Word abonnee
Meer

Tennis

Niels Vink: ‘Bizar dat een bacterie dit kan doen’

Niels Vink Niels Vink (21) verloor door een meningokokkenbacterie beide benen en de topjes van zijn vingers. Als rolstoeltennisser in de quad-klasse bereikte hij de eerste plaats op de wereldranglijst en won hij tot op heden vijf grandslamtitels. Zijn grote rivaal? Landgenoot Sam Schröder. Zijn grote concurrent in de strijd om paralympisch goud in het enkelspel en zijn kompaan in de strijd om goud in het dubbelspel. Voor de fotoshoot trekt Niels Vink ‘zijn benen’ en de spijkerbroek even uit en zet ze, Nikes eronder, rechtop neer bij het bankje. Hij gaat in zijn rolstoel zitten. Voor Niels de gewoonste zaak van de wereld. “Ik was een keer in Toverland en toen ik in een attractie ging, bleef mijn moeder wachten. Ik trok mijn benen uit en die stonden daar naast de attractie. Kwam er een kind aanlopen en dat vroeg waar de andere helft van dat kind met die benen was... Ineens was ík de attractie.” Bacteriële infectie Niels had net zijn eerste verjaardag gevierd toen het misging. Hij werd aangevallen door een meningokokkenbacterie. Vlak na kerst in 2003 zaten zijn ouders plots bij hem te waken aan het ziekenhuisbed. Een bacteriële infectie takelde de kleine Niels toe. Zijn benen moesten geamputeerd, net als zijn vingertoppen. Zijn ouders vreesden dat Niels het niet zou redden. “Ik weet er gelukkig niks van. Voor mijn ouders moet het verschrikkelijk zijn geweest.” Foto’s van toen zijn er, maar die heeft Niels nog nooit gezien. “Ik wil ze liever niet zien, wil er niet aan worden herinnerd, omdat ik het niet bewust heb meegemaakt. Misschien wil ik de foto’s zien als ik ouder ben.” Uiteraard had wat Niels overkwam grote impact op het gezin. “Tijdens kerst heeft mama het altijd moeilijk gehad, omdat het in die dagen gebeurde. Daarom vind ik het altijd fijn thuis te zijn met de kerstdagen. En als mama mij dan ziet lachen, vergeet ze het weer.” Als kind liet hij zich niet tegenhouden, ondanks zijn beperkingen. “Ik kroop door de gymzaal en had verder een normale jeugd. Als een ander kind vroeg hoe ik de trap opkwam, dan liet ik dat zien. En daarna gingen we weer verder met spelen, zo makkelijk zijn kinderen. Ik was gewoon Niels. En Stiphout is klein, dus zo’n beetje iedereen wist wat er was gebeurd.” Zijn dorpsgenoten volgen hem op de voet. “Nadat ik op de Paralympische Spelen van Tokio goud en brons had gewonnen, duurde een bezoek aan de supermarkt makkelijk een uur, kinderen wilden met mij op de foto. En in het nabijgelegen Helmond voel ik me ook thuis. Mijn kleuterleraar is daar sportwethouder, ik ken de burgemeester goed, word er vaak voor iets gevraagd. Bij het nieuwe gemeentehuis werd ik als een van de bekende Helmonders gevraagd een tegeltje te zetten. Ik mocht ook het nieuwe gebouw van mijn oude middelbare school openen.” ‘Tegenwoordig kun je kosmetisch iets laten doen aan de littekens, maar dat hoeft voor mij niet. Dit is wie ik ben. Ik heb geen schaamte’ Niels kijkt naar zijn littekens. “Bizar dat een bacterie dit kan doen... Iedereen draagt ’m bij zich, bij mij ontpopte die bacterie zich. Gewoon domme pech.’’ Niels heeft ook littekens op zijn armen en een plekje op zijn gezicht. ‘‘Tegenwoordig kun je kosmetisch iets laten doen aan de littekens, maar dat hoeft voor mij niet. Dit is wie ik ben. Ik heb geen schaamte. Ik besef dat het er heftig uitziet, maar vind het ook wel grappig, zoals met de broek en benen uittrekken. Als ik een relatie zou krijgen? Nervositeit? Nee, hoor. Tja, dit is gewoon wie ik ben.” Helden Magazine nummer 73  Het eerste gedeelte van het interview met Niels Vink komt voort uit Helden Magazine nummer 73. Deze editie staat in het teken van het nieuwe voetbalseizoen, biedt uitgebreide aandacht voor wielrennen en besteedt ruimschoots aandacht aan de Paralympische Spelen. Cody Gakpo, de ster van het Nederlands elftal bij het afgelopen EK, siert de cover van Helden. In Liverpool krijgt hij nu te maken met nieuwe trainer Arne Slot en zijn assistent John Heitinga. Kan hij The Reds ook bij de hand nemen?  Voetbal  Naast Gakpo, waarbij het in het verhaal ook gaat over zijn tijd bij regerend landskampioen PSV, ook een uitgebreid interview met John de Wolf. Hij vertelt over zijn tijd met Arne Slot, Quilindschy Hartman, alzheimer en zijn imago. We maken ook kennis met het nieuwe kroonjuweel van Ajax: Jorrel Hato. In een turbulente periode bij de Amsterdamse club, ontwikkelt hij zich stormachtig. Ian Maatsen had een geweldig seizoen: haalde de Champions League-finale, kreeg een uitnodiging voor het EK en maakte een transfer naar Aston Villa. Hij doet zijn bijzondere verhaal en Lasse Schöne blikt terug op de Europa League-finale van 2017.   Wielrennen  Tom Dumoulin liet in 2015 in de Ronde van Spanje voor het eerst zien dat er een ronderenner in hem schuilde. Hij blikt uitgebreid terug op zijn indrukwekkende carrière. Een geweldige loopbaan had ook Annemiek van Vleuten. Aan de hand van foto's neemt ze ons, in aanloop naar de Tour de France Femmes die in Nederland start, mee terug in de tijd. De Tour de France voor vrouwen eindigt op Alpe d'Huez. Peter Winnen weet wat het is om te winnen op 'de Nederlandse berg'; hij flikte het twee keer. Hij neemt ons mee.  Paralympische Spelen  Paralympisch boegbeeld en atlete Fleur Jong kreeg bezoek van Victoria Koblenko. Verspringer en sprinter Joël de Jong doet zijn verhaal, kind van een donorvader en op jonge leeftijd getroffen door botkanker. Dinja en Joeri van Liere vormen een bijzonder duo: Dinja nam als dressuuramazone deel aan de Olympische Spelen in Parijs, terwijl haar broer Joeri, die als motorcrosser een dwarslaesie opliep, naar Parijs gaat als rolstoelbasketballer. Een dubbelinterview.   Nog meer Helden  Verder in deze editie van Helden: tennisser Jesper de Jong vertelt in aanloop naar de US Open onder andere over Carlos Alcaraz, Jannik Sinner, Tallon Griekspoor en zijn trouwste fan: zijn opa. Jelto Spijker is een opvallende verschijning in de machowereld van het waterpolo; hij is keeper en kwam op zijn zeventiende uit de kast. En nog veel meer! 
Niels Vink Niels Vink (21) verloor door een meningokokkenbacterie beide benen en de topjes van zijn vingers. Als rolstoeltennisser in de quad-klasse bereikte hij de eerste plaats op de wereldranglijst en won hij tot op heden vijf grandslamtitels. Zijn grote rivaal? Landgenoot Sam Schröder. Zijn grote concurrent in de strijd om paralympisch goud in het enkelspel en zijn kompaan in de strijd om goud in het dubbelspel. Voor de fotoshoot trekt Niels Vink ‘zijn benen’ en de spijkerbroek even uit en zet ze, Nikes eronder, rechtop neer bij het bankje. Hij gaat in zijn rolstoel zitten. Voor Niels de gewoonste zaak van de wereld. “Ik was een keer in Toverland en toen ik in een attractie ging, bleef mijn moeder wachten. Ik trok mijn benen uit en die stonden daar naast de attractie. Kwam er een kind aanlopen en dat vroeg waar de andere helft van dat kind met die benen was... Ineens was ík de attractie.” Bacteriële infectie Niels had net zijn eerste verjaardag gevierd toen het misging. Hij werd aangevallen door een meningokokkenbacterie. Vlak na kerst in 2003 zaten zijn ouders plots bij hem te waken aan het ziekenhuisbed. Een bacteriële infectie takelde de kleine Niels toe. Zijn benen moesten geamputeerd, net als zijn vingertoppen. Zijn ouders vreesden dat Niels het niet zou redden. “Ik weet er gelukkig niks van. Voor mijn ouders moet het verschrikkelijk zijn geweest.” Foto’s van toen zijn er, maar die heeft Niels nog nooit gezien. “Ik wil ze liever niet zien, wil er niet aan worden herinnerd, omdat ik het niet bewust heb meegemaakt. Misschien wil ik de foto’s zien als ik ouder ben.” Uiteraard had wat Niels overkwam grote impact op het gezin. “Tijdens kerst heeft mama het altijd moeilijk gehad, omdat het in die dagen gebeurde. Daarom vind ik het altijd fijn thuis te zijn met de kerstdagen. En als mama mij dan ziet lachen, vergeet ze het weer.” Als kind liet hij zich niet tegenhouden, ondanks zijn beperkingen. “Ik kroop door de gymzaal en had verder een normale jeugd. Als een ander kind vroeg hoe ik de trap opkwam, dan liet ik dat zien. En daarna gingen we weer verder met spelen, zo makkelijk zijn kinderen. Ik was gewoon Niels. En Stiphout is klein, dus zo’n beetje iedereen wist wat er was gebeurd.” Zijn dorpsgenoten volgen hem op de voet. “Nadat ik op de Paralympische Spelen van Tokio goud en brons had gewonnen, duurde een bezoek aan de supermarkt makkelijk een uur, kinderen wilden met mij op de foto. En in het nabijgelegen Helmond voel ik me ook thuis. Mijn kleuterleraar is daar sportwethouder, ik ken de burgemeester goed, word er vaak voor iets gevraagd. Bij het nieuwe gemeentehuis werd ik als een van de bekende Helmonders gevraagd een tegeltje te zetten. Ik mocht ook het nieuwe gebouw van mijn oude middelbare school openen.” ‘Tegenwoordig kun je kosmetisch iets laten doen aan de littekens, maar dat hoeft voor mij niet. Dit is wie ik ben. Ik heb geen schaamte’ Niels kijkt naar zijn littekens. “Bizar dat een bacterie dit kan doen... Iedereen draagt ’m bij zich, bij mij ontpopte die bacterie zich. Gewoon domme pech.’’ Niels heeft ook littekens op zijn armen en een plekje op zijn gezicht. ‘‘Tegenwoordig kun je kosmetisch iets laten doen aan de littekens, maar dat hoeft voor mij niet. Dit is wie ik ben. Ik heb geen schaamte. Ik besef dat het er heftig uitziet, maar vind het ook wel grappig, zoals met de broek en benen uittrekken. Als ik een relatie zou krijgen? Nervositeit? Nee, hoor. Tja, dit is gewoon wie ik ben.” Helden Magazine nummer 73  Het eerste gedeelte van het interview met Niels Vink komt voort uit Helden Magazine nummer 73. Deze editie staat in het teken van het nieuwe voetbalseizoen, biedt uitgebreide aandacht voor wielrennen en besteedt ruimschoots aandacht aan de Paralympische Spelen. Cody Gakpo, de ster van het Nederlands elftal bij het afgelopen EK, siert de cover van Helden. In Liverpool krijgt hij nu te maken met nieuwe trainer Arne Slot en zijn assistent John Heitinga. Kan hij The Reds ook bij de hand nemen?  Voetbal  Naast Gakpo, waarbij het in het verhaal ook gaat over zijn tijd bij regerend landskampioen PSV, ook een uitgebreid interview met John de Wolf. Hij vertelt over zijn tijd met Arne Slot, Quilindschy Hartman, alzheimer en zijn imago. We maken ook kennis met het nieuwe kroonjuweel van Ajax: Jorrel Hato. In een turbulente periode bij de Amsterdamse club, ontwikkelt hij zich stormachtig. Ian Maatsen had een geweldig seizoen: haalde de Champions League-finale, kreeg een uitnodiging voor het EK en maakte een transfer naar Aston Villa. Hij doet zijn bijzondere verhaal en Lasse Schöne blikt terug op de Europa League-finale van 2017.   Wielrennen  Tom Dumoulin liet in 2015 in de Ronde van Spanje voor het eerst zien dat er een ronderenner in hem schuilde. Hij blikt uitgebreid terug op zijn indrukwekkende carrière. Een geweldige loopbaan had ook Annemiek van Vleuten. Aan de hand van foto's neemt ze ons, in aanloop naar de Tour de France Femmes die in Nederland start, mee terug in de tijd. De Tour de France voor vrouwen eindigt op Alpe d'Huez. Peter Winnen weet wat het is om te winnen op 'de Nederlandse berg'; hij flikte het twee keer. Hij neemt ons mee.  Paralympische Spelen  Paralympisch boegbeeld en atlete Fleur Jong kreeg bezoek van Victoria Koblenko. Verspringer en sprinter Joël de Jong doet zijn verhaal, kind van een donorvader en op jonge leeftijd getroffen door botkanker. Dinja en Joeri van Liere vormen een bijzonder duo: Dinja nam als dressuuramazone deel aan de Olympische Spelen in Parijs, terwijl haar broer Joeri, die als motorcrosser een dwarslaesie opliep, naar Parijs gaat als rolstoelbasketballer. Een dubbelinterview.   Nog meer Helden  Verder in deze editie van Helden: tennisser Jesper de Jong vertelt in aanloop naar de US Open onder andere over Carlos Alcaraz, Jannik Sinner, Tallon Griekspoor en zijn trouwste fan: zijn opa. Jelto Spijker is een opvallende verschijning in de machowereld van het waterpolo; hij is keeper en kwam op zijn zeventiende uit de kast. En nog veel meer! 

Waterpolo

Jelto Spijker: ‘Ik kies ervoor om ermee te koop te lopen’

Jelto Spijker Jelto Spijker (24) is een opvallende verschijning in de machowereld van het waterpolo. De keeper, die uitkomt in de Duitse competitie, had zeven jaar geleden zijn coming-out. Dit is zijn verhaal. “Als ik voetballer was geweest, was ik nooit uit de kast gekomen.” “Acht was ik toen ik via Aqua Fun, een jeugdprogramma waarbij alle watersporten aan bod kwamen, met waterpolo in aanraking kwam. Ik vond het leuk, kreeg een uitnodiging om bij ons in Veenendaal naar een wedstrijd van het eerste van VZC te komen kijken met mijn moeder. Toen ik dertien van die kleerkasten in badjas op zag komen en vervolgens voor spektakel in het water zag zorgen, was ik verkocht. Op mijn tiende werd ik keeper. Ik was niet de snelste zwemmer en ook niet altijd gemotiveerd om na balverlies heel hard terug te zwemmen. De trainer stelde voor om het eens als doelman te proberen. Waterpolo was heel belangrijk voor mij. Toen ik vier was, overleed mijn vader bij ons in de huiskamer aan een herseninfarct. Alles kwam vanaf dat moment op de schouders van mijn moeder terecht. Zij moest voor brood op de plank zorgen en er tegelijkertijd voor mijn drieënhalf jaar oudere broer Paul en mij zijn. De vaderfiguur die ik thuis miste, vond ik in het waterpolo. Er waren regels, er was discipline en de jeugdtrainers waren er om daarop te hameren. Ik leerde hoe ik me diende te gedragen en hoe ik met anderen om moest gaan. Lange tijd dacht ik dat het gemis van mijn vader geen grote impact op mij had. Ik was zo jong toen hij overleed, had amper echte herinneringen aan hem. Ik had last van woedeaanvallen, was niet de makkelijkste in de omgang, lag moeilijk in de groep en voelde me vaak onbegrepen. Met mijn broer had ik ook altijd ruzie. Ik denk dat het allemaal te maken had met het feit dat er thuis geen vader was. In de puberteit, zo rond mijn vijftiende, kreeg ik mijzelf meer onder controle. Op mijn zestiende kreeg ik het gevoel dat ik op jongens viel. Ik wilde het eerst zeker weten, bedacht: als ik nou probeer het mooiste meisje van de klas te versieren... Het lukte, maar toen ik met haar was, kreeg ik al heel snel de bevestiging van wat ik al dacht: ik val op mannen. Dat meisje van destijds is nog steeds een van mijn beste vriendinnen. Helden Magazine nummer 73  Het eerste gedeelte van het interview met Jelto Spijker komt voort uit Helden Magazine nummer 73. Deze editie staat in het teken van het nieuwe voetbalseizoen, biedt uitgebreide aandacht voor wielrennen en besteedt ruimschoots aandacht aan de Paralympische Spelen. Cody Gakpo, de ster van het Nederlands elftal bij het afgelopen EK, siert de cover van Helden. In Liverpool krijgt hij nu te maken met nieuwe trainer Arne Slot en zijn assistent John Heitinga. Kan hij The Reds ook bij de hand nemen?  Voetbal  Naast Gakpo, waarbij het in het verhaal ook gaat over zijn tijd bij regerend landskampioen PSV, ook een uitgebreid interview met John de Wolf. Hij vertelt over zijn tijd met Arne Slot, Quilindschy Hartman, alzheimer en zijn imago. We maken ook kennis met het nieuwe kroonjuweel van Ajax: Jorrel Hato. In een turbulente periode bij de Amsterdamse club, ontwikkelt hij zich stormachtig. Ian Maatsen had een geweldig seizoen: haalde de Champions League-finale, kreeg een uitnodiging voor het EK en maakte een transfer naar Aston Villa. Hij doet zijn bijzondere verhaal en Lasse Schöne blikt terug op de Europa League-finale van 2017.   Wielrennen  Tom Dumoulin liet in 2015 in de Ronde van Spanje voor het eerst zien dat er een ronderenner in hem schuilde. Hij blikt uitgebreid terug op zijn indrukwekkende carrière. Een geweldige loopbaan had ook Annemiek van Vleuten. Aan de hand van foto's neemt ze ons, in aanloop naar de Tour de France Femmes die in Nederland start, mee terug in de tijd. De Tour de France voor vrouwen eindigt op Alpe d'Huez. Peter Winnen weet wat het is om te winnen op 'de Nederlandse berg'; hij flikte het twee keer. Hij neemt ons mee.  Paralympische Spelen  Paralympisch boegbeeld en atlete Fleur Jong kreeg bezoek van Victoria Koblenko. Niels Vink, een van de beste quad-rolstoeltennissers, vertelt zijn verhaal. Dat doet ook verspringer en sprinter Joël de Jong, kind van een donorvader en op jonge leeftijd getroffen door botkanker. Dinja en Joeri van Liere vormen een bijzonder duo: Dinja nam als dressuuramazone deel aan de Olympische Spelen in Parijs, terwijl haar broer Joeri, die als motorcrosser een dwarslaesie opliep, naar Parijs gaat als rolstoelbasketballer. Een dubbelinterview.  
Jelto Spijker Jelto Spijker (24) is een opvallende verschijning in de machowereld van het waterpolo. De keeper, die uitkomt in de Duitse competitie, had zeven jaar geleden zijn coming-out. Dit is zijn verhaal. “Als ik voetballer was geweest, was ik nooit uit de kast gekomen.” “Acht was ik toen ik via Aqua Fun, een jeugdprogramma waarbij alle watersporten aan bod kwamen, met waterpolo in aanraking kwam. Ik vond het leuk, kreeg een uitnodiging om bij ons in Veenendaal naar een wedstrijd van het eerste van VZC te komen kijken met mijn moeder. Toen ik dertien van die kleerkasten in badjas op zag komen en vervolgens voor spektakel in het water zag zorgen, was ik verkocht. Op mijn tiende werd ik keeper. Ik was niet de snelste zwemmer en ook niet altijd gemotiveerd om na balverlies heel hard terug te zwemmen. De trainer stelde voor om het eens als doelman te proberen. Waterpolo was heel belangrijk voor mij. Toen ik vier was, overleed mijn vader bij ons in de huiskamer aan een herseninfarct. Alles kwam vanaf dat moment op de schouders van mijn moeder terecht. Zij moest voor brood op de plank zorgen en er tegelijkertijd voor mijn drieënhalf jaar oudere broer Paul en mij zijn. De vaderfiguur die ik thuis miste, vond ik in het waterpolo. Er waren regels, er was discipline en de jeugdtrainers waren er om daarop te hameren. Ik leerde hoe ik me diende te gedragen en hoe ik met anderen om moest gaan. Lange tijd dacht ik dat het gemis van mijn vader geen grote impact op mij had. Ik was zo jong toen hij overleed, had amper echte herinneringen aan hem. Ik had last van woedeaanvallen, was niet de makkelijkste in de omgang, lag moeilijk in de groep en voelde me vaak onbegrepen. Met mijn broer had ik ook altijd ruzie. Ik denk dat het allemaal te maken had met het feit dat er thuis geen vader was. In de puberteit, zo rond mijn vijftiende, kreeg ik mijzelf meer onder controle. Op mijn zestiende kreeg ik het gevoel dat ik op jongens viel. Ik wilde het eerst zeker weten, bedacht: als ik nou probeer het mooiste meisje van de klas te versieren... Het lukte, maar toen ik met haar was, kreeg ik al heel snel de bevestiging van wat ik al dacht: ik val op mannen. Dat meisje van destijds is nog steeds een van mijn beste vriendinnen. Helden Magazine nummer 73  Het eerste gedeelte van het interview met Jelto Spijker komt voort uit Helden Magazine nummer 73. Deze editie staat in het teken van het nieuwe voetbalseizoen, biedt uitgebreide aandacht voor wielrennen en besteedt ruimschoots aandacht aan de Paralympische Spelen. Cody Gakpo, de ster van het Nederlands elftal bij het afgelopen EK, siert de cover van Helden. In Liverpool krijgt hij nu te maken met nieuwe trainer Arne Slot en zijn assistent John Heitinga. Kan hij The Reds ook bij de hand nemen?  Voetbal  Naast Gakpo, waarbij het in het verhaal ook gaat over zijn tijd bij regerend landskampioen PSV, ook een uitgebreid interview met John de Wolf. Hij vertelt over zijn tijd met Arne Slot, Quilindschy Hartman, alzheimer en zijn imago. We maken ook kennis met het nieuwe kroonjuweel van Ajax: Jorrel Hato. In een turbulente periode bij de Amsterdamse club, ontwikkelt hij zich stormachtig. Ian Maatsen had een geweldig seizoen: haalde de Champions League-finale, kreeg een uitnodiging voor het EK en maakte een transfer naar Aston Villa. Hij doet zijn bijzondere verhaal en Lasse Schöne blikt terug op de Europa League-finale van 2017.   Wielrennen  Tom Dumoulin liet in 2015 in de Ronde van Spanje voor het eerst zien dat er een ronderenner in hem schuilde. Hij blikt uitgebreid terug op zijn indrukwekkende carrière. Een geweldige loopbaan had ook Annemiek van Vleuten. Aan de hand van foto's neemt ze ons, in aanloop naar de Tour de France Femmes die in Nederland start, mee terug in de tijd. De Tour de France voor vrouwen eindigt op Alpe d'Huez. Peter Winnen weet wat het is om te winnen op 'de Nederlandse berg'; hij flikte het twee keer. Hij neemt ons mee.  Paralympische Spelen  Paralympisch boegbeeld en atlete Fleur Jong kreeg bezoek van Victoria Koblenko. Niels Vink, een van de beste quad-rolstoeltennissers, vertelt zijn verhaal. Dat doet ook verspringer en sprinter Joël de Jong, kind van een donorvader en op jonge leeftijd getroffen door botkanker. Dinja en Joeri van Liere vormen een bijzonder duo: Dinja nam als dressuuramazone deel aan de Olympische Spelen in Parijs, terwijl haar broer Joeri, die als motorcrosser een dwarslaesie opliep, naar Parijs gaat als rolstoelbasketballer. Een dubbelinterview.  

Tennis

Jesper de Jong: ‘Als tennisser moet je een beetje gek zijn’

Jesper de Jong Jesper de Jong (24) speelde in januari zijn eerste grandslamtoernooi. Op de Australian Open bereikte hij de tweede ronde, waarin hij verloor van de huidige nummer één van de wereld, Jannik Sinner. Ook op Roland Garros haalde hij de tweede ronde, daarin pakte hij een set tegen latere winnaar Carlos Alcaraz. Helden ging in aanloop naar de US Open (26 augustus – 8 september) bij hem langs in Zandvoort. Jannik Sinner & Carlos Alcaraz “Zij gaan de komende tien jaar onze sport domineren. De manier waarop Sinner en Alcaraz zich profileren op en naast de baan is bewonderenswaardig. Ik kijk veel naar hen. Bij Alcaraz kijk ik vooral naar zijn gedrag. Het tennisgedeelte is moeilijk af te kijken; zijn lichaamsbouw heb ik niet. Maar ik kan wel wat leren van zijn professionaliteit en hoe hij mentaal op de baan staat. Alcaraz en Sinner zijn zeker op mentaal gebied grote voorbeelden. Zij balen ook heus wel als het even niet goed gaat, maar het heeft amper invloed. Alcaraz laat een teleurstelling nog iets meer zien dan Sinner. Sinner is echt een ijskonijn, laat niks merken. Bij de beste drie spelers van dit moment hoort in mijn ogen ook nog Holger Rune. Qua type speler lijkt hij een beetje op Novak Djokovic. Sinner kun je meer met Roger Federer vergelijken en Alcaraz lijkt op Rafael Nadal. Van allemaal kan ik wat leren. Rune heeft weer een ongelooflijke vechtersmentaliteit.” Zijn die spelers toegankelijk; heb je contact met hen? “Sinner en Alcaraz zijn dat absoluut. Rune ken ik van vroeger, van de jeugdtoernooien. We speelden geregeld tegen elkaar. Hij heeft zijn eerste titel bij de profs gewonnen door mij te verslaan in de finale. Hij zegt me gedag, maar Sinner en Alcaraz zijn wat toegankelijker. Maar het contact is vrij oppervlakkig, hoor.” Jij kwalificeerde je in januari bij de Australian Open voor het eerst voor het hoofdtoernooi van een grandslamtoernooi. Op de foto aan de muur in je huis in Zandvoort hangt een foto waarop je op je rug op de baan ligt. Jij had net de derde en laatste kwalificatiewedstrijd gewonnen van de Argentijn Camilo Ugo Carabelli. “Het was een absurde wedstrijd. We speelden drie uur lang in 35 graden in Melbourne. Er zat zoveel spanning op. Ik had een matchpoint op 5-4 in de derde set, werd gebroken en niet veel later mocht hij de wedstrijd uitserveren, maar brak ik hem. De supertiebreak won ik met 10-7. Ik was al een aantal keren dichtbij kwalificatie geweest. Op de US Open van 2022 stond ik een set en een break voor, maar verloor alsnog. Op Roland Garros lukte het vorig jaar ook niet, na een grote voorsprong. Het was een struggle, maar in Australië lukte het me eindelijk om me te kwalificeren voor een grandslamtoernooi.” Helden Magazine nummer 73  Het eerste gedeelte van het interview met Jesper de Jong komt voort uit Helden Magazine nummer 73. Deze editie staat in het teken van het nieuwe voetbalseizoen, biedt uitgebreide aandacht voor wielrennen en besteedt ruimschoots aandacht aan de Paralympische Spelen. Cody Gakpo, de ster van het Nederlands elftal bij het afgelopen EK, siert de cover van Helden. In Liverpool krijgt hij nu te maken met nieuwe trainer Arne Slot en zijn assistent John Heitinga. Kan hij The Reds ook bij de hand nemen?  Voetbal  Naast Gakpo, waarbij het in het verhaal ook gaat over zijn tijd bij regerend landskampioen PSV, ook een uitgebreid interview met John de Wolf. Hij vertelt over zijn tijd met Arne Slot, Quilindschy Hartman, alzheimer en zijn imago. We maken ook kennis met het nieuwe kroonjuweel van Ajax: Jorrel Hato. In een turbulente periode bij de Amsterdamse club, ontwikkelt hij zich stormachtig. Ian Maatsen had een geweldig seizoen: haalde de Champions League-finale, kreeg een uitnodiging voor het EK en maakte een transfer naar Aston Villa. Hij doet zijn bijzondere verhaal en Lasse Schöne blikt terug op de Europa League-finale van 2017.   Wielrennen  Tom Dumoulin liet in 2015 in de Ronde van Spanje voor het eerst zien dat er een ronderenner in hem schuilde. Hij blikt uitgebreid terug op zijn indrukwekkende carrière. Een geweldige loopbaan had ook Annemiek van Vleuten. Aan de hand van foto's neemt ze ons, in aanloop naar de Tour de France Femmes die in Nederland start, mee terug in de tijd. De Tour de France voor vrouwen eindigt op Alpe d'Huez. Peter Winnen weet wat het is om te winnen op 'de Nederlandse berg'; hij flikte het twee keer. Hij neemt ons mee.  Paralympische Spelen  Paralympisch boegbeeld en atlete Fleur Jong kreeg bezoek van Victoria Koblenko. Niels Vink, een van de beste quad-rolstoeltennissers, vertelt zijn verhaal. Dat doet ook verspringer en sprinter Joël de Jong, kind van een donorvader en op jonge leeftijd getroffen door botkanker. Dinja en Joeri van Liere vormen een bijzonder duo: Dinja nam als dressuuramazone deel aan de Olympische Spelen in Parijs, terwijl haar broer Joeri, die als motorcrosser een dwarslaesie opliep, naar Parijs gaat als rolstoelbasketballer. Een dubbelinterview.  
Jesper de Jong Jesper de Jong (24) speelde in januari zijn eerste grandslamtoernooi. Op de Australian Open bereikte hij de tweede ronde, waarin hij verloor van de huidige nummer één van de wereld, Jannik Sinner. Ook op Roland Garros haalde hij de tweede ronde, daarin pakte hij een set tegen latere winnaar Carlos Alcaraz. Helden ging in aanloop naar de US Open (26 augustus – 8 september) bij hem langs in Zandvoort. Jannik Sinner & Carlos Alcaraz “Zij gaan de komende tien jaar onze sport domineren. De manier waarop Sinner en Alcaraz zich profileren op en naast de baan is bewonderenswaardig. Ik kijk veel naar hen. Bij Alcaraz kijk ik vooral naar zijn gedrag. Het tennisgedeelte is moeilijk af te kijken; zijn lichaamsbouw heb ik niet. Maar ik kan wel wat leren van zijn professionaliteit en hoe hij mentaal op de baan staat. Alcaraz en Sinner zijn zeker op mentaal gebied grote voorbeelden. Zij balen ook heus wel als het even niet goed gaat, maar het heeft amper invloed. Alcaraz laat een teleurstelling nog iets meer zien dan Sinner. Sinner is echt een ijskonijn, laat niks merken. Bij de beste drie spelers van dit moment hoort in mijn ogen ook nog Holger Rune. Qua type speler lijkt hij een beetje op Novak Djokovic. Sinner kun je meer met Roger Federer vergelijken en Alcaraz lijkt op Rafael Nadal. Van allemaal kan ik wat leren. Rune heeft weer een ongelooflijke vechtersmentaliteit.” Zijn die spelers toegankelijk; heb je contact met hen? “Sinner en Alcaraz zijn dat absoluut. Rune ken ik van vroeger, van de jeugdtoernooien. We speelden geregeld tegen elkaar. Hij heeft zijn eerste titel bij de profs gewonnen door mij te verslaan in de finale. Hij zegt me gedag, maar Sinner en Alcaraz zijn wat toegankelijker. Maar het contact is vrij oppervlakkig, hoor.” Jij kwalificeerde je in januari bij de Australian Open voor het eerst voor het hoofdtoernooi van een grandslamtoernooi. Op de foto aan de muur in je huis in Zandvoort hangt een foto waarop je op je rug op de baan ligt. Jij had net de derde en laatste kwalificatiewedstrijd gewonnen van de Argentijn Camilo Ugo Carabelli. “Het was een absurde wedstrijd. We speelden drie uur lang in 35 graden in Melbourne. Er zat zoveel spanning op. Ik had een matchpoint op 5-4 in de derde set, werd gebroken en niet veel later mocht hij de wedstrijd uitserveren, maar brak ik hem. De supertiebreak won ik met 10-7. Ik was al een aantal keren dichtbij kwalificatie geweest. Op de US Open van 2022 stond ik een set en een break voor, maar verloor alsnog. Op Roland Garros lukte het vorig jaar ook niet, na een grote voorsprong. Het was een struggle, maar in Australië lukte het me eindelijk om me te kwalificeren voor een grandslamtoernooi.” Helden Magazine nummer 73  Het eerste gedeelte van het interview met Jesper de Jong komt voort uit Helden Magazine nummer 73. Deze editie staat in het teken van het nieuwe voetbalseizoen, biedt uitgebreide aandacht voor wielrennen en besteedt ruimschoots aandacht aan de Paralympische Spelen. Cody Gakpo, de ster van het Nederlands elftal bij het afgelopen EK, siert de cover van Helden. In Liverpool krijgt hij nu te maken met nieuwe trainer Arne Slot en zijn assistent John Heitinga. Kan hij The Reds ook bij de hand nemen?  Voetbal  Naast Gakpo, waarbij het in het verhaal ook gaat over zijn tijd bij regerend landskampioen PSV, ook een uitgebreid interview met John de Wolf. Hij vertelt over zijn tijd met Arne Slot, Quilindschy Hartman, alzheimer en zijn imago. We maken ook kennis met het nieuwe kroonjuweel van Ajax: Jorrel Hato. In een turbulente periode bij de Amsterdamse club, ontwikkelt hij zich stormachtig. Ian Maatsen had een geweldig seizoen: haalde de Champions League-finale, kreeg een uitnodiging voor het EK en maakte een transfer naar Aston Villa. Hij doet zijn bijzondere verhaal en Lasse Schöne blikt terug op de Europa League-finale van 2017.   Wielrennen  Tom Dumoulin liet in 2015 in de Ronde van Spanje voor het eerst zien dat er een ronderenner in hem schuilde. Hij blikt uitgebreid terug op zijn indrukwekkende carrière. Een geweldige loopbaan had ook Annemiek van Vleuten. Aan de hand van foto's neemt ze ons, in aanloop naar de Tour de France Femmes die in Nederland start, mee terug in de tijd. De Tour de France voor vrouwen eindigt op Alpe d'Huez. Peter Winnen weet wat het is om te winnen op 'de Nederlandse berg'; hij flikte het twee keer. Hij neemt ons mee.  Paralympische Spelen  Paralympisch boegbeeld en atlete Fleur Jong kreeg bezoek van Victoria Koblenko. Niels Vink, een van de beste quad-rolstoeltennissers, vertelt zijn verhaal. Dat doet ook verspringer en sprinter Joël de Jong, kind van een donorvader en op jonge leeftijd getroffen door botkanker. Dinja en Joeri van Liere vormen een bijzonder duo: Dinja nam als dressuuramazone deel aan de Olympische Spelen in Parijs, terwijl haar broer Joeri, die als motorcrosser een dwarslaesie opliep, naar Parijs gaat als rolstoelbasketballer. Een dubbelinterview.  

BMX

Niek Kimmann: ‘Ik ben bezig met een grote ontdekkingsreis’

Niek Kimmann Olympisch goud, wereldtitels; Niek Kimmann won alles wat er te winnen valt als BMX’er. Na de Spelen in Tokio had hij het moeilijk en kreeg hij te maken met een postolympische dip. Maar in aanloop naar Parijs staat hij er weer. Een monoloog in Helden Magazine nummer 72 over goud, vallen en weer opstaan met de aanstaande vader. “Ik ben na de Spelen in Tokio zoekende geweest. Ik begon op mijn zevende met fietsen, was twaalf toen BMX’en een olympische sport werd. Van jongs af aan waren de Spelen mijn grote doel, daar wilde ik op een dag heen. Ik werd op mijn achttiende wereldkampioen bij de junioren en een jaar later, in 2015, ook meteen bij de senioren. Het bleef maar goed gaan. Als ik het ene doel had bereikt, ging ik door naar het volgende. Ik was ook nooit tevreden. Als ik een nationale wedstrijd won, dacht ik: leuk, maar dit is geen Europese wedstrijd. Als ik een Europese wedstrijd won, zei ik tegen mezelf: dit is geen WK. En toen ik wereldkampioen werd, redeneerde ik: mooi, maar dit zijn niet de Spelen. In mijn hoofd zat ook steeds: als ik op de Spelen geen medaille pak, dan voelt dat als falen. Ik was daar al die jaren heel extreem in. Voortdurend waren de Spelen die heel heldere stip op de horizon. Als je ergens al meer dan de helft van je leven naartoe hebt geleefd en je bereikt meteen het allerhoogste, dan is dat heel erg mooi. Olympisch kampioen, beter wordt het niet als sportman. Meteen daarna werd ik ook nog eens wereldkampioen in eigen land. Zo bizar. En toen had ik dus alles bereikt waarvan ik had gedroomd. Voor het eerst was ik tevreden. Heel comfortabel als je dat kunt zijn over jezelf, maar al snel was het heel oncomfortabel om me zo comfortabel te voelen. Omdat ik nooit dat gevoel had gehad. Al snel kwam die ene vraag omhoog: welke kant wil ik nu op, wat ga ik doen? Tot en met de Spelen was het pad dat ik moest bewandelen heel duidelijk en ineens was er geen pad meer. Ik kreeg te maken met een postolympische dip. Maar doordat er door het uitstellen van de Spelen in Tokio slechts drie jaar zat tot Parijs besloot ik maar gewoon door te gaan. Ik kon erop wachten dat het misging, dat gebeurde in 2022. Ik ben in het jaar na de Spelen naar Amerika gegaan om de USABMX Nationals, een serie wedstrijden daar, te rijden. In Europa kende ik alle banen op mijn duimpje en daar was bijna alles nieuw voor me. Op die manier probeerde ik nieuwe prikkels te krijgen. Ik had in 2021 alles gewonnen wat er te winnen viel, dan sluipt in je hoofd: elk doel wat ik stel, haal ik. Ik had de standaard voor mezelf in 2021 zo hoog gelegd en ergens bekroop me toen de angst dat er een moment zou komen dat ik mijn doelen niet zou halen en dat mijn illusie naar de klote zou gaan. Achteraf was ik in 2022 bang om een hard doel te stellen, ik deed eigenlijk van alles wat. Want dan had ik voor mezelf ook een excuus als ik mijn doelen niet haalde. Dat kon ik tegen mezelf zeggen: ja, maar ik ging er ook niet vol voor. Ik was mezelf aan het saboteren. Op een gegeven moment dacht ik: wie probeer je nou eigenlijk voor de gek te houden? Topsport is: geen excuses. En ik was juist op zoek naar excuses. Dat had ik nooit gehad. Maar het ontstond doordat ik tot en met de Spelen de lat zo vreselijk hoog voor mezelf had gelegd. Ik zei op een gegeven moment tegen mezelf: je moet een doel stellen, daar vol voor gaan en als je het dan niet haalt, is het ook goed. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. 'Ik was mezelf aan het saboteren. Op een gegeven moment dacht ik: wie probeer je nou eigenlijk voor de gek te houden?' Ik was in 2022 ineens helemaal klaar met BMX’en, heb drie maanden lang mijn fiets niet aangeraakt. In die periode ben ik heel veel boeken gaan lezen, autobiografieën van sporters om erachter te komen hoe zij met zulke situaties zijn omgegaan. Ik vond het ook interessant om Tom Dumoulin in die periode te volgen. Hij had de Giro gewonnen, was wereldkampioen tijdrijden geworden, werd tweede in de Tour en op de Spelen en was op het moment dat ik zoekende was ook zoekende. Ik merkte ook dat de meeste sporters die zoekende waren drie jaar later gestopt waren met topsport. Dat gaf me niet veel vertrouwen. Ik realiseerde me dat het vooral belangrijk was dat ik mijn eigen weg zou zoeken. Ik heb in die periode ook met een sportpsycholoog gesproken en veel met mijn ouders gekletst.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Niek Kimmann komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, en baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.
Niek Kimmann Olympisch goud, wereldtitels; Niek Kimmann won alles wat er te winnen valt als BMX’er. Na de Spelen in Tokio had hij het moeilijk en kreeg hij te maken met een postolympische dip. Maar in aanloop naar Parijs staat hij er weer. Een monoloog in Helden Magazine nummer 72 over goud, vallen en weer opstaan met de aanstaande vader. “Ik ben na de Spelen in Tokio zoekende geweest. Ik begon op mijn zevende met fietsen, was twaalf toen BMX’en een olympische sport werd. Van jongs af aan waren de Spelen mijn grote doel, daar wilde ik op een dag heen. Ik werd op mijn achttiende wereldkampioen bij de junioren en een jaar later, in 2015, ook meteen bij de senioren. Het bleef maar goed gaan. Als ik het ene doel had bereikt, ging ik door naar het volgende. Ik was ook nooit tevreden. Als ik een nationale wedstrijd won, dacht ik: leuk, maar dit is geen Europese wedstrijd. Als ik een Europese wedstrijd won, zei ik tegen mezelf: dit is geen WK. En toen ik wereldkampioen werd, redeneerde ik: mooi, maar dit zijn niet de Spelen. In mijn hoofd zat ook steeds: als ik op de Spelen geen medaille pak, dan voelt dat als falen. Ik was daar al die jaren heel extreem in. Voortdurend waren de Spelen die heel heldere stip op de horizon. Als je ergens al meer dan de helft van je leven naartoe hebt geleefd en je bereikt meteen het allerhoogste, dan is dat heel erg mooi. Olympisch kampioen, beter wordt het niet als sportman. Meteen daarna werd ik ook nog eens wereldkampioen in eigen land. Zo bizar. En toen had ik dus alles bereikt waarvan ik had gedroomd. Voor het eerst was ik tevreden. Heel comfortabel als je dat kunt zijn over jezelf, maar al snel was het heel oncomfortabel om me zo comfortabel te voelen. Omdat ik nooit dat gevoel had gehad. Al snel kwam die ene vraag omhoog: welke kant wil ik nu op, wat ga ik doen? Tot en met de Spelen was het pad dat ik moest bewandelen heel duidelijk en ineens was er geen pad meer. Ik kreeg te maken met een postolympische dip. Maar doordat er door het uitstellen van de Spelen in Tokio slechts drie jaar zat tot Parijs besloot ik maar gewoon door te gaan. Ik kon erop wachten dat het misging, dat gebeurde in 2022. Ik ben in het jaar na de Spelen naar Amerika gegaan om de USABMX Nationals, een serie wedstrijden daar, te rijden. In Europa kende ik alle banen op mijn duimpje en daar was bijna alles nieuw voor me. Op die manier probeerde ik nieuwe prikkels te krijgen. Ik had in 2021 alles gewonnen wat er te winnen viel, dan sluipt in je hoofd: elk doel wat ik stel, haal ik. Ik had de standaard voor mezelf in 2021 zo hoog gelegd en ergens bekroop me toen de angst dat er een moment zou komen dat ik mijn doelen niet zou halen en dat mijn illusie naar de klote zou gaan. Achteraf was ik in 2022 bang om een hard doel te stellen, ik deed eigenlijk van alles wat. Want dan had ik voor mezelf ook een excuus als ik mijn doelen niet haalde. Dat kon ik tegen mezelf zeggen: ja, maar ik ging er ook niet vol voor. Ik was mezelf aan het saboteren. Op een gegeven moment dacht ik: wie probeer je nou eigenlijk voor de gek te houden? Topsport is: geen excuses. En ik was juist op zoek naar excuses. Dat had ik nooit gehad. Maar het ontstond doordat ik tot en met de Spelen de lat zo vreselijk hoog voor mezelf had gelegd. Ik zei op een gegeven moment tegen mezelf: je moet een doel stellen, daar vol voor gaan en als je het dan niet haalt, is het ook goed. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. 'Ik was mezelf aan het saboteren. Op een gegeven moment dacht ik: wie probeer je nou eigenlijk voor de gek te houden?' Ik was in 2022 ineens helemaal klaar met BMX’en, heb drie maanden lang mijn fiets niet aangeraakt. In die periode ben ik heel veel boeken gaan lezen, autobiografieën van sporters om erachter te komen hoe zij met zulke situaties zijn omgegaan. Ik vond het ook interessant om Tom Dumoulin in die periode te volgen. Hij had de Giro gewonnen, was wereldkampioen tijdrijden geworden, werd tweede in de Tour en op de Spelen en was op het moment dat ik zoekende was ook zoekende. Ik merkte ook dat de meeste sporters die zoekende waren drie jaar later gestopt waren met topsport. Dat gaf me niet veel vertrouwen. Ik realiseerde me dat het vooral belangrijk was dat ik mijn eigen weg zou zoeken. Ik heb in die periode ook met een sportpsycholoog gesproken en veel met mijn ouders gekletst.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Niek Kimmann komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, en baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater, roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview, en Simone van de Kraats hoopt op goud in het waterpolo. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Waterpolo

Simone van de Kraats: ‘Wij willen laten zien dat we geen eendagsvliegen zijn’

Simone van de Kraats Simone van de Kraats (23) werd vorig jaar wereldkampioen met de waterpolovrouwen en verkozen tot beste speelster van de wereld. Afgelopen januari veroverde ze ook nog de Europese titel. In Parijs gaat ze voor een olympische medaille. In Helden Magazine nummer 72 een gesprek over waterpologenen, het geloof, het lichaam, wapens, ongelijkheid en het belang van een olympische medaille in Parijs. “Ik vind het heerlijk om mijn hersens te laten kraken.” Wereldkampioen “Wij hebben op dit moment zo’n goede groep, tal van speelsters zijn van wereldklasse en spelen bij de beste clubs van de wereld. Dat we vorig jaar in Fukuoka de wereldtitel pakten door in de finale Spanje te verslaan na penalty’s was voor ons een geweldige ervaring. Wij speelden zo vrij. Het was de bekroning van de weg die al een tijd geleden is ingeslagen. Ik was zeventien toen ik bij het Nederlands team kwam, dat was in 2018. We waren er in 2021 bij tijdens de Spelen en werden zesde. In 2022 pakten we brons bij het WK, vorig jaar pakten we zilver in de wereldbeker en werden we wereldkampioen en dit jaar pakten we ook goud bij het EK. Onze Griekse bondscoach Evangelos Doudesis heeft een groot aandeel in het succes. Ik vind het wel belangrijk aan te geven dat zijn voorganger Arno Havenga al gestart was met het bouwen van het fundament, Eva was toen assistent. We hebben in de jaren voordat Eva het overnam successen gehad en ook de nodige sportieve tegenslagen, die hebben wij gebruikt om uiteindelijk succesvol te kunnen zijn. Van tegenslagen leer je het meest als je echt in de spiegel durft te kijken als individu en als team. Eva heeft ervoor gezorgd dat alle koppies dezelfde kant op staan, we gaan voor elkaar door het vuur. Dat we elkaar alles gunnen, is de kracht van het Nederlands team. We hebben de afgelopen tijd heel veel belangrijke wedstrijden gespeeld en daarin maakt het niet uit wie scoort of de assist geeft. Je wordt er niet op aangekeken als je een keer een mindere wedstrijd speelt, omdat de speelsters weten dat iedereen alles geeft. Je ziet bij veel teams toch vaak dat speelsters zich onttrekken aan de groep als ze minder spelen of juist uitblinken. Dat zie je bij ons niet. Dat is echt onze kracht. We hebben van de wereldtitel genoten, maar heel lang konden we er ook weer niet bij stil blijven staan. Daarna was er al snel weer een EK in eigen land, dat we ook wonnen, weer drie weken later was het WK in Doha waar we vijfde werden en nu maken we ons op voor de Spelen. En dat allemaal binnen een jaar tijd. En dan zijn er ook nog de wedstrijden met de club. Het geeft wel een beetje aan hoe hectisch ons leven is.” Waterpologeslacht “Waterpolo zit bij mijn drie jaar jongere broertje Thomas en mij in de genen. Mijn ouders speelden allebei in het eerste van De Waterkip – DWK – in Barneveld, hebben elkaar ontmoet in het zwembad. Als mijn vader en moeder een wedstrijd hadden, werden wij in het kinderbadje gedropt. Met onze vriendjes en vriendinnetjes van wie de ouders ook in het eerste speelden, waren wij lekker met een balletje aan het gooien. Als mijn vader en moeder hun wedstrijd hadden gespeeld, gooide ik vaak de bal in het grote zwembad en riep: spelen? Het was dus heel voor de hand liggend dat Thomas en ik ook gingen waterpoloën. Ik speelde op mijn dertiende al in het eerste van DWK en vertrok redelijk snel naar Polar Bears in Ede. Op mijn zeventiende, in 2018, debuteerde ik voor het Nederlands team, en na twee landtitels vertrok ik in 2021 naar Mataró, een topclub in Spanje. In Barneveld, waar ik ben geboren en nog vaak kom, leeft waterpolo enorm. Veel mensen daar zijn betrokken bij DWK. Als ik daar over straat loop, word ik vaak aangesproken. Na het WK was dat helemaal het geval. Mensen weten ook precies wat ik heb gepresteerd met Oranje en met m’n club, houden me goed in de gaten. Heel leuk. Op mijn beurt blijf ik DWK op de voet volgen. En niet alleen omdat mijn broer daar in het eerste zit en mijn vader zijn coach is. Het blijft toch ‘mijn clubje’ en Barneveld blijft mijn thuis.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Simone van de Kraats komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater en roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.
Simone van de Kraats Simone van de Kraats (23) werd vorig jaar wereldkampioen met de waterpolovrouwen en verkozen tot beste speelster van de wereld. Afgelopen januari veroverde ze ook nog de Europese titel. In Parijs gaat ze voor een olympische medaille. In Helden Magazine nummer 72 een gesprek over waterpologenen, het geloof, het lichaam, wapens, ongelijkheid en het belang van een olympische medaille in Parijs. “Ik vind het heerlijk om mijn hersens te laten kraken.” Wereldkampioen “Wij hebben op dit moment zo’n goede groep, tal van speelsters zijn van wereldklasse en spelen bij de beste clubs van de wereld. Dat we vorig jaar in Fukuoka de wereldtitel pakten door in de finale Spanje te verslaan na penalty’s was voor ons een geweldige ervaring. Wij speelden zo vrij. Het was de bekroning van de weg die al een tijd geleden is ingeslagen. Ik was zeventien toen ik bij het Nederlands team kwam, dat was in 2018. We waren er in 2021 bij tijdens de Spelen en werden zesde. In 2022 pakten we brons bij het WK, vorig jaar pakten we zilver in de wereldbeker en werden we wereldkampioen en dit jaar pakten we ook goud bij het EK. Onze Griekse bondscoach Evangelos Doudesis heeft een groot aandeel in het succes. Ik vind het wel belangrijk aan te geven dat zijn voorganger Arno Havenga al gestart was met het bouwen van het fundament, Eva was toen assistent. We hebben in de jaren voordat Eva het overnam successen gehad en ook de nodige sportieve tegenslagen, die hebben wij gebruikt om uiteindelijk succesvol te kunnen zijn. Van tegenslagen leer je het meest als je echt in de spiegel durft te kijken als individu en als team. Eva heeft ervoor gezorgd dat alle koppies dezelfde kant op staan, we gaan voor elkaar door het vuur. Dat we elkaar alles gunnen, is de kracht van het Nederlands team. We hebben de afgelopen tijd heel veel belangrijke wedstrijden gespeeld en daarin maakt het niet uit wie scoort of de assist geeft. Je wordt er niet op aangekeken als je een keer een mindere wedstrijd speelt, omdat de speelsters weten dat iedereen alles geeft. Je ziet bij veel teams toch vaak dat speelsters zich onttrekken aan de groep als ze minder spelen of juist uitblinken. Dat zie je bij ons niet. Dat is echt onze kracht. We hebben van de wereldtitel genoten, maar heel lang konden we er ook weer niet bij stil blijven staan. Daarna was er al snel weer een EK in eigen land, dat we ook wonnen, weer drie weken later was het WK in Doha waar we vijfde werden en nu maken we ons op voor de Spelen. En dat allemaal binnen een jaar tijd. En dan zijn er ook nog de wedstrijden met de club. Het geeft wel een beetje aan hoe hectisch ons leven is.” Waterpologeslacht “Waterpolo zit bij mijn drie jaar jongere broertje Thomas en mij in de genen. Mijn ouders speelden allebei in het eerste van De Waterkip – DWK – in Barneveld, hebben elkaar ontmoet in het zwembad. Als mijn vader en moeder een wedstrijd hadden, werden wij in het kinderbadje gedropt. Met onze vriendjes en vriendinnetjes van wie de ouders ook in het eerste speelden, waren wij lekker met een balletje aan het gooien. Als mijn vader en moeder hun wedstrijd hadden gespeeld, gooide ik vaak de bal in het grote zwembad en riep: spelen? Het was dus heel voor de hand liggend dat Thomas en ik ook gingen waterpoloën. Ik speelde op mijn dertiende al in het eerste van DWK en vertrok redelijk snel naar Polar Bears in Ede. Op mijn zeventiende, in 2018, debuteerde ik voor het Nederlands team, en na twee landtitels vertrok ik in 2021 naar Mataró, een topclub in Spanje. In Barneveld, waar ik ben geboren en nog vaak kom, leeft waterpolo enorm. Veel mensen daar zijn betrokken bij DWK. Als ik daar over straat loop, word ik vaak aangesproken. Na het WK was dat helemaal het geval. Mensen weten ook precies wat ik heb gepresteerd met Oranje en met m’n club, houden me goed in de gaten. Heel leuk. Op mijn beurt blijf ik DWK op de voet volgen. En niet alleen omdat mijn broer daar in het eerste zit en mijn vader zijn coach is. Het blijft toch ‘mijn clubje’ en Barneveld blijft mijn thuis.” Helden Magazine nummer 72 Het eerste gedeelte van het interview met Simone van de Kraats komt voort uit Helden Magazine nummer 72. Het extra dikke zomernummer van Helden staat volledig in het teken van drie grote sportevenementen: het EK voetbal in Duitsland, de Tour de France en de Olympische Spelen in Parijs. Op de cover van de 204 pagina's tellende editie schitteren drie rolmodellen van wereldklasse uit de Nederlandse atletiek: Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver. Wat is het geheim van hun succes? Experts zoals Ellen van Langen, Caroline Feith, Bart Bennema en Gregory Sedoc delen hun inzichten. EK voetbal De sportzomer van 2024 wordt afgetrapt met het EK voetbal, dat op 14 juni begint. In deze Helden een verhaal over Ronald Koeman. Onder andere Frank Rijkaard, Ruud Gullit, broer Erwin Koeman, Guus Hiddink, Jordi Cruijff en Rafael van der Vaart delen hun mening over de bondscoach van het Nederlands elftal. Verder ging Helden naar Milaan voor een interview met revelatie Tijjani Reijnders en zijn vrouw. Daley Blind 106-voudig international - bespreekt zijn indrukwekkende carrière aan de hand van foto’s. Brian Brobbey over de bondscoach, Marco van Basten, zijn toekomst, zijn roots en racisme. Arie Haan gaat vijftig jaar terug in de tijd, naar het WK voetbal in West-Duitsland dat eindigde met een nationaal trauma. Jan Wouters blikt terug op het gewonnen EK van 1988, ook in Duitsland. Het is nog altijd de enige hoofdprijs van Oranje. Tour de France  Na het EK volgt de Tour de France, van 29 juni tot en met 21 juli. In deze Helden lees je een interview met sprinter Fabio Jakobsen en een portret van Mathieu van der Poel, die ook de olympische wegwedstrijd in Parijs rijdt. Jeroen Blijlevens en Steven de Jongh, ploegleiders bij Lidl-Trek, vertellen hun verhaal, en we vragen ons af: kan Sepp Kuss na de Vuelta ook de Tour winnen? Olympische Spelen De Olympische Spelen vinden plaats van 26 juli tot en met 11 augustus. Chef de mission Pieter van den Hoogenband kijkt terug op zijn gouden race twintig jaar geleden. Turnster Sanne Wevers bereidt zich voor op haar laatste kunstje, baanwielrenner Harrie Lavreysen spreekt over hoge verwachtingen, en BMX’er Niek Kimmann over zijn post-olympische dip. Sharon van Rouwendaal gaat voor goud in het openwater en roeizussen Bente en Ilse Paulis geven een dubbelinterview. Bovendien gingen we op bezoek bij Tes Schouten, Caspar Corbeau en Arno Kamminga, de drie schoolslagmusketiers. Alle drie zijn ze een medaillekandidaat in Parijs. Voor het eerst sinds 1992 plaatse een Nederlands duo zich op de 500 meter kanosprint voor de Spelen. Hoog tijd om kennis te maken met Selma Konijn en Ruth Vorsselman. Triatlontopper Maya Kingma stelde ernstige misstanden aan de kaak binnen het topsportprogramma van de triatlonbond. Dat werd de triatleet niet door iedereen in dank afgenomen. Joost Luiten is sinds kort vader en worstelde met golfyips. In aanloop naar de KLM Open, die hij twee keer won, doet hij zijn verhaal.

Marathon

Anne Luijten: ‘Je zou haast in magie gaan geloven’

Anne Luijten heeft een bewogen tijd achter de rug. De atlete werd in 2023 Nederlands kampioen op de halve en de hele marathon, liep de olympische limiet en trouwde. Daar tegenover stond het overlijden van haar grootste fan: vader Jos. In aanloop naar de Rotterdam Marathon van 14 april praat ze in Helden Magazine 71 openhartig over de heftige periode die achter haar ligt. “Voor het eerst zonder papa. Ik heb al een paar wedstrijdjes gelopen sinds zijn overlijden en vond het niet heel erg lastig dat ik zijn gezicht ineens niet meer langs de kant zag. Maar op zondag 14 april bij de Rotterdam Marathon zal ik het moeilijker vinden dat hij er niet meer bij is, vermoed ik. Vorig jaar sliep ik bij mijn ouders in Rijswijk en reed ik gezellig met papa in de auto naar Rotterdam. We parkeerden de auto bij mijn broertje Tom en papa pakte de fiets uit de auto en ging met me mee naar de start. Tijdens de marathon volgde hij me op de fiets, terwijl hij al ziek was. Ik werd Nederlands kampioen in mijn tweede marathon, was ruim vijf minuten sneller dan bij mijn debuut, een jaar eerder ook in Rotterdam; het was zo’n mooie dag. Rotterdam heeft altijd al een speciaal plekje in mijn hart. Mijn oma is er opgegroeid en heeft het bombardement in 1940 meegemaakt. Mijn vader heeft er gestudeerd en ook heel veel geroeid. Zelfs zo hard dat hij zijn studie niet afmaakte. Mijn broertje heeft er ook gestudeerd en woont er nu. Ook op sportief gebied speelt Rotterdam van jongs af aan al een belangrijke rol. In de jeugd mocht ik meedoen aan de regiotrainingen die door de atletiekbond werden georganiseerd en die werden in Rotterdam gehouden. Daar reed papa me dan naartoe. Als meisje van achttien heb ik in 2012 Miranda Boonstra gevolgd tijdens de Rotterdam Marathon. Van ons huis in Rijswijk ben ik die dag op de fiets naar Rotterdam gegaan om haar te volgen. Daar aangekomen mocht ik meefietsen met Tonnie Dirks, de coach van Miranda. Ik vond het zo tof om haar volledig geconcentreerd te zien lopen achter haar gangmakers aan. Verschrikkelijk jammer dat ze op slechts acht tellen de olympische limiet miste, maar de blik achter de schermen maakte op mij grote indruk. Eigenlijk was dat het moment dat ik dacht: de marathon is wel heel gaaf. Mijn vader en moeder waren erg sportief. Naast roeien was mijn vader van het hardlopen. Mama deed dat ook, liep elk jaar de City Pier City Loop in Den Haag. Mijn zusje Femke wilde nadat ze mijn moeder die wedstrijd had zien lopen op atletiek en ik besloot met haar mee te gaan. Ik had gezwommen en geschaatst en mama vond hockey wel wat voor mij, maar het werd atletiek. Bij AV’40 in Delft trok ik meteen naar het hardlopen, zag mensen vaak kijken naar mij met het idee van: waarom doet zij aan het einde van de training nog zo haar best op de 800 meter? Ik vond het een uitdaging om te kijken of ik dan de jongens bij kon houden. Het was een leuke club, maar de meeste leden redeneerden dat het ook vooral ‘gezellig moest blijven’. Omdat ik daar iets te fanatiek voor was, stapte ik over naar een andere vereniging met een heel leuk hardloopteam en een heel bevlogen trainer, Arthur van Dijk. Daar dacht ik: gelukkig, er zijn er meer die net zo gek zijn van hardlopen als ik. In 2012 kreeg ik een scholarship van de Universiteit van Portland, ging in Amerika mijn studie combineren met hardlopen. De echte toppers konden na de middelbare school prof worden, dat zat er voor mij niet in. Ik kwalificeerde me voor enkele grote toernooien op de 3000 en 5000 meter, zoals de Europese Jeugdkampioenschappen, maar liep daarin vaak achterin mee. Toen de kans om naar Amerika te gaan zich voordeed, dacht ik: ik heb zoveel tijd in het hardlopen geïnvesteerd, dit avontuur wil ik aangaan. Ik trainde ’s ochtends en ’s middags met het team en kon tussendoor studeren. Geweldig. Ik heb mijn tijd in Portland zo lang mogelijk gerekt, heb eerst Sociologie en daarna Psychologie gestudeerd, waardoor ik er vijf jaar kon blijven. In 2017 keerde ik terug naar Nederland, ging bij Honoré Hoedt trainen en volgde de opleiding Sustainable Development in Utrecht. Het hardlopen ging goed, totdat ik begin 2018 een achillespeesblessure kreeg die maar op bleef spelen. Mijn toptijd op de 5000 meter was 16 minuten en 6 seconden en ineens moest ik tevreden zijn met tijden die een halve minuut langzamer waren. Daardoor werd het lastig om mezelf te blijven motiveren er vol voor te gaan, en bijvoorbeeld ook ’s avonds in de regen en kou nog de deur uit te gaan om te trainen. Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Anne Luijten is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie blikt zwemfenomeen Ian Thorpe terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?
Anne Luijten heeft een bewogen tijd achter de rug. De atlete werd in 2023 Nederlands kampioen op de halve en de hele marathon, liep de olympische limiet en trouwde. Daar tegenover stond het overlijden van haar grootste fan: vader Jos. In aanloop naar de Rotterdam Marathon van 14 april praat ze in Helden Magazine 71 openhartig over de heftige periode die achter haar ligt. “Voor het eerst zonder papa. Ik heb al een paar wedstrijdjes gelopen sinds zijn overlijden en vond het niet heel erg lastig dat ik zijn gezicht ineens niet meer langs de kant zag. Maar op zondag 14 april bij de Rotterdam Marathon zal ik het moeilijker vinden dat hij er niet meer bij is, vermoed ik. Vorig jaar sliep ik bij mijn ouders in Rijswijk en reed ik gezellig met papa in de auto naar Rotterdam. We parkeerden de auto bij mijn broertje Tom en papa pakte de fiets uit de auto en ging met me mee naar de start. Tijdens de marathon volgde hij me op de fiets, terwijl hij al ziek was. Ik werd Nederlands kampioen in mijn tweede marathon, was ruim vijf minuten sneller dan bij mijn debuut, een jaar eerder ook in Rotterdam; het was zo’n mooie dag. Rotterdam heeft altijd al een speciaal plekje in mijn hart. Mijn oma is er opgegroeid en heeft het bombardement in 1940 meegemaakt. Mijn vader heeft er gestudeerd en ook heel veel geroeid. Zelfs zo hard dat hij zijn studie niet afmaakte. Mijn broertje heeft er ook gestudeerd en woont er nu. Ook op sportief gebied speelt Rotterdam van jongs af aan al een belangrijke rol. In de jeugd mocht ik meedoen aan de regiotrainingen die door de atletiekbond werden georganiseerd en die werden in Rotterdam gehouden. Daar reed papa me dan naartoe. Als meisje van achttien heb ik in 2012 Miranda Boonstra gevolgd tijdens de Rotterdam Marathon. Van ons huis in Rijswijk ben ik die dag op de fiets naar Rotterdam gegaan om haar te volgen. Daar aangekomen mocht ik meefietsen met Tonnie Dirks, de coach van Miranda. Ik vond het zo tof om haar volledig geconcentreerd te zien lopen achter haar gangmakers aan. Verschrikkelijk jammer dat ze op slechts acht tellen de olympische limiet miste, maar de blik achter de schermen maakte op mij grote indruk. Eigenlijk was dat het moment dat ik dacht: de marathon is wel heel gaaf. Mijn vader en moeder waren erg sportief. Naast roeien was mijn vader van het hardlopen. Mama deed dat ook, liep elk jaar de City Pier City Loop in Den Haag. Mijn zusje Femke wilde nadat ze mijn moeder die wedstrijd had zien lopen op atletiek en ik besloot met haar mee te gaan. Ik had gezwommen en geschaatst en mama vond hockey wel wat voor mij, maar het werd atletiek. Bij AV’40 in Delft trok ik meteen naar het hardlopen, zag mensen vaak kijken naar mij met het idee van: waarom doet zij aan het einde van de training nog zo haar best op de 800 meter? Ik vond het een uitdaging om te kijken of ik dan de jongens bij kon houden. Het was een leuke club, maar de meeste leden redeneerden dat het ook vooral ‘gezellig moest blijven’. Omdat ik daar iets te fanatiek voor was, stapte ik over naar een andere vereniging met een heel leuk hardloopteam en een heel bevlogen trainer, Arthur van Dijk. Daar dacht ik: gelukkig, er zijn er meer die net zo gek zijn van hardlopen als ik. In 2012 kreeg ik een scholarship van de Universiteit van Portland, ging in Amerika mijn studie combineren met hardlopen. De echte toppers konden na de middelbare school prof worden, dat zat er voor mij niet in. Ik kwalificeerde me voor enkele grote toernooien op de 3000 en 5000 meter, zoals de Europese Jeugdkampioenschappen, maar liep daarin vaak achterin mee. Toen de kans om naar Amerika te gaan zich voordeed, dacht ik: ik heb zoveel tijd in het hardlopen geïnvesteerd, dit avontuur wil ik aangaan. Ik trainde ’s ochtends en ’s middags met het team en kon tussendoor studeren. Geweldig. Ik heb mijn tijd in Portland zo lang mogelijk gerekt, heb eerst Sociologie en daarna Psychologie gestudeerd, waardoor ik er vijf jaar kon blijven. In 2017 keerde ik terug naar Nederland, ging bij Honoré Hoedt trainen en volgde de opleiding Sustainable Development in Utrecht. Het hardlopen ging goed, totdat ik begin 2018 een achillespeesblessure kreeg die maar op bleef spelen. Mijn toptijd op de 5000 meter was 16 minuten en 6 seconden en ineens moest ik tevreden zijn met tijden die een halve minuut langzamer waren. Daardoor werd het lastig om mezelf te blijven motiveren er vol voor te gaan, en bijvoorbeeld ook ’s avonds in de regen en kou nog de deur uit te gaan om te trainen. Helden Magazine 71 Het eerste gedeelte van het interview met Anne Luijten is afkomstig uit de tweede uitgave van 2024. De 71ste editie van Helden Magazine is voor het eerst in België te bewonderen! Deze mijlpaal wordt gevierd met twee verschillende sporters op de cover: Estavana Polman in Nederland en Wout van Aert in België. In een openhartig interview deelt Estavana Polman, het gezicht van het Nederlandse handbalteam, haar verhaal over de voorbereidingen op het olympisch kwalificatietoernooi. Daarbij komen ook haar persoonlijke uitdagingen, zoals haar relatie met Rafael van der Vaart, het moederschap en haar blessures ter sprake. Alleskunner Wout van Aert laat dit jaar de Tour de France schieten en kiest voor het eerst voor de Giro d’Italia. De Belgische renner spreekt zich uit over het nieuwe traject, Mathieu van der Poel, Visma-Lease a Bike en de Olympische Spelen. In deze editie van Helden wordt er ook veel aandacht besteed aan voetbal. Esmee Brugts, bekroond als Talent van het Jaar, maakte afgelopen zomer een droomtransfer naar FC Barcelona. Experts laten zich daarnaast uit over Jerdy Schouten, de sleutelspeler van PSV, dat op weg is naar het landskampioenschap en het EK met Oranje in Duitsland. We blikken terug op de legendarische wedstrijd tegen Portugal tijdens het WK van 2006 met Khalid Boulahrouz en bezoeken verdediger Bart Nieuwkoop in Rotterdam. Met Manchester City won Kevin De Bruyne alles wat er te winnen valt. Kenners spreken zich uit over onder meer zijn weergaloze traptechniek en fabuleuze inzicht. In ‘De Dag Dat Alles Misging’ kijken Sigi Lens en Edu Nandlal terug op de vliegtuigcrash in Suriname. Ze hebben de verschrikkelijke SLM-ramp overleefd die zich 35 jaar geleden heeft voorgedaan. Verder in de 140 pagina’s tellende editie blikt zwemfenomeen Ian Thorpe terug op zijn legendarische races en vriendschap met Pieter van den Hoogenband. Victoria Koblenko gaat in gesprek met Ranomi Kromowidjojo, drievoudig olympisch kampioen en zeventienvoudig wereldkampioen zwemmen. Kickbokslegende Peter Aerts, een grootheid in Japan, spreekt onder meer over het oprichten van zijn eigen bond LEGEND. Als laatste is de negentienjarige Collin Veijer de hoop van de Nederlandse motorsportfans, maar wie is hij?

Tennis

Tallon Griekspoor: ‘Eén voor allen, allen voor één’

Kevin, Scott (beiden 33) en Tallon Griekspoor (27) zijn niet alleen broers, ze zijn ook brothers in arms. Ze schopten het alle drie tot tennisprof. Tweelingbroers Kevin en Scott stopten in 2017 en 2019 door fysieke ongemakken en gingen aan de slag in het familiebedrijf, een groot aannemingsbedrijf in Nieuw-Vennep. Tallon ging door. Hij won in 2023 twee ATP-toernooien en sloot het jaar af als nummer 23 van de wereld. Een gesprek met de Drie Musketiers in aanloop naar de ABN AMRO Open (10-18 februari). Het is een drukte van belang bij Griekspoor BV in Nieuw-Vennep. Het bouw- en aannemingsbedrijf werd in de jaren zestig van de vorige eeuw opgezet door Joop Griekspoor, die destijds begon met het uitbaggeren van sloten in de Haarlemmermeer. Het bedrijf werd steeds groter. Zoons Ron en Frank werden daarna CEO en inmiddels is ook de derde generatie nauw betrokken bij het familiebedrijf. De tweeling Kevin en Scott reisde nog niet zo lang geleden als tennisprofs de wereld rond, maar geeft nu mede sturing aan het bedrijf dat hun achternaam draagt. En dan is er nog Tallon Griekspoor: vijfenhalf jaar jonger en dus de benjamin van het stel, maar ook de beste tennisser van Nederland. In 2023 won hij twee ATP-toernooien – in het Indiase Puna en in Rosmalen – haalde de finale in Washington en de halve finale van de ABN AMRO Open. Ook bereikte hij zijn hoogste ranking (21) ooit en sloot het jaar uiteindelijk af als de nummer 23 van de wereld. Tijd om de drie broers samen te brengen op vertrouwde grond. Niet alleen het familiebedrijf bevindt zich hier, ook het ouderlijk huis was hier gevestigd. Ze reden er rond op hun crossfietsjes en brachten uren door op de tennisbaan die speciaal voor hen werd aangelegd. Wat nou als jullie kleine broertje een wedstrijd speelt terwijl jullie aan het werk zijn? Kevin: “Nou, dan staat de tv aan of we kijken via een livestream op de iPad en die zetten we dan naast de computer. Scott en ik zitten bij elkaar op kantoor, dus er is altijd wel een van ons die zegt: ‘Hij gaat zo beginnen.’” Scott: “Wij leven heel erg mee met Tallon.” Hoe was het om hem in 2023 twee ATP- toernooien te zien winnen? Scott: “Fantastisch. De toernooizege in Pune, vorig jaar januari, kwam ook voor ons een beetje onverwachts. De tweede was misschien nog wel mooier. Winnen in eigen land, veel mooier wordt het toch niet?” Denken jullie nooit: ons broertje flikt wat ons niet is gelukt? Kevin, lachend: “Nee, zo denken wij totaal niet. We zijn alleen maar heel erg trots. Zo mooi wat hij nu al heeft bereikt. En we gunnen hem nog veel meer.” Niet bang De gedachten van Tallon gaan terug naar afgelopen zomer toen hij het ATP- toernooi van Rosmalen won. “Ik speel graag in eigen land, heb altijd geroepen dat ik train om uiteindelijk op de mooiste en grootste banen te spelen. Voor mij horen de centercourts in Ahoy en Rosmalen daarbij. De titel pakken op Rosmalen was zo mooi. Mijn familie en vrienden waren er de hele week bij. Mijn vader, Kevin en Scott reden telkens op en neer, hoe laat ik ook speelde. Ze hadden hun werk en daardoor liep het in het bedrijf misschien wat stroever, maar dat maakte hen niet uit.” Dus het was een dure week voor Griekspoor BV? Kevin, lachend: “Ja.” Tallon, terwijl hij zijn broers aankijkt: “Maar ik heb ook reclame gemaakt, hè.” Dan serieus: “Mijn successen zijn er ook dankzij mijn familie, met name Kevin en Scott. Wij hebben altijd samen getraind en veel met elkaar gereisd. Het is heel bijzonder dat wij dit als broers met zijn drieën hebben meegemaakt. Hoeveel families kunnen dat nu zeggen? Ik vond het ook heel jammer dat eerst Kevin en daarna Scott stopte. Stond ik er ineens alleen voor. Het mooie was dat ook toen ze gestopt waren, ze nog met mij meegereisd zijn. Ze waren er voor me toen ik het lastig had en nu vind ik het extra mooi dat ik de successen met mijn broers kan delen.” Scott: ‘Tallon liep vroeger de kantjes er weleens vanaf. Dan dachten Kevin en ik: nou jongen, het zou niet verkeerd zijn als je wat meer van ons had’ Kevin: “Een paar jaar geleden had niemand gedacht dat Tallon het zou schoppen tot de 21ste plaats op de wereldranglijst. Zijn persoonlijkheid of karakter springt er voor mij uit. Ik wil niet zeggen dat hij een bluffer is, maar Tallon is niet bang voor de grote banen. Ik had er juist altijd meer moeite mee als ik op de grotere banen moest spelen, dan had ik stress en was ik zenuwachtig. Als ik naar Tal kijk: die heeft dat totaal niet. Tallon durft ook gewoon te zeggen waar het op staat, hij verschuilt zich niet en zegt eerlijk wat hij denkt. Naast een goed team om je heen verzamelen en de tenniskwaliteiten, is dat wel een houding of instelling waarmee je het ver kunt schoppen.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Tallon, Kevin en Scott Griekspoor komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Collega-shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Kevin, Scott (beiden 33) en Tallon Griekspoor (27) zijn niet alleen broers, ze zijn ook brothers in arms. Ze schopten het alle drie tot tennisprof. Tweelingbroers Kevin en Scott stopten in 2017 en 2019 door fysieke ongemakken en gingen aan de slag in het familiebedrijf, een groot aannemingsbedrijf in Nieuw-Vennep. Tallon ging door. Hij won in 2023 twee ATP-toernooien en sloot het jaar af als nummer 23 van de wereld. Een gesprek met de Drie Musketiers in aanloop naar de ABN AMRO Open (10-18 februari). Het is een drukte van belang bij Griekspoor BV in Nieuw-Vennep. Het bouw- en aannemingsbedrijf werd in de jaren zestig van de vorige eeuw opgezet door Joop Griekspoor, die destijds begon met het uitbaggeren van sloten in de Haarlemmermeer. Het bedrijf werd steeds groter. Zoons Ron en Frank werden daarna CEO en inmiddels is ook de derde generatie nauw betrokken bij het familiebedrijf. De tweeling Kevin en Scott reisde nog niet zo lang geleden als tennisprofs de wereld rond, maar geeft nu mede sturing aan het bedrijf dat hun achternaam draagt. En dan is er nog Tallon Griekspoor: vijfenhalf jaar jonger en dus de benjamin van het stel, maar ook de beste tennisser van Nederland. In 2023 won hij twee ATP-toernooien – in het Indiase Puna en in Rosmalen – haalde de finale in Washington en de halve finale van de ABN AMRO Open. Ook bereikte hij zijn hoogste ranking (21) ooit en sloot het jaar uiteindelijk af als de nummer 23 van de wereld. Tijd om de drie broers samen te brengen op vertrouwde grond. Niet alleen het familiebedrijf bevindt zich hier, ook het ouderlijk huis was hier gevestigd. Ze reden er rond op hun crossfietsjes en brachten uren door op de tennisbaan die speciaal voor hen werd aangelegd. Wat nou als jullie kleine broertje een wedstrijd speelt terwijl jullie aan het werk zijn? Kevin: “Nou, dan staat de tv aan of we kijken via een livestream op de iPad en die zetten we dan naast de computer. Scott en ik zitten bij elkaar op kantoor, dus er is altijd wel een van ons die zegt: ‘Hij gaat zo beginnen.’” Scott: “Wij leven heel erg mee met Tallon.” Hoe was het om hem in 2023 twee ATP- toernooien te zien winnen? Scott: “Fantastisch. De toernooizege in Pune, vorig jaar januari, kwam ook voor ons een beetje onverwachts. De tweede was misschien nog wel mooier. Winnen in eigen land, veel mooier wordt het toch niet?” Denken jullie nooit: ons broertje flikt wat ons niet is gelukt? Kevin, lachend: “Nee, zo denken wij totaal niet. We zijn alleen maar heel erg trots. Zo mooi wat hij nu al heeft bereikt. En we gunnen hem nog veel meer.” Niet bang De gedachten van Tallon gaan terug naar afgelopen zomer toen hij het ATP- toernooi van Rosmalen won. “Ik speel graag in eigen land, heb altijd geroepen dat ik train om uiteindelijk op de mooiste en grootste banen te spelen. Voor mij horen de centercourts in Ahoy en Rosmalen daarbij. De titel pakken op Rosmalen was zo mooi. Mijn familie en vrienden waren er de hele week bij. Mijn vader, Kevin en Scott reden telkens op en neer, hoe laat ik ook speelde. Ze hadden hun werk en daardoor liep het in het bedrijf misschien wat stroever, maar dat maakte hen niet uit.” Dus het was een dure week voor Griekspoor BV? Kevin, lachend: “Ja.” Tallon, terwijl hij zijn broers aankijkt: “Maar ik heb ook reclame gemaakt, hè.” Dan serieus: “Mijn successen zijn er ook dankzij mijn familie, met name Kevin en Scott. Wij hebben altijd samen getraind en veel met elkaar gereisd. Het is heel bijzonder dat wij dit als broers met zijn drieën hebben meegemaakt. Hoeveel families kunnen dat nu zeggen? Ik vond het ook heel jammer dat eerst Kevin en daarna Scott stopte. Stond ik er ineens alleen voor. Het mooie was dat ook toen ze gestopt waren, ze nog met mij meegereisd zijn. Ze waren er voor me toen ik het lastig had en nu vind ik het extra mooi dat ik de successen met mijn broers kan delen.” Scott: ‘Tallon liep vroeger de kantjes er weleens vanaf. Dan dachten Kevin en ik: nou jongen, het zou niet verkeerd zijn als je wat meer van ons had’ Kevin: “Een paar jaar geleden had niemand gedacht dat Tallon het zou schoppen tot de 21ste plaats op de wereldranglijst. Zijn persoonlijkheid of karakter springt er voor mij uit. Ik wil niet zeggen dat hij een bluffer is, maar Tallon is niet bang voor de grote banen. Ik had er juist altijd meer moeite mee als ik op de grotere banen moest spelen, dan had ik stress en was ik zenuwachtig. Als ik naar Tal kijk: die heeft dat totaal niet. Tallon durft ook gewoon te zeggen waar het op staat, hij verschuilt zich niet en zegt eerlijk wat hij denkt. Naast een goed team om je heen verzamelen en de tenniskwaliteiten, is dat wel een houding of instelling waarmee je het ver kunt schoppen.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Tallon, Kevin en Scott Griekspoor komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Collega-shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Shorttrack

Xandra en Michelle Velzeboer: ‘Bij ons is dat filter weg’

Xandra en Michelle Velzeboer zijn zusjes, shorttrackers en huisgenoten. De een, Xandra, heeft op haar 22ste al zes wereldtitels en olympisch goud op zak. De ander, Michelle, is twintig en klopt hard op de deur. We leggen hen acht stellingen voor in aanloop naar de WK in Ahoy (15-17 maart), waar ze samen goud hopen te winnen op de relay. Het is dat we allebei aan shorttrack doen, maar verder zijn we tegenpolen Xandra: “We hebben verschillende karakters, maar tegenpolen vind ik een te groot woord.” Michelle: “Ik denk dat jij van jongs af aan wat zelfverzekerder bent dan ik, Xan. En jij bent ook wat overheersender.” Xandra, lachend: “Ik weet niet of dat echt zo is, of dat jij dat gevoel gewoon hebt. Ik zoek jou minder snel op als ik ergens mee zit dan jij mij, deel het dan eerder met mijn vriend Dennis of onze ouders. Terwijl jij juist eerder bij mij aanklopt, Mies. Niet lullig bedoeld, maar ik vraag jou niet zo snel om advies en denk ook dat ik dat minder snel aan zou nemen. Ik ben toch anderhalf jaar ouder en dus de ‘grote’ zus...” Michelle: “Dat snap ik ook, hoor. Ik denk ook niet dat ik jou goed genoeg kan helpen met dingen waar jij tegenaan loopt.” Ben jij ook een beetje de beschermende grote zus voor Michelle? Xandra: “Nou, als Mies zich ergens zorgen om maakt, dan kan ik me er weer zorgen om maken dat zij ergens mee zit. Ik heb dan het gevoel dat ik iets op moet lossen voor haar.” Is jullie band veranderd met de jaren? Michelle: “Niet heel erg. We konden toen we nog thuis bij onze ouders woonden soms wel echt ruzie hebben en dat gebeurt soms nog weleens. Dan kan het er pittig aan toegaan. We beoefenen dezelfde sport, trainen samen, wonen bij elkaar en voorheen volgden we ook nog dezelfde studie. We zagen elkaar dus zo’n beetje dag en nacht, dat kan ook weleens voor irritatie zorgen.” Xandra: “De emmer kan af en toe overlopen en dan komt alles er in één keer uit. Daarna kunnen we weer een tijdje vooruit.” Michelle: “Op het ijs hebben we nooit echt ruzie.” Xandra: “De anderen hebben het in elk geval niet door. Als jij er even niet lekker in zit, dan ga ik niet zeggen: wat vervelend voor je. Nee, dan roep ik juist: kom op, niet zeuren, doorgaan! Dan reageer ik eerder een beetje bozig.” Michelle: “En op zo’n moment denk en zeg ik: jij hebt makkelijk praten, bij jou gaat het altijd goed.” Xandra: “Ik kan tegelijkertijd weleens ergens onzeker over doen en dan zeg jij: ‘Dat slaat echt nergens op dat je daar onzeker over bent. Je rijdt gewoon goed.’” Is er ook weleens sprake van een concurrentiestrijd tussen jullie? Xandra: “Nou, ik ben heel competitief. Vroeger wilde ik echt niet dat Mies ergens beter in was dan ik.” Michelle, lachend: “Dat is tegenwoordig nog niet veel anders, hoor.” Michelle: ‘Ik was alleen maar op één been aan het zwieren, zat ook op ballet. Ik was veel meer een meisje-meisje dan jij, Xan. Jij was van de stoere dingen’ Xandra: “Doordat we anderhalf jaar in leeftijd verschillen, zaten we het ene jaar in dezelfde leeftijdscategorie en het andere jaar niet. In de jaren dat we het tegen elkaar op moesten nemen, zeiden andere ouders geregeld tegen mij: ‘Nou, pas maar op, want je zusje komt eraan. Ze gaat je straks verslaan.’ Vreselijk als mensen dat zeiden. Nu sta ik er anders in. Ik vind het juist heel vet als we samen A-finales rijden, dat hebben we al een paar keer gedaan. Hoe mooi is het dat we samen aan de start staan en allebei wereldkampioen kunnen worden?” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Xandra en Michelle Velzeboer komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Xandra en Michelle Velzeboer zijn zusjes, shorttrackers en huisgenoten. De een, Xandra, heeft op haar 22ste al zes wereldtitels en olympisch goud op zak. De ander, Michelle, is twintig en klopt hard op de deur. We leggen hen acht stellingen voor in aanloop naar de WK in Ahoy (15-17 maart), waar ze samen goud hopen te winnen op de relay. Het is dat we allebei aan shorttrack doen, maar verder zijn we tegenpolen Xandra: “We hebben verschillende karakters, maar tegenpolen vind ik een te groot woord.” Michelle: “Ik denk dat jij van jongs af aan wat zelfverzekerder bent dan ik, Xan. En jij bent ook wat overheersender.” Xandra, lachend: “Ik weet niet of dat echt zo is, of dat jij dat gevoel gewoon hebt. Ik zoek jou minder snel op als ik ergens mee zit dan jij mij, deel het dan eerder met mijn vriend Dennis of onze ouders. Terwijl jij juist eerder bij mij aanklopt, Mies. Niet lullig bedoeld, maar ik vraag jou niet zo snel om advies en denk ook dat ik dat minder snel aan zou nemen. Ik ben toch anderhalf jaar ouder en dus de ‘grote’ zus...” Michelle: “Dat snap ik ook, hoor. Ik denk ook niet dat ik jou goed genoeg kan helpen met dingen waar jij tegenaan loopt.” Ben jij ook een beetje de beschermende grote zus voor Michelle? Xandra: “Nou, als Mies zich ergens zorgen om maakt, dan kan ik me er weer zorgen om maken dat zij ergens mee zit. Ik heb dan het gevoel dat ik iets op moet lossen voor haar.” Is jullie band veranderd met de jaren? Michelle: “Niet heel erg. We konden toen we nog thuis bij onze ouders woonden soms wel echt ruzie hebben en dat gebeurt soms nog weleens. Dan kan het er pittig aan toegaan. We beoefenen dezelfde sport, trainen samen, wonen bij elkaar en voorheen volgden we ook nog dezelfde studie. We zagen elkaar dus zo’n beetje dag en nacht, dat kan ook weleens voor irritatie zorgen.” Xandra: “De emmer kan af en toe overlopen en dan komt alles er in één keer uit. Daarna kunnen we weer een tijdje vooruit.” Michelle: “Op het ijs hebben we nooit echt ruzie.” Xandra: “De anderen hebben het in elk geval niet door. Als jij er even niet lekker in zit, dan ga ik niet zeggen: wat vervelend voor je. Nee, dan roep ik juist: kom op, niet zeuren, doorgaan! Dan reageer ik eerder een beetje bozig.” Michelle: “En op zo’n moment denk en zeg ik: jij hebt makkelijk praten, bij jou gaat het altijd goed.” Xandra: “Ik kan tegelijkertijd weleens ergens onzeker over doen en dan zeg jij: ‘Dat slaat echt nergens op dat je daar onzeker over bent. Je rijdt gewoon goed.’” Is er ook weleens sprake van een concurrentiestrijd tussen jullie? Xandra: “Nou, ik ben heel competitief. Vroeger wilde ik echt niet dat Mies ergens beter in was dan ik.” Michelle, lachend: “Dat is tegenwoordig nog niet veel anders, hoor.” Michelle: ‘Ik was alleen maar op één been aan het zwieren, zat ook op ballet. Ik was veel meer een meisje-meisje dan jij, Xan. Jij was van de stoere dingen’ Xandra: “Doordat we anderhalf jaar in leeftijd verschillen, zaten we het ene jaar in dezelfde leeftijdscategorie en het andere jaar niet. In de jaren dat we het tegen elkaar op moesten nemen, zeiden andere ouders geregeld tegen mij: ‘Nou, pas maar op, want je zusje komt eraan. Ze gaat je straks verslaan.’ Vreselijk als mensen dat zeiden. Nu sta ik er anders in. Ik vind het juist heel vet als we samen A-finales rijden, dat hebben we al een paar keer gedaan. Hoe mooi is het dat we samen aan de start staan en allebei wereldkampioen kunnen worden?” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Xandra en Michelle Velzeboer komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttracker Jens van ’t Wout ontmoet Victoria Koblenko. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Shorttrack

Jens van’t Wout: ‘Naast schaatsen kan ik helemaal niets’

Jens van ’t Wout (22) is het boegbeeld van een nieuwe generatie mannelijke shorttrackers. Victoria Koblenko trok naar Heerenveen om kennis te maken in aanloop naar de WK shorttrack (15-17 maart) in Rotterdam. “Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen.” Een jaar geleden stond je met je broer Melle in Helden. Toen gold je nog een beetje als het grote, opkomende talent. Inmiddels zijn we onder andere drie Europese titels en een wereldtitel verder. Wat was het hoogtepunt van het afgelopen jaar? “Mijn eerste gouden medaille bij de World Cup in Salt Lake City. Ik won de 1500 meter en die overwinning had ik helemaal niet aan zien komen. Het jaar ervoor was ik niet eens in de buurt van een medaille gekomen. Ik won ineens aan het begin van vorig seizoen met een dikke voorsprong. Een dag later won ik ook meteen goud op mijn ‘slechtste’ afstand: de 500 meter.” Heb je al een verklaring voor waarom je ineens wel won? “Ervaring. Ik heb mezelf echt eerst moeten leren kennen om vertrouwen te kunnen halen uit mezelf. Als shorttracker moest ik in heel veel dingen vertrouwen krijgen: dat ik op kop kon rijden, dat ik niet te moe werd of dat ik ingehaald werd aan het einde en dat ik lang genoeg kon wachten voordat ik tot aanvallen overging. Stuk voor stuk zaken die heel grote impact hebben op het ijs. Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen. Doen wat m’n lichaam wil doen: gewoon schaatsen.” ‘Gewoon’ schaatsen? Jij haalt er goud mee, dus zo gewoon is het niet. “Wat ik bedoel is dat je op je instinct af moet gaan als shorttracker.” ‘Ik denk dat ik zelfs liever heb dat mijn broer eerste wordt. Als ik zie wat hij er allemaal voor doet... Hij trok mij vroeger al altijd mee’ Veel sporters hoor ik altijd over ‘in een flow komen’. Kun jij mij uitleggen hoe je dat doet? “Ik focus me op het moment. Dat is nu een automatisme geworden, maar voorheen deed ik dat minder. Ik moet niet te veel vooruitdenken. De opdracht is heel simpel: ik moet naar de eerste plek, maar hoe ga ik dat doen? Dat is vaak niet te plannen. Het is een schakel van kleine kettingreacties. Plannen heeft daarom ook niet zoveel zin. Hoe het gaat verlopen? Geen idee. Als je je daaraan kunt overgeven, ben je al een heel eind. Je moet je als shorttracker over kunnen geven aan het nu.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Jens van 't Wout komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Jens van ’t Wout (22) is het boegbeeld van een nieuwe generatie mannelijke shorttrackers. Victoria Koblenko trok naar Heerenveen om kennis te maken in aanloop naar de WK shorttrack (15-17 maart) in Rotterdam. “Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen.” Een jaar geleden stond je met je broer Melle in Helden. Toen gold je nog een beetje als het grote, opkomende talent. Inmiddels zijn we onder andere drie Europese titels en een wereldtitel verder. Wat was het hoogtepunt van het afgelopen jaar? “Mijn eerste gouden medaille bij de World Cup in Salt Lake City. Ik won de 1500 meter en die overwinning had ik helemaal niet aan zien komen. Het jaar ervoor was ik niet eens in de buurt van een medaille gekomen. Ik won ineens aan het begin van vorig seizoen met een dikke voorsprong. Een dag later won ik ook meteen goud op mijn ‘slechtste’ afstand: de 500 meter.” Heb je al een verklaring voor waarom je ineens wel won? “Ervaring. Ik heb mezelf echt eerst moeten leren kennen om vertrouwen te kunnen halen uit mezelf. Als shorttracker moest ik in heel veel dingen vertrouwen krijgen: dat ik op kop kon rijden, dat ik niet te moe werd of dat ik ingehaald werd aan het einde en dat ik lang genoeg kon wachten voordat ik tot aanvallen overging. Stuk voor stuk zaken die heel grote impact hebben op het ijs. Eigenlijk komt het allemaal op hetzelfde neer: ik moet niet te veel denken, maar gewoon doen. Doen wat m’n lichaam wil doen: gewoon schaatsen.” ‘Gewoon’ schaatsen? Jij haalt er goud mee, dus zo gewoon is het niet. “Wat ik bedoel is dat je op je instinct af moet gaan als shorttracker.” ‘Ik denk dat ik zelfs liever heb dat mijn broer eerste wordt. Als ik zie wat hij er allemaal voor doet... Hij trok mij vroeger al altijd mee’ Veel sporters hoor ik altijd over ‘in een flow komen’. Kun jij mij uitleggen hoe je dat doet? “Ik focus me op het moment. Dat is nu een automatisme geworden, maar voorheen deed ik dat minder. Ik moet niet te veel vooruitdenken. De opdracht is heel simpel: ik moet naar de eerste plek, maar hoe ga ik dat doen? Dat is vaak niet te plannen. Het is een schakel van kleine kettingreacties. Plannen heeft daarom ook niet zoveel zin. Hoe het gaat verlopen? Geen idee. Als je je daaraan kunt overgeven, ben je al een heel eind. Je moet je als shorttracker over kunnen geven aan het nu.” Helden Magazine 70 Het eerste gedeelte van het interview met Jens van 't Wout komt voort uit het eerste nummer van 2024. Jutta Leerdam schittert op de cover van de zeventigste editie van Helden. Ze heeft een grote schare fans en volgers. Hoe kijkt ze naar zichzelf? En hoe kijken anderen naar haar. ‘’Echt, schaatsen staat bij mij altijd voorop.’’ In Helden Magazine 70 is er veel aandacht voor de wintersporten. Het jonge Amerikaanse fenomeen Jordan Stolz vragen we naar zijn geheim en de samenwerking met Irene Schouten en Jillert Anema. Shorttrackzusjes Xandra en Michelle Velzeboer veroveren samen de wereld, een dubbelinterview in aanloop naar de WK in Rotterdam. Daarnaast is er ook aandacht voor voetbal. Peter Bosz is met PSV hard op weg naar zijn eerste landstitel. De kans is groot dat PSV zijn laatste club is als trainer. Calvin Stengs is helemaal terug, schittert bij Feyenoord en Oranje. We gingen langs bij Calvin, zijn vriendin Beau de Boer – dochter van Frank de Boer – en zoontje Saint. Frits Barend eert Ruud Geels, de vaak verguisde spits die in november overleed en oud-voetballer Michael Mols spreekt over de tumor die in zijn hoofd werd ontdekt. Verder kwam wielrenner Milan Vader in 2022 zwaar ten val, lag in coma en keerde na een lange revalidatie terug aan de top, met dank aan vriendin Ilse Lutke die niet van zijn zijde week. Veldrijdster Fem van Empel is een multitalent, maar het is wel wennen dat iedereen haar vergelijkt met Mathieu van der Poel. Tallon Griekspoor is de beste tennisser van Nederland, we spraken hem samen met zijn broers Kevin en Scott in aanloop naar de ABN AMRO Open. Als laatste stroomt het racen bij duizendpoot Tom Coronel door zijn bloed. “Max Verstappen is beter dan iedereen die ik ooit heb gezien.” Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 70 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van jouw favoriete sporters? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.

Tennis

Carlos Alcaraz: Een ‘zieke mix’

Hij won in 2022 al de US Open en werd de jongste nummer één van de wereld. Maar nadat Carlos Alcaraz (20) op Wimbledon in de finale – en in dé sportwedstrijd van het jaar – Novak Djokovic versloeg, weet iedereen het zeker: de toekomst van het mannentennis is in goede handen. ‘Wat hij laat zien, hebben we nog nooit gezien.’ Hij poseerde begin 2023 in alleen een onderbroek voor de campagne Calvins or nothing van kledingmerk Calvin Klein. Niet veel later was Louis Vuitton er als de kippen bij om hem binnen te hengelen als een van de dertien ambassadeurs – en als enige sporter – die het Franse modehuis wereldwijd vertegenwoordigt. Nike had de golden boy van het tennis al in 2020 aan zich gekoppeld – zeventien was hij destijds – en bedacht voor hem dit jaar de slogan ‘Don’t belong to an era, start your own.’ Vrij vertaald: behoor niet tot een tijdperk, begin er zelf een. Rolex en BMW zijn nog twee merken die maar wat graag geassocieerd wilden worden met hem. Jeugdige charme, een ondeugende, jongensachtige glimlach en – bovenal – star quality; het is de cocktail die Carlos Alcaraz in korte tijd razendpopulair heeft gemaakt. Hij veroverde eerst de kinderen, toen de vrouwen en daarna de rest van de tennisvolgers. Inmiddels weten ook mensen die het tennis amper volgen van zijn bestaan. Na Boris Becker, Steffi Graf, Andre Agassi, Venus en Serena Williams en Rafael Nadal is er weer iemand met zoveel uitstraling, dat zijn imago de sport nog voor zijn 21ste ver overstijgt. Alcaraz duikt niet alleen op in de sportkaternen van kranten en in sportmagazines, maar ook in modetijdschrift Vogue. Draagt hij zoals afgelopen zomer op Wimbledon een wit vissershoedje van Nike, dan is dat meteen nieuws en weet het sportmerk dat de zogenoemde bucket hats over de toonbank zullen vliegen. Een harde opslag opgevolgd door een harde forehand. Novak Djokovic slaat de bal in het net, waarna Alcaraz zich languit op zijn rug op het gras van het centercourt van Wimbledon laat vallen. Na bijna vijf uur tennis is op zondag 16 juli het onvoorstelbare gebeurd. Djokovic was de grote favoriet, had Wimbledon immers al zeven keer gewonnen en was sinds 2017 niet verslagen op het ‘heilige gras’. Alcaraz had voordat hij naar Wimbledon ging slechts elf potjes gespeeld op gras, al zat daar wel de titel op Queen’s tussen. Djokovic had een paar weken eerder zijn 23ste grandslamtitel in het enkelspel gewonnen op Roland Garros, mede door in de halve finale af te rekenen met Alcaraz, die verkrampte onder de druk en de hype die rond hem was ontstaan. Djokovic won de eerste set in minder dan een half uur met 6-1, maar daarna beet Alcaraz zich vast in zijn zestien jaar oudere tegenstander. De Spanjaard die ter motivatie en inspiratie vaak Rocky-films kijkt, vocht zich als een Rocky Balboa – het boksende personage van Sylvester Stallone – terug in de wedstrijd. Hij won de tiebreak van de tweede set, terwijl Djokovic veertien tiebreaks op rij had gewonnen tijdens grandslamtoernooien, en pakte vervolgens de derde set met 6-1. Daarna wisselde het momentum, Djokovic won de vierde set met 6-3 en de succesvolste tennisser ooit leek, zoals zo vaak als het spannend werd, door te drukken. Alcaraz liet zien ook mentaal al heel snel volwassen te zijn, hij brak zijn tegenstander meteen. Djokovic maakte die break in de volgende game ongedaan, waarna de jonge Spanjaard opnieuw door de service van zijn tegenstander brak. Snelheid en kracht afgewisseld met finesse, een staaltje ongekend verdedigen, onnavolgbare returns met de forehand en dubbelhandige backhand, dropshots; het hele arsenaal van Alcaraz kwam voorbij. Na een weergaloos punt toonde hij letterlijk zijn spierballen aan het publiek, dat op de banken stond. Nadat Djokovic zijn opponent had teruggedrongen achter de baseline, maar Alcaraz met kunst- en vliegwerk de bal steeds terugkreeg om uiteindelijk met een dubbelhandige backhand gepasseerd te worden aan het net, sloeg Nole uit pure frustratie zijn racket kapot tegen de netpaal. Hij was geklopt met zijn eigen wapens. Bij 5-4 liet hij op eigen service nog eens zien waarom iedereen hem al een tijd bestempelt als de nieuwe tennissensatie. Hij maakte eerst een punt met zijn handelsmerk: het dropshot. Daarna toonde hij het publiek, onder wie zangeres Ariana Grande, acteurs Brad Pitt, Hugh Jackman, Daniel Craig en Emma Watson, de Spaanse koning Felipe en de Britse royals William en Kate, een schitterende topspinlob, gevolgd door keiharde opslagen en een forehandwinner op matchpoint. Op matchpoint dacht hij terug aan de Wimbledon-finale van 2019. Federer stond in de vijfde set 8-7 en 40-15 voor tegen Djokovic, de 21ste grandslamtitel voor de op dat moment 38-jarige Federer leek in de knip. Maar Djokovic wist de twee matchpoints weg te werken, pakte de break en won uiteindelijk de tiebreak van de vijfde set bij 12-12. Federer won nooit meer een grandslamtoernooi. ‘Als je de vijfde set ingaat tegen Djokovic dan komen meteen een heleboel statistieken in je hoofd omhoog, zoals dat hij tien jaar lang geen wedstrijd had verloren op het centercourt van Wimbledon,’ aldus Alcaraz. ‘Op matchpoint dacht ik terug aan Federer in 2019 en zei tegen mezelf: alsjeblieft Carlos, laat wat Federer overkwam jou niet gebeuren. Er zijn zoveel wedstrijden en finales waarin Djokovic verslagen leek, maar die hij uiteindelijk toch won. Dat iemand als Federer zo verloor was wreed.’ Alcaraz: 'Federer had zoveel klasse, liet mensen op een andere manier naar tennis kijken. Naar hem kijken was als kijken naar een kunstwerk. Ik raakte betoverd door hem' Met een glimlach van oor tot oor stamelt hij na het beslissende punt: ‘Om Novak in zijn beste vorm te verslaan op dit toneel en geschiedenis te schrijven is geweldig. Het is goed voor de nieuwe generatie dat ze mij hem hebben zien verslaan, zodat ze nu kunnen denken dat zij dit ook kunnen.’ Djokovic is verbaasd dat Alcaraz zich veel sneller dan verwacht spelen op gras eigen heeft gemaakt: ‘Hij verraste mij, hij verraste iedereen.’ En tegen Alcaraz: ‘Ik dacht dat ik problemen met jou zou hebben op gravel en hardcourt, maar niet op gras.’ Het laatste woord is van de ene koning aan de andere. ‘Nu ik heb gewonnen, hoop ik dat u naar meer wedstrijden komt kijken,’ grapt Alcaraz tegen koning Felipe. Met de Wimbledon-titel op zak is iedereen het erover eens dat er eindelijk een wisseling van de wacht in het mannentennis gaande is. In 2022 won Alcaraz al zijn eerste grandslamtitel door de US Open te winnen en na het toernooi werd hij met zijn negentien jaar en vier maanden en zes dagen de jongste nummer één van de wereld bij de mannen. Maar in New York had hij het niet op hoeven nemen tegen Djokovic, die Amerika niet inkwam omdat hij zich weigerde te vaccineren tegen het coronavirus. Dat hij uitgerekend op Wimbledon wint van de Serviër neemt de laatste scepsis weg. Alcaraz is in Londen de eerste die de streak van ‘De Grote Vier’ doorbreekt. Sinds 2002 werden de grandslamtitels in het enkelspel bij de mannen verdeeld over Roger Federer, Rafael Nadal, Andy Murray en Djokovic. Het geeft maar weer aan dat een einde van een tijdperk aanstaande is. Federer is immers eind vorig jaar met pensioen gegaan, Nadal is vaker geblesseerd dan fit en de verwachting is dat 2024 zijn laatste jaar op de tour zal zijn, Murray heeft door verschillende operaties zijn oude niveau afgelopen jaren niet meer gehaald. Alleen Djokovic is still going strong, is nog superfit, maar ook al 36. Djokovic heeft de afgelopen jaren tal van spelers op zien komen van wie werd gedacht dat zij de macht over zouden nemen, maar telkens bleken ze de verwachtingen niet waar te kunnen maken. Ze moesten het doen met de kruimels die vooral Nadal en Djokovic de laatste jaren lieten liggen. Met Alcaraz is het een ander verhaal. ‘Een grote knuffel, geniet van het moment kampioen!’ post Nadal op social media nadat hij op tv zijn landgenoot Wimbledon ziet winnen. Djokovic onderkent tijdens de persconferentie na zijn nederlaag in de finale ook dat Alcaraz van een ander kaliber is. Hij noemt hem een complete speler, iemand die wat betreft mentale veerkracht en volwassenheid zijn leeftijd ver vooruit is. ‘De mensen hadden het de afgelopen twaalf maanden al over hem, zeiden dat zijn spel elementen bevat van Roger, Rafael en mij. Ik ben het daar mee eens. Hij verenigt het beste van drie werelden. Ik heb om eerlijk te zijn nog nooit tegen een speler als Alcaraz gespeeld.’ Brad Gilbert is oud-tennisser, tv-analist en was coach van onder anderen Andre Agassi en is dat nu van kersverse US Open-winnares Coco Gauff. In Vogue zei hij dat de generatie Federer/ Nadal/Murray/Djokovic eigenlijk drie generaties die daarna kwamen, heeft weggevaagd. Die kwamen er niet aan te pas doordat die vier een monopolie hadden wat betreft grandslamtitels. Over de nieuwe sensatie bij de mannen zei Gilbert: ‘Iedereen moedigt hem aan omdat het zo mooi is om naar hem te kijken. Hij is zo vasthoudend. Op welke ondergrond en waar hij ook speelt, past hij zich heel makkelijk aan.’ Wat heeft Alcaraz dan wat andere tennissers van nu niet hebben? Het is een combinatie van lef, aanpassingsvermogen, kracht, originaliteit, tactisch inzicht en een speelstijl die vernieuwend is. Hij gaat soms in een split of spagaat op de baseline om een bal te halen en staat daarna meteen weer klaar, hij lijkt de baan soms te gebruiken als een trampoline als je ziet hoe hoog en makkelijk hij springt, hij heeft een indrukwekkende opslag en een heel goede tweede service en hij heeft ijswater door de aderen stromen, anders zou hij op spannende momenten niet met dropshots komen. Gilbert: ‘Ik zou niet verbaasd zijn als hij over vijf jaar al zes of zeven grandslamtitels heeft gewonnen. Het zouden er zelfs tien kunnen zijn. Geluk speelt ook een grote factor. Hij moet blessurevrij blijven, want met zijn manier van spelen vraagt hij heel veel van zijn lichaam.’ • Alcaraz groeide op in El Palmar, een dorpje nabij Murcia. Tennis zat bij hem in het dna. Zijn opa, ook Carlos genaamd, tenniste al en transformeerde iets van veertig jaar geleden een kleiduivenschietbaan in een tennisclub. De vader van Alcaraz, ook Carlos genaamd, was een groot tennistalent, maar stopte door een gebrek aan financiële middelen en ging ook bij de tennisclub aan de slag als leraar en nam uiteindelijk de boel over. Hij drukte zijn vier zoons Alvaro, Carlos, Jaime en Sergio van jongs af aan een racket in de handen. Carlos, na zijn drie jaar oudere broer Alvaro, de een-na-oudste van het stel, begon op zijn vierde met tennis en liep elke dag rond op de club, omdat zijn moeder bij IKEA werkte. Volgens de overlevering begon hij te huilen als hij moest stoppen met tennis. Al snel werd duidelijk dat de kleine Carlos een groot talent was, maar het geld ontbrak om hem te kunnen ondersteunen. Alfonso Lopes Rueda bleek de reddende engel. Hij was niet alleen een vriend van de familie, maar ook directeur van de lokale yoghurt- en toetjesproducent Postres Reina. Het bedrijf ging Carlos vanaf zijn tiende sponsoren, waardoor hij naar jeugdtoernooien in Spanje en het buitenland kon en de beste coaches uit de regio kon betalen in ruil voor een logo van Postres Reina op z’n borst. Een jaar later stond sportmanagementbureau IMG al op de stoep en niet veel later had hij contracten met sportkledingmerk Lotto en racketmerk Babolat te pakken. De naam Alcaraz werd steeds vaker genoemd in het rijtje toekomstige toptennissers. Op zijn vijftiende ging hij in zee met Juan Carlos Ferrero, voormalig nummer één van de wereld en in 2003 winnaar van Roland Garros door in de finale Martin Verkerk te verslaan. Ferrero, die in 2012 stopte met tennis, had voordat hij zich in 2018 aan ‘Project Alcaraz’ verbond met Alexander Zverev gewerkt. ‘Ik had al veel over hem gehoord,’ vertelde Ferrero tegen Vogue, ‘vooral dat hij op de baan veel dingen deed die kinderen normaal gesproken niet doen, zoals het slaan van dropshots en lobs. Ook kwam hij vaak naar het net, terwijl veel van zijn leeftijdgenoten op de baseline blijven. Hij vocht bovendien voor elk punt en was heel dynamisch.’ Alcaraz: ‘Ik was als kind al erg talentvol, maar heb ook altijd heel hard gewerkt. Met alleen talent kom je nergens. Juan Carlos is heel belangrijk voor mijn ontwikkeling geweest, op professioneel en persoonlijk vlak. Als we samen zijn, hebben we het niet alleen over tennis, maar over alle andere dingen in het leven. Hij is eigenlijk een coach en vriend ineen.’ Er was veel werk aan de winkel, want de diamant moest flink gepolijst worden. ‘Vandaag de dag zijn alle spelers net beesten,’ aldus Ferrero, die als speler juist eerder iel was en de bijnaam El Mosquito had. ‘De meeste spelers spelen om te vernietigen, niet om te bouwen. Carlos kan ook heel hard slaan, maar is tegelijkertijd iemand die ook een punt op kan bouwen, is van nature heel creatief. Veel spelers vinden het bovendien lastig om de belangrijke punten te spelen. Carlos vindt dat juist het leukst en dat maakt hem speciaal. Dat is ook een heel goed teken met het oog op de toekomst.’ Niet alleen op de baan werd er hard gewerkt, ook op mentaal vlak werd hulp ingeschakeld. Psychologe Isabel Balaguer ging met hem aan de slag. Alcaraz: ‘Ik had moeite mijn emoties onder controle te houden. Op mijn vijftiende, zestiende gooide ik vaak met mijn racket en brak er af en toe een.’ Het was zo erg dat hij geregeld in huilen uitbarstte op de baan en na een nederlaag weigerde de baan te verlaten. ‘Ik was destijds een heel ander persoon,’ vertelde Alcaraz in The New York Times. ‘Ik genoot er veel minder van dan nu. Was altijd kwaad, zeurde veel. Dankzij Isabel is het veel beter geworden. Ik werd rustiger en daardoor begon ik veel meer van tennis te genieten. Gedurende een jaar wordt er heel veel van me gevraagd en is het essentieel om rustig te blijven. Daarnaast is het voor mij belangrijk om de baan op te stappen met een lach.’ • Hij timmert flink aan de weg. Niet alleen als tennisser, maar ook als ‘merk’. Hij volgt al een tijd Engelse les in de avonduren. Als hij op de baan een microfoon voor zijn neus krijgt, heeft hij er geen problemen mee om op charismatische wijze zijn verhaal te doen. Nadal was op zijn twintigste schuchter en wist niet hoe snel hij over moest schakelen op Spaans als mensen lachten als hij ‘happy’ uitsprak als ‘geppy’. Veel andere Spaanse tennissers bleken ook niet bepaald een talenknobbel te hebben. Alcaraz, die als tiener al zijn eigen liefdadigheidsstichting oprichtte waarmee hij mensen met het downsyndroom helpt, kan zich prima redden, glimlacht als hij spreekt en maakt grappen. Er wordt anders naar hem gekeken, maar zelf is hij niet veranderd door de successen. Hij heeft nog dezelfde vrienden – die hem Carlitos of Charlie noemen – als in zijn jeugd, hangt met hen rond in het park, kletst over voetbal – Alcaraz is supporter van Real Madrid – of speelt een potje schaak met hen. ‘Schaken vind ik geweldig. Ik vind het mooi om me erg te moeten concenteren, me te wapenen tegen de strategie van mijn tegenstander en vooruit te denken. Heel veel dingen in schaken komen overeen met tennissen. Je moet constant vooruit proberen te denken waar de tegenstander de bal zal slaan, je moet eigenlijk proberen een sprongetje vooruit in de tijd te maken en proberen iets te doen waarbij de tegenstander zich niet prettig zal voelen.’Federer: ‘Hij heeft alle wapens, kan wedstrijden op heel veel verschillende manieren winnen en dat is een kwaliteit die grote kampioenen bezitten’ • Sinds hij in februari 2020 op zijn zestiende debuteerde op de ATP Tour ging hij met reuzenstappen omhoog op de wereldranglijst. Eind 2021 won hij de Next Gen ATP Finals, het toernooi waaraan jaarlijks de grootste tennistalenten meedoen. In 2022 versloeg hij in Madrid een dag na zijn negentiende verjaardag Nadal in de kwartfinale. Hij werd de eerste tiener die de koning van het gravel, alleen al veertien keer winnaar van Roland Garros, versloeg op diens favoriete ondergrond. Een ronde later versloeg hij Djokovic. Nog nooit was iemand erin geslaagd om de twee tennisreuzen achter elkaar en op hetzelfde toernooi te verslaan. Alcaraz versloeg in de finale vervolgens Alexander Zverev. De eerste jaren werd uiteraard vooral de vergelijking met Nadal gemaakt, die ook al als tiener de top bereikte. Ze groeiden allebei op gravel op in Spanje, hadden beiden hun vechtersmentaliteit en atletisch vermogen als wapens. Daarnaast golden ze meteen als publiekslievelingen. Maar waar Nadal in zijn eerste jaren vooral excelleerde op gravel, bleek Alcaraz meteen op alle ondergronden uit de voeten te kunnen. Hij heeft immers al grandslamtitels op hardcourt en gras te pakken en won ook graveltoernooien. Dat hij heel allround is, bewijst hij elke wedstrijd. Hij kan heel agressief vanaf de baseline spelen, dicteert rally’s daar vandaan met harde klappen of zware topspinballen en slaat winners met zijn forehand. Zoals Nadal dat kan. In de verdediging gedrongen kan hij met zijn loopvermogen en geweldige voetenwerk de meest onmogelijke ballen halen en het initiatief overnemen of met een geweldige passeerbal met zijn dubbelhandige backhand komen. Zoals Djokovic dat doet. Djokovic stelt op Wimbledon na zijn nederlaag niet voor niets: ‘Het is indrukwekkend. Hij heeft de Spaanse stierenmentaliteit, heeft het competitieve, de vechtersmentaliteit en de ongelooflijke verdediging die we door de jaren heen van Rafa hebben gezien. Hij heeft ook een backhand waar hij heel mooi naartoe glijdt en die heeft weer overeenkomsten met mijn backhand. De dubbelhandige backhand, het verdedigen, de kwaliteiten om je aan te passen; dat zijn al jaren mijn kwaliteiten. Dat heeft hij ook.’ Maar Alcaraz schudt daarnaast op de meest onwaarschijnlijke momenten met succes dropshots uit zijn mouw, maar heeft er ook geen moeite mee om naar het net te komen om de bal af te smashen of te volleren. Hij bezit over een indrukwekkend balgevoel, heeft al tal van voor onmogelijk gehouden ballen geslagen. Zoals in de halve finale op Roland Garros toen hij een dropshot van Djokovic haalde, die de bal vervolgens in het open veld bij de baseline neerlegde. Alcaraz sprintte achter de bal aan, tegen beter weten in, dacht iedereen. Met zijn rug naar het net sloeg hij de bal zonder te kijken langs zijn verbouwereerde tegenstander die aan het net stond. Het leverde hem applaus van een lachende Djokovic op en een staande ovatie van het publiek. Wie zo’n ongelooflijke bal eerder had geslagen? Federer, de man van wie Alcaraz vroeger posters op zijn slaapkamer had hangen en die zijn grote voorbeeld is. ‘Rafa is iemand naar wie ik altijd heb gekeken. Ik bewonder hem heel erg,’ zei hij in Vogue, ‘maar Federer had zoveel klasse, liet mensen op een andere manier naar tennis kijken. Naar Federer kijken was als kijken naar een kunstwerk. Hij had elegantie, was magnifiek. Ik raakte betoverd door hem.’ Paul Annacone, oud-trainer van Federer en Pete Sampras, noemde hem vorig jaar de meest talentvolle teenager aller tijden. Oud-tennisser Ivan Ljubicic, na zijn loopbaan eveneens coach van Federer, was eerder dit jaar de eerste die het aandurfde hem als een mix van de beste drie tennissers aller tijden, Djokovic, Nadal en Federer – winnaars van respectievelijk 24, 22 en 20 grandslamtitels – te bestempelen. ‘Wat hij laat zien, hebben we nog nooit gezien. Hij is een of andere zieke mix van Djokovic, Federer en Nadal.’ Federer, die na zijn afscheid eind 2022 zei dat hij het jammer vond dat hij het nooit in een wedstrijd op had kunnen nemen tegen Alcaraz, reageerde tegenover CNN lachend: ‘Zei Ivan dat? Dat is nogal een compliment. Op zijn leeftijd laat hij ongelooflijke dingen zien. Ik vind het niet leuk om heel veel druk op jonge spelers te leggen, maar hij is iemand die zegt: ‘Ik ga naar Wimbledon of Parijs om te winnen.’ Hij legt de druk dus ook hoog bij zichzelf en dat vind ik geweldig. En daarom kan ik over hem ook wel zeggen dat hij in de toekomst schitterende dingen gaat bereiken. Hij heeft alle wapens, kan wedstrijden op heel veel verschillende manieren winnen en dat is een kwaliteit die grote kampioenen bezitten. Hij kan meerdere grandslamtitels winnen en hopelijk blijft hij ook jarenlang nummer één van de wereld.’ Nadal, die onlangs aangaf graag met Alcaraz te willen dubbelen op de Spelen in Parijs als zijn lichaam het toelaat, was terughoudender met bespiegelingen over zijn zeventien jaar jongere landgenoot. ‘We moeten voorzichtig zijn in onze oordelen over hem. De vooruitzichten zijn fantastisch, hij heeft power en is ambitieus, maar in de carrière van elke topsporter kunnen zoveel dingen gebeuren. Het is lastig om hem te adviseren. Ik ben er sowieso slecht in om advies te geven, omdat ik altijd meer heb geleerd door te kijken dan van woorden. Maar als ik hem iets zou mee willen geven, is het: blijf jezelf verbeteren of probeer dat in elk geval, want dat is wat je gemotiveerd houdt.’ • De woorden van Nadal zullen zijn coach als muziek in de oren hebben geklonken. Ferrero: ‘Wij, de mensen om hem heen, zijn ook een beetje bezorgd. Carlos heeft de kwaliteiten om een van de beste tennissers ooit te worden. Dat is duidelijk. Maar er kunnen nog heel veel dingen gebeuren. Hij is jong, er zijn nog heel veel dingen die hij niet ziet. We weten allemaal wat de risico’s zijn: feesten, afgeleid worden, niet geconcentreerd bezig zijn met tennis. Als je de kans krijgt om de rich and famous te ontmoeten, dan is het makkelijk om de weg kwijt te raken. Iedereen zal hem vertellen dat hij geweldig is, maar de mensen dicht om hem heen zullen de realiteit in het oog moeten houden. Hij kan nog op alle vlakken beter worden: zijn vasthoudendheid, zijn houding op moeilijke momenten, volwassenheid op de baan. We moeten blijven werken aan zijn zwakkere punten. De familie van Carlos speelt een heel belangrijke rol om hem met beide benen op de grond te houden.’ Broer Alvaro gaat geregeld met hem mee. Tijdens de US Open van vorig jaar deelden ze een hotelkamer, zoals ze vroeger een stapelbed deelden. Wat betreft de liefde: voor vrouwen is Alcaraz een interessant ‘object’. Hij zou een tijdje een relatie met Maria Gonzalez Gimenez hebben gehad, die net als hij in Murcia trainde. Maar hij geeft aan al een tijd als single door het leven te gaan. Tennis komt vooralsnog voor het meisje. ‘Het is lastig om nooit lang op één plek te zijn. Het is moeilijk om iemand te vinden met wie je dingen kunt delen als je altijd op een andere plek op de wereld bent,’ aldus Alcaraz. Ook geld, dat nu binnenstroomt dankzij astronomische bedragen aan prijzengeld en sponsorinkomsten, brengt hem niet van de wijs, verzekerde hij al. ‘Mijn vader past op het geld. Ik ben nog jong en heb mijn grillen. Ik ben gek van Nike-sneakers en vooral van de vintage- modellen. Die zijn behoorlijk duur en moeilijk te vinden. Er zijn een paar Jordans, Dunk Lows en schoenen van Travis Scott die ik graag wil hebben. Ik wil graag een heel mooie collectie verza- melen. Verder ben ik heel normaal en nederig. Ik besteed niet veel aandacht aan merken en auto’s. Als ik iets mooi of leuk vind, probeer ik het te kopen, maar uiteindelijk houdt mijn vader mijn uitgaven in de gaten.’ Alcaraz snapt dat zijn familie en begeleidingsteam een vinger aan de pols houden. Hij verwees in Vogue naar de periode in 2022, toen hij net zijn eerste grandslamtitel had gewonnen. ‘Ik had het moeilijk nadat ik de US Open won. Toen ik daarna weer toernooien ging spelen, voelde ik stress. Misschien had ik onvoldoende gerealiseerd wat er was gebeurd. Ik had bereikt waar ik van kinds af aan van had gedroomd. Onbewust was mijn inspiratie een beetje afgenomen. Dat was lastig. Ik dacht: waar gaat dit heen?’ Dat hij af en toe nog moet wennen aan nieuwe situaties bleek bij de afgelopen US Open. Waar iedereen al reikhalzend uitkeek naar een nieuwe confrontatie tussen Djokovic en Alcaraz in de finale, verloor Alcaraz in vier sets van Daniil Medvedev in de halve finale. ‘Wat Rafa, Roger en Djokovic gedaan hebben, is bijna onmogelijk,’ realiseerde Alcaraz zich eerder al, ‘als je je eerste grandslamtitel hebt gewonnen, zie je in hoe gecompliceerd het is wat zij hebben gedaan. Zij bleven hongerig.’ Hoe hij zorgt dat hij dezelfde honger houdt als zijn illustere voorgangers? ‘Mijn droom, een grandslamtitel winnen, is al uitgekomen. Ik moeten zorgen dat ik nu nieuwe dromen heb die ik uit wil laten komen.’ Bronnen: Vogue, CNN, The New York Times, Evening Standard Helden Magazine 69 Het portret van Carlos Alcaraz komt voort uit het dubbeldikke eindejaarsnummer van Helden. De laatste editie van 2023 staat traditioneel in het teken van een terugblik op het afgelopen sportjaar. Femke Bol  siert de cover. De atlete blikt uitgebreid terug op het jaar waarin alles wat ze aanraakte in goud leek te veranderen. Helden ging daarnaast in Engeland op bezoek bij Nathan Aké. Hij won met Manchester City de landstitel, FA Cup en Champions League won. Hij werd samen met zijn echtgenote Kaylee, met wie hij al sinds zijn vijftiende samen is, geïnterviewd en gefotografeerd. Bijzonder was ook het bezoek aan de familie Schippers. Dafne nam afscheid van de atletiek en samen met haar ouders, zus en broer blikte ze terug op haar indrukwekkende carrière. In de 69ste editie van Helden komen tal van sporters aan het woord die 2023 kleur gaven. Wout Poels blikt terug op ritzeges in de Tour en Vuelta, maar ook op het verlies van ploeggenoot Gino Mäder. Golden Sisters Bente en Lieke Rogge werden samen wereldkampioen waterpolo. Femke Kok kroonde zich tot de eerste Nederlandse wereldkampioene op de 500 meter en toont zich zoals we haar niet eerder zagen. Karolien en Finn Florijn zijn gezegend met geweldige roeigenen, ze pakten allebei WK-goud; een dubbelinterview. Jeffrey Hoogland is koning op de kilometer. Hij werd voor de vierde keer wereldkampioen op ‘zijn’ afstand en verbeterde het wereldrecord. Een openhartig gesprek met de kilometervreter. Verder pakten zeilers Bart Lambriex en Floris van de Werken een hattrick aan wereldtitels. Over zeilen gesproken: Marit Bouwmeester keerde terug na de bevalling van haar dochter in 2022 en werd meteen weer Europees kampioen. Feyenoord werd ook kampioen en Lutsharel Geertruida had daar een belangrijk aandeel in. Hij doet zijn verhaal. Joey Veerman won in 2023 de KNVB-beker en werd vader. Een gesprek met de uitgesproken voetballer over wie veel mensen een mening hebben. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 69 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.
Hij won in 2022 al de US Open en werd de jongste nummer één van de wereld. Maar nadat Carlos Alcaraz (20) op Wimbledon in de finale – en in dé sportwedstrijd van het jaar – Novak Djokovic versloeg, weet iedereen het zeker: de toekomst van het mannentennis is in goede handen. ‘Wat hij laat zien, hebben we nog nooit gezien.’ Hij poseerde begin 2023 in alleen een onderbroek voor de campagne Calvins or nothing van kledingmerk Calvin Klein. Niet veel later was Louis Vuitton er als de kippen bij om hem binnen te hengelen als een van de dertien ambassadeurs – en als enige sporter – die het Franse modehuis wereldwijd vertegenwoordigt. Nike had de golden boy van het tennis al in 2020 aan zich gekoppeld – zeventien was hij destijds – en bedacht voor hem dit jaar de slogan ‘Don’t belong to an era, start your own.’ Vrij vertaald: behoor niet tot een tijdperk, begin er zelf een. Rolex en BMW zijn nog twee merken die maar wat graag geassocieerd wilden worden met hem. Jeugdige charme, een ondeugende, jongensachtige glimlach en – bovenal – star quality; het is de cocktail die Carlos Alcaraz in korte tijd razendpopulair heeft gemaakt. Hij veroverde eerst de kinderen, toen de vrouwen en daarna de rest van de tennisvolgers. Inmiddels weten ook mensen die het tennis amper volgen van zijn bestaan. Na Boris Becker, Steffi Graf, Andre Agassi, Venus en Serena Williams en Rafael Nadal is er weer iemand met zoveel uitstraling, dat zijn imago de sport nog voor zijn 21ste ver overstijgt. Alcaraz duikt niet alleen op in de sportkaternen van kranten en in sportmagazines, maar ook in modetijdschrift Vogue. Draagt hij zoals afgelopen zomer op Wimbledon een wit vissershoedje van Nike, dan is dat meteen nieuws en weet het sportmerk dat de zogenoemde bucket hats over de toonbank zullen vliegen. Een harde opslag opgevolgd door een harde forehand. Novak Djokovic slaat de bal in het net, waarna Alcaraz zich languit op zijn rug op het gras van het centercourt van Wimbledon laat vallen. Na bijna vijf uur tennis is op zondag 16 juli het onvoorstelbare gebeurd. Djokovic was de grote favoriet, had Wimbledon immers al zeven keer gewonnen en was sinds 2017 niet verslagen op het ‘heilige gras’. Alcaraz had voordat hij naar Wimbledon ging slechts elf potjes gespeeld op gras, al zat daar wel de titel op Queen’s tussen. Djokovic had een paar weken eerder zijn 23ste grandslamtitel in het enkelspel gewonnen op Roland Garros, mede door in de halve finale af te rekenen met Alcaraz, die verkrampte onder de druk en de hype die rond hem was ontstaan. Djokovic won de eerste set in minder dan een half uur met 6-1, maar daarna beet Alcaraz zich vast in zijn zestien jaar oudere tegenstander. De Spanjaard die ter motivatie en inspiratie vaak Rocky-films kijkt, vocht zich als een Rocky Balboa – het boksende personage van Sylvester Stallone – terug in de wedstrijd. Hij won de tiebreak van de tweede set, terwijl Djokovic veertien tiebreaks op rij had gewonnen tijdens grandslamtoernooien, en pakte vervolgens de derde set met 6-1. Daarna wisselde het momentum, Djokovic won de vierde set met 6-3 en de succesvolste tennisser ooit leek, zoals zo vaak als het spannend werd, door te drukken. Alcaraz liet zien ook mentaal al heel snel volwassen te zijn, hij brak zijn tegenstander meteen. Djokovic maakte die break in de volgende game ongedaan, waarna de jonge Spanjaard opnieuw door de service van zijn tegenstander brak. Snelheid en kracht afgewisseld met finesse, een staaltje ongekend verdedigen, onnavolgbare returns met de forehand en dubbelhandige backhand, dropshots; het hele arsenaal van Alcaraz kwam voorbij. Na een weergaloos punt toonde hij letterlijk zijn spierballen aan het publiek, dat op de banken stond. Nadat Djokovic zijn opponent had teruggedrongen achter de baseline, maar Alcaraz met kunst- en vliegwerk de bal steeds terugkreeg om uiteindelijk met een dubbelhandige backhand gepasseerd te worden aan het net, sloeg Nole uit pure frustratie zijn racket kapot tegen de netpaal. Hij was geklopt met zijn eigen wapens. Bij 5-4 liet hij op eigen service nog eens zien waarom iedereen hem al een tijd bestempelt als de nieuwe tennissensatie. Hij maakte eerst een punt met zijn handelsmerk: het dropshot. Daarna toonde hij het publiek, onder wie zangeres Ariana Grande, acteurs Brad Pitt, Hugh Jackman, Daniel Craig en Emma Watson, de Spaanse koning Felipe en de Britse royals William en Kate, een schitterende topspinlob, gevolgd door keiharde opslagen en een forehandwinner op matchpoint. Op matchpoint dacht hij terug aan de Wimbledon-finale van 2019. Federer stond in de vijfde set 8-7 en 40-15 voor tegen Djokovic, de 21ste grandslamtitel voor de op dat moment 38-jarige Federer leek in de knip. Maar Djokovic wist de twee matchpoints weg te werken, pakte de break en won uiteindelijk de tiebreak van de vijfde set bij 12-12. Federer won nooit meer een grandslamtoernooi. ‘Als je de vijfde set ingaat tegen Djokovic dan komen meteen een heleboel statistieken in je hoofd omhoog, zoals dat hij tien jaar lang geen wedstrijd had verloren op het centercourt van Wimbledon,’ aldus Alcaraz. ‘Op matchpoint dacht ik terug aan Federer in 2019 en zei tegen mezelf: alsjeblieft Carlos, laat wat Federer overkwam jou niet gebeuren. Er zijn zoveel wedstrijden en finales waarin Djokovic verslagen leek, maar die hij uiteindelijk toch won. Dat iemand als Federer zo verloor was wreed.’ Alcaraz: 'Federer had zoveel klasse, liet mensen op een andere manier naar tennis kijken. Naar hem kijken was als kijken naar een kunstwerk. Ik raakte betoverd door hem' Met een glimlach van oor tot oor stamelt hij na het beslissende punt: ‘Om Novak in zijn beste vorm te verslaan op dit toneel en geschiedenis te schrijven is geweldig. Het is goed voor de nieuwe generatie dat ze mij hem hebben zien verslaan, zodat ze nu kunnen denken dat zij dit ook kunnen.’ Djokovic is verbaasd dat Alcaraz zich veel sneller dan verwacht spelen op gras eigen heeft gemaakt: ‘Hij verraste mij, hij verraste iedereen.’ En tegen Alcaraz: ‘Ik dacht dat ik problemen met jou zou hebben op gravel en hardcourt, maar niet op gras.’ Het laatste woord is van de ene koning aan de andere. ‘Nu ik heb gewonnen, hoop ik dat u naar meer wedstrijden komt kijken,’ grapt Alcaraz tegen koning Felipe. Met de Wimbledon-titel op zak is iedereen het erover eens dat er eindelijk een wisseling van de wacht in het mannentennis gaande is. In 2022 won Alcaraz al zijn eerste grandslamtitel door de US Open te winnen en na het toernooi werd hij met zijn negentien jaar en vier maanden en zes dagen de jongste nummer één van de wereld bij de mannen. Maar in New York had hij het niet op hoeven nemen tegen Djokovic, die Amerika niet inkwam omdat hij zich weigerde te vaccineren tegen het coronavirus. Dat hij uitgerekend op Wimbledon wint van de Serviër neemt de laatste scepsis weg. Alcaraz is in Londen de eerste die de streak van ‘De Grote Vier’ doorbreekt. Sinds 2002 werden de grandslamtitels in het enkelspel bij de mannen verdeeld over Roger Federer, Rafael Nadal, Andy Murray en Djokovic. Het geeft maar weer aan dat een einde van een tijdperk aanstaande is. Federer is immers eind vorig jaar met pensioen gegaan, Nadal is vaker geblesseerd dan fit en de verwachting is dat 2024 zijn laatste jaar op de tour zal zijn, Murray heeft door verschillende operaties zijn oude niveau afgelopen jaren niet meer gehaald. Alleen Djokovic is still going strong, is nog superfit, maar ook al 36. Djokovic heeft de afgelopen jaren tal van spelers op zien komen van wie werd gedacht dat zij de macht over zouden nemen, maar telkens bleken ze de verwachtingen niet waar te kunnen maken. Ze moesten het doen met de kruimels die vooral Nadal en Djokovic de laatste jaren lieten liggen. Met Alcaraz is het een ander verhaal. ‘Een grote knuffel, geniet van het moment kampioen!’ post Nadal op social media nadat hij op tv zijn landgenoot Wimbledon ziet winnen. Djokovic onderkent tijdens de persconferentie na zijn nederlaag in de finale ook dat Alcaraz van een ander kaliber is. Hij noemt hem een complete speler, iemand die wat betreft mentale veerkracht en volwassenheid zijn leeftijd ver vooruit is. ‘De mensen hadden het de afgelopen twaalf maanden al over hem, zeiden dat zijn spel elementen bevat van Roger, Rafael en mij. Ik ben het daar mee eens. Hij verenigt het beste van drie werelden. Ik heb om eerlijk te zijn nog nooit tegen een speler als Alcaraz gespeeld.’ Brad Gilbert is oud-tennisser, tv-analist en was coach van onder anderen Andre Agassi en is dat nu van kersverse US Open-winnares Coco Gauff. In Vogue zei hij dat de generatie Federer/ Nadal/Murray/Djokovic eigenlijk drie generaties die daarna kwamen, heeft weggevaagd. Die kwamen er niet aan te pas doordat die vier een monopolie hadden wat betreft grandslamtitels. Over de nieuwe sensatie bij de mannen zei Gilbert: ‘Iedereen moedigt hem aan omdat het zo mooi is om naar hem te kijken. Hij is zo vasthoudend. Op welke ondergrond en waar hij ook speelt, past hij zich heel makkelijk aan.’ Wat heeft Alcaraz dan wat andere tennissers van nu niet hebben? Het is een combinatie van lef, aanpassingsvermogen, kracht, originaliteit, tactisch inzicht en een speelstijl die vernieuwend is. Hij gaat soms in een split of spagaat op de baseline om een bal te halen en staat daarna meteen weer klaar, hij lijkt de baan soms te gebruiken als een trampoline als je ziet hoe hoog en makkelijk hij springt, hij heeft een indrukwekkende opslag en een heel goede tweede service en hij heeft ijswater door de aderen stromen, anders zou hij op spannende momenten niet met dropshots komen. Gilbert: ‘Ik zou niet verbaasd zijn als hij over vijf jaar al zes of zeven grandslamtitels heeft gewonnen. Het zouden er zelfs tien kunnen zijn. Geluk speelt ook een grote factor. Hij moet blessurevrij blijven, want met zijn manier van spelen vraagt hij heel veel van zijn lichaam.’ • Alcaraz groeide op in El Palmar, een dorpje nabij Murcia. Tennis zat bij hem in het dna. Zijn opa, ook Carlos genaamd, tenniste al en transformeerde iets van veertig jaar geleden een kleiduivenschietbaan in een tennisclub. De vader van Alcaraz, ook Carlos genaamd, was een groot tennistalent, maar stopte door een gebrek aan financiële middelen en ging ook bij de tennisclub aan de slag als leraar en nam uiteindelijk de boel over. Hij drukte zijn vier zoons Alvaro, Carlos, Jaime en Sergio van jongs af aan een racket in de handen. Carlos, na zijn drie jaar oudere broer Alvaro, de een-na-oudste van het stel, begon op zijn vierde met tennis en liep elke dag rond op de club, omdat zijn moeder bij IKEA werkte. Volgens de overlevering begon hij te huilen als hij moest stoppen met tennis. Al snel werd duidelijk dat de kleine Carlos een groot talent was, maar het geld ontbrak om hem te kunnen ondersteunen. Alfonso Lopes Rueda bleek de reddende engel. Hij was niet alleen een vriend van de familie, maar ook directeur van de lokale yoghurt- en toetjesproducent Postres Reina. Het bedrijf ging Carlos vanaf zijn tiende sponsoren, waardoor hij naar jeugdtoernooien in Spanje en het buitenland kon en de beste coaches uit de regio kon betalen in ruil voor een logo van Postres Reina op z’n borst. Een jaar later stond sportmanagementbureau IMG al op de stoep en niet veel later had hij contracten met sportkledingmerk Lotto en racketmerk Babolat te pakken. De naam Alcaraz werd steeds vaker genoemd in het rijtje toekomstige toptennissers. Op zijn vijftiende ging hij in zee met Juan Carlos Ferrero, voormalig nummer één van de wereld en in 2003 winnaar van Roland Garros door in de finale Martin Verkerk te verslaan. Ferrero, die in 2012 stopte met tennis, had voordat hij zich in 2018 aan ‘Project Alcaraz’ verbond met Alexander Zverev gewerkt. ‘Ik had al veel over hem gehoord,’ vertelde Ferrero tegen Vogue, ‘vooral dat hij op de baan veel dingen deed die kinderen normaal gesproken niet doen, zoals het slaan van dropshots en lobs. Ook kwam hij vaak naar het net, terwijl veel van zijn leeftijdgenoten op de baseline blijven. Hij vocht bovendien voor elk punt en was heel dynamisch.’ Alcaraz: ‘Ik was als kind al erg talentvol, maar heb ook altijd heel hard gewerkt. Met alleen talent kom je nergens. Juan Carlos is heel belangrijk voor mijn ontwikkeling geweest, op professioneel en persoonlijk vlak. Als we samen zijn, hebben we het niet alleen over tennis, maar over alle andere dingen in het leven. Hij is eigenlijk een coach en vriend ineen.’ Er was veel werk aan de winkel, want de diamant moest flink gepolijst worden. ‘Vandaag de dag zijn alle spelers net beesten,’ aldus Ferrero, die als speler juist eerder iel was en de bijnaam El Mosquito had. ‘De meeste spelers spelen om te vernietigen, niet om te bouwen. Carlos kan ook heel hard slaan, maar is tegelijkertijd iemand die ook een punt op kan bouwen, is van nature heel creatief. Veel spelers vinden het bovendien lastig om de belangrijke punten te spelen. Carlos vindt dat juist het leukst en dat maakt hem speciaal. Dat is ook een heel goed teken met het oog op de toekomst.’ Niet alleen op de baan werd er hard gewerkt, ook op mentaal vlak werd hulp ingeschakeld. Psychologe Isabel Balaguer ging met hem aan de slag. Alcaraz: ‘Ik had moeite mijn emoties onder controle te houden. Op mijn vijftiende, zestiende gooide ik vaak met mijn racket en brak er af en toe een.’ Het was zo erg dat hij geregeld in huilen uitbarstte op de baan en na een nederlaag weigerde de baan te verlaten. ‘Ik was destijds een heel ander persoon,’ vertelde Alcaraz in The New York Times. ‘Ik genoot er veel minder van dan nu. Was altijd kwaad, zeurde veel. Dankzij Isabel is het veel beter geworden. Ik werd rustiger en daardoor begon ik veel meer van tennis te genieten. Gedurende een jaar wordt er heel veel van me gevraagd en is het essentieel om rustig te blijven. Daarnaast is het voor mij belangrijk om de baan op te stappen met een lach.’ • Hij timmert flink aan de weg. Niet alleen als tennisser, maar ook als ‘merk’. Hij volgt al een tijd Engelse les in de avonduren. Als hij op de baan een microfoon voor zijn neus krijgt, heeft hij er geen problemen mee om op charismatische wijze zijn verhaal te doen. Nadal was op zijn twintigste schuchter en wist niet hoe snel hij over moest schakelen op Spaans als mensen lachten als hij ‘happy’ uitsprak als ‘geppy’. Veel andere Spaanse tennissers bleken ook niet bepaald een talenknobbel te hebben. Alcaraz, die als tiener al zijn eigen liefdadigheidsstichting oprichtte waarmee hij mensen met het downsyndroom helpt, kan zich prima redden, glimlacht als hij spreekt en maakt grappen. Er wordt anders naar hem gekeken, maar zelf is hij niet veranderd door de successen. Hij heeft nog dezelfde vrienden – die hem Carlitos of Charlie noemen – als in zijn jeugd, hangt met hen rond in het park, kletst over voetbal – Alcaraz is supporter van Real Madrid – of speelt een potje schaak met hen. ‘Schaken vind ik geweldig. Ik vind het mooi om me erg te moeten concenteren, me te wapenen tegen de strategie van mijn tegenstander en vooruit te denken. Heel veel dingen in schaken komen overeen met tennissen. Je moet constant vooruit proberen te denken waar de tegenstander de bal zal slaan, je moet eigenlijk proberen een sprongetje vooruit in de tijd te maken en proberen iets te doen waarbij de tegenstander zich niet prettig zal voelen.’Federer: ‘Hij heeft alle wapens, kan wedstrijden op heel veel verschillende manieren winnen en dat is een kwaliteit die grote kampioenen bezitten’ • Sinds hij in februari 2020 op zijn zestiende debuteerde op de ATP Tour ging hij met reuzenstappen omhoog op de wereldranglijst. Eind 2021 won hij de Next Gen ATP Finals, het toernooi waaraan jaarlijks de grootste tennistalenten meedoen. In 2022 versloeg hij in Madrid een dag na zijn negentiende verjaardag Nadal in de kwartfinale. Hij werd de eerste tiener die de koning van het gravel, alleen al veertien keer winnaar van Roland Garros, versloeg op diens favoriete ondergrond. Een ronde later versloeg hij Djokovic. Nog nooit was iemand erin geslaagd om de twee tennisreuzen achter elkaar en op hetzelfde toernooi te verslaan. Alcaraz versloeg in de finale vervolgens Alexander Zverev. De eerste jaren werd uiteraard vooral de vergelijking met Nadal gemaakt, die ook al als tiener de top bereikte. Ze groeiden allebei op gravel op in Spanje, hadden beiden hun vechtersmentaliteit en atletisch vermogen als wapens. Daarnaast golden ze meteen als publiekslievelingen. Maar waar Nadal in zijn eerste jaren vooral excelleerde op gravel, bleek Alcaraz meteen op alle ondergronden uit de voeten te kunnen. Hij heeft immers al grandslamtitels op hardcourt en gras te pakken en won ook graveltoernooien. Dat hij heel allround is, bewijst hij elke wedstrijd. Hij kan heel agressief vanaf de baseline spelen, dicteert rally’s daar vandaan met harde klappen of zware topspinballen en slaat winners met zijn forehand. Zoals Nadal dat kan. In de verdediging gedrongen kan hij met zijn loopvermogen en geweldige voetenwerk de meest onmogelijke ballen halen en het initiatief overnemen of met een geweldige passeerbal met zijn dubbelhandige backhand komen. Zoals Djokovic dat doet. Djokovic stelt op Wimbledon na zijn nederlaag niet voor niets: ‘Het is indrukwekkend. Hij heeft de Spaanse stierenmentaliteit, heeft het competitieve, de vechtersmentaliteit en de ongelooflijke verdediging die we door de jaren heen van Rafa hebben gezien. Hij heeft ook een backhand waar hij heel mooi naartoe glijdt en die heeft weer overeenkomsten met mijn backhand. De dubbelhandige backhand, het verdedigen, de kwaliteiten om je aan te passen; dat zijn al jaren mijn kwaliteiten. Dat heeft hij ook.’ Maar Alcaraz schudt daarnaast op de meest onwaarschijnlijke momenten met succes dropshots uit zijn mouw, maar heeft er ook geen moeite mee om naar het net te komen om de bal af te smashen of te volleren. Hij bezit over een indrukwekkend balgevoel, heeft al tal van voor onmogelijk gehouden ballen geslagen. Zoals in de halve finale op Roland Garros toen hij een dropshot van Djokovic haalde, die de bal vervolgens in het open veld bij de baseline neerlegde. Alcaraz sprintte achter de bal aan, tegen beter weten in, dacht iedereen. Met zijn rug naar het net sloeg hij de bal zonder te kijken langs zijn verbouwereerde tegenstander die aan het net stond. Het leverde hem applaus van een lachende Djokovic op en een staande ovatie van het publiek. Wie zo’n ongelooflijke bal eerder had geslagen? Federer, de man van wie Alcaraz vroeger posters op zijn slaapkamer had hangen en die zijn grote voorbeeld is. ‘Rafa is iemand naar wie ik altijd heb gekeken. Ik bewonder hem heel erg,’ zei hij in Vogue, ‘maar Federer had zoveel klasse, liet mensen op een andere manier naar tennis kijken. Naar Federer kijken was als kijken naar een kunstwerk. Hij had elegantie, was magnifiek. Ik raakte betoverd door hem.’ Paul Annacone, oud-trainer van Federer en Pete Sampras, noemde hem vorig jaar de meest talentvolle teenager aller tijden. Oud-tennisser Ivan Ljubicic, na zijn loopbaan eveneens coach van Federer, was eerder dit jaar de eerste die het aandurfde hem als een mix van de beste drie tennissers aller tijden, Djokovic, Nadal en Federer – winnaars van respectievelijk 24, 22 en 20 grandslamtitels – te bestempelen. ‘Wat hij laat zien, hebben we nog nooit gezien. Hij is een of andere zieke mix van Djokovic, Federer en Nadal.’ Federer, die na zijn afscheid eind 2022 zei dat hij het jammer vond dat hij het nooit in een wedstrijd op had kunnen nemen tegen Alcaraz, reageerde tegenover CNN lachend: ‘Zei Ivan dat? Dat is nogal een compliment. Op zijn leeftijd laat hij ongelooflijke dingen zien. Ik vind het niet leuk om heel veel druk op jonge spelers te leggen, maar hij is iemand die zegt: ‘Ik ga naar Wimbledon of Parijs om te winnen.’ Hij legt de druk dus ook hoog bij zichzelf en dat vind ik geweldig. En daarom kan ik over hem ook wel zeggen dat hij in de toekomst schitterende dingen gaat bereiken. Hij heeft alle wapens, kan wedstrijden op heel veel verschillende manieren winnen en dat is een kwaliteit die grote kampioenen bezitten. Hij kan meerdere grandslamtitels winnen en hopelijk blijft hij ook jarenlang nummer één van de wereld.’ Nadal, die onlangs aangaf graag met Alcaraz te willen dubbelen op de Spelen in Parijs als zijn lichaam het toelaat, was terughoudender met bespiegelingen over zijn zeventien jaar jongere landgenoot. ‘We moeten voorzichtig zijn in onze oordelen over hem. De vooruitzichten zijn fantastisch, hij heeft power en is ambitieus, maar in de carrière van elke topsporter kunnen zoveel dingen gebeuren. Het is lastig om hem te adviseren. Ik ben er sowieso slecht in om advies te geven, omdat ik altijd meer heb geleerd door te kijken dan van woorden. Maar als ik hem iets zou mee willen geven, is het: blijf jezelf verbeteren of probeer dat in elk geval, want dat is wat je gemotiveerd houdt.’ • De woorden van Nadal zullen zijn coach als muziek in de oren hebben geklonken. Ferrero: ‘Wij, de mensen om hem heen, zijn ook een beetje bezorgd. Carlos heeft de kwaliteiten om een van de beste tennissers ooit te worden. Dat is duidelijk. Maar er kunnen nog heel veel dingen gebeuren. Hij is jong, er zijn nog heel veel dingen die hij niet ziet. We weten allemaal wat de risico’s zijn: feesten, afgeleid worden, niet geconcentreerd bezig zijn met tennis. Als je de kans krijgt om de rich and famous te ontmoeten, dan is het makkelijk om de weg kwijt te raken. Iedereen zal hem vertellen dat hij geweldig is, maar de mensen dicht om hem heen zullen de realiteit in het oog moeten houden. Hij kan nog op alle vlakken beter worden: zijn vasthoudendheid, zijn houding op moeilijke momenten, volwassenheid op de baan. We moeten blijven werken aan zijn zwakkere punten. De familie van Carlos speelt een heel belangrijke rol om hem met beide benen op de grond te houden.’ Broer Alvaro gaat geregeld met hem mee. Tijdens de US Open van vorig jaar deelden ze een hotelkamer, zoals ze vroeger een stapelbed deelden. Wat betreft de liefde: voor vrouwen is Alcaraz een interessant ‘object’. Hij zou een tijdje een relatie met Maria Gonzalez Gimenez hebben gehad, die net als hij in Murcia trainde. Maar hij geeft aan al een tijd als single door het leven te gaan. Tennis komt vooralsnog voor het meisje. ‘Het is lastig om nooit lang op één plek te zijn. Het is moeilijk om iemand te vinden met wie je dingen kunt delen als je altijd op een andere plek op de wereld bent,’ aldus Alcaraz. Ook geld, dat nu binnenstroomt dankzij astronomische bedragen aan prijzengeld en sponsorinkomsten, brengt hem niet van de wijs, verzekerde hij al. ‘Mijn vader past op het geld. Ik ben nog jong en heb mijn grillen. Ik ben gek van Nike-sneakers en vooral van de vintage- modellen. Die zijn behoorlijk duur en moeilijk te vinden. Er zijn een paar Jordans, Dunk Lows en schoenen van Travis Scott die ik graag wil hebben. Ik wil graag een heel mooie collectie verza- melen. Verder ben ik heel normaal en nederig. Ik besteed niet veel aandacht aan merken en auto’s. Als ik iets mooi of leuk vind, probeer ik het te kopen, maar uiteindelijk houdt mijn vader mijn uitgaven in de gaten.’ Alcaraz snapt dat zijn familie en begeleidingsteam een vinger aan de pols houden. Hij verwees in Vogue naar de periode in 2022, toen hij net zijn eerste grandslamtitel had gewonnen. ‘Ik had het moeilijk nadat ik de US Open won. Toen ik daarna weer toernooien ging spelen, voelde ik stress. Misschien had ik onvoldoende gerealiseerd wat er was gebeurd. Ik had bereikt waar ik van kinds af aan van had gedroomd. Onbewust was mijn inspiratie een beetje afgenomen. Dat was lastig. Ik dacht: waar gaat dit heen?’ Dat hij af en toe nog moet wennen aan nieuwe situaties bleek bij de afgelopen US Open. Waar iedereen al reikhalzend uitkeek naar een nieuwe confrontatie tussen Djokovic en Alcaraz in de finale, verloor Alcaraz in vier sets van Daniil Medvedev in de halve finale. ‘Wat Rafa, Roger en Djokovic gedaan hebben, is bijna onmogelijk,’ realiseerde Alcaraz zich eerder al, ‘als je je eerste grandslamtitel hebt gewonnen, zie je in hoe gecompliceerd het is wat zij hebben gedaan. Zij bleven hongerig.’ Hoe hij zorgt dat hij dezelfde honger houdt als zijn illustere voorgangers? ‘Mijn droom, een grandslamtitel winnen, is al uitgekomen. Ik moeten zorgen dat ik nu nieuwe dromen heb die ik uit wil laten komen.’ Bronnen: Vogue, CNN, The New York Times, Evening Standard Helden Magazine 69 Het portret van Carlos Alcaraz komt voort uit het dubbeldikke eindejaarsnummer van Helden. De laatste editie van 2023 staat traditioneel in het teken van een terugblik op het afgelopen sportjaar. Femke Bol  siert de cover. De atlete blikt uitgebreid terug op het jaar waarin alles wat ze aanraakte in goud leek te veranderen. Helden ging daarnaast in Engeland op bezoek bij Nathan Aké. Hij won met Manchester City de landstitel, FA Cup en Champions League won. Hij werd samen met zijn echtgenote Kaylee, met wie hij al sinds zijn vijftiende samen is, geïnterviewd en gefotografeerd. Bijzonder was ook het bezoek aan de familie Schippers. Dafne nam afscheid van de atletiek en samen met haar ouders, zus en broer blikte ze terug op haar indrukwekkende carrière. In de 69ste editie van Helden komen tal van sporters aan het woord die 2023 kleur gaven. Wout Poels blikt terug op ritzeges in de Tour en Vuelta, maar ook op het verlies van ploeggenoot Gino Mäder. Golden Sisters Bente en Lieke Rogge werden samen wereldkampioen waterpolo. Femke Kok kroonde zich tot de eerste Nederlandse wereldkampioene op de 500 meter en toont zich zoals we haar niet eerder zagen. Karolien en Finn Florijn zijn gezegend met geweldige roeigenen, ze pakten allebei WK-goud; een dubbelinterview. Jeffrey Hoogland is koning op de kilometer. Hij werd voor de vierde keer wereldkampioen op ‘zijn’ afstand en verbeterde het wereldrecord. Een openhartig gesprek met de kilometervreter. Verder pakten zeilers Bart Lambriex en Floris van de Werken een hattrick aan wereldtitels. Over zeilen gesproken: Marit Bouwmeester keerde terug na de bevalling van haar dochter in 2022 en werd meteen weer Europees kampioen. Feyenoord werd ook kampioen en Lutsharel Geertruida had daar een belangrijk aandeel in. Hij doet zijn verhaal. Joey Veerman won in 2023 de KNVB-beker en werd vader. Een gesprek met de uitgesproken voetballer over wie veel mensen een mening hebben. Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine 69 via onze webshop. Geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Kies het abonnement dat bij jou past en word abonnee.