Voetbal
Na een moeizaam jaar moest Ajax op zoek naar een nieuwe trainer. Veel namen passeerden de revue, die van Maurice Steijn noemde niemand. Zes weken lang bleef geheim dat hij de beoogde opvolger van John Heitinga was. “Natuurlijk zal de druk groot worden. Dat weet ik, anders had ik hier niet voor moeten kiezen.”
Wanneer ben je voor het eerst benaderd door Ajax?
“Ergens eind april belde mijn zaakwaarnemer Rodger Linse me en zei: ‘De kans is groot dat Ajax binnenkort gaat bellen, je bent een van de kandidaten.’ Er was interlandvoetbal, mijn vrouw Cilla en dochter Biba waren naar Bonaire en ik was met mijn zoon Sem een paar dagen op Ibiza. Het moest topgeheim blijven. Mijn zoon was erbij toen ze belden, dus hij hoorde het. Dat was natuurlijk een mooi moment. We waren allebei heel trots dat na al die jaren een topclub als Ajax interesse had. We gingen ook weer snel terug naar de realiteit van de dag: Sem moest terug naar Twente en ik naar Sparta.
Ik mocht er niet over praten, maar na vijf dagen heb ik het toch aan mijn vrouw en dochter verteld. Zij vonden het ook geweldig. Begin mei heb ik het eerste gesprek met Sven Mislintat, technisch directeur van Ajax, gevoerd en na het akkoord was het nog steeds niet bekend. Mijn naam werd nergens genoemd in rijtjes van potentiële kandidaten en dat was wel elke keer hilarisch. Vond ik echt leuk. Het kwam uit op 11 juni, de dag dat wij met Sparta de tweede finalewedstrijd van de play-offs om Europees voetbal speelden tegen Twente.”
Lange tijd werd aangenomen dat Peter Bosz de beste papieren had om opnieuw Ajax-trainer te worden...
“Ik vond het wel lachen dat ik nergens genoemd werd. Ik was op een gegeven moment bij een van onze beste vrienden in Venlo, een oud-masseur van VVV. We hadden een reünie. Op dat moment was ik al heel intensief met Ajax in gesprek, dus had ik ook veel contact met Rodger Linse. Mijn telefoon ging voortdurend. Mijn vriend had door dat er iets was, zei: ‘Het moet groot zijn, want je bent trainer van de zesde club van Nederland.’ Ik antwoordde: het is PSV. Ik kon niet zeggen dat het Ajax was. Op een gegeven moment werd bekend dat Peter Bosz naar PSV ging.
Stuurde die vriend me een app: ‘Sorry, we hadden het je zo gegund en het was ook verdiend geweest, kusjes uit Venlo.’ Ik heb terug geappt: het is niet anders, maar ik sta zo in het leven: Don’t worry about a thing / ’Cause every little thing gonna be all right. Dat is dus de zin uit Three Little Birds van Bob Marley, dat altijd door de Arena schalt.”
Het je een traantje gelaten toen je rond was met Ajax?
“Nee, geen tranen. Ik was volop in voorbereiding op de eerste finalewedstrijd van de play-offs. Op woensdagmiddag 7 juni werd ik gebeld door Sven. Hij zei: ‘We zijn eruit, jij gaat de nieuwe trainer van Ajax worden.’ Twee minuten na dat gesprek moest ik de training leiden. Pas om vier uur had ik mijn telefoon weer aangezet. Ik ben naar huis gereden en heb een lekkere fles wijn opengetrokken met Cilla en Biba. Sem was er niet, tegen hem moesten we het met Sparta de volgende dag opnemen.”
Heb jij altijd gedacht: op een dag belt een club uit de nationale top?
“Ik heb nooit echt aan carrièreplanning gedaan. Je bent als trainer zo afhankelijk van de spelers. Als speler kun je veel meer invloed op je carrière uitoefenen. Ik dacht dus niet: die topclub gaat een keer komen, maar ik kan wel zeggen dat als die club een keer zou komen, het deze zomer moest zijn. We hebben echt een mooie prestatie met Sparta geleverd, zijn zesde geworden met de twaalfde begroting van de eredivisie. Spelers hebben zich ontwikkeld. Ik was en ben wel heel erg benieuwd of mijn werkwijze ook aanslaat bij een topclub.”
Wat is die manier van werken?
“Ik geloof heel erg in een normale omgang met elkaar, in normaal gedrag. Ik heb geen boek met regels, geef ook nooit boetes, omdat het bijna nooit nodig is geweest. Als een speler te laat komt, dan kan dat een keer gebeuren. Er kan een ongeluk op de snelweg zijn. Op zo’n moment bel je me en dan zeg ik: rustig rijden, doe geen gekke dingen. Is een speler twee of drie keer te laat, dan hebben we een ander gesprek, maar dat heb ik eigenlijk nog nooit meegemaakt.
Ik wil niet als een politieagent op mijn spelers letten, geef mijn spelers verantwoordelijkheid. Als je hen een bepaalde vorm van vrijheid geeft, krijg je ook veel terug, is mijn ervaring. Zo is dat gegaan bij alle clubs waar ik heb gewerkt. Of dat ook bij Ajax het geval is, moet nog blijken. Zo niet, dan moet ik het op een andere manier doen.”
Heb je helemaal geen regels?
“Nee, ik vraag gewoon normaal gedrag en normale omgangsvormen. Bij spelers zie je weleens dat ze heel aardig zijn tegen de hoofdtrainer, maar minder vriendelijk tegen de mensen die de kleding wassen. Daar ga ik heel slecht op.”
Bij een club als Ajax kunnen spelers ook weleens hun hoofd verliezen. Al die aandacht en druk...
“Dat kan zeker, spelers moet je daarin helpen en begeleiden. Ik snap het ook. Je speelt bij Ajax, iedereen wil wat van je, je bent ineens een soort van bekende Nederlander, iedere vrouw wil wat van je, je hebt een mooie auto en een dik salaris. Tuurlijk doet dat wat, zeker met jonge jongens. Het zijn sterke benen die de weelde kunnen dragen, daar ligt een taak voor ons als begeleiding.”
Werk jij met mental coaches?
“Ik werk nu voor het eerst met een mental coach bij een club en ga ervaren hoe dat is. Ik ben altijd van mening geweest dat ik met mijn levenservaring, achtergrond en een ervaren staf om me heen veel zelf kon tackelen. Nu ga ik ervaren wat de meerwaarde van een professionele begeleider is, heel interessant.”
Vind je het ook een uitdaging om zelf met een mental coach te gaan werken? De druk bij een club als Ajax is enorm.
“Er staat binnenkort een afspraak met Joost Leenders, onze mental coach. We hebben dan eerst een gesprek over de verschillende karakters in de staf. Het is goed dat daarnaar wordt gekeken, want wij moeten wel samen gaan werken onder grote druk. Want die gaat er komen, die is er altijd bij een topclub.”
Hoe zou jij je karakter omschrijven?
“Ik denk dat ik als trainer zacht in de omgang ben, maar hard op de inhoud. Ik denk dat ik altijd eerlijk ben, dat ik een gevoelsmens ben en van gezelligheid hou.”
Beladen onderwerp
En wordt het voor jou lastig om de weelde te dragen? Een coach van Ajax krijgt meer aandacht dan een coach van Sparta.
Lachend: “Je hebt er ineens veel vrienden bij. Mijn dochter is ook ineens ongelooflijk populair, ze heeft er heel veel volgers bij op Instagram. Vind ik ook weer leuk en daar ben ik ook wel trots op, hoor. Biba staat altijd een beetje in de schaduw van Sem. Het is mooi dat er ook aandacht naar haar gaat. Maar goed, we zullen allemaal een beetje moeten wennen aan de nieuwe status. We hebben genoeg meegemaakt als gezin, dus dat komt vast goed. Ik heb in de eerste maand al wel gemerkt dat trainer van Ajax zijn op zich al heel apart is. Iedereen vindt daar wat van.
Dat is voor mij wennen, ik word daar best een beetje ongemakkelijk van. Ik ben er helemaal niet van dat ik anders kijk naar iemand met een bepaalde status. Trainer van ADO of Sparta is echt wat anders dan trainer van Ajax in de beleving van veel mensen. Het is wat het is.”
Is je zoon Sem niet wat voor Ajax?
“Hij is echt een goede speler. Die intrinsieke motivatie van hem is niet normaal. Elke dag trainen, elke dag bezig zijn met beter worden, hij heeft zijn eigen fysieke trainer, zijn eigen coach die hem traint op zijn kijkgedrag in het veld. Ron Jans had vorig jaar gezegd: ‘We vinden dat je beter de situatie moet inschatten.’ Sem zei: ‘Oké, dan gaan jullie dat toch met me trainen.’ Dat moeten ze nu nog doen. Ze zeggen wat en ze doen er niks mee. Toen is hij zelf gaan zoeken, en zo is hij bij Patrick Woerst uitgekomen. Ik vind Sem een typische Ajax-speler, echt een nummer 10. Een type Litmanen of Donny van de Beek. Maar hij gaat niet komen zolang zijn vader trainer is van Ajax, want dat is niet handig.”
Ik hoor een trotse vader.
“Ja, ik ben trots op beiden. Met Biba is het weer anders. Mijn dochter zit de hele tijd boven en als ik thuiskom, zegt mijn vrouw vaak: ‘Is je vadertje er weer, kom je ineens wel naar beneden.’ Op een leuke manier. Ik ben happy met wat ik heb en waar ik sta. Ik kom uit de achterbuurten van Den Haag, ben opgegroeid voor galg en rad, heb genoeg meegemaakt. Mijn schooldiploma’s heb ik gehaald, ben aan de weg gaan timmeren en op mijn 49ste ben ik trainer van de grootste club van Nederland. Daar mag je toch ook wel trots op zijn?”
Wat bedoel je met ‘op straat’ opgegroeid en ‘veel meegemaakt’?
“Ik ben driehoog-achter opgegroeid, met alleen mijn moeder. Mijn ouders gingen uit elkaar toen ik zes was. We hadden geen cent te makken. Ik ben twee jaar alleen met mijn moeder geweest. Toen ik acht was, leerde zij een nieuwe man kennen, mijn pleegvader, en daar is ze nog steeds mee. Dat is meer mijn opvoeder geweest, ik was in de weekenden bij mijn vader. Mijn vader overleed uiteindelijk op jonge leeftijd.
Dat heeft allemaal impact gehad, maar het verhaal van mijn schoonvader heeft nog veel meer impact gehad. Hij stapte in 2010 uit het leven. Hij was alles voor mijn vrouw. De band tussen die twee was zo sterk, toch koos hij ervoor om uit het leven te stappen. Dat heeft er enorm bij ons allemaal ingehakt. Het gebeurde in 2010. Ik was assistent van Raymond Atteveld bij ADO, ben twee weken niet op de club geweest om bij mij gezin te zijn. Raymond werd daarna ontslagen en ze vroegen mij het over te nemen van hem. Mijn eerste wedstrijd als hoofd- coach: ADO-Ajax. Tien dagen nadat we hem hadden begraven zat ik op de bank tegen het Ajax van destijds Martin Jol. We verloren met 1-0 door een goal in blessuretijd.
De kinderen hebben we pas veel later verteld wat er is gebeurd. Sem was negen en Biba zes toen het gebeurde. Hoe moesten we dat hen uitleggen? Het is lang een onbesproken onderwerp geweest met de kinderen erbij, ook omdat het zo’n beladen onderwerp was in de familie. Het was en is echt een trauma voor ons hele gezin. Want beeld je eens in hoe dat was. Mijn vrouw liep in het winkelcentrum en werd gebeld. Ik was bij ADO en werd gebeld. Toen ik het hoorde ben ik meteen naar mijn schoonvader geracet.
Er waren politieauto’s, rood-witte linten, mannen in witte pakken. Onze hele wereld viel in duigen. Mijn vrouw zei altijd tegen mij: ‘Mijn vader laat mij nooit in de steek. Op mijn vader kan ik altijd bouwen.’ Ze heeft hem nooit iets verweten. Achteraf had hij wel signalen gegeven. Hij vroeg haar vlak voor zijn dood: ‘Ben je gelukkig? Maurice is goed voor je, hè?’
Het is alweer dertien jaar geleden. Het heeft veel impact gehad, niet normaal. Dan ga je naar het buitenland, boer je financieel goed, maar dan denk je tegelijkertijd: what the fuck.
Toen we een glas wijn dronken met elkaar op de dag dat het rond was met Ajax, kwam wel even voorbij waar we als gezin al die jaren hard voor gewerkt hebben. Zeker de periode bij VVV, ik zat vaak alleen in Venlo en dat was een heel lastige tijd voor ons als gezin. Het was een paar jaar na het overlijden van mijn schoonvader en ik was maar drie dagen per week thuis. Ik was het vangnet van mijn vrouw door het wegvallen van haar vader. Ineens was ik er ook niet en kwam alles op haar schouders. Ik heb in die tijd wel altijd geprobeerd om er op de belangrijke momenten te zijn. Bij diploma-uitreikingen, ik keek de ene week voetbal bij Sem en de andere week hockey bij Biba. Maar vaak kon ik er dus ook niet zijn. Op het moment dat na al die jaren Ajax komt, voelt dat als een beloning voor alle offers. Dat was een mooi, heel mooi moment.
Tegelijkertijd relativeert wat wij als gezin hebben meegemaakt enorm. Natuurlijk is er druk als trainer van Ajax en natuurlijk ga ik daar niet gemakzuchtig mee om, verre van dat. Ik heb zoveel te bewijzen om het goed te doen, maar ik denk dat ik juist door wat ik allemaal heb meegemaakt in het leven een betere coach ben geworden.”
Lachend: “Ik denk trouwens ook dat ik een goede coach ben omdat ik een klotespeler ben geweest. Ik zeg ook altijd vol zelfspot tegen mijn spelers: wat jullie kunnen, dat kon ik allemaal niet.”
Ouderwets
Heb je het gezin er al een beetje op voorbereid dat het niet alleen maar feest is als je trainer van Ajax bent? “Mijn vrouw zat niet echt op die publiciteit te wachten. Priscilla vond het bij Sparta ook prima. ‘Wat haal je jezelf weer op de hals,’ zei ze. Maar ik heb echt zin in deze uitdaging. Ze vinden het vooral stoer en mooi voor mij. We hebben al meegemaakt dat ons huis werd gefotografeerd, dat werd geschreven wat ik allemaal wel niet bezit. Dat vinden we als gezin ongemakkelijk, omdat we ineens een groot stuk van onze privacy kwijt zijn. Maar ook dat weet je als je voor deze job kiest.”
Werkt jouw vrouw?
“Mijn vrouw werkt twee dagen per week bij bij Haar- en Huidinstituut Westland. Daar helpen ze mensen met haarproblemen. En ze is bezig een eigen salon op te zetten in permanente make-up. Dat vindt ze allemaal hartstikke leuk.”
Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?
“In de kroeg. We zijn sinds 1995 samen, dus bijna dertig jaar.”
Heb jij haar aangesproken in de kroeg?
Lachend: “Ja, zo ging dat vroeger, hè. Wij hebben elkaar niet, zoals nu vaak gebeurt, via sociale media ontdekt. Sterker, in de tijd dat ik Priscilla leerde kennen, hadden wij nog geen mobiele telefoons. Ik ben haar heel ouderwets tegengekomen in een café in Scheveningen en vanaf de eerste avond zijn we aan elkaar blijven plakken. Het was meteen raak. We hebben twee mooie kinderen op de wereld gezet, hebben samen in Venlo en in het buitenland gewoond. Priscilla is altijd mijn vangnet geweest.”
Ben jij romantisch?
Lachend: “Mijn vrouw zou zeggen van niet en daar heeft ze eigenlijk ook gelijk in. Ik vind het wel heel gezellig om ’s avonds lekker te eten met een goed glas wijn erbij of om uit eten te gaan. Het is niet zo dat ik bloemen of cadeaus meeneem, op dat vlak ben ik niet heel attent. Ik denk daar vaak niet aan, ook niet met verjaardagen. Als ik vraag wat iemand wil hebben en hij of zij geeft antwoord, dan zeg ik snel: ga het maar kopen, ik betaal, want ik heb geen tijd. Dat is niet heel romantisch.
Ik heb nog wel een leuke anekdote. Toen we net samenwoonden, speelde ik bij NAC. Ik had een nieuwe auto gekregen en daar kreeg je ook bloemen bij. Ik had nog wel het kaartje met de tekst ‘welkom bij NAC’ eruit gehaald. Bleek er aan de onderkant nog een kaartje te zitten met de tekst: ‘Gefeliciteerd met je nieuwe auto.’ Mijn vrouw reageerde gevat. ‘Daar weet ik wel een mooie vaas voor,’ en ze gooide de bloemen zo in de kliko’”
Wat voor vader ben je?
“Ik denk een zorgzame vader, waar de kinderen altijd op terug kunnen vallen, ook in de drukke periodes. Ik heb altijd tijd gemaakt om een boekje voor te lezen of met ze te spelen op vakantie. Ik heb geholpen met huiswerk maken. Ik was er altijd voor hen en ben dat nog steeds. Mijn dochter werkt in het centrum van Den Haag, haar laat ik liever niet om één uur ’s nachts met de tram naar huis gaan. Dan ga ik haar toch echt halen, hoewel ze bijna twintig is. Ik vind het ook een beetje truttig, maar toch. Mijn vrouw zegt altijd: ‘Mijn vader deed dat vroeger niet.’”
Ajax-dna
Je zal wel wat mensen de mond moeten snoeren. Je hebt immers geen Ajax- achtergrond en ik las al ergens dat er twijfel was of jij als coach wel voor aanvallend voetbal, een vereiste in Amsterdam, kan zorgen.
“Wat het niet-aanvallende voetbal betreft: dat is een stempel dat ik ooit een keer opgeplakt heb gekregen door een collega, omdat we het heel zwaar hadden met VVV. We hadden de laagste begroting, de minste spelers en hadden maar één doel: erin blijven. Dat is een heel eigen leven gaan leiden. Ik heb bij ADO altijd op de aanval gespeeld, we maakten bij VVV de meeste doelpunten toen we kampioen van de eerste divisie werden.
Sparta, vorig seizoen, is het beste voorbeeld van aanvallend voetbal. Ik heb wel een heel duidelijk idee hoe ik wil voetballen en dat is echt op de aanval. Bij Ajax kan ik gaan werken met de betere spelers van Nederland. Wij gaan een speelwijze zoeken die bij Ajax past, die gericht op de aanval zal zijn. Ik heb met Hedwiges Maduro en Richard Witschge twee assistenten met het echte Ajax-dna. Saïd Bakkati heeft van alles wat en ik ga dat allemaal bij elkaar brengen.”
Hoe kwam jij op Maduro en Bakkati als assistenten?
“Ik ging twee jaar geleden bijna naar Almere City, was van plan daar met Hedwiges te gaan samenwerken. Ik heb hem daarna gepolst of hij naar Sparta wilde komen, maar hij had zijn woord al aan Almere gegeven. Toen kwam Ajax. Ik wilde Hedwiges, Ajax wilde Hedwiges; makkelijker kon het niet. Saïd was een heel bijzonder verhaal. Ik wilde er bij Sparta een assistent bij en ik hoorde over Saïd alleen maar goede verhalen van zijn periode bij Feyenoord en ADO.
Ik wist ook dat het Nederlands elftal hem wilde hebben, dus ik ben met hem gaan zitten. We hadden een heel leuk gesprek, spraken af dat hij met me bij Sparta zou gaan werken. Ik heb hem toen op een gegeven moment gebeld en gezegd dat Sparta nog steeds een optie was, maar gevraagd of hij wilde wachten op iets groters. Hij had meerdere opties. Ik zei: Saïd, er speelt iets wat nog groter en leuker is, ik kan alleen niet zeggen wat.
Elke keer had ik hem aan de lijn, vroeg hij: ‘Weet je al wat?’ Dan antwoordde ik weer: nee, maar heb je nog geduld? Op een gegeven moment zei hij: ‘Ik dacht dat het groot was, maar Feyenoord kan niet, want Arne Slot blijft, en Peter Bosz gaat naar PSV.’ Ook hij had niet aan Ajax gedacht. Ik zei dat het om het buitenland ging. ‘Maakt niet uit, ook dan ga ik met je mee,’ zei hij, zonder dat hij een land of salarisindicatie hoorde.
Drie dagen later belde ik en zei: Saïd het is niet het buitenland, maar Ajax geworden. Het bleef echt twintig seconden stil. Ik zei dat hij het nog wel stil moest houden, maar dat als het rond was, we het met hem ook rond zouden maken. Hij werd helemaal gek, riep: ‘Ik ben bijna thuis, maar ga eerst een half uur rondrijden en koffiedrinken ergens, want dit moet ik echt een plek geven.’ Hij was zo trots.”
Ajax had vorig jaar ook de hoogste begroting en heel goede spelers, maar werd derde, miste Champions League- voetbal. Hoe ga jij de ploeg weer aan het voetballen krijgen?
“Ik sta voor een duidelijke speelwijze en een duidelijk takenpakket voor de spelers. Ze moeten precies weten wat ze moeten doen als we de bal wel of niet hebben. Dat vereist discipline en die gaan wij erin brengen. Bij ons zullen ze niet zo snel wegkomen met het niet uitvoeren van hun taken. Spelers hebben altijd behoefte aan duidelijkheid, ook als ze niet spelen.
Er gaan spelers teleurgesteld zijn, want ik heb een groep van 22, van wie er misschien wel twintig international zijn. Spelers zullen van mij persoonlijk te horen krijgen waarom ze niet spelen en daar zullen ze het niet mee eens zijn, maar daar lig ik niet wakker van, want ook dat is gewoon mijn werk. Ik geloof heel erg in spelers duidelijkheid geven.”
Heb jij zeggenschap over de spelers die komen?
“De scouting en Sven Mislintat komen met een lijstje met namen en daar gaan wij als staf naar kijken. Dan ga je met elkaar beslissen of het de juiste speler is.
Ik neem aan dat het doel weer kampioen worden is en Champions League halen?
“Ja. Ik vind: als je de hoogste begroting hebt van Nederland, dan moet je kampioen worden.”
Heb jij een klankbord als trainer?
“Met Henk ten Cate heb ik geregeld contact. Ik heb in het verleden ook veel gespard met Dick Advocaat, en met Co Adriaanse had ik veel contact in mijn beginperiode als trainer.”
Heb je gedacht toen het rond was met Ajax: ik ga naast Henk ten Cate eens met oud-Ajax-trainers Louis van Gaal, Ronald Koeman of Erik ten Hag bellen?
“Het is misschien wel handig om hier en daar te vragen: hoe werkt dat nou bij Ajax en hoe gaan we dat doen? Ik sluit niet uit dat ik hier en daar nog wel met mensen ga praten om nog meer inzicht te krijgen in hoe het hier werkt. Dat zul- len oud-Ajacieden zijn en ik moet er even over nadenken wie. Dat zou Louis van Gaal of Ronald Koeman kunnen zijn. Er staat binnenkort met Koeman sowieso al een onderhoud gepland, met betrekking tot het Nederlands elftal. Tijdens dat gesprek kan ik het misschien ook meteen over zijn ervaringen als trainer van Ajax hebben.
Ik zou Marco van Basten misschien ook nog weleens willen spreken. Nu nog niet, want daar heb ik het nog veel te druk voor, maar wellicht als het wat rustiger is.”
Jij bent John Heitinga opgevolgd. Heb je hem nog gesproken?
“Nee. Van beide kanten is besloten om te stoppen. Daar was ik geen partij in. Ook in mijn eerste gesprekken met Ajax was duidelijk dat John geen functie bij mij in de staf zou krijgen. Ik weet zeker dat John een heel talentvolle trainer is, denk dat hij eerst nog bij een paar andere clubs moet trainen en dan weer hoofdcoach van Ajax moet worden. Dat zou ik hem adviseren in ieder geval.”
Ga je hem nog een keer bellen, denk je?
“Nee, wat heeft dat voor nut?”
Jij hebt clubs getraind als ADO, VVV, Al-Wahda, NAC en Sparta. Was dat de ideale route om trainer van Ajax te worden?
“Ik ben al vijftien jaar hoofdtrainer op het hoogste niveau, heb op het hoogste niveau beslissingen moeten nemen: mijn staf en spelersgroep samenstellen, mijn doelstellingen bepalen, de boel managen. Ik denk echt dat het trainerschap een ervaringsvak is. En het is dan ook een voordeel om bij moeilijke clubs als ADO en NAC te hebben gewerkt. Dat is toch anders dan wanneer je als trainer uit een jeugdopleiding doorstroomt.
De echte kneepjes van het vak leer je door in de keuken te kijken bij veel verschillende clubs. Ik heb er nu vijf gehad met alle- maal hun eigen identiteit. Dat heeft mij gevormd tot wie ik nu ben als trainer. In dat opzicht zou ik ook altijd coaches die doorstromen vanuit hun eigen opleiding aanraden om ook nog twee, drie jaar ergens anders te kijken.”
Karaktermoord
Je grootste criticaster is Pierre van Hooijdonk. Moet de ruzie tussen jullie nu niet een keer de wereld uit?
“Nee, dat hoeft niet meer. Ik ga niet meer met hem rond de tafel zitten, totaal geen behoefte aan. Maar daar heb ik in het verleden genoeg over gezegd. Laat dat maar lekker rusten.”
We hebben een samenleving waarin als je iets boven het maaiveld uitstijgt, dat het niet makkelijk is. De verdraagzaamheid lijkt steeds verder te zoeken.
“Vreselijk. Het feit dat er mensen bedreigd worden, gaat voor mij alle perken te buiten. We hebben in ons land zelfs te maken gehad met politieke of ideologische moorden. De bedreigingen, het feit dat je niet eens meer veilig de straat op kunt met een horloge dat je een keer als erfstuk hebt gehad; allemaal niet te bevatten. Ik heb ook contact over mijn veiligheid. Woon ik veilig genoeg? Dat vind ik heel ingewikkeld.
Ik vind dat de samenleving enorm achteruitgaat. Dat merk ik in alle opzichten. Van de week zag ik weer een filmpje... Een auto reed over de stoep in Den Haag. Een man zei daar wat van en maakte er een foto van. Twee gasten stapten uit, sloegen die man in elkaar waar zijn kind bij was. In zo’n samenleving leven we. Als ik dat vergelijk met toen ik in Abu Dhabi woonde, daar was het zo veilig. Daar kunnen we een voorbeeld aan nemen.”
Maar daar mag ik weer niet met mijn vrouw trouwen...
“Dat land heeft ook weer zijn voor- en nadelen. Maar als we het puur over veiligheid hebben, hoop ik dat we ooit nog eens terug kunnen naar zo’n veilig klimaat. De straffen zijn ook veel te licht hier in Nederland. Als je twee keer met je ogen knippert, ben je weer buiten. Dus laten we er eens mee beginnen om harder te straffen.”
Ben jij politiek actief?
“Nee, helemaal niet. Ik stem wel, anders moet je helemaal je mond houden. Ik kijk wel de politieke programma’s na en als het eenmaal zover is, dan verdiep ik me erin.”
Je hebt in Nederland geregeld anti- Joodse of racistische spreekkoren. Nu heeft de KNVB gezegd: we gaan bij homofobe spreekkoren optreden. Wat vind je daarvan?
“Als we van de spreekkoren af willen, waar leggen we dan de grens? Leggen we die bij een speler uitschelden of bij het feit dat zijn moeder wordt uitgemaakt voor ‘kankerhoer’? Ik vind dat niks kan eigenlijk. Je kunt niet het ene wel toestaan en het andere niet. Zoals we ook aangeven dat er geen bier meer op het veld gegooid moet worden. Ik vind dat wij daarin de regels moeten bepalen. Wat dat betreft mag en moet het van mij veel harder en strakker. In de hele maatschappij.
Bikkelhard straffen als er overvallen gepleegd worden, als er mensen in elkaar geramd worden. Mensen een paar jaar wegstoppen en niet zoals hier in Nederland met een eigen Playstation, maar met zijn tienen in een cel met één wc-pot. Dan leer je het vanzelf af, hoor. Daar geloof ik dus heilig in. Het is hier veel te makkelijk, het is hier net luilekkerland. Of zeg ik iets geks?”
Zou je ook tegen je spelers zeggen, als systematisch een van hen wordt uitgescholden: we stappen het veld af?
“Ja. Ik vind dat je daar als Ajax of KNVB een statement over moet maken. En als je dat statement hebt gemaakt, moet je ook actie ondernemen als er wat gebeurt.”
Stel er zijn spreekkoren en er wordt niet ingegrepen, ben jij dan iemand die de aanvoerder roept en zegt: we gaan het veld af?
“De volgorde moet zijn dat je eerst een scheidsrechter daarop aanspreekt of de vierde man. Maar ik denk wel dat als het de spuigaten uitloopt, er een daad gesteld moet worden. Ik kom in dat geval altijd voor mijn spelers op.”
Je kan ook het voortouw nemen...
“Kan ook. Maar nogmaals, het is gewoon een afspiegeling van de maatschappij. Wij kunnen in de voetbalstadions het braafste jongetje van de klas willen zijn, maar als je ziet hoe de maatschappij nu verloedert, dan denk ik dat we dat als land eerst eens aan moeten pakken.”
Neem Steven Berghuis die twee wedstrijden werd geschorst omdat hij een keer opkwam voor een ploeggenoot die gediscrimineerd werd. Ik ben er niet bij geweest, maar ik geloof niet dat hij zomaar uithaalde.
“Dat geloof ik ook niet. Aan de ene kant is het niet handig dat hij het deed, maar als een van je maatjes racistisch beledigd wordt, dan kan ik me voorstellen dat je ook een keer reageert. Ethisch gezien is het allemaal niet handig, dat snap ik allemaal wel en misschien in mijn functie mag ik dat ook helemaal niet zeggen, maar ik begrijp het soms wel.”
Next level
Tot slot, Marc Overmars heeft tot februari 2022 bij Ajax gewerkt en kreeg eind vorig jaar een hartaanval. Edwin van der Sar vertrok deze zomer en kreeg kort daarna een hersenbloeding. Allebei hebben ze te maken gehad met flink wat stress bij Ajax. Heeft je dat aan het denken gezet?
“Supertriest en heel erg voor Edwin en Marc. Natuurlijk heeft me dat aan het denken gezet, maar niet in die mate dat ik dacht: dan word ik geen trainer van Ajax. Trainer of technisch directeur zijn heel stressvolle beroepen. Niet alleen bij Ajax, al is Ajax natuurlijk wel next level in alles. Zoals ik al vertelde: ik heb veel meegemaakt en ons gezin ook. Het lukt me mede daardoor aardig om te relati- veren. Natuurlijk zal de druk groot worden, zeker als je één of twee keer verliest of slecht speelt in een stadion met 50.000 man. Dat weet ik, anders had ik hier niet voor moeten kiezen.”
Helden Magazine editie 68
Het verhaal van Maurice Steijn komt voort uit Helden Magazine nummer 68. Max Verstappen kleurt de wereld oranje. Max Verstappen is hard op weg om voor het derde jaar op rij de wereldtitel Formule 1 te pakken. In aanloop naar de Grand Prix van Zandvoort, die hij afgelopen twee jaar won, siert hij de cover van Helden. We volgden de coureur vanuit de paddock en zagen hoe moeilijk het is voor ploeggenoot Sergio Perez om staande te blijven in zijn schaduw.
In de 68ste editie van Helden ook volop aandacht voor het nieuwe voetbalseizoen. Een gesprek met Mats Wieffer, dé ontdekking van vorig seizoen, over zijn doorbraak bij Feyenoord en Oranje. Luuk de Jong is spits en aanvoerder van PSV, hij vertelt over bondscoach Ronald Koeman, oud-trainer Ruud van Nistelrooij, nieuwe trainer Peter Bosz, oud-ploeggenoot Xavi Simons en nieuwe teamgenoot Noa Lang. Ryan Gravenberch kende een lastig eerste seizoen bij Bayern München. Hij wil er dit seizoen staan en weer een vaste waarde voor Oranje worden.
Verder in de nieuwe Helden. Atleten Lieke Klaver en Terrence Agard vormen een razendsnel koppel. Turners Loran de Munck en Casimir Schmidt zijn maatjes en tegenpolen. Laura Dijkema en Nika Daalderop over de hectiek van het leven als volleybalsters in den vreemde. Anne van Dam is de beste golfster van Nederland, ze vertelt over anger management, wonen in Amerika en de Big Green Egg Open. Hockeyster Laurien Leurink won met Oranje alles wat er te winnen viel. Mede door de ongeneeslijke ziekte van zus Marije zwaaide ze af. Ook is er veel aandacht voor de European Para Championships in Rotterdam. Een gesprek met rolstoelbasketbalster Bo Kramer, bij wie op jonge leeftijd botkanker in haar been werd geconstateerd.
Wil je het hele nummer lezen? Bestel Helden Magazine editie 68! Wil je geen inspirerende sportverhalen missen van onze Nederlandse sporthelden? Abonneer je nu snel en ontvang de Helden Magazine op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Blijf daarnaast op de hoogte van het recentste sportnieuws en leuke winacties door je aan te melden op onze nieuwsbrief en volg ons op onze social mediakanalen.