “Ik kan niet zeggen dat ik per se trots ben op mijn schoolslaglijf. In het water ben ik gespierd en sterk, maar als ik in een discotheek sta in een topje kan ik wel denken: gatver, dit klopt niet. Misschien overdrijf ik, want ik ben hartstikke blij, maar dat zijn wel momenten dat ik zie dat ik anders ben dan vriendinnen.” Tes: 'Ik kan niet zeggen dat ik per se trots ben op mijn schoolslaglijf. Als ik in een discotheek sta in een topje kan ik wel denken: gatver, dit klopt niet.' Arno: “Maar ons lichaam is weer niet te vergelijken met dat van baanwielrenner Harrie Lavreysen. Wij kunnen nog wel normale broeken kopen. Die bovenbenen van hem... Het is bij ons denk ik niet buitenproportioneel.” Caspar: “Ik ben niet per se blij met mijn lichaam, wel met wat ik ermee kan. Wij staan niet in de gym om het er zo mooi mogelijk uit te laten zien.” Arno: “Of wij nou superafgetraind zijn of niet: als we die gouden medaille maar pakken.” Ik heb weleens gehoord dat Caspar enorme voeten heeft... Caspar: “Mijn trainer roept dat ik schoenmaat 50 heb, maar hij overdrijft graag: het is maat 49... Natuurlijk helpt dat, ik kan meer water wegtrappen.” Caspar: 'Mijn trainer roept dat ik schoenmaat 50 heb, maar hij overdrijft graag: het is maat 49... Natuurlijk helpt dat, ik kan meer water wegtrappen.' Tes: “Mijn voeten staan naar buiten, een soort O-benen dus. Maar daardoor stuw ik wel makkelijker het water weg.” Caspar: “Ik ben ook nog eens meer dan twee meter lang en dat is best uitzonderlijk voor een schoolslagzwemmer.” Tes: “Ik ben niet zo groot, iets van 1,70 meter. Maar ik denk dat schoolslag de enige slag is waar je ermee kunt wegkomen als je niet zo lang bent. Bij andere slagen is lengte meer bepalend.” Arno: “In de jeugdjaren zijn alle zwemmers nagenoeg gelijk. Maar je lichaam gaat zich vormen naar de zwemslag die je intensief beoefent. Voorheen kon ik nog wel vlinderslag, maar dat lukt niet meer. Mijn lijf staat in de schoolslagafstelling.” Grote bovenbenen zijn dus doorslaggevend voor jullie drie. Hoe zit het dan met de armen? Arno: “Ik doe in trainingen wel wat andere dingen dan Tes en Caspar. Ik gebruik bijvoorbeeld loodgordels om mijn armen te trainen. Daar maakte ik vanaf 2019 echt het verschil mee, daardoor maakte ik de stap van top naar wereldtop. Tes is juist sterker qua beenslag, daar onderscheidt zij zich mee.” Caspar: “Bij mij zijn mijn benen ook veel sterker.” [caption id="attachment_20509" align="aligncenter" width="1920"] Caspar Corbeau[/caption] Dus met de armen van Arno en de benen van Tes en Caspar zou Frankenstein helemaal los kunnen gaan? Tes: “Als je de armen van Arno zou kunnen combineren met de benen van Caspar en mij krijg je de perfecte schoolslagzwemmer, denk ik.” Zou je kunnen zeggen dat jullie verliefd zijn op de schoolslag? Caspar: “Natuurlijk! Ik kan daar zo van genieten.” Tes: “Nou, ik ben er echt niet verliefd op, hoor. Maar ik denk dat ik daarin wel een beetje anders ben dan Arno en Caspar. Als ik kijk naar Arno, hoe hij van zwemmen houdt...” Arno: “We zijn er vooral verliefd op omdat het goed gaat. Omdat we de grenzen opzoeken. We spelen dit spel, worden er steeds beter in en willen de beste worden. Ik kan ook 24/7 over zwemmen praten. Tes wordt daar helemaal gek van. Die is heel anders.” Tes: “Wat ik wel echt leuk vind, is de technische kant. Ik had laatst wedstrijden in Zweden en daar liep het voor geen meter. Een week later had ik de techniek beter onder controle en zwom ik twee seconden sneller. Het is eigenlijk een heel inefficiënte zwemslag, één kleine aanpassing maakt al een groot verschil.” Maar de schoolslag is ook een slag die wij als kind allemaal hebben aangeleerd. En veel mensen hebben de borstcrawl nooit geleerd. Arno: “Ja, dus als wij zeggen: we zijn de beste van de wereld, dan zijn we ook écht de beste van de wereld. Dat is toch tof? Juist dat technische aspect maakt het zo mooi, het is een puzzel die nooit af is.” Tes: “Als je deze zomer naar de olympische finale kijkt, zie je acht zwemmers met acht verschillende technieken. Dus hoewel wij drie dezelfde trainer hebben, is mijn techniek toch weer anders dan die van Arno en Caspar.” Vrijgesproken Vorig jaar werd bekend dat zwembond KNZB onderzoek liet doen naar het functioneren van Mark Faber. Hij zou als hoofdcoach van het olympisch programma ongepast gedrag hebben vertoond. Het onderzoek duurde een half jaar, maar er kwamen geen onoorbare zaken aan het licht. Dat betekent dat Faber deze zomer gewoon langs de rand van het zwembad in Parijs zal staan. Een enorme opluchting voor Tes, Caspar en Arno. Nu de coach van alle blaam is gezuiverd, wil het team zich weer richten op sportieve en positieve zaken. Hoe was de situatie rondom Mark Faber voor jullie? Arno: “Het was een hele vervelende situatie, voor iedereen. Het heeft lang geduurd, maar gelukkig ligt het nu achter ons. Daar wil ik het eigenlijk bij laten, want we willen ons nu vooral richten op hard zwemmen in Parijs.” Te gekke tijd Gezien zijn twee zilveren olympische plakken in Tokio is Arno dé man waarop gejaagd gaat worden. Vooral ook door zijn teamgenoot Caspar, die zich sinds september in Amsterdam heeft gevestigd. Steeds vaker lukt het hem om Arno te verslaan. In Parijs strijden ze allebei om de medailles. [caption id="attachment_20508" align="aligncenter" width="2560"] Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau[/caption] Caspar, hoe gaat het met je Nederlands? Caspar: “Duolingo is soms mijn beste vriend. Ik begrijp alles best wel goed. Praten gaat nog niet top, maar ik moet bekennen: ik ben er ook wel lui mee. Binnen het team spreken ze Engels met me. Maar in de supermarkt praat ik wel Nederlands. Ik trainde hiervoor aan de universiteit van Texas en dat was absoluut niet professioneel. Een stel achttienjarige jongens die elke dag stomme dingen deden. Het is hier allemaal zoveel beter geregeld en ook veel leuker.” Ben jij überhaupt opgevoed met Sinterklaas en boerenkool? Caspar: “Nee, helemaal niet. Ik ken nu Jan Smit en eet pindakaas. Maar wat nog het meest Nederlands is aan mij: ik ben gek op stroopwafels. Mijn grootouders kwamen uit Rotterdam en als ze ons bezochten, namen ze dat vaak mee. Verder heb ik twee Nederlandse tatoeages: op mijn onderarm staat ‘Oranje Boven’ en op mijn schouder heb ik de Nederlandse leeuw laten zetten. Ik ken het Wilhelmus nog niet uit mijn hoofd. In Amerika spelen ze voor elke wedstrijd – ook al is het een honkbalwedstrijd voor junioren – het volkslied. Dat is hier natuurlijk niet, maar ik ga het leren.” Arno: “Wist je trouwens dat Caspar wel Links Rechts van Snollebollekes uit zijn hoofd kent? Dat is wel makkelijk aangezien Rob Kemps de huldigingen in het TeamNL-huis doet deze zomer in Parijs.” Arno, in Tokio deed Caspar wel al mee, maar vormde hij nog niet echt een bedreiging. Drie jaar later is dat anders. Is jullie relatie nog vriendschappelijk of heb je toch vaak de gedachte dat je zijn hoofd er het liefst af zou draaien? Arno, lachend: “Als we het startblok opklimmen en het water induiken, dan is het oorlog. Dat voel ik zo. Maar zodra we zijn gefinisht, zijn we echt weer vrienden.” Caspar: “Ik zie Arno echt als een vriend. Ik denk voor en tijdens de race niet aan vriendschap of vijandigheid, probeer me op mezelf te richten en niet te denken aan wie er naast me ligt. Ik kom om zo snel mogelijk te zwemmen. Voor een race zit ik in een tunnel, ik denk aan niets anders dan waarvoor ik de afgelopen jaren heb getraind.” Arno: “Als Mark iets unieks zou ontdekken in mijn slag dat tijdwinst oplevert, zal hij dat niet geheimhouden voor Caspar. Er is überhaupt een open dynamiek in ons team. Naar de buitenwereld zijn er wel dingen die we niet vertellen, maar onderling proberen we samen zo goed mogelijk te worden.” Je gunt hem dus de wereld, maar eigenlijk wil je toch gewoon alleen boven op de apenrots staan? Arno: “Is er weleens dubbel goud op de Spelen gehaald in het zwemmen, dus dat er twee winnaars zijn? Je had die hoogspringers in Tokio die het op een dealtje gooiden, al kwamen zij niet voor hetzelfde land uit. Als dat bij ons zou kunnen, teken ik daar meteen voor.” Wanneer komen jullie met een tevreden gevoel terug uit Parijs? Tes: “Ik wil graag terugkijken en denken dat we echt een te gekke tijd hebben gehad met z’n allen. Vroeger dacht ik nooit dat ik een team nodig had, tegenwoordig ben ik ervan overtuigd. Als iemand anders niet goed zwemt, dan voel ik dat ook.” Arno: “Ons geluk en of de Spelen slagen of niet, dat hangt niet van de resultaten af. We willen niet één geweldige week hebben, we willen het mooiste jaar uit ons leven hebben gehad. Natuurlijk kun je doodziek zijn als je geen medaille hebt gehaald, maar die zijn op de Olympische Spelen nooit een cadeautje. Alles moet kloppen, zoals die week in Tokio. En ik voel het: er zit nog meer in dan toen.'' Helden Magazine nummer 72 Het interview met Tes Schouten, Arno Kamminga en Caspar Corbeau komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Zwemmen

Sharon van Rouwendaal: ‘Ik heb van die rare dingen’

Sharon van Rouwendaal Openwaterzwemster Sharon van Rouwendaal werd olympisch kampioen in Rio in 2016 en won vijf jaar later zilver in Tokio. Dat ze op haar dertigste nog altijd een van de topfavorieten is voor het goud in Parijs deze zomer, bewees ze op het WK in Doha dit jaar waar ze de titel won op de 10 kilometer én de niet-olympische 5 kilometer. De rode draad in haar leven? Excentrieke coaches. Een gesprek in Helden Magazine nummer 72 aan de hand van thema’s. Wereldtitels “Mijn overwinningen in Doha, begin dit jaar, kwamen op zo’n fijn moment. De wereldtitels op de 5 en 10 kilometer kwamen van ver. Op het WK een jaar eerder, in Fukuoka, werd ik op een tiende vierde op de 10 kilometer en liep daardoor ook een olympisch ticket mis. Een paar maanden later wilde ik heel graag het eindklassement van de World Cup winnen, dat was me nog nooit gelukt. In de laatste wedstrijd werd ik er weer op een tiende uitgetikt door een Duitse concurrent, waardoor ik tweede werd in het eindklassement. Ik was er helemaal klaar mee. In januari gingen we twee weken naar Zuid-Afrika op trainingskamp. Daar hervond ik het plezier. Er stond muziek op en we trainden buiten. Normaal gesproken gaan wij op trainingskamp naar de Sierra Nevada. Drie maanden per jaar zit ik op hoogte. We zitten dan op een berg, als je diepgaat, kun je nauwelijks ademhalen. Ik krijg daar zelfs kokhalsneigingen. We trainen in Spanje altijd binnen, het eten is er vreselijk, je kunt nergens anders naartoe. In Zuid-Afrika kreeg ik mijn energie weer terug, ik merkte dat ik juist meer wilde doen dan het schema voorschreef. Ik zei tegen mijn coach: wat is mijn record in een week qua kilometers? Dat was 109. Ik dacht: hoe mooi zou het zijn als ik op mijn dertigste dat record kan verbreken? Het lukte. Drie weken later was het WK in Doha. Ik ging er met heel veel vertrouwen naartoe. Ik voelde al dat ik de 10 kilometer zou winnen. Tegen de Nederlandse bondscoach Thijs Hagelstein zei ik: het zit goed. Hij zag ook weer een Sharon vol vertrouwen en moest huilen toen ik won. Een paar dagen later was de 5 kilometer. Mentaal was ik heel moe, maar ik dacht: ik heb niks te verliezen. Ik ging er meteen voor, zwom veel op kop. De laatste 200 meter ging het tussen mij en een andere zwemster. Ik kwam los van haar, had nog energie om te gaan. Toen was ik ineens dubbel wereldkampioen.” Je werd olympisch kampioen in Rio in 2016, werd in 2022 voor het eerst wereldkampioen en je werd al verschillende keren Europees kampioen. Hoe voelen deze twee titels ten opzichte van eerdere titels? “Nu ik ouder word, begin ik me te realiseren hoe zwaar het is om een medaille te winnen, hoeveel je er in je privéleven ook voor moet laten. Als ik nu een weekje in Nederland ben, voel ik me niet schuldig. Dat had ik vroeger toen ik in Frankrijk trainde wel. Ik merk nu: als ik even afstand kan nemen, kom ik daarna veel sterker terug. Toen ik twee weken in Pretoria was, had ik dat ook: nieuwe energie. In de Sierra Nevada ben ik juist zo’n ‘Duitse’ Sharon; zonder emotie, net als mijn teamgenoten. Ze zwemmen heel hard, hoor, maar het is niet dat ze even lekker een muziekje opzetten bij de warming-up. Ik vroeg aan mijn coach of ik het trainingskamp in maart weer in Zuid-Afrika mocht doen. Dan zou ik weer buiten trainen, met muziek en positieve mensen om mij heen. Mijn coach zei: ‘Eerst maar eens kijken hoe het in Doha gaat.’ Nou, dat gaf mij extra motivatie.” Lachend: “Toen ik had gewonnen, was dat het eerste waar ik aan dacht.” Voor jou nooit meer Sierra Nevada? “Het compromis was: ik doe Pretoria, en dan nog één keer de Sierra Nevada voordat ik naar de Spelen ga.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Sharon van Rouwendaal komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.
Sharon van Rouwendaal Openwaterzwemster Sharon van Rouwendaal werd olympisch kampioen in Rio in 2016 en won vijf jaar later zilver in Tokio. Dat ze op haar dertigste nog altijd een van de topfavorieten is voor het goud in Parijs deze zomer, bewees ze op het WK in Doha dit jaar waar ze de titel won op de 10 kilometer én de niet-olympische 5 kilometer. De rode draad in haar leven? Excentrieke coaches. Een gesprek in Helden Magazine nummer 72 aan de hand van thema’s. Wereldtitels “Mijn overwinningen in Doha, begin dit jaar, kwamen op zo’n fijn moment. De wereldtitels op de 5 en 10 kilometer kwamen van ver. Op het WK een jaar eerder, in Fukuoka, werd ik op een tiende vierde op de 10 kilometer en liep daardoor ook een olympisch ticket mis. Een paar maanden later wilde ik heel graag het eindklassement van de World Cup winnen, dat was me nog nooit gelukt. In de laatste wedstrijd werd ik er weer op een tiende uitgetikt door een Duitse concurrent, waardoor ik tweede werd in het eindklassement. Ik was er helemaal klaar mee. In januari gingen we twee weken naar Zuid-Afrika op trainingskamp. Daar hervond ik het plezier. Er stond muziek op en we trainden buiten. Normaal gesproken gaan wij op trainingskamp naar de Sierra Nevada. Drie maanden per jaar zit ik op hoogte. We zitten dan op een berg, als je diepgaat, kun je nauwelijks ademhalen. Ik krijg daar zelfs kokhalsneigingen. We trainen in Spanje altijd binnen, het eten is er vreselijk, je kunt nergens anders naartoe. In Zuid-Afrika kreeg ik mijn energie weer terug, ik merkte dat ik juist meer wilde doen dan het schema voorschreef. Ik zei tegen mijn coach: wat is mijn record in een week qua kilometers? Dat was 109. Ik dacht: hoe mooi zou het zijn als ik op mijn dertigste dat record kan verbreken? Het lukte. Drie weken later was het WK in Doha. Ik ging er met heel veel vertrouwen naartoe. Ik voelde al dat ik de 10 kilometer zou winnen. Tegen de Nederlandse bondscoach Thijs Hagelstein zei ik: het zit goed. Hij zag ook weer een Sharon vol vertrouwen en moest huilen toen ik won. Een paar dagen later was de 5 kilometer. Mentaal was ik heel moe, maar ik dacht: ik heb niks te verliezen. Ik ging er meteen voor, zwom veel op kop. De laatste 200 meter ging het tussen mij en een andere zwemster. Ik kwam los van haar, had nog energie om te gaan. Toen was ik ineens dubbel wereldkampioen.” Je werd olympisch kampioen in Rio in 2016, werd in 2022 voor het eerst wereldkampioen en je werd al verschillende keren Europees kampioen. Hoe voelen deze twee titels ten opzichte van eerdere titels? “Nu ik ouder word, begin ik me te realiseren hoe zwaar het is om een medaille te winnen, hoeveel je er in je privéleven ook voor moet laten. Als ik nu een weekje in Nederland ben, voel ik me niet schuldig. Dat had ik vroeger toen ik in Frankrijk trainde wel. Ik merk nu: als ik even afstand kan nemen, kom ik daarna veel sterker terug. Toen ik twee weken in Pretoria was, had ik dat ook: nieuwe energie. In de Sierra Nevada ben ik juist zo’n ‘Duitse’ Sharon; zonder emotie, net als mijn teamgenoten. Ze zwemmen heel hard, hoor, maar het is niet dat ze even lekker een muziekje opzetten bij de warming-up. Ik vroeg aan mijn coach of ik het trainingskamp in maart weer in Zuid-Afrika mocht doen. Dan zou ik weer buiten trainen, met muziek en positieve mensen om mij heen. Mijn coach zei: ‘Eerst maar eens kijken hoe het in Doha gaat.’ Nou, dat gaf mij extra motivatie.” Lachend: “Toen ik had gewonnen, was dat het eerste waar ik aan dacht.” Voor jou nooit meer Sierra Nevada? “Het compromis was: ik doe Pretoria, en dan nog één keer de Sierra Nevada voordat ik naar de Spelen ga.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Sharon van Rouwendaal komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Zwemmen

Ian Thorpe: Living Legend

Het is deze zomer twintig jaar geleden dat Ian Thorpe en Pieter van den Hoogenband het voor het laatst tegen elkaar opnamen. Waar ‘The Dutch Dolphin’ hem in ‘zijn’ Sydney versloeg op de 200 meter in 2000, was het ‘Thorpedo’ die het olympisch goud pakte in 2004 in Athene. Een legendarische wedstrijd die bekendstaat als ‘Race of the Century’, vanwege de aanwezigheid van die andere grootheid Michael Phelps, die het brons pakte. Voor Helden Magazine 71 spraken we af met Ian Thorpe. Toen een vriend van Pieter van den Hoogenband eind vorig jaar Sydney bezocht, was het Pieter die zijn Australische oud-collega, rivaal én vriend Ian Thorpe appte. Of hij een where-to-go- lijstje van de stad kon sturen en wat de naam van het favoriete restaurant van Ian ook alweer was. Het restaurant bleek vol te zitten, dus belde Ian zelf voor een tafel. Met succes. “Dat is wat vrienden doen voor elkaar, toch?” glimlacht de inmiddels 41-jarige winnaar van vijf olympische titels en elf wereldtitels op de langebaan. “Pieter en ik hebben nu sowieso vaker contact dan tijdens onze carrières. Vorige week stuurde hij me nog een berichtje.” [caption id="attachment_19684" align="alignnone" width="2000"] an Thorpe feliciteert Pieter van den Hoogenband na de olympische finale 200 meter vrije slag in 2000.[/caption] Jij kwam als special guest naar Eindhoven toen Pieter eind 2008 afscheid nam. Jij was toen al twee jaar gestopt. Wanneer is het contact closer geworden? “Toen we allebei zwommen, was het contact anders, minder intens. Uiteraard zagen we elkaar rondom wedstrijden, dat waren de momenten om bij te praten. Pieter leefde en trainde aan de andere kant van de wereld, inclusief tijdsverschil. Nadat we allebei stopten, was er meer tijd om contact te hebben en het over andere dingen te hebben.” Wat was de laatste keer dat jullie elkaar ‘in het echt’ zagen? Lachend: “Dat was een paar jaar geleden in Australië, het is nu dus mijn beurt om hem in Europa te bezoeken.” Gaat het tijdens de Spelen in Parijs gebeuren? Pieter is daar als chef de mission van TeamNL. “Ik zal daar zeker zijn, al weet ik nog niet precies in welke functie. Maar de kans dat we elkaar daar gaan zien is natuurlijk groot. Dat zou mooi zijn.” Golden Boy Ian geldt als een van de beste zwemmers aller tijden. Voetbal was zijn eerste sport, vanaf zijn achtste begon hij met zwemmen en records te verbreken. Ondanks zijn chloorallergie, waar hij uiteindelijk overheen groeide. Zijn schoenmaat 54 maakte grote indruk. De wereldwijde doorbraak van ‘Thorpedo’ vond plaats tijdens de Olympische Spelen van 2000 in Sydney. Op de eerste avond van het zwemtoernooi werd hij twee keer olympisch kampioen: op zowel de 400 meter vrije slag als op de 4x100 meter vrije slag, beide keren in een wereldrecord. Bij de Spelen in eigen land kwam de toen zeventienjarige Ian op in een revolutionair zwempak dat zijn hele lichaam bedekte. Jij werd vooraf al bestempeld als de Golden Boy. Had jij last van die torenhoge verwachtingen? “Niet echt. Het is natuurlijk niet normaal dat de hele natie en ook de rest van de wereld van een zeventienjarige verwacht dat hij gaat winnen. Er werd niet eens gedacht dat het níét zou lukken. Alle hoogwaardigheidsbekleders, inclusief de minister-president, waren aanwezig in het zwemstadion om mij goud te zien winnen. Want het was voor hen zeker dat dat ging gebeuren. Waar veel mensen niet bij stilstonden, was dat ik een stroeve voorbereiding op de Spelen kende doordat ik mijn enkel brak. Ik mocht een tijd niet trainen en kon mijn been niet volledig belasten in het water. Dat veranderde mijn aanloop naar Sydney. Iedereen vergat wat er aan mijn Spelen voorafging.” Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Ian Thorpe is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?
Het is deze zomer twintig jaar geleden dat Ian Thorpe en Pieter van den Hoogenband het voor het laatst tegen elkaar opnamen. Waar ‘The Dutch Dolphin’ hem in ‘zijn’ Sydney versloeg op de 200 meter in 2000, was het ‘Thorpedo’ die het olympisch goud pakte in 2004 in Athene. Een legendarische wedstrijd die bekendstaat als ‘Race of the Century’, vanwege de aanwezigheid van die andere grootheid Michael Phelps, die het brons pakte. Voor Helden Magazine 71 spraken we af met Ian Thorpe. Toen een vriend van Pieter van den Hoogenband eind vorig jaar Sydney bezocht, was het Pieter die zijn Australische oud-collega, rivaal én vriend Ian Thorpe appte. Of hij een where-to-go- lijstje van de stad kon sturen en wat de naam van het favoriete restaurant van Ian ook alweer was. Het restaurant bleek vol te zitten, dus belde Ian zelf voor een tafel. Met succes. “Dat is wat vrienden doen voor elkaar, toch?” glimlacht de inmiddels 41-jarige winnaar van vijf olympische titels en elf wereldtitels op de langebaan. “Pieter en ik hebben nu sowieso vaker contact dan tijdens onze carrières. Vorige week stuurde hij me nog een berichtje.” [caption id="attachment_19684" align="alignnone" width="2000"] an Thorpe feliciteert Pieter van den Hoogenband na de olympische finale 200 meter vrije slag in 2000.[/caption] Jij kwam als special guest naar Eindhoven toen Pieter eind 2008 afscheid nam. Jij was toen al twee jaar gestopt. Wanneer is het contact closer geworden? “Toen we allebei zwommen, was het contact anders, minder intens. Uiteraard zagen we elkaar rondom wedstrijden, dat waren de momenten om bij te praten. Pieter leefde en trainde aan de andere kant van de wereld, inclusief tijdsverschil. Nadat we allebei stopten, was er meer tijd om contact te hebben en het over andere dingen te hebben.” Wat was de laatste keer dat jullie elkaar ‘in het echt’ zagen? Lachend: “Dat was een paar jaar geleden in Australië, het is nu dus mijn beurt om hem in Europa te bezoeken.” Gaat het tijdens de Spelen in Parijs gebeuren? Pieter is daar als chef de mission van TeamNL. “Ik zal daar zeker zijn, al weet ik nog niet precies in welke functie. Maar de kans dat we elkaar daar gaan zien is natuurlijk groot. Dat zou mooi zijn.” Golden Boy Ian geldt als een van de beste zwemmers aller tijden. Voetbal was zijn eerste sport, vanaf zijn achtste begon hij met zwemmen en records te verbreken. Ondanks zijn chloorallergie, waar hij uiteindelijk overheen groeide. Zijn schoenmaat 54 maakte grote indruk. De wereldwijde doorbraak van ‘Thorpedo’ vond plaats tijdens de Olympische Spelen van 2000 in Sydney. Op de eerste avond van het zwemtoernooi werd hij twee keer olympisch kampioen: op zowel de 400 meter vrije slag als op de 4x100 meter vrije slag, beide keren in een wereldrecord. Bij de Spelen in eigen land kwam de toen zeventienjarige Ian op in een revolutionair zwempak dat zijn hele lichaam bedekte. Jij werd vooraf al bestempeld als de Golden Boy. Had jij last van die torenhoge verwachtingen? “Niet echt. Het is natuurlijk niet normaal dat de hele natie en ook de rest van de wereld van een zeventienjarige verwacht dat hij gaat winnen. Er werd niet eens gedacht dat het níét zou lukken. Alle hoogwaardigheidsbekleders, inclusief de minister-president, waren aanwezig in het zwemstadion om mij goud te zien winnen. Want het was voor hen zeker dat dat ging gebeuren. Waar veel mensen niet bij stilstonden, was dat ik een stroeve voorbereiding op de Spelen kende doordat ik mijn enkel brak. Ik mocht een tijd niet trainen en kon mijn been niet volledig belasten in het water. Dat veranderde mijn aanloop naar Sydney. Iedereen vergat wat er aan mijn Spelen voorafging.” Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Ian Thorpe is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?

Zwemmen

Ranomi Kromowidjojo: ‘Ik ben geen koele kikker’

Ranomi Kromowidjojo (33) won drie olympische titels en zeventien wereldtitels. Het leven lachte haar toe, zou je denken. In haar autobiografie Ranomi – gewonnen, gestreden en bovengekomen, die op 18 juni uitkomt, vertelt ze dat zij niet die koele kikker was bij wie alles maar aan kwam waaien. Victoria Koblenko ging langs bij de oud- zwemster die begin 2022 stopte, om met haar te praten over de levenslessen die zestien jaar topsport haar hebben gegeven. “Mensen vonden mij vaak een tikkeltje mysterieus.” Twee jaar nadat je je ‘zwempensioen’ aankondigde, komt je autobiografie Ranomi uit. Wanneer voelde je de noodzaak om je ervaringen te delen? “Er waren al eerder verzoeken van mensen om een boek met me te maken, maar die legde ik naast me neer. Als kind geloofde ik intuïtief al dat er op een dag een boek zou komen. Een paar jaar geleden kreeg dat idee al meer vorm, maar wist ik nog niet precies hoe en wat. Toen ik gestopt was, begin 2022, wist ik het zeker en kreeg ik er steeds meer een idee bij. Een jaar geleden nam ik zelf het initiatief om een boek te maken. Ik wilde het vooral op mijn manier zegt Ranomi in Helden Magazine 71.” En wat is jouw manier? “Ik wilde graag al mijn levenslessen bundelen. Jasper Boks, met wie ik het boek heb geschreven, en ik zijn een klein jaar geleden begonnen en voor mij was het belangrijk dat het voor de Olympische Spelen in Parijs, deze zomer, uit zou komen. Dat gaat lukken, vanaf juni ligt het boek in de winkels.” Puzzel Het boek is geschreven vanuit de ik- vorm. Zien we alleen jouw perceptie terug in het boek? “We hebben gesprekken gevoerd met heel veel mensen die een belangrijke rol hebben gespeeld in mijn carrière. We hebben al mijn coaches gesproken: Jeanet Mulder, Jacco Verhaeren, Marcel Wouda, Christiaan Sloof en Patrick Pearson, maar ook mijn ouders, broer, mentale begeleider, beste vriendin, Pieter van den Hoogenband, mijn man Ferry Weertman en collega’s als Inge Dekker en Femke Heemskerk. Dat zorgde voor een frisse invalshoek. Naast mijn eigen herinneringen hoorde ik ook hoe zij dingen hebben beleefd met mij. Femke, mijn teamgenoot in de estafetteploeg, maar in Nederland ook mijn grootste concurrente op – vooral – de 100 meter vrije slag, heeft zo’n briljant geheugen. Die weet nog exact wat we tegen elkaar zeiden tien minuten voor de WK-finale op de estafette in 2009. Haar inbreng, en die van alle andere mensen, zorgde dat mijn verhaal completer werd. Al die mensen hebben geholpen de puzzel te leggen.” Je hebt natuurlijk een ontelbaar aantal races gezwommen. Ik snap dat je niet alle details meteen paraat hebt. “Van sommige races weet ik nog heel veel, van andere toernooien weet ik alleen nog welk gevoel het bij me opriep en van sommige wedstrijden weet ik alleen nog hoe het hotel eruitzag.” Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Ranomi Kromowidjojo is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Zwemfenomeen Ian Thorpe blikt terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij? Autobiografie Ranomi 'Ranomi - gewonnen, gestreden en bovengekomen' ligt vanaf 18 juni in de winkel. De autobiografie kost €23,99.- en is via de pre-orderlink www.boekenwereld.com/ranomi alvast te bestellen. De eerste 500 bestellers ontvangen een door Ranomi Kromowidjojo gesigneerd exemplaar.
Ranomi Kromowidjojo (33) won drie olympische titels en zeventien wereldtitels. Het leven lachte haar toe, zou je denken. In haar autobiografie Ranomi – gewonnen, gestreden en bovengekomen, die op 18 juni uitkomt, vertelt ze dat zij niet die koele kikker was bij wie alles maar aan kwam waaien. Victoria Koblenko ging langs bij de oud- zwemster die begin 2022 stopte, om met haar te praten over de levenslessen die zestien jaar topsport haar hebben gegeven. “Mensen vonden mij vaak een tikkeltje mysterieus.” Twee jaar nadat je je ‘zwempensioen’ aankondigde, komt je autobiografie Ranomi uit. Wanneer voelde je de noodzaak om je ervaringen te delen? “Er waren al eerder verzoeken van mensen om een boek met me te maken, maar die legde ik naast me neer. Als kind geloofde ik intuïtief al dat er op een dag een boek zou komen. Een paar jaar geleden kreeg dat idee al meer vorm, maar wist ik nog niet precies hoe en wat. Toen ik gestopt was, begin 2022, wist ik het zeker en kreeg ik er steeds meer een idee bij. Een jaar geleden nam ik zelf het initiatief om een boek te maken. Ik wilde het vooral op mijn manier zegt Ranomi in Helden Magazine 71.” En wat is jouw manier? “Ik wilde graag al mijn levenslessen bundelen. Jasper Boks, met wie ik het boek heb geschreven, en ik zijn een klein jaar geleden begonnen en voor mij was het belangrijk dat het voor de Olympische Spelen in Parijs, deze zomer, uit zou komen. Dat gaat lukken, vanaf juni ligt het boek in de winkels.” Puzzel Het boek is geschreven vanuit de ik- vorm. Zien we alleen jouw perceptie terug in het boek? “We hebben gesprekken gevoerd met heel veel mensen die een belangrijke rol hebben gespeeld in mijn carrière. We hebben al mijn coaches gesproken: Jeanet Mulder, Jacco Verhaeren, Marcel Wouda, Christiaan Sloof en Patrick Pearson, maar ook mijn ouders, broer, mentale begeleider, beste vriendin, Pieter van den Hoogenband, mijn man Ferry Weertman en collega’s als Inge Dekker en Femke Heemskerk. Dat zorgde voor een frisse invalshoek. Naast mijn eigen herinneringen hoorde ik ook hoe zij dingen hebben beleefd met mij. Femke, mijn teamgenoot in de estafetteploeg, maar in Nederland ook mijn grootste concurrente op – vooral – de 100 meter vrije slag, heeft zo’n briljant geheugen. Die weet nog exact wat we tegen elkaar zeiden tien minuten voor de WK-finale op de estafette in 2009. Haar inbreng, en die van alle andere mensen, zorgde dat mijn verhaal completer werd. Al die mensen hebben geholpen de puzzel te leggen.” Je hebt natuurlijk een ontelbaar aantal races gezwommen. Ik snap dat je niet alle details meteen paraat hebt. “Van sommige races weet ik nog heel veel, van andere toernooien weet ik alleen nog welk gevoel het bij me opriep en van sommige wedstrijden weet ik alleen nog hoe het hotel eruitzag.” Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Ranomi Kromowidjojo is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Zwemfenomeen Ian Thorpe blikt terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij? Autobiografie Ranomi 'Ranomi - gewonnen, gestreden en bovengekomen' ligt vanaf 18 juni in de winkel. De autobiografie kost €23,99.- en is via de pre-orderlink www.boekenwereld.com/ranomi alvast te bestellen. De eerste 500 bestellers ontvangen een door Ranomi Kromowidjojo gesigneerd exemplaar.

Motorcross

Collin Veijer: Motormuis

Collin Veijer (19) zorgde er vorig seizoen voor dat Nederland voor het eerst sinds 33 jaar weer een Grand Prix-winnaar heeft in de motorsport. Op 12 november won hij de GP van Maleisië en dat in zijn debuutjaar. In aanloop naar zijn tweede seizoen in de Moto3, dat op 8 maart van start is gegaan, legden we hem in Helden Magazine 71 vier stellingen voor. Een gesprek over aandacht van vrouwen, motorsport-DNA, het Max Verstappen-effect en de wereldtitel. Sinds mijn eerste Grand Prix zege in de Moto3-klasse heb ik over aandacht van vrouwen niet te klagen Lachend: “Ik kijk daar eerlijk gezegd niet heel erg naar. Ik kreeg wel wat meer DM’s op Instagram binnen van vrouwen dan ik normaal krijg.” Wat is er allemaal veranderd in je leven na de overwinning op 12 november vorig jaar? “Vooral de aandacht. In de kring mensen die ik om mij heen heb, is er niks veranderd. Maar van buitenaf zie je wel dat wanneer je succes hebt, mensen je ineens heel leuk vinden. Daar zitten veel goede mensen tussen, maar ook wat mindere.” Heb je na de overwinning contact gehad met de laatste Nederlandse Grand Prix-winnaar Hans Spaan? “Ik heb geen persoonlijk contact met hem gehad, maar via Ziggo kreeg ik wel een videoboodschap van hem te zien. Dat was erg leuk.” Wat hebben je ouders tegen je gezegd na jouw overwinning? “Mijn vader is er altijd bij en maakt alles van dichtbij mee. Na de race zei hij tegen mij: ‘Leuk dat je hem gewonnen hebt, maar we zijn hier niet om één race te winnen. We zijn hier om er meerdere te winnen. Hou beide benen op de grond en ga niet gek doen.’” Heb je na de eerste GP-zege een cadeautje voor je ouders gekocht? “Nee, voor dat soort dingen zijn wij allemaal iets te nuchter.” Hoe verschilt jouw leven met dat van een normale negentienjarige? Lachend: “Ik krijg iets meer geld dan de gemiddelde negentienjarige. Ik ga sinds mijn zestiende niet meer naar school en ben elke dag aan het trainen. Dat doet de gemiddelde negentienjarige natuurlijk niet, die gaat gewoon nog naar school of is net begonnen met werken.” Wat vinden jouw oud-klasgenoten van wat je nu doet? “Met de meesten heb ik geen contact meer. Degenen die ik spreek, vinden het wel leuk, maar ik probeer gewoon zo normaal mogelijk tegen iedereen te doen. Ik voel me niet speciaal.” Lachend: “We doen allemaal ons ding en aan het einde van de dag poep ik ook gewoon.” ''Ik probeer gewoon zo normaal mogelijk tegen iedereen te doen, voel me niet speciaal. We doen allemaal ons ding en aan het einde van de dag poep ik ook gewoon.'' Zou je soms willen dat jouw leven iets meer op dat van een ‘normale’ negentienjarige leek? “Soms wel. Dat probeer ik in te halen in december. Dan kom ik vanuit Barcelona naar Nederland en ga ik naast het trainen af en toe met vrienden op stap en zie ik mijn familie wat meer. Ik ben de rest van het jaar vrij hard voor mezelf. Als ik een keer op stap ga, dan zorg ik dat ik de volgende dag gewoon weer op de fiets zit om aan mijn conditie te werken.” Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Collin Veijer is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Zwemfenomeen Ian Thorpe blikt terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen en kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND.
Collin Veijer (19) zorgde er vorig seizoen voor dat Nederland voor het eerst sinds 33 jaar weer een Grand Prix-winnaar heeft in de motorsport. Op 12 november won hij de GP van Maleisië en dat in zijn debuutjaar. In aanloop naar zijn tweede seizoen in de Moto3, dat op 8 maart van start is gegaan, legden we hem in Helden Magazine 71 vier stellingen voor. Een gesprek over aandacht van vrouwen, motorsport-DNA, het Max Verstappen-effect en de wereldtitel. Sinds mijn eerste Grand Prix zege in de Moto3-klasse heb ik over aandacht van vrouwen niet te klagen Lachend: “Ik kijk daar eerlijk gezegd niet heel erg naar. Ik kreeg wel wat meer DM’s op Instagram binnen van vrouwen dan ik normaal krijg.” Wat is er allemaal veranderd in je leven na de overwinning op 12 november vorig jaar? “Vooral de aandacht. In de kring mensen die ik om mij heen heb, is er niks veranderd. Maar van buitenaf zie je wel dat wanneer je succes hebt, mensen je ineens heel leuk vinden. Daar zitten veel goede mensen tussen, maar ook wat mindere.” Heb je na de overwinning contact gehad met de laatste Nederlandse Grand Prix-winnaar Hans Spaan? “Ik heb geen persoonlijk contact met hem gehad, maar via Ziggo kreeg ik wel een videoboodschap van hem te zien. Dat was erg leuk.” Wat hebben je ouders tegen je gezegd na jouw overwinning? “Mijn vader is er altijd bij en maakt alles van dichtbij mee. Na de race zei hij tegen mij: ‘Leuk dat je hem gewonnen hebt, maar we zijn hier niet om één race te winnen. We zijn hier om er meerdere te winnen. Hou beide benen op de grond en ga niet gek doen.’” Heb je na de eerste GP-zege een cadeautje voor je ouders gekocht? “Nee, voor dat soort dingen zijn wij allemaal iets te nuchter.” Hoe verschilt jouw leven met dat van een normale negentienjarige? Lachend: “Ik krijg iets meer geld dan de gemiddelde negentienjarige. Ik ga sinds mijn zestiende niet meer naar school en ben elke dag aan het trainen. Dat doet de gemiddelde negentienjarige natuurlijk niet, die gaat gewoon nog naar school of is net begonnen met werken.” Wat vinden jouw oud-klasgenoten van wat je nu doet? “Met de meesten heb ik geen contact meer. Degenen die ik spreek, vinden het wel leuk, maar ik probeer gewoon zo normaal mogelijk tegen iedereen te doen. Ik voel me niet speciaal.” Lachend: “We doen allemaal ons ding en aan het einde van de dag poep ik ook gewoon.” ''Ik probeer gewoon zo normaal mogelijk tegen iedereen te doen, voel me niet speciaal. We doen allemaal ons ding en aan het einde van de dag poep ik ook gewoon.'' Zou je soms willen dat jouw leven iets meer op dat van een ‘normale’ negentienjarige leek? “Soms wel. Dat probeer ik in te halen in december. Dan kom ik vanuit Barcelona naar Nederland en ga ik naast het trainen af en toe met vrienden op stap en zie ik mijn familie wat meer. Ik ben de rest van het jaar vrij hard voor mezelf. Als ik een keer op stap ga, dan zorg ik dat ik de volgende dag gewoon weer op de fiets zit om aan mijn conditie te werken.” Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Collin Veijer is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie deelt marathonloopster Anne Luijten haar bewogen jaar met de lezers. Ze liep de olympische limiet, trouwde, maar verloor ook haar trouwste fan: vader Jos. Zwemfenomeen Ian Thorpe blikt terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen en kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND.

Shorttrack

Xandra en Michelle Velzeboer: ‘Bij ons is dat filter weg’

Xandra en Michelle Velzeboer zijn zusjes, shorttrackers en huisgenoten. De een, Xandra, heeft op haar 22ste al zes wereldtitels en olympisch goud op zak. De ander, Michelle, is twintig en klopt hard op de deur. We leggen hen acht stellingen voor in aanloop naar de WK in Ahoy (15-17 maart), waar ze samen goud hopen te winnen op de relay. Het is dat we allebei aan shorttrack doen, maar verder zijn we tegenpolen Xandra: “We hebben verschillende karakters, maar tegenpolen vind ik een te groot woord.” Michelle: “Ik denk dat jij van jongs af aan wat zelfverzekerder bent dan ik, Xan. En jij bent ook wat overheersender.” Xandra, lachend: “Ik weet niet of dat echt zo is, of dat jij dat gevoel gewoon hebt. Ik zoek jou minder snel op als ik ergens mee zit dan jij mij, deel het dan eerder met mijn vriend Dennis of onze ouders. Terwijl jij juist eerder bij mij aanklopt, Mies. Niet lullig bedoeld, maar ik vraag jou niet zo snel om advies en denk ook dat ik dat minder snel aan zou nemen. Ik ben toch anderhalf jaar ouder en dus de ‘grote’ zus...” Michelle: “Dat snap ik ook, hoor. Ik denk ook niet dat ik jou goed genoeg kan helpen met dingen waar jij tegenaan loopt.” Ben jij ook een beetje de beschermende grote zus voor Michelle? Xandra: “Nou, als Mies zich ergens zorgen om maakt, dan kan ik me er weer zorgen om maken dat zij ergens mee zit. Ik heb dan het gevoel dat ik iets op moet lossen voor haar.” Is jullie band veranderd met de jaren? Michelle: “Niet heel erg. We konden toen we nog thuis bij onze ouders woonden soms wel echt ruzie hebben en dat gebeurt soms nog weleens. Dan kan het er pittig aan toegaan. We beoefenen dezelfde sport, trainen samen, wonen bij elkaar en voorheen volgden we ook nog dezelfde studie. We zagen elkaar dus zo’n beetje dag en nacht, dat kan ook weleens voor irritatie zorgen.” Xandra: “De emmer kan af en toe overlopen en dan komt alles er in één keer uit. Daarna kunnen we weer een tijdje vooruit.” Michelle: “Op het ijs hebben we nooit echt ruzie.” Xandra: “De anderen hebben het in elk geval niet door. Als jij er even niet lekker in zit, dan ga ik niet zeggen: wat vervelend voor je. Nee, dan roep ik juist: kom op, niet zeuren, doorgaan! Dan reageer ik eerder een beetje bozig.” Michelle: “En op zo’n moment denk en zeg ik: jij hebt makkelijk praten, bij jou gaat het altijd goed.” Xandra: “Ik kan tegelijkertijd weleens ergens onzeker over doen en dan zeg jij: ‘Dat slaat echt nergens op dat je daar onzeker over bent. Je rijdt gewoon goed.’” Is er ook weleens sprake van een concurrentiestrijd tussen jullie? Xandra: “Nou, ik ben heel competitief. Vroeger wilde ik echt niet dat Mies ergens beter in was dan ik.” Michelle, lachend: “Dat is tegenwoordig nog niet veel anders, hoor.” Michelle: ‘Ik was alleen maar op één been aan het zwieren, zat ook op ballet. Ik was veel meer een meisje-meisje dan jij, Xan. Jij was van de stoere dingen’ Xandra: “Doordat we anderhalf jaar in leeftijd verschillen, zaten we het ene jaar in dezelfde leeftijdscategorie en het andere jaar niet. In de jaren dat we het tegen elkaar op moesten nemen, zeiden andere ouders geregeld tegen mij: ‘Nou, pas maar op, want je zusje komt eraan. Ze gaat je straks verslaan.’ Vreselijk als mensen dat zeiden. Nu sta ik er anders in. Ik vind het juist heel vet als we samen A-finales rijden, dat hebben we al een paar keer gedaan. Hoe mooi is het dat we samen aan de start staan en allebei wereldkampioen kunnen worden?” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Xandra en Michelle Velzeboer komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Xandra en Michelle Velzeboer zijn zusjes, shorttrackers en huisgenoten. De een, Xandra, heeft op haar 22ste al zes wereldtitels en olympisch goud op zak. De ander, Michelle, is twintig en klopt hard op de deur. We leggen hen acht stellingen voor in aanloop naar de WK in Ahoy (15-17 maart), waar ze samen goud hopen te winnen op de relay. Het is dat we allebei aan shorttrack doen, maar verder zijn we tegenpolen Xandra: “We hebben verschillende karakters, maar tegenpolen vind ik een te groot woord.” Michelle: “Ik denk dat jij van jongs af aan wat zelfverzekerder bent dan ik, Xan. En jij bent ook wat overheersender.” Xandra, lachend: “Ik weet niet of dat echt zo is, of dat jij dat gevoel gewoon hebt. Ik zoek jou minder snel op als ik ergens mee zit dan jij mij, deel het dan eerder met mijn vriend Dennis of onze ouders. Terwijl jij juist eerder bij mij aanklopt, Mies. Niet lullig bedoeld, maar ik vraag jou niet zo snel om advies en denk ook dat ik dat minder snel aan zou nemen. Ik ben toch anderhalf jaar ouder en dus de ‘grote’ zus...” Michelle: “Dat snap ik ook, hoor. Ik denk ook niet dat ik jou goed genoeg kan helpen met dingen waar jij tegenaan loopt.” Ben jij ook een beetje de beschermende grote zus voor Michelle? Xandra: “Nou, als Mies zich ergens zorgen om maakt, dan kan ik me er weer zorgen om maken dat zij ergens mee zit. Ik heb dan het gevoel dat ik iets op moet lossen voor haar.” Is jullie band veranderd met de jaren? Michelle: “Niet heel erg. We konden toen we nog thuis bij onze ouders woonden soms wel echt ruzie hebben en dat gebeurt soms nog weleens. Dan kan het er pittig aan toegaan. We beoefenen dezelfde sport, trainen samen, wonen bij elkaar en voorheen volgden we ook nog dezelfde studie. We zagen elkaar dus zo’n beetje dag en nacht, dat kan ook weleens voor irritatie zorgen.” Xandra: “De emmer kan af en toe overlopen en dan komt alles er in één keer uit. Daarna kunnen we weer een tijdje vooruit.” Michelle: “Op het ijs hebben we nooit echt ruzie.” Xandra: “De anderen hebben het in elk geval niet door. Als jij er even niet lekker in zit, dan ga ik niet zeggen: wat vervelend voor je. Nee, dan roep ik juist: kom op, niet zeuren, doorgaan! Dan reageer ik eerder een beetje bozig.” Michelle: “En op zo’n moment denk en zeg ik: jij hebt makkelijk praten, bij jou gaat het altijd goed.” Xandra: “Ik kan tegelijkertijd weleens ergens onzeker over doen en dan zeg jij: ‘Dat slaat echt nergens op dat je daar onzeker over bent. Je rijdt gewoon goed.’” Is er ook weleens sprake van een concurrentiestrijd tussen jullie? Xandra: “Nou, ik ben heel competitief. Vroeger wilde ik echt niet dat Mies ergens beter in was dan ik.” Michelle, lachend: “Dat is tegenwoordig nog niet veel anders, hoor.” Michelle: ‘Ik was alleen maar op één been aan het zwieren, zat ook op ballet. Ik was veel meer een meisje-meisje dan jij, Xan. Jij was van de stoere dingen’ Xandra: “Doordat we anderhalf jaar in leeftijd verschillen, zaten we het ene jaar in dezelfde leeftijdscategorie en het andere jaar niet. In de jaren dat we het tegen elkaar op moesten nemen, zeiden andere ouders geregeld tegen mij: ‘Nou, pas maar op, want je zusje komt eraan. Ze gaat je straks verslaan.’ Vreselijk als mensen dat zeiden. Nu sta ik er anders in. Ik vind het juist heel vet als we samen A-finales rijden, dat hebben we al een paar keer gedaan. Hoe mooi is het dat we samen aan de start staan en allebei wereldkampioen kunnen worden?” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Xandra en Michelle Velzeboer komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Shorttrack

Jens van’t Wout: ‘Naast schaatsen kan ik helemaal niets’

Jens van ’t Wout (22) is het boegbeeld van een nieuwe generatie mannelijke shorttrackers. Victoria Koblenko trok naar Heerenveen om kennis te maken in aanloop naar de WK shorttrack (15-17 maart) in Rotterdam. “Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen.” Een jaar geleden stond je met je broer Melle in Helden. Toen gold je nog een beetje als het grote, opkomende talent. Inmiddels zijn we onder andere drie Europese titels en een wereldtitel verder. Wat was het hoogtepunt van het afgelopen jaar? “Mijn eerste gouden medaille bij de World Cup in Salt Lake City. Ik won de 1500 meter en die overwinning had ik helemaal niet aan zien komen. Het jaar ervoor was ik niet eens in de buurt van een medaille gekomen. Ik won ineens aan het begin van vorig seizoen met een dikke voorsprong. Een dag later won ik ook meteen goud op mijn ‘slechtste’ afstand: de 500 meter.” Heb je al een verklaring voor waarom je ineens wel won? “Ervaring. Ik heb mezelf echt eerst moeten leren kennen om vertrouwen te kunnen halen uit mezelf. Als shorttracker moest ik in heel veel dingen vertrouwen krijgen: dat ik op kop kon rijden, dat ik niet te moe werd of dat ik ingehaald werd aan het einde en dat ik lang genoeg kon wachten voordat ik tot aanvallen overging. Stuk voor stuk zaken die heel grote impact hebben op het ijs. Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen. Doen wat m’n lichaam wil doen: gewoon schaatsen.” ‘Gewoon’ schaatsen? Jij haalt er goud mee, dus zo gewoon is het niet. “Wat ik bedoel is dat je op je instinct af moet gaan als shorttracker.” ‘Ik denk dat ik zelfs liever heb dat mijn broer eerste wordt. Als ik zie wat hij er allemaal voor doet... Hij trok mij vroeger al altijd mee’ Veel sporters hoor ik altijd over ‘in een flow komen’. Kun jij mij uitleggen hoe je dat doet? “Ik focus me op het moment. Dat is nu een automatisme geworden, maar voorheen deed ik dat minder. Ik moet niet te veel vooruitdenken. De opdracht is heel simpel: ik moet naar de eerste plek, maar hoe ga ik dat doen? Dat is vaak niet te plannen. Het is een schakel van kleine kettingreacties. Plannen heeft daarom ook niet zoveel zin. Hoe het gaat verlopen? Geen idee. Als je je daaraan kunt overgeven, ben je al een heel eind. Je moet je als shorttracker over kunnen geven aan het nu.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Jens van 't Wout komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Jens van ’t Wout (22) is het boegbeeld van een nieuwe generatie mannelijke shorttrackers. Victoria Koblenko trok naar Heerenveen om kennis te maken in aanloop naar de WK shorttrack (15-17 maart) in Rotterdam. “Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen.” Een jaar geleden stond je met je broer Melle in Helden. Toen gold je nog een beetje als het grote, opkomende talent. Inmiddels zijn we onder andere drie Europese titels en een wereldtitel verder. Wat was het hoogtepunt van het afgelopen jaar? “Mijn eerste gouden medaille bij de World Cup in Salt Lake City. Ik won de 1500 meter en die overwinning had ik helemaal niet aan zien komen. Het jaar ervoor was ik niet eens in de buurt van een medaille gekomen. Ik won ineens aan het begin van vorig seizoen met een dikke voorsprong. Een dag later won ik ook meteen goud op mijn ‘slechtste’ afstand: de 500 meter.” Heb je al een verklaring voor waarom je ineens wel won? “Ervaring. Ik heb mezelf echt eerst moeten leren kennen om vertrouwen te kunnen halen uit mezelf. Als shorttracker moest ik in heel veel dingen vertrouwen krijgen: dat ik op kop kon rijden, dat ik niet te moe werd of dat ik ingehaald werd aan het einde en dat ik lang genoeg kon wachten voordat ik tot aanvallen overging. Stuk voor stuk zaken die heel grote impact hebben op het ijs. Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen. Doen wat m’n lichaam wil doen: gewoon schaatsen.” ‘Gewoon’ schaatsen? Jij haalt er goud mee, dus zo gewoon is het niet. “Wat ik bedoel is dat je op je instinct af moet gaan als shorttracker.” ‘Ik denk dat ik zelfs liever heb dat mijn broer eerste wordt. Als ik zie wat hij er allemaal voor doet... Hij trok mij vroeger al altijd mee’ Veel sporters hoor ik altijd over ‘in een flow komen’. Kun jij mij uitleggen hoe je dat doet? “Ik focus me op het moment. Dat is nu een automatisme geworden, maar voorheen deed ik dat minder. Ik moet niet te veel vooruitdenken. De opdracht is heel simpel: ik moet naar de eerste plek, maar hoe ga ik dat doen? Dat is vaak niet te plannen. Het is een schakel van kleine kettingreacties. Plannen heeft daarom ook niet zoveel zin. Hoe het gaat verlopen? Geen idee. Als je je daaraan kunt overgeven, ben je al een heel eind. Je moet je als shorttracker over kunnen geven aan het nu.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Jens van 't Wout komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Autosport

De vijf gezichten van Tom Coronel

Het leven van Tom Coronel speelt zich af in de hoogste versnelling. Altijd, overal. Met een gerust hart kan hij de man met vijf gezichten genoemd worden: coureur, analist, ondernemer, entertainer en echtgenoot/ vader. Maar de kapstok waar alles aan hangt, is het racen. “Dat is waar ik iedere dag mijn bed voor uitkom.” Een monoloog voorafgaand aan een nieuw seizoen Formule 1, dat op 2 maart begint in Bahrein. De coureur “Ik heb een heel irritante prestatiedrang die ik goed kan gebruiken in de autosport en dan maakt het me niet uit waarin ik rijd, zolang het maar vier wielen heeft. Omdat ik het al 34 jaar doe, ken ik inmiddels alle trucjes wel. Ik weet zogezegd waar Abraham de mosterd haalt. Dat is ook het mooie aan racen, je verleert het nooit. Je moet alleen wel kilometers blijven maken om het gevoel scherp te houden, maar in principe word je niet langzamer. En dat blijkt nog altijd, gelukkig. Ik bedoel, ik ben 51 jaar, grijs en kaal, maar ik heb laatst in het Europees toerwagenkampioenschap weer een paar puppy’s laten zien dat je één ding never nooit moet doen: underestimate Tommy. Ik ben nog echt committed. En dat is de reden dat ik soms nog bijzondere dingen op de baan kan laten zien. Dat ik nog altijd zo gedreven ben, heeft een aantal redenen. Eén ervan is het reizen. Ik heb het reizen nodig. Dat is voor mij een soort verslaving. Ik ben in de eerste plaats een circuitdier. Als jij tegen mij zegt: ‘We gaan naar Barcelona’, dan denk ik niet aan die mooie gebouwen, musea of aan het strand. Nee, dan denk ik aan bocht negen. En als jij zegt Frankrijk, dan denk ik aan Paul Ricard. En bij Italië denk ik aan Imola of Monza. Racen is mijn referentie in het leven bij alles wat ik denk of doe. Er is niemand op de wereld die meer races rijdt dan ik. Bijna iedere dag ben ik wel op een circuit om te racen, les te geven, te testen of een presentatie te houden. Omdat ik verslaafd ben. Het is voor mij zowel levensbehoefte als levensstijl. Het racen, het reizen, de gezelligheid op het circuit; een beetje het zigeunerleven. Mijn teambaas François Verbist heeft al gezegd dat hij een zitje voor me vrijhoudt voor komend raceseizoen, in een oude Aston Martin. Vanaf 2001 rijd ik al toerwagens, maar ik wil nu GT’s gaan rijden. Een andere uitdaging. De toerwagens ken ik nu wel. Laatst op Monza was ik bij een test in mijn tweede ronde al twee seconden sneller dan de rest. Dan is het echt tijd voor iets anders. Ik heb mijn hele leven ook al GT’s gereden. In 2001 won ik vier GT-races. Dat is lang geleden, maar ja, een auto is een auto. Zolang je maar weet hoe je ’m de hoek om moet wurmen. Een GT is net even wat sterker, wat robuuster. Die moet je net even wat harder bij z’n ballen pakken. Dat lukt me wel.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Tom Coronel komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Collega-shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Het leven van Tom Coronel speelt zich af in de hoogste versnelling. Altijd, overal. Met een gerust hart kan hij de man met vijf gezichten genoemd worden: coureur, analist, ondernemer, entertainer en echtgenoot/ vader. Maar de kapstok waar alles aan hangt, is het racen. “Dat is waar ik iedere dag mijn bed voor uitkom.” Een monoloog voorafgaand aan een nieuw seizoen Formule 1, dat op 2 maart begint in Bahrein. De coureur “Ik heb een heel irritante prestatiedrang die ik goed kan gebruiken in de autosport en dan maakt het me niet uit waarin ik rijd, zolang het maar vier wielen heeft. Omdat ik het al 34 jaar doe, ken ik inmiddels alle trucjes wel. Ik weet zogezegd waar Abraham de mosterd haalt. Dat is ook het mooie aan racen, je verleert het nooit. Je moet alleen wel kilometers blijven maken om het gevoel scherp te houden, maar in principe word je niet langzamer. En dat blijkt nog altijd, gelukkig. Ik bedoel, ik ben 51 jaar, grijs en kaal, maar ik heb laatst in het Europees toerwagenkampioenschap weer een paar puppy’s laten zien dat je één ding never nooit moet doen: underestimate Tommy. Ik ben nog echt committed. En dat is de reden dat ik soms nog bijzondere dingen op de baan kan laten zien. Dat ik nog altijd zo gedreven ben, heeft een aantal redenen. Eén ervan is het reizen. Ik heb het reizen nodig. Dat is voor mij een soort verslaving. Ik ben in de eerste plaats een circuitdier. Als jij tegen mij zegt: ‘We gaan naar Barcelona’, dan denk ik niet aan die mooie gebouwen, musea of aan het strand. Nee, dan denk ik aan bocht negen. En als jij zegt Frankrijk, dan denk ik aan Paul Ricard. En bij Italië denk ik aan Imola of Monza. Racen is mijn referentie in het leven bij alles wat ik denk of doe. Er is niemand op de wereld die meer races rijdt dan ik. Bijna iedere dag ben ik wel op een circuit om te racen, les te geven, te testen of een presentatie te houden. Omdat ik verslaafd ben. Het is voor mij zowel levensbehoefte als levensstijl. Het racen, het reizen, de gezelligheid op het circuit; een beetje het zigeunerleven. Mijn teambaas François Verbist heeft al gezegd dat hij een zitje voor me vrijhoudt voor komend raceseizoen, in een oude Aston Martin. Vanaf 2001 rijd ik al toerwagens, maar ik wil nu GT’s gaan rijden. Een andere uitdaging. De toerwagens ken ik nu wel. Laatst op Monza was ik bij een test in mijn tweede ronde al twee seconden sneller dan de rest. Dan is het echt tijd voor iets anders. Ik heb mijn hele leven ook al GT’s gereden. In 2001 won ik vier GT-races. Dat is lang geleden, maar ja, een auto is een auto. Zolang je maar weet hoe je ’m de hoek om moet wurmen. Een GT is net even wat sterker, wat robuuster. Die moet je net even wat harder bij z’n ballen pakken. Dat lukt me wel.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Tom Coronel komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Collega-shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Volleybal

Laura Dijkema & Nika Daalderop: ‘Globetrotters’

Ze zijn allebei lang en blond en reizen voor het volleybal al jarenlang de wereld rond. Daarnaast zijn ze al jaren vaste waarde van de Nederlandse volleybalvrouwen. Spelverdeelster Laura Dijkema (33) en passer/loper Nika Daalderop (24) willen samen naar de Spelen in Parijs, maar eerst het EK vanaf 15 augustus en reageren op onze zes stellingen. Het voelt soms alsof wij volleybalmoeder en -dochter zijn Laura: “Oh my God. Niet mee eens, hoor. Toch?” Nika: “Het voelt eerder als zussen.” Laura: “Ik zie jou soms inderdaad eerder als een nieuw, klein zusje. Nou ja, klein... Jij bent veel langer dan ik en ook heel volwassen voor je leeftijd.” Jullie schelen bijna negen jaar, wat herinneren jullie je nog van de eerste ontmoeting? Nika: “Voordat ik voor het eerst met het Nederlands team mee ging trainen, heb ik alle namen gegoogeld, zodat ik een beetje wist wie wie was. Jou kende ik al wel van naam, jij was een beetje het gezicht van het Nederlands team. Maar onze eerste ontmoeting... Weet jij die nog?” Laura knikt: “Onze fysiotherapeute had tegen mij al gezegd: ‘Bij Jong Oranje speelt een meisje dat heel veel potentie en talent heeft, maar het is nog de vraag of ze doorgaat met volleybal, want ze kan ook model worden.’ Toen kwam dat meisje uit Amsterdam binnen bij ons om mee te trainen... Ik vond jou meteen leuk, want je maakte meteen een praatje met me. De meeste jonge, nieuwe meiden zijn heel bleu en verlegen, maar jij had een beetje die Amsterdamse bravoure.” Nika: “Er waren wel meiden voor wie ik een beetje bang was, hoor. Ik ga geen namen noemen. En er waren er een paar bij wie ik me meteen goed voelde. Jij was ook iemand die meteen een praatje maakte met de jonge meiden.” Jullie zijn in 2018 en 2019 ook ploeggenoten geweest bij Firenze. Waarom klikt het zo goed tussen jullie? Laura: “Het eerste seizoen gingen we nog niet heel veel met elkaar om, maar in het tweede wel. Iedere vrije avond gingen we samen The Voice of Holland kijken op de bank. Toen merkte ik ook dat we dezelfde interesses hebben. We houden allebei van die crime scene-achtige series.” Nika: “En we hebben dezelfde humor, zijn allebei gek van Amsterdam.” En gingen jullie ook samen shoppen of af en toe op stap? Laura: “We waren meer van het bankhangen met een groentesoepje erbij. Of we aten samen wraps. Want we zijn ook taste sisters, vinden dezelfde dingen lekker en lusten dezelfde dingen niet.” Nika: “We houden allebei niet van vis.” Beschrijf jij Laura eens, Nika? Nika: “Lau is heel positief, zorgzaam en grappig. Ze staat altijd voor iedereen klaar. En ze is een doorzetter. Lau is ook altijd in voor iets leuks. En ze is heel ondernemend, dat zie je ook aan haar kledinglijn die ze is begonnen. Gewoon een heel leuk mens.” Laura: “Ik word hier wel een beetje ongemakkelijk van, hoor.” Beschrijf jij Nika eens? Laura: “Nika kijkt altijd eerst een beetje de kat uit de boom. Maar als je haar beter leert kennen, is ze zo grappig en lief. Jij bent ook zorgzaam en soms een beetje rebels.” Jullie zien elkaar nu alleen bij het Nederlands team. Appen en bellen jullie elkaar vaak? Nika: “We hebben bijna elke dag wel contact.” Laura: “Als we twee dagen geen contact hebben, maak ik me meteen zorgen.” Nika: “We appen elkaar over de dagelijkse dingen. Een beetje ventileren wat we meemaken. Als ik op volleybalgebied ergens mee zit, dan app of bel ik Lau, want bij haar kan ik echt alles kwijt. Ook de leuke dingen, hoor.” Laura, hoe kijk jij naar de meiden die de laatste tijd zijn doorgebroken bij het Nederlands team? Laura: “Geweldig om te zien. Er zit zoveel potentie in de spelersgroep. Ik heb alleen het gevoel dat de afgelopen jaren er niet echt uit is gehaald wat erin zit. Nu, met de nieuwe bondscoach Felix Koslowski, verandert dat. Hij heeft gekozen voor een andere manier van trainen en spelen. Veel speelsters komen veel beter tot hun recht. Ik zie het voor de toekomst zonnig in. Misschien komen de Spelen in Parijs nog iets te vroeg, maar daarna gaan we veel van dit Nederlands team horen.” Hoe zou jij de nieuwe generatie omschrijven? Laura: “Onze generatie overkwam alles een beetje. Als ik kijk naar de speelsters die er de laatste tijd bij zijn gekomen: veel van hen hebben lang in het talententeam op Papendal gespeeld, zij zijn best verwend geweest, alles werd voor hen geregeld. Dat is goed voor hen geweest, maar het is belangrijk dat die speelsters nu allemaal de stap naar het buitenland hebben gemaakt en vlieguren maken. In het buitenland word je volwassen, als mens en speelster. Op dat laatste vlak kan de huidige selectie nog stappen maken.” Merk jij dat Laura met haar 33 jaar een beetje de wijze vrouw van de nationale ploeg is? Nika, lachend: “Ze is niet de wijsneus, maar de wijsvrouw. Lau heeft zoveel ervaring, zoveel meegemaakt. En ze kan alles ook nog eens heel goed overbrengen op de jonge meiden. Zij is een leider, in het veld trekt zij echt de kar.” Hoe beleefde jij trouwens de Spelen in Rio, waarop Nederland vierde werd? Je had al je debuut gemaakt in Oranje, maar bondscoach Giovanni Guidetti nam je destijds niet mee. Nika: “Er was nog niet echt een kans dat ik mee zou gaan, hoor...” Laura, lachend: “Hoe oud was je toen? Twaalf?” Nika, lachend: “Achttien. Ik had net een paar keer meegetraind en was toen ook nog aan het beachvolleyballen.” Laura, jij maakt al twee jaar de podcast Over de top met collega-volleybalsters Robin de Kruijf, Myrthe Schoot en Maret Grothues. Zij zwaaiden allemaal af bij Oranje. Mis je hen om je heen? Laura: “Natuurlijk. Met Maret heb ik zeven jaar een kamer gedeeld tijdens toernooien. Ik zag haar meer dan mijn familie. Robin, Myrthe en Maret waren ook allemaal persoonlijkheden waar een team veel aan heeft. Zij gingen altijd voorop in de strijd. Jongen meiden kunnen veel van zulke speelsters leren.” Helden Magazine editie 68 Het eerste gedeelte van het verhaal van Laura Dijkema en Nika Daalderop komt voort uit Helden Magazine nummer 68. Max Verstappen kleurt de wereld oranje. Max Verstappen is hard op weg om voor het derde jaar op rij de wereldtitel Formule 1 te pakken. In aanloop naar de Grand Prix van Zandvoort, die hij afgelopen twee jaar won, siert hij de cover van Helden. We volgden de coureur vanuit de paddock en zagen hoe moeilijk het is voor ploeggenoot Sergio Perez om staande te blijven in zijn schaduw. In de 68ste editie van Helden ook volop aandacht voor het nieuwe voetbalseizoen. Een gesprek met Mats Wieffer, dé ontdekking van vorig seizoen, over zijn doorbraak bij Feyenoord en Oranje. Maurice Steijn werd tot veler verrassing de nieuwe trainer van Ajax. Een groot interview met de man die na een teleurstellend seizoen voor nieuwe successen moet zorgen. Luuk de Jong is spits en aanvoerder van PSV, hij vertelt over bondscoach Ronald Koeman, oud-trainer Ruud van Nistelrooij, nieuwe trainer Peter Bosz, oud-ploeggenoot Xavi Simons en nieuwe teamgenoot Noa Lang. Ryan Gravenberch kende een lastig eerste seizoen bij Bayern München. Hij wil er dit seizoen staan en weer een vaste waarde voor Oranje worden. Verder in de nieuwe Helden. Atleten Lieke Klaver en Terrence Agard vormen een razendsnel koppel. Turners Loran de Munck en Casimir Schmidt zijn maatjes en tegenpolen. Anne van Dam is de beste golfster van Nederland, ze vertelt over anger management, wonen in Amerika en de Big Green Egg Open. Hockeyster Laurien Leurink won met Oranje alles wat er te winnen viel. Mede door de ongeneeslijke ziekte van zus Marije zwaaide ze af. Ook is er veel aandacht voor de European Para Championships in Rotterdam. Een gesprek met rolstoelbasketbalster Bo Kramer, bij wie op jonge leeftijd botkanker in haar been werd geconstateerd. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine editie 68! Wil je geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Abonneer je nu snel en ontvang de Helden Magazine op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Blijf daarnaast op de hoogte van het recentste sportnieuws en leuke winacties door je aan te melden op onze nieuwsbrief en volg ons op onze social mediakanalen.
Ze zijn allebei lang en blond en reizen voor het volleybal al jarenlang de wereld rond. Daarnaast zijn ze al jaren vaste waarde van de Nederlandse volleybalvrouwen. Spelverdeelster Laura Dijkema (33) en passer/loper Nika Daalderop (24) willen samen naar de Spelen in Parijs, maar eerst het EK vanaf 15 augustus en reageren op onze zes stellingen. Het voelt soms alsof wij volleybalmoeder en -dochter zijn Laura: “Oh my God. Niet mee eens, hoor. Toch?” Nika: “Het voelt eerder als zussen.” Laura: “Ik zie jou soms inderdaad eerder als een nieuw, klein zusje. Nou ja, klein... Jij bent veel langer dan ik en ook heel volwassen voor je leeftijd.” Jullie schelen bijna negen jaar, wat herinneren jullie je nog van de eerste ontmoeting? Nika: “Voordat ik voor het eerst met het Nederlands team mee ging trainen, heb ik alle namen gegoogeld, zodat ik een beetje wist wie wie was. Jou kende ik al wel van naam, jij was een beetje het gezicht van het Nederlands team. Maar onze eerste ontmoeting... Weet jij die nog?” Laura knikt: “Onze fysiotherapeute had tegen mij al gezegd: ‘Bij Jong Oranje speelt een meisje dat heel veel potentie en talent heeft, maar het is nog de vraag of ze doorgaat met volleybal, want ze kan ook model worden.’ Toen kwam dat meisje uit Amsterdam binnen bij ons om mee te trainen... Ik vond jou meteen leuk, want je maakte meteen een praatje met me. De meeste jonge, nieuwe meiden zijn heel bleu en verlegen, maar jij had een beetje die Amsterdamse bravoure.” Nika: “Er waren wel meiden voor wie ik een beetje bang was, hoor. Ik ga geen namen noemen. En er waren er een paar bij wie ik me meteen goed voelde. Jij was ook iemand die meteen een praatje maakte met de jonge meiden.” Jullie zijn in 2018 en 2019 ook ploeggenoten geweest bij Firenze. Waarom klikt het zo goed tussen jullie? Laura: “Het eerste seizoen gingen we nog niet heel veel met elkaar om, maar in het tweede wel. Iedere vrije avond gingen we samen The Voice of Holland kijken op de bank. Toen merkte ik ook dat we dezelfde interesses hebben. We houden allebei van die crime scene-achtige series.” Nika: “En we hebben dezelfde humor, zijn allebei gek van Amsterdam.” En gingen jullie ook samen shoppen of af en toe op stap? Laura: “We waren meer van het bankhangen met een groentesoepje erbij. Of we aten samen wraps. Want we zijn ook taste sisters, vinden dezelfde dingen lekker en lusten dezelfde dingen niet.” Nika: “We houden allebei niet van vis.” Beschrijf jij Laura eens, Nika? Nika: “Lau is heel positief, zorgzaam en grappig. Ze staat altijd voor iedereen klaar. En ze is een doorzetter. Lau is ook altijd in voor iets leuks. En ze is heel ondernemend, dat zie je ook aan haar kledinglijn die ze is begonnen. Gewoon een heel leuk mens.” Laura: “Ik word hier wel een beetje ongemakkelijk van, hoor.” Beschrijf jij Nika eens? Laura: “Nika kijkt altijd eerst een beetje de kat uit de boom. Maar als je haar beter leert kennen, is ze zo grappig en lief. Jij bent ook zorgzaam en soms een beetje rebels.” Jullie zien elkaar nu alleen bij het Nederlands team. Appen en bellen jullie elkaar vaak? Nika: “We hebben bijna elke dag wel contact.” Laura: “Als we twee dagen geen contact hebben, maak ik me meteen zorgen.” Nika: “We appen elkaar over de dagelijkse dingen. Een beetje ventileren wat we meemaken. Als ik op volleybalgebied ergens mee zit, dan app of bel ik Lau, want bij haar kan ik echt alles kwijt. Ook de leuke dingen, hoor.” Laura, hoe kijk jij naar de meiden die de laatste tijd zijn doorgebroken bij het Nederlands team? Laura: “Geweldig om te zien. Er zit zoveel potentie in de spelersgroep. Ik heb alleen het gevoel dat de afgelopen jaren er niet echt uit is gehaald wat erin zit. Nu, met de nieuwe bondscoach Felix Koslowski, verandert dat. Hij heeft gekozen voor een andere manier van trainen en spelen. Veel speelsters komen veel beter tot hun recht. Ik zie het voor de toekomst zonnig in. Misschien komen de Spelen in Parijs nog iets te vroeg, maar daarna gaan we veel van dit Nederlands team horen.” Hoe zou jij de nieuwe generatie omschrijven? Laura: “Onze generatie overkwam alles een beetje. Als ik kijk naar de speelsters die er de laatste tijd bij zijn gekomen: veel van hen hebben lang in het talententeam op Papendal gespeeld, zij zijn best verwend geweest, alles werd voor hen geregeld. Dat is goed voor hen geweest, maar het is belangrijk dat die speelsters nu allemaal de stap naar het buitenland hebben gemaakt en vlieguren maken. In het buitenland word je volwassen, als mens en speelster. Op dat laatste vlak kan de huidige selectie nog stappen maken.” Merk jij dat Laura met haar 33 jaar een beetje de wijze vrouw van de nationale ploeg is? Nika, lachend: “Ze is niet de wijsneus, maar de wijsvrouw. Lau heeft zoveel ervaring, zoveel meegemaakt. En ze kan alles ook nog eens heel goed overbrengen op de jonge meiden. Zij is een leider, in het veld trekt zij echt de kar.” Hoe beleefde jij trouwens de Spelen in Rio, waarop Nederland vierde werd? Je had al je debuut gemaakt in Oranje, maar bondscoach Giovanni Guidetti nam je destijds niet mee. Nika: “Er was nog niet echt een kans dat ik mee zou gaan, hoor...” Laura, lachend: “Hoe oud was je toen? Twaalf?” Nika, lachend: “Achttien. Ik had net een paar keer meegetraind en was toen ook nog aan het beachvolleyballen.” Laura, jij maakt al twee jaar de podcast Over de top met collega-volleybalsters Robin de Kruijf, Myrthe Schoot en Maret Grothues. Zij zwaaiden allemaal af bij Oranje. Mis je hen om je heen? Laura: “Natuurlijk. Met Maret heb ik zeven jaar een kamer gedeeld tijdens toernooien. Ik zag haar meer dan mijn familie. Robin, Myrthe en Maret waren ook allemaal persoonlijkheden waar een team veel aan heeft. Zij gingen altijd voorop in de strijd. Jongen meiden kunnen veel van zulke speelsters leren.” Helden Magazine editie 68 Het eerste gedeelte van het verhaal van Laura Dijkema en Nika Daalderop komt voort uit Helden Magazine nummer 68. Max Verstappen kleurt de wereld oranje. Max Verstappen is hard op weg om voor het derde jaar op rij de wereldtitel Formule 1 te pakken. In aanloop naar de Grand Prix van Zandvoort, die hij afgelopen twee jaar won, siert hij de cover van Helden. We volgden de coureur vanuit de paddock en zagen hoe moeilijk het is voor ploeggenoot Sergio Perez om staande te blijven in zijn schaduw. In de 68ste editie van Helden ook volop aandacht voor het nieuwe voetbalseizoen. Een gesprek met Mats Wieffer, dé ontdekking van vorig seizoen, over zijn doorbraak bij Feyenoord en Oranje. Maurice Steijn werd tot veler verrassing de nieuwe trainer van Ajax. Een groot interview met de man die na een teleurstellend seizoen voor nieuwe successen moet zorgen. Luuk de Jong is spits en aanvoerder van PSV, hij vertelt over bondscoach Ronald Koeman, oud-trainer Ruud van Nistelrooij, nieuwe trainer Peter Bosz, oud-ploeggenoot Xavi Simons en nieuwe teamgenoot Noa Lang. Ryan Gravenberch kende een lastig eerste seizoen bij Bayern München. Hij wil er dit seizoen staan en weer een vaste waarde voor Oranje worden. Verder in de nieuwe Helden. Atleten Lieke Klaver en Terrence Agard vormen een razendsnel koppel. Turners Loran de Munck en Casimir Schmidt zijn maatjes en tegenpolen. Anne van Dam is de beste golfster van Nederland, ze vertelt over anger management, wonen in Amerika en de Big Green Egg Open. Hockeyster Laurien Leurink won met Oranje alles wat er te winnen viel. Mede door de ongeneeslijke ziekte van zus Marije zwaaide ze af. Ook is er veel aandacht voor de European Para Championships in Rotterdam. Een gesprek met rolstoelbasketbalster Bo Kramer, bij wie op jonge leeftijd botkanker in haar been werd geconstateerd. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine editie 68! Wil je geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Abonneer je nu snel en ontvang de Helden Magazine op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Blijf daarnaast op de hoogte van het recentste sportnieuws en leuke winacties door je aan te melden op onze nieuwsbrief en volg ons op onze social mediakanalen.