Word abonnee

Voetbal

John de Wolf: ‘Iedereen zit weleens in de shit’

Freek van den Bergh, ANP & Getty Images

Voetbal

John de Wolf: ‘Iedereen zit weleens in de shit’

door: Frits Barend
8 februari 2020
7 tot 12 minuten lezen

John de Wolf is terug waar hij hoort: bij Feyenoord. Als assistent van trainer Dick Advocaat om zijn oude club uit de brand te helpen. We leggen hem 11 foto’s voor.

3 november 2019

John de Wolf
Dick Advocaat en assistent John de Wolf in actie tijdens VVV Venlo- Feyenoord (0-3).

“Dick Advocaat is duidelijk, hij is intelligent en werkt graag samen. Hij is zo fanatiek, heeft ook zoveel humor. Ik hoop oprecht dat hij na dit seizoen nog een jaar blijft. Ik ken mijn taak, ik ben de assistent, praat veel met de spelers en doe de dag voor de wedstrijd met de video-analist de presentatie van de tegenstander. De deur bij Dick staat altijd open en hij brengt resultaten. Maar het belangrijkste vind ik de mens Dick. Mooi is dat Giovanni van Bronckhorst inmiddels al is langs geweest, Jan Boskamp en Robin van Persie ook. Die cultuur heeft Advocaat er ook ingebracht.

Ik heb nu een fulltime job, ga om zeven uur de deur uit, ben om half negen op de club en tegen drie uur gaan we naar huis. Het enige wat ik erbij blijf doen, is mijn werk voor de John de Wolf Foundation die ik onlangs heb opgericht met als doel kinderen in kansarme wijken de gelegenheid te geven te sporten. Het is vergelijkbaar met wat de Johan Cruyff Foundation en Richard Krajicek Foundation doen met het aanleggen van courts, maar dan iets kleinschaliger en goedkoper. Ik ben er al een jaar mee bezig, goede doelen en grote bedrijven steunen me en binnenkort gaan we van start.

Verder heb ik dus alleen nog maar tijd voor Feyenoord. Ik heb niet de ambitie om ooit hoofdtrainer van een profclub te worden, ik had een ideaal leven, maar als Feyenoord komt, zeg ik geen ‘nee’. Ik heb tot het eind van dit seizoen getekend, maar ik ga ervan uit dat ik nog heel lang bij Feyenoord blijf. Als een soort cultuurbewaker.”

8 augustus 1984

John de Wolf
Elftalfoto Sparta met rechts bovenaan John de Wolf. Onder hem Louis van Gaal.

“Een droom kwam uit. Ik ben op mijn tiende door Sparta gescout bij Schiedamse Boys en heb het hele traject via de jeugd doorlopen. Toen ik van de junioren naar de senioren ging, kreeg ik aanvankelijk geen contract. Ik mocht weg, maar bleef bij de amateurs van Sparta omdat ik een mountainbike kreeg. Ik had geen rijbewijs, woonde een half uur bij de club vandaan en wilde zo graag slagen bij Sparta dat ik ontzettend blij was met die fiets. Pas op mijn 21ste werd ik semiprof. Ik verdiende 2000 gulden bruto. Per maand. Ik woonde nog thuis. De drang om prof te worden was groter dan de drang naar geld. Ik begon het seizoen 1983-1984 nog op de bank, maakte mijn debuut als linksback en in de loop van het seizoen veroverde ik mijn plaats als centrale verdediger.

Ik ben een laatbloeier, maar beter laat dan nooit. Op de foto herken ik ze allemaal nog, René Eijer woonde bij mij om de hoek, Edwin Olde Riekerink, Danny Blind, Theo Vonk, Bas van Noortwijk, Ronald Lengkeek, Robert Verbeek, broer van de onlangs overleden Pim, Louis van Gaal. Met Van Gaal voetballen was fantastisch, hij was een soort vaderfiguur voor me, ik kon altijd bij hem terecht, hij was voor mij de ideale aanvoerder. Ik herinner me nog de Europa Cup-wedstrijd tegen Spartak Moskou in november 1983 met André Hazes vooraf op de middenstip. We kregen een penalty en ik pakte de bal uit de handen van Louis… Ik scoorde de 1-1, tegen Rinat Dasajev, op dat moment de beste keeper van de wereld. Louis vond die brutaliteit wel wat hebben.

‘Hoe heb ik het ooit kunnen doen, valsspelen met kaarten bij m’n beste maatjes. Not done. We waren destijds bloedgabbers’

Ik zeg altijd dat ik een goed en slecht voorbeeld was voor de jeugd. Ik kon goed leren, maar heb op school niet het maximale uit mijn mogelijkheden gehaald omdat ik per se wilde slagen als voetballer. Mijn vader zei altijd: ‘Het enige positieve van school was dat je warm en droog zat.’ Aan de andere kant, als je vol passie een doel nastreeft kun je ook slagen. Maar je moet ook hersens hebben om te weten wat belangrijk is en wat je moet laten. Kijk, als ik een bal op me af krijg, hoef ik niet na te denken wat ik ermee ga doen dankzij de vele vlieguren.

Daarom is het zo belangrijk dat met name talenten al op jonge leeftijd goede trainers hebben die hen uitdagen. In dat jaar bij de amateurs van Sparta heb ik leren overleven. Ik had ook beledigd kunnen vertrekken. En uiteindelijk werd ik aanvoerder van Feyenoord, prachtig, maar geloof me, het is me niet komen aanwaaien.”

6 december 1986

John de Wolf
Aaron Winter scoort namens Ajax tegen FC Groningen. Claus Boekweg en John de Wolf komen te laat.

“Deze wedstrijd tegen Ajax verloren we, zoals de meeste tegen Ajax. Ik had een geweldige tijd in Groningen. Onvergetelijk was de halve finale in de beker in 1989 tegen Ajax. We wonnen met 3-0. Ik kreeg in die bekerwedstrijd een aardige tik van Aaron Winter, het litteken zit er dertig jaar later nog. In de kleedkamer is de wond tijdens de wedstrijd gehecht, met vier hechtingen ging ik het veld weer in, want het vervolg van die wed- strijd wilde ik me niet laten ontnemen. Het was vechtvoetbal op een kletsnat veld. Wij hadden René Eijkelkamp en Henny Meijer voorin, die waren zo goed. Zij maakten die wedstrijd het verschil. Trainen tegen die gasten maakte me zo sterk, door die twee ben ik echt beter geworden. De bekerfinale heb ik helaas niet gespeeld, omdat ik vlak voor de finale zwaar geblesseerd raakte. Die finale ging verloren tegen PSV.”

Helden Magazine 50

Het eerste gedeelte van het verhaal van John de Wolf komt voort uit Helden Magazine nummer 50, waar op het moment van uitkomen een nieuw decennium is begonnen. Voor Helden een goed moment om jonge, nieuwe sporthelden te belichten. Sportman van 2019 Mathieu van der Poel draait alweer even mee, maar is net 25, wat jong is voor een wielrenner. De alleskunner siert de 50ste cover.

In deze editie is er uitgebreid aandacht voor Generatie Z. Er zijn al tal van voetballers die na de eeuwwisseling zijn geboren, zijn doorgebroken of op het punt staan dat te doen. Onder meer Orkun Kökcü, Mohamed Ihattaren en Myran Boadu komen aan het woord. Daarnaast heeft oud-aanvoerster Mandy van den Berg het plezier in het voetbal weer teruggevonden én lees je over de cultclub van Andries Jonker en Co Adriaanse.

Verder in de 50ste editie van Helden gingen we langs bij schaatsster Esmee Visser en haar vriend Daan Olivier. Legden we het supertalent, Remco Evenepoel, negen namen voor én gaan we op wereldreis met baansprinter Theo Bos, die graag zijn carrière ‘rond’ wil maken. Daarnaast kan meerkampster Anouk Vetter weer lachen, nadat ze in 2019 door een diep dal ging, is de 21-jarige Griek: Stefanos Tsitsipas de nieuwe ster in het tennis, gaat Victoria Koblenko langs bij judoka Noël van ’t End én verteld Yara van Kerkhof, hoe haar wereld compleet instortte.

Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.

Delen: