Word abonnee

Voetbal

Verdriet & verbroedering

ANP

Voetbal

Verdriet & verbroedering

door: Harry Walstra
2 juni 2022
3 tot 8 minuten lezen

Het is op 11 juni 45 jaar geleden dat de treinkaping bij De Punt op bloedige wijze werd beëindigd. Twee Nederlandse gijzelaars vonden de dood en zes Molukse gijzelnemers overleefden het niet. Vijf van de zes treinkapers die omkwamen, waren voetballers van FC Amboina uit Assen. Op dat moment waren Simon Tahamata en Jack Soumeru de voetbalhelden van de Molukkers. Ook zij werden aangekeken op de acties van hun landgenoten.

Het is feest in de Molukse gemeenschap op 1 mei 1977. Ajax is die dag voor de zeventiende keer landskampioen geworden, na een 2-3 overwinning op FC Amsterdam in het Olympisch Stadion. Maar de vreugde van de Molukkers op de tribune is er vooral om de kleine twintigjarige voetballer die in de kampioenswedstrijd op de bank naast coach Tomaslav Ivic blijft zitten. Het is jammer, maar blij is de Molukse gemeenschap sowieso met hun talentvolle landgenoot. Simon Tahamata lacht zijn tanden bloot. Hij moet nog even geduld hebben, maar is al heel blij hoe het allemaal is gelopen. Op 24 oktober 1976 debuteerde hij immers in de eredivisie, tijdens de wedstrijd in De Meer tegen FC Utrecht.

Na die wedstrijd was hij in één klap de publiekslieveling. De kleine Simon pingelde iedereen voorbij aan de linkerflank, was niet te stoppen. Ajax won met 7-0, Ruud Geels maakte er vijf, maar het was Simon Tahamata over wie iedereen het had. Tahamata werd op 26 mei 1956 geboren in Woonoord Lunetten in Vugt, op de plek waar ooit Kamp Vught was, een van de drie Duitse concentratiekampen naast Westerbork en Amersfoort in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog.

In het woonoord werden gezinnen van Molukse KNIL (Koninklijk Nederlands- Indisch Leger)-militairen gehuisvest, die eerder uit de Molukken waren geëvacueerd. Zoals bij veel Molukse gezinnen in Nederland stonden ook bij de familie Tahamata de koffers altijd klaar. In ruil voor hun inzet als KNIL-militair zouden de Molukkers uiteindelijk hun eigen staat kunnen stichten, dat had de Nederlandse regering immers beloofd. Er werd al vele jaren gewacht op de bevrijdende melding, het ongeduld nam toe binnen de Molukse gemeenschap.

De familie Tahamata had de beschikking over een barak, bestaand uit twee kamers: een woonkamer en een slaapkamer. Tien personen vonden er onderdak: “Je snapt niet hoe we dat toen voor elkaar hebben gekregen. In 1961 zijn we verhuisd naar Tiel. Daar werden nog twee kinderen geboren.” Simon was onderdeel van de ‘tweede generatie’ en werkte, toen de onvrede onder de Molukse bevolking begon toe te nemen, aan zijn carrière als voetbal- ler. Hij was begonnen bij de Molukse vereniging SC Chans uit Tiel en had op zijn vijftiende de overstap gemaakt naar Ajax. “Omdat ik naar Ajax ging, was ik relatief weinig in de wijk. Toch heb ik me altijd enorm met de Molukse zaak verbonden gevoeld en ook met hen die tot acties overgingen. Ik heb altijd volledig achter hen gestaan en dat zal ik ook altijd blijven doen.”

Het volledige verhaal lezen? Dat kan via Blendle en Tijdschrift.nl. Je kunt het magazine ook in de winkel halen óf online bestellen!

Delen: