Word abonnee

Shorttrack

Yara van Kerkhof: ‘M’n wereld stortte compleet in’

Manon van der Zwaal

Shorttrack

Yara van Kerkhof: ‘M’n wereld stortte compleet in’

door: Rob Willemse
28 januari 2022
11 tot 16 minuten lezen

Vier jaar schorsing en het schrappen van haar hele erelijst, inclusief de olympische zilveren en bronzen medaille; dat was wat Yara van Kerkhof boven het hoofd hing. De reden: ISU (de internationale schaatsbond) en WADA (het Wereldantidopingagentschap) accepteerden haar uitleg over haar afwijkende bloedwaarden niet. Dat die bij de shorttrackster afwijken, is een gevolg van de openhartoperatie die ze als zevenjarige heeft ondergaan.

Pas anderhalf jaar na de controles van 2015 en 2016 had ze gehoord dat die verdachte resultaten hadden opgeleverd. Vlak voor de Winterspelen van 2018 werd ze door de ISU tot haar enorme opluchting vrijgesproken, maar kort na die Spelen ging WADA in beroep: van de hel naar de hemel naar de hel.

“In de zomer van 2017, tijdens een trainingskamp in Italië, kreeg ik een berichtje van KNSB-directeur Arie Koops: ‘Kan ik je even bellen en ben je dan alleen?’ Een rare vraag waar ik van schrok. Hij vertelde dat ISU en WADA een verklaring verwachtten over mijn afwijkende bloedwaarden, van controles uit 2015 en 2016. Echt een donderslag bij heldere hemel waarvan ik de impact nog niet eens meteen besefte. Intussen mocht ik ’t aan niemand vertellen. Maar hoe hou je dat verborgen? In paniek en in tranen ben ik m’n kamer binnengerend die ik zoals altijd deelde met Suzanne Schulting.

Zij had natuurlijk meteen door dat er iets was, dus helemaal niks zeggen kon ook niet. Tijdens de krachttraining daarna ben ik weer in tranen uitgebarsten en weggerend. Bondscoach Jeroen Otter was inmiddels ook op de hoogte. Hij heeft me getroost en aangeraden iemand te bellen die ik helemaal vertrouwde. Dat werd m’n zus die het ook weer stil moest houden. Onze ploegarts Karin Top is vervolgens medische experts gaan bellen en intussen hoopten we maar dat het loos alarm zou zijn. Maar een paar maanden voor de Spelen hoorde ik dat het een zaak zou worden en vanaf dat moment werd het heel serieus.

Elk vrij moment moest ik naar het ziekenhuis voor een onderzoek, steeds in de wetenschap dat m’n topsportcarrière elk moment voorbij kon zijn. Want ISU en WADA konden me in afwachting van de rechtszitting al schorsen. Maar naast dat ellendige gevoel gaf het me ook kracht. Ik wilde me niet klein laten krijgen. Dat gunde ik ze niet. Dat ze sporters op doping controleren en bij iets opmerkelijks om uitleg vragen, is terecht. Maar niet op de manier waarop ze dat met mij gedaan hebben. Op geen enkele manier wilden ze meewerken. Ze zeiden: ‘Hoe kunnen we weten dat dit jouw bloed is?’

Daarom wilde ik mijn bloed in hun bijzijn laten prikken en controleren; in Nederland of op hun kantoor in Lausanne. Maar nee, hoor. Dat hele proces heeft me megaveel energie gekost. En ook heel veel geld, in totaal zo’n 80.000 euro. Ook mijn olympische prijzengeld van 20.000 euro is eraan gegaan. Ik heb advocaten moeten inhuren en artsen moeten raadplegen om mijn onschuld te bewijzen, wat – mede door de opstelling en werkwijze van WADA – bijna niet te doen was. Het is ook het omgekeerde van de ‘gewone wereld’: als sporter ben je schuldig tot je zelf je onschuld hebt bewezen. Van dopinggebruik ben ik ook nooit beschuldigd; alleen van afwijkende bloedwaarden. Omdat ik na dat telefoontje van Arie Koops in 2017 alleen maar aan het huilen was en de trainingen ook voor geen meter meer liepen, zei Jeroen: ‘Zet je er overheen, je moet jezelf niet zielig vinden.’

Eerst werd ik zo boos, maar hij had wel gelijk. Met mezelf zielig vinden en rond elke training huilen, hielp ik mijn rechtszaak niet en ik ging er ook niet beter van schaatsen. Die draai om m’n oren klonk heel hard, maar heeft me wel geholpen. Ook was er een kennis van me die net gehoord had dat hij kanker had. Zijn les was: mijn leven kan over een paar jaar voorbij zijn, dus ik moet nu genieten van wat ik nu nog heb en kan. Dat verhaal raakte me recht in m’n hart en gaf me zoveel energie en motivatie om ook te genieten van wat ik het liefste doe: schaatsen. Volgens mij hebben m’n teamgenoten daarna ook niks meer aan me gemerkt.

Zonder anderen in m’n buurt waren er nog wel af en toe inzinkingen. Maar tegelijk raakte ik – ook door de handelswijze van WADA – zo gemotiveerd om een olympische medaille te halen. Ik weet niet of ik die zilveren medaille had gewonnen als dit niet was gebeurd. Helaas is die kennis inmiddels overleden, maar ik heb hem gelukkig nog wel kunnen vertellen hoe zijn verhaal mij heeft geholpen en dat vond hij mooi om te horen. Vlak voor de Spelen kreeg ik een belletje van mijn advocaat.

Ik was door de ISU vrijgesproken. Geweldig nieuws natuurlijk: ik kon meedoen aan de Spelen. Ik begon slecht in Pyeongchang. Met de relayploeg waren we een van de favorieten, maar we haalden de A-finale niet eens. Huilend hebben we met elkaar in een hoekje gezeten. Voor mijn gevoel was die hele strijd met WADA en ISU voor niks geweest. Mijn grootste motivatie was geweest: met die meiden samen een olympische medaille pakken.

Tot een staflid zei: ‘Het is nog niet over en niet voor niks geweest: je hebt de 500 nog.’ Op de ochtend van die 500 meter werd ik ook wakker met het gevoel van: dit is de dag waarop ik m’n olympische medaille ga halen. Ik had zoveel vertrouwen en zo’n zin. En het lukte. Goud zat er niet in, maar zilver was al zo mooi. Helaas kon ik ’m niet echt vieren: de 1000 meter en de relay B-finale stonden nog op het programma.

In die B-finale wilden we een olympisch record rijden en zo laten zien dat we bij de wereldtop hoorden. Het werd zelfs een wereldrecord en omdat twee ploegen in de A-finale een penalty kregen, pakten we ook nog een medaille: brons. Ongekend. Pas na de 1000 meter konden we losgaan. Wij houden niet van bier, dus hebben we voor de huldiging en het feest in het Holland Heineken House wodka gekocht en die in waterflesjes meegenomen.

‘Ik zag de krantenkoppen al voor me: ‘Olympische medaillewinnares heeft doping gebruikt.’

Later dat jaar kreeg de pers lucht van de WADA-zaak. Doodeng. Ik heb echt nachten wakker gelegen omdat ik toen opening van zaken moest geven. Want ik zag de krantenkoppen al voor me: ‘Olympische medaillewinnares heeft doping gebruikt.’ Door het echte verhaal te vertellen, wilde ik dat voorkomen. Maar hoe zouden de journalisten me benaderen? Begripvol of dachten ze: waar rook is, is vuur? Ze hebben echt naar me geluisterd en goeie vragen gesteld.

Na afloop was ik heel erg opgelucht. Het was veel minder eng dan verwacht, maar die artikelen heb ik nooit willen lezen. Ik heb begrepen dat de meeste positief waren, al waren er verwijten dat ik eerder opening van zaken had moeten geven. Maar ik was onschuldig en op dopingverhalen zit je – zeker in een olympisch jaar – niet te wachten. Al die tijd wist ik dat WADA nog in beroep kon gaan tegen mijn vrijspraak door de ISU. Maar daar geloofde ik niet in: het moest nu ook voor WADA duidelijk zijn dat ik onschuldig was.

Toch kwam er, verstuurd op de laatste dag dat ze in beroep konden gaan, een berichtje: ik had een pakketje gemist. Hè? Maar ik had niks besteld. Toen zag ik dat het uit Lausanne kwam en begon er iets te dagen. In juristentaal werd me verteld dat WADA me voor vier jaar wilde schorsen en al mijn resultaten vanaf 2015 wilde schrappen. Dan waren ook m’n olympische medailles weg en – wat ik ze nooit verteld heb – ook het brons van m’n relay-ploeggenootjes. En mijn hele topsportcarrière zou worden gewist. M’n wereld stortte weer compleet in.

Aan mijn begeleidingsteam heb ik gevraagd hoeveel mensen in hoger beroep waren vrijgesproken in zo’n bloedpaspoortzaak. Niemand, was het antwoord dat ik niet had willen horen. Ook toen heb ik weer veel hulp gehad; naast familie, vrienden en teamgenoten van Jeroen, van arts Karin, van de specialisten Douwe de Boer en Armand Bettonviel en van advocaat Michiel van Dijk.

Assistent-coach Kip Karpenter kende een specialist in Amerika, dus ben ik naar Park City geweest. Ik heb daar onder meer twaalf uur in een cabine gezeten om een verblijf op hoogte na te bootsen. Dan moet je niet claustrofobisch zijn. Dat is Karin wel, maar die heeft toch heel dapper met me meegedaan, tot ze het echt niet meer volhield. Op 22 oktober 2018, om zeven uur ’s ochtends in Calgary, waar we waren voor een wereldbekerwedstrijd, kreeg ik een telefoontje van m’n advocaat. Ik ben absoluut geen ochtendmens en heb ’m weggedrukt, dacht: doei, ik hoor ’t later wel. Meteen daarna kreeg ik een appje van hem: ‘WADA trekt zich terug!’

Tekst gaat verder onder de foto

Yara van Kerkhof

Ik heb nog nooit zo snel naast m’n bed gestaan en riep naar Suzanne, weer m’n kamergenootje: volgens mij ben ik vrijgesproken. Want ik twijfelde toch nog of ik ’t goed begrepen had. Ik kon het niet geloven. Maar het was echt zo en ik heb meteen m’n ouders gebeld. En het over de gang geschreeuwd. Die dag is de lach niet meer van m’n gezicht geweest. Terug in Nederland heb ik het eerst met m’n ouders en zus met een etentje gevierd, en daarna ook met al die mensen die me hadden geholpen. Zonder hun onvoorwaardelijke en onbaatzuchtige steun was het nooit gelukt. Allemaal hebben ze een speciaal plekje in m’n hart gekregen.

Ik heb ze ook allemaal wat gegeven, en zij mij. En het heeft meer opgeleverd. NOC*NSF heeft vanwege mijn zaak een fonds opgericht om gedupeerde sporters zoals ik te compenseren. Zo heb ik al het geld, dat ik voor mijn verdediging was kwijtgeraakt, teruggekregen. Verder heb ik zwemster Kira Toussaint kunnen helpen, zij belandde een maand na mijn vrijspraak in een situatie die vrijwel identiek was aan de mijne. Zij kon van mijn ervaring en adviezen profiteren en voor mij was het heel fijn die te kunnen delen, net zoals het gevoel dat je bij zo’n zaak hebt en anderen zich niet kunnen voorstellen. Zo hebben we veel aan elkaar gehad en heeft die rotzaak ook wat opgeleverd. Die heeft me ook sterker gemaakt. Maar toch hoop ik echt nooit meer zoiets mee te hoeven maken.

Helden Magazine 50

Het verhaal van Yara van Kerkhof komt voort uit Helden Magazine nummer 50, waar op het moment van uitkomen een nieuw decennium is begonnen. Voor Helden een goed moment om jonge, nieuwe sporthelden te belichten. Sportman van 2019 Mathieu van der Poel draait alweer even mee, maar is net 25, wat jong is voor een wielrenner. De alleskunner siert de 50ste cover.

In deze editie is er uitgebreid aandacht voor Generatie Z. Er zijn al tal van voetballers die na de eeuwwisseling zijn geboren, zijn doorgebroken of op het punt staan dat te doen. Onder meer Orkun Kökcü, Mohamed Ihattaren en Myran Boadu komen aan het woord. Daarnaast blikten wij aan de hand van afbeeldingen terug met de assistent-trainer van Feyenoord, John de Wolf. Heeft oud-aanvoerster Mandy van den Berg het plezier in het voetbal weer teruggevonden én lees je over de cultclub van Andries Jonker en Co Adriaanse.

Verder in de 50ste editie van Helden gingen we langs bij schaatsster Esmee Visser en haar vriend Daan Olivier. Legden we het supertalent, Remco Evenepoel, negen namen voor én gaan we op wereldreis met baansprinter Theo Bos, die graag zijn carrière ‘rond’ wil maken. Daarnaast kan meerkampster Anouk Vetter weer lachen, nadat ze in 2019 door een diep dal ging, is de 21-jarige Griek: Stefanos Tsitsipas de nieuwe ster in het tennis én gaat Victoria Koblenko langs bij judoka Noël van ’t End.

Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.

Delen: