Co Adriaanse en Andries Jonker konden niet langer toekijken hoe De Volewijckers langzaam wegkwijnde. Het voelde alsof hun ouderlijk huis werd afgebroken. Ze sloegen de handen ineen en wekten de legendarische Mosveld-baby’s weer tot leven. “Hier liggen heel veel voetstappen.”
Een maandagavond in Amsterdam-Buiksloot. Als twee kinderen in een snoepwinkel vergapen Co Adriaanse en Andries Jonker zich aan rafelige knipsels en kromgetrokken naslagwerken uit de tijd dat ASC De Volewijckers nog een begrip was in het betaalde voetbal. Anekdotes vliegen door de opgeknapte bestuurskamer. Ogen glinsteren. Het gaat over Pietje Boogaard en ouwe Dirk, over tante Nel en de katoenen voetbalshirts van Jansen & Tilanus.
Behalve twee plakboeken heeft Co een petje meegenomen in de clubkleuren groen en wit. Het is van zijn vader geweest. Dan stalt ook Andries zijn relikwieën uit. Zijn eerste voetbalbroekje, met drie strepen, heeft hij altijd zorgvuldig bewaard. En uit een doos met winterkleding diepte hij thuis een wollen muts en sjaal op. “Gebreid door mijn tante.”
Hij bladert door een boekje dat werd gemaakt ter ere van de promotie naar de eredivisie in 1961, een prestatie die zou voortleven als Het Wonder van Zuilen. Burgemeester Gijs van Hall rept in zijn voorwoord van ‘een ongekende vreugde en geestdrift’. Het beslissende duel is er dan ook eentje uit de categorie Chelsea- Ajax. De Volewijckers had de heenwedstrijd tegen Elinkwijk gewonnen (4- 3), maar stond in de return na tachtig minuten met 4-1 achter. Doordat Frits Soetekouw was uitgevallen, speelden ze met tien man. Eigenlijk zelfs met negen, want Hassie van Wijk kon vanwege een enkelblessure nog amper lopen.
Op het Mosveld in Amsterdam-Noord, de thuishaven van De Volewijckers, hingen vier speakers om tweeduizend supporters naar het radioverslag te laten luisteren. De meesten waren alweer zwijgend op weg naar huis toen spits Wout Schaft kort achter elkaar zijn tweede en derde doelpunt van de middag maakte. Willy van ’t Hek zorgde in de slotfase voor de sensationele gelijkmaker.
Het is een van de pijlers onder het roemruchte verleden, net als het landskampioenschap van 1944, de rol van De Volewijckers als verzetsclub tijdens de Tweede Wereldoorlog en de tragische dood van Daan de Jongh op 30 september 1962. De hoofdcoach was als een vader voor de jonge spelers – zeven van de elf – uit de eigen kweek. Samen met jeugdtrainer Evert Teunissen had hij aan de wieg gestaan van de Mosveld-baby’s. Voor de ogen van die gouden lichting stierf de 41-jarige De Jongh na een uitwedstrijd tegen DOS in de spelersbus aan een hartaanval. Zijn vrouw Sien zat naast hem.
Tekst gaat verder onder de foto
Magie
De Volewijckers, opgericht in 1920, vormde decennialang het hart van een arbeiderswijk. De ligging van het stadionnetje was uniek. Op wedstrijddagen hingen mensen uit de ramen van de huizen die het hoofdveld omzoomden. Dakkapellen fungeerden als voorlopers van de skybox, terwijl tientallen kinderen op het materiaalhuisje klommen.
In die dorpse ambiance ontstond de magie van het Mosveld. Diverse spelers woonden achter de dug-out of werden zwagers van elkaar, zoals Hassie van Wijk en Dirk de Ruiter junior. Verdediger Dick Schenkel runde een sportzaak op de hoek. Hij opende speciaal op zondag zijn deuren voor medespelers die nog spullen nodig hadden.
Adriaanse: ‘Ik ben niet bang voor de vergetelheid’
Hoewel zijn wortels liggen in de Spaarndammerbuurt, waar alles om DWS draaide, groeide Co Adriaanse op met die romantiek omdat de rest van zijn familie uit Noord kwam. Hij kon de vaste gebruiken op zondag wel dromen. “Eerst naar tante Coba en ome Joop. Zij woonden aan de rand van het Mosveld, een meter of vijftien over de middenlijn. Boven was een slaapkamer met inpandige dakkapel. Daar keken de ooms en neefjes naar het voetbal. De vrouwen bleven beneden, dronken thee en luisterden naar operamuziek die ik vreselijk vond, maar die ik later zelf ook ben gaan draaien.”
Helden Magazine 50
Het eerste gedeelte van het verhaal vanAndries Jonker en Co Adriaanse komt voort uit Helden Magazine nummer 50, waar op het moment van uitkomen een nieuw decennium is begonnen. Voor Helden een goed moment om jonge, nieuwe sporthelden te belichten. Sportman van 2019 Mathieu van der Poel draait alweer even mee, maar is net 25, wat jong is voor een wielrenner. De alleskunner siert de 50ste cover.
In deze editie is er uitgebreid aandacht voor Generatie Z. Er zijn al tal van voetballers die na de eeuwwisseling zijn geboren, zijn doorgebroken of op het punt staan dat te doen. Onder meer Orkun Kökcü, Mohamed Ihattaren en Myran Boadu komen aan het woord. Daarnaast blikten wij aan de hand van afbeeldingen terug met de assistent-trainer van Feyenoord, John de Wolf. En heeft oud-aanvoerster Mandy van den Berg het plezier in het voetbal weer teruggevonden.
Verder in de 50ste editie van Helden gingen we langs bij schaatsster Esmee Visser en haar vriend Daan Olivier. Legden we het supertalent, Remco Evenepoel, negen namen voor én gaan we op wereldreis met baansprinter Theo Bos, die graag zijn carrière ‘rond’ wil maken. Daarnaast kan meerkampster Anouk Vetter weer lachen, nadat ze in 2019 door een diep dal ging, is de 21-jarige Griek: Stefanos Tsitsipas de nieuwe ster in het tennis, gaat Victoria Koblenko langs bij judoka Noël van ’t End én verteld Yara van Kerkhof, hoe haar wereld compleet instortte.
Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.